Franske brengt het vee over
en draait de kast in
Departement van oorlog houdt
er vreemd argument op na
frtivA!mp m
IIP
Terugslag Amerikaanse stakingen in
veie gevallen rampzalig
De grote piet steekt sigaar op
en stapt in zijn Buick
Geen romantiek tot
smokkelen
m
-
.0
Vrijstelling wèl verstuurdmaar
nooit overhandigd
Qfp jds Iwkhsd
Kamerlid heeft voor
de banken gepraat
Packard moet twee dagen per week sluiten
F
Westerse
bij
Unieleden kunnen
kuren
elkaar gaan
Woensdag 5 October 1949
3
(Van onze speciale verslaggever)
AAN DE BELGISCHE GRENS. „Kom, wees nou niet kinderachtig.
Hoeveel mensen denk je nou, dat er hier smokkelen op het dorp**.
De hoog- bejaarde kastelein drinkt het pilsje, dat ik hem geoffreerd
heb, uit. H|j kijkt nog eens om rich heen en bnigt zich naar mij over.
„Non, van de honderd wel negentig zegt hij dan.
„Alles smokkelt hier," gaat hij verder in een bui van vertrouwelijkheid,
„tot de kinderen en vrouwen toe. Maar de jonge kerels het meest, da*s
natuurlijk. De heb het vroeger zelf ook gedaan, je mag het best weten.
Maar nou ben ik er te oud voor geworden,"
Ik laat nog eens inschenken.
„Waarom zoude ge niet smokkelen", zegt de onde man dqr> „Het is
toch geen zondigen tegen Gods wetten! Als ge nou rooft en moordt, dan
is het wat anders. Maar waarom zoude ge niet smokkelen?"
Dat is hier de algemene opvat
ting. En praat er eens tegen. Het
helpt u geen zier. Praat met de
mannen, met de vrouwen, praat in
de kroegen en in het open veld,
praat m de woonkamers, waar
men u gastvrij ontvangt, naar Bra
bantse wijs, u koffie schenkt en
het brood reikt, ook al verstaat ge
het niet een kruiske te slaan. Het
is hier een volk van smokkelaars
in de grensdorpen, natuurlijk, de
uitzonderingen daargelaten, smok
kelaars, die in voortdurende strijd
zijn met de kommiezen, die in hun
groene jasjes plotseling zo verra
derlijk uit het struikgewas opdui
ken: „Hebt u goederen meege
brachtV'
Fabeltjes
Maar denk nu niet, dat die
smokkelaars en rommiezen elkaar
naar het leven staan. Dat is een
fabeltje, geschikt voor de romans,
die nette dames en heren lezen, die
nooit het vrije veld in de nacht
hebben geroken, die nimmer door
de ruigte gekropen zijn en hun
handen hebben open gescheurd
aan het prikkeldraad.
De kommiezen vervolgen de
smokkelaars zonder mededogen, ze
bespieden ze overdag, letten op
hun gaan en staan, telefoneren lïun
boodschappen naar de andere pos
ten en als ze er een bij de kladden
kunnen krijgen, grijpen ze onver
biddelijk. Meestal grijpen ze dan
nog de man mis en kunnen ze
alleen de in de vlucht achter gela
ten last in beslag nemen en proces
verbaal tegen „onbekend" opma
ken. Maar dan nog zijn ze blij en
trots met hun vangst. Maar pre
cies even blij en even trots als de
middenvoor die een doelpunt ge
scoord heeft. Want dit heb ik wel
gemerkt in de dagen, dat ik met
hen verkeerde, voor de kommiezen
is hun werk in de eerste plaats een
sport.
Een sport. Dat is het ook voor de
tjonge kerels,'"die vrachten nylons,
fluweel, badhanddoeken en andere
spullen naar Nederland halen of
vee naar de Bels brengen. Ze be
spieden de douanen net zo als deze
het hen doen en als ze weer be
houden binnen zijn, smaken ze in
de eerste plaats de voldoening, dat
ze „d'n kommies" weer te handig
zijn af geweest.
De hele bevolking doet aan die
sport mee. Ook de niet-smokke-
laars, voor zover aanwezig. Een
smokkelaar op de vlucht zal ner
gens een gesloten deur vinden en
overal kan hij zijn vrachtje wel
even kwijt. En probeer ze maar
eens uit te horen over de smokke
larij -
Ik weet van niks
„Smokkelen? Nee, dat doen ze
hier niet. Misschien een enkeling
zo eens een pakske tabak. Nee, die
van Helmond, die komen hier
altijd smokkelen. Maar wat 2e
halen, dat weet Ik zo net niet. Ik
bemoei me nooit met zulke dingen.
Lowies, schenk die meneer nog
eens in.,
Maar'vijftig meter verder, aan
de douanepost, zie je dan een groot
lokaal, afgestampt vol met balen
en pakken, kousen, handdoeken,
tapijten, velours chiffon, noem
maar op. En reeksen fietsen, vers
in beslag genomen. Doortrappers,
als er op gereden moest worden,
dat schijnt practischer te zijn.
Maar meest zijn het fietsen, waar
je helemaal niet op kunt rijden.
Zonder trappers, zonder ketting,
zonder zadel. Het zijn duw-fietsen.
Aan weerszijden van het frame
een zware zak en dan duwen maar,
de nacht in. Is er onraad, dan smijt
je het zaakje neer en piept hem
zelf de struiken in. Dan ben je
alles kwijt, maar aan je fiets zal
niemand rijk worden.
Nee, in het dorp waar lange
Lowies de borrel schenkt, daar
smokkelen ze huis aan huis. Dat is
wel duidelijk.
Toch is er ook nog afgunst in
het gilde. Een donkere, gedrongen
man, pet achter op het hoofd, die
een paar glaaskes te veel achter de
Nieuw soort zink stukken
in het Zijpe toegepast
BKUINISSE Door enkele
Bruinissers Is octrooi aangevraagd
op een nieuwe uitvoeringsvorm
van een zinkstuk voor „oeverver
dediging". Een zinkstuk is, zoals
bekend een van rijshout gevloch
ten mat met stenen, die men op
een bepaalde plaats wil laten zak
ken om de stroom van eb en vloed
te keren.
Het zinkstuk vfjkt wat de bouw
betreft, geheel af var. de reeds
sedert honderden jaren in gebruik
zijnde. Voor het thans gemaakte
zinkstuk is belangrijk minder rijs-
materiaal nodig, de aanmaak kan
voor het grootste deel door onge
oefende werklieden geschieden en
voor het doen zinken en de be-
stortin^ is belangrijk minder bak-
last materiaal nodig.
Al deze factoren werken een
sterke besparing van kosten in de
hand. Het nieuwe zinkstuk is sterk
ep zeer soepel, waardoor op een
ongelijke oever het talud beter kan
worden gevolgd en afgesloten.
Een proefstuk heeft men met
goed gevolg laten zinken op de
vooroever van de waterkering van
het calamiteuze waterschap Brul-
nisse in het Zijpe.
kiezen heeft, roddelt in een onbe
waakt ogenblik over zijn neef, hier
op het dorp. „Die man beeft nog
nooit gewerkt, nog geen slag. en
zijn vrouw ook niet. Miar toch
heeft hij al zijn kinderen op de
Universiteit lopen. Ja, waar doet
hij het van
Die neef behoort tot de „onder
vakgroep" der grote pieten.
Groten stelen en
kleinen stelen
En nu wordt het tgd u in te
lichten over de twee hoofdgroepen
van smokkelaars, die er zijn: de
groten en de kleintjes. De groten
blijven buiten schot en de kleinen
doen het vuile werk. Dat is vooral
zo bij de gevaarlijkste handel, die
met het vee.
De grote koopt een partij beesten
op. Franske of Sjuul of Sj eer aar
zijn wel bereid de dieren over de
grens te drijven of de pantser
wagen te ryden. Van wie de bees
ten precies zijn weet Franske niet,
maar hij krijgt vijftig gulden voor
een koe of een paar tientjes min
der, soms ook wel een tientje meer,
als er juist veel „aangeslagen"
(gegrepen) zijn. Franske gaat soms
alleen met het beest, maar meestal
gaat hij met een hele ploeg, met
een voorloper om de weg te ver
kennen en een mannetje achteraan
om insluiting tegen te gaan. Dat
wordt dan dikwijls een optocht
van tien koeien, die optrekt door
de nacht, over de hei of langs de
stille kronkelpaadjes, waar overal
een patrouille kommiezen uit de
struiken kan stappen.
Als de tocht gelukt krijgen de
jongens hun tientjes, maar de gro
te pieten strijken hun duurdere
briefjes op. Als het mis gaat draai
en de jongens de kast in en de
grote piet steekt een verse sigaar
op.
Braspartijen
In Eindhoven en in Tilburg en
in Breda, in Antwerpen en in
Turnhout, in al die grotere plaat
sen, daar kun je de „zware jon
gens" van achter de schennen in
de dure kroegen vinden, met rood
ligt, jenever, vrouwen en de on
misbare radiogramofoon, die het
gesprek moet overstemmen voor
TSJOE EM LAl
minister van Buitenlandse Za
ken van de communistische re
gering in China, die alleen door
de communistische landen is er
kend.
wie niet horen mogen wat er
wordt af-gecomplotteerd.
Voor duizenden guldens wordt
er opgemaakt op zo'n avond. „Een
rondje voor allemaal" lalt er dan
een en hij gebaart met zijn bering
de hand in het rond. En: cham
pagne1 Neen, dat is geen fabel
tje, brave lezer, ge kunt het met
uw eigen ogen zien, als men u de
weg wil wijzen.
Een kellner, oud-stadgenoot, die
ik tegenkom in zo'n café, fluistert
me toe. „Ik heb het hier best. Al
boden ze me ergens een baan van
driehonderd gulden schoon in dc
week, dan zou ik hier nog niet weg
willen. Alleen is het een beetje
uitkijken, want het is raar volk.,.."
Klinkt het erg romantisch, wat
u nu allemaal gelezen hebt? Erg
sportief ook misschien? Ach, het
heeft toch ook zo'n dieptragische
kant.
Er is geen smokkelaar of hij
loopt vandaag of morgen tegen de
lamp. „En zachte heelmeesters
maken stinkende wonden," betoogt
mr. Heukels, de officier van justi
tie te Breda, als wij met hem pra
ten. En zo denken zijn collega's
aan de andere rechtbanken er ook
over. En zo moeten zij er over
denken.
Voor de rechtbank
Ik heb er zo mijn indrukken van
mee genomen, toen ik een terecht
zitting had meegemaakt.
Een lange, bleke jongeman,
struikelend over zijn boerse woor
den. De heren achter de tafel, def
tig in zwart en wit, met toga en
bef.
„Verdachte is recidivist. Ik ben
van mening/ dat wij de veesmok-
kel alleen met zware straffen de
kop kunnen indrukken. Ik els
tegen deze verdachte vier jaar ge
vangenisstraf."
Op de tribune begint een jonge
vrouw heftig te snikken. Vier
jaar.
„Stilte" gebiedt de veldwachter.
„Deurwaarder, volgende zaak."
Een lange bleke iongen laat zich
mee voeren. Hij kijkt om staat
even stil, tuurt en wuift slapjes
met zijn hand.
De vrouw op de tribune snikt
hartstochtelijk. Ze roept zijn naam.
Twee oudere vrouwen ondersteu
nen haar. Ze heeft vier kleine kin
deren thuis
„Volgende zaak," herhaalt de
president ongeduldig. En hg
hamert.
Als ik buiten kom zie ik een
slanke Buiek wegrijden. Aan het
stuur, sigaar in het hoofd, een van
de grote pieten van gisteravond in
het café.
Weer nieuwe plannen met
de PBO
DEN HAAG De minister van
Economische Zaken heeft aan de
voorzitter medegedeeld, dat hg in
gevolge een reeds oude afspraak op
Vrijdag 14 October en zo mogelijk
ook reeds op Donderdag 13 October
te Brussel een ministersconferentie
van de Benelux-land en moet bijwo
nen.
Met het oog hierop is de voor
zitter, in afwijking van zijn vroegere
plan, voornemens aan de Kamer
voor te stellen, de behandeling van
de F.B.O.-ontwerp, indien deze niet
op Vrijdag 7 October ten einde ge
bracht kan worden, voort te zetten
op Woensdag 12 October te 3 uur,
met voortzetting zo nodig des avonds
te Buur en indien ook dan de be
handeling niet mocht worden vol
tooid op Donderdag 13 October 's
morgens te 11 uur.
De Engelse devaluatie:
'n kleine koersverstoring
OTTAWA. Ernest Bevin, de
Engelse minister van buitenlandse
zaken, heeft op een jiersconferentie
te Ottawa verklaard, dat de veron
derstelling van de Sowjet-Unie, dat
de economie van het Westen onver
mijdelijk moet ineenstorten, uit
eindelijk „haar eigen ondergang"
zou worden. „Onlangs trad een klei
ne koersverstoring op", aldus Be-
vin maar deze had voorkomen kun
nen worden, „indien wij eerder be
seft hadden, wat er aan de hand
Periodieke uitkering
verzetsslachtoffers
Indonesië
Op vragen van het Tweede Ka
merlid .Weiter inzake de voorziening
voor verzetsslachtoffers in Indone
sië heeft minister Gotzen geant
woord, dat een regeling in voorbe
reiding is, welke beoogt aan de na
bestaanden van verzetsslachtoffers-
particulieren in stede van een voor
vermindering vatbare uitkering op
de voet van de Algemene Oorlogs
ongevallen Regeling een onaantast
bare periodieke uitkering te geven.
Voor de nabestaanden van verzets
slachtoffers, die landsdienaar waren,
acht de regering van Indonesië een
speciale voorziening niet nodig, om
dat de voor dezen geldende regeling
voor de toekenning van pensioenen
en onderstanden (het z.g. smarte-
geld), alleszins bevredigend wordt
geacht.
Twee vliegongelukjes
worden nagepluist
DEN HAAG De Raad voor de
Luchtvaart zal op Maandag 17
October a.s.r te 14 uur, in de Sta
tenzaal van' bet Ministerie van
Verkeer en Waterstaat in openbare
zitting een nader onderzoek instel
len naar het ongeval, op 10 Febr.
1949, nabg Coliga (Portugal) over
komen aan het vliegtuig PH-NCN
van de N.V. Aero Holland.
Dit vliegtuig werd bij het uit
voeren van een noodlanding, we
gens benzinegebrek, licht bescha
digd; de vier inzittenden liepen
hierbij echter geen verwondingen
op.
Tevens zal dan een nader onder
zoek worden ingesteld naar het
ongeval op 3 Mei 1949 op het
Luchtvaartterrein Vpenburg over
komen aan het vliegtuig PH-NCL
van de N.V. Aero Holland.
Dit vliegtuig is by het wegrijden
naar de startplaats in botsing ge
komen met een geparkeerd start
wagentje, waarbij het ernstig werd
beschadigd; persoonlijke ongeluk
ken deden zich hierbij niet voor.
SI.Bur.J.Wr.lZ^S
Tewerkstelling-,
In antwoord op Uw versoek-
«cbrift vu 16 Kei 1949 d«*l Ut U aede.
dat «eiien de t>«(rekkelijke korte tijd,
welke U nog bil A* filjkedienat voor de
Oltveering *bd Werken tewerkgesteld xolt
blijven,-nl.tot l Pebrweri 1950- voor
mij geen ssnleidlog beetsst om gunstig
op tl* verdoek te beslissen.
DE MI HlSTER VAN OQRLCG.
Voor de Minister,
SfT HOOFD DEH AFO. A
»|A.
Aas:
Ir.k.liei jatek,
kaap -Vledder-,
Vl»dd«r (Sr),
EEN REPRODUCTIE van een van de brieven, die Ir. A. Heystek ont
ving van het Ministerie van Oorlog, ondertekent door de heer Lau-
tenslagerloaarin deze op 30 Mei '949 verklaart, geen aan'siding te
vinden het verzoek van de heer Heystek om. een andere vorm. van
tewerkstelling in te willigen, omdat de heer Heystek nog maar „be
trekkelijk korte tijd", n.l. tot 1 Februari 1950 acht maanden dus
in het ïcamp Vied der zal moeten blijven.
GEWETENSBEZWAREN TEGEN KRIJGSDIENST (II)
MONUMENTEN GEVRAAGD
EP. IS GOED NIEUWS gemeld
van het monumentenfront.
Daarom goed nieuws, omdat wy
eigenlijk een beetje zijn gaan wan
hopen of wij in onze stad ooit nog
wel eens zouden toekomen aan net
plaatsen van monumenten. Werke
lijk, dit is geen overbodige weelde.
Wij zijn op dit gebied nooit sterk
geweest en vergeleken bij buiten
landse steden zelfs erg zwak. Ons
grootste en schoonste monument is
onze haven. Die aaven is met ge
weldige opofferingen tot stand ge
komen en ze breidt zich nog steeds
uit. Vorige generaties hebben dit
blijkbaar meer dan voldoende ge
vonden; er was trouwens geen tijd
om aan iets anders te denken, de
haven ging voor.
Overigens, helemaal zonder mo
numenten zaten wij met. De vreem
deling mocht dan een Are de
Tnomph of grote, imposante beel
dengroepen vergeefs zoeken, op
zijn weg door de rommelige Rot
terdamse straten vond hij toch op
een gegeven ogenblik een van
ouderdom uitgeslagen Erasmus,
een beschimmelde Van Hogendorp.
een als een generaal poserende
Tollens of een gedenknaald, waar
mee wij het totstandkomen van de
Nieuwe Waterweg bejubelden. En
dan was bet zo'n beetje uit, want
de haven ging voor.
Wat er verder in de stad aan ge
velstenen van historische waarde
over was, is door het bombarde
ment weggevaagd; zelfs de geuren
uit het oude binnenhavenkwartier
waarover Jan Prins met knagende
nostalgie heeft geschreven, zijn
verdwenen. Alleen het oerburger-
lijke vrijheidsbeeld op de Grote
Markt bleef gerpaard en dan heb
ben wij ook nog Johan van Olden-
bamevelt, die echter zo verscho
len staat, als ware hij bang voor
de regen. Het lijkt er veel op als
of de eminente geleerde, de staats
man, de verffabnkant-diehter, de
juffrouw van Den Brïel en de
raadspensionaris geweten heeft
dat wij niet dik in de monumenten,
zaten en daarom hardnekkig zijn
blijven staan. Zg hebben er ra elk
geval dit mee bereikt, dat wij ons
niet op ons gemak voelen.
(Van een onzer redacteuren)
De Nederlandse wet kent de vrijstelling van krijgsdienst op grond van
erkende gewetensbezwaren. Dc Nederlandse wet kent ook de vrijstel
ling op grond van zogenaamde persoonlijke onmisbaarheid. In 1941 Ia bet
In Nederland gebeurd, dat aan iemand, die tot de categorie der „oiunls-
baren" behoorde, vrijstelling werd geweigerd, omdat hjj toevallig óók nog
gewetensbezwaren tegen de krijgsdienst had en zich op de Dïenstwelge-
ringswet beriep. Dat Is zonderling, omdat men geneigd is te veronder
stellen, dat iemand persoonlijk onmisbaar is óf niet, maar dat zijn per
soonlijke overtuiging daarmee niets te maken beert. Op het departement
van oorlog dacht men er blijkbaar anders over. Dat was des te zonder
linger, omdat omstreeks dezelfde tijd de reserve-kaptein P. G. Palmen van
het bureau „Gewetensbezwaren" van het departement verklaarde: „Aan een
principiële en erkende dienstweigeraar kan ln geval van onmisbaarheid
even goed vrijstelling van burgerdienst pil obt worden verleend, als de
militair onder die omstandigheden vrijstelling van militaire dienstplicht
krijgt." Een standpunt, dat kapitein Palmen niet zo maar op z|in eigen
houtje verkondigde, maar dat later door minister Schokking eveneens
naa' voren werd gebracht.
de zich ln verbinding' met het de
partement en vroeg om instruc' *3.
omdat de betrokkene geen gewoon
dienstplichtige maar een dienstwei
geraar was. Het departement ant
woordde, dat de reeds verleende
vrijstelling weer werd ingetrok
ken....
Op 4 Mei 1949 antwoordde minis
ter Schokking schriftelijk op enkele
vragen, die in de Tweede Kamer
waren gesteld. „Is het waar", zo had
men geïnformeerd, „dat aan burger
dienstplichtigen in bepaalde geval
len vrijstelling van de burgerdienst-
plicht wordt verleend?" „Als regel"
aldus de minister, „wordt aan die
burgerdienstplichtigen vrijstelling
verleend, die daarvoor ook als mili
tair ia aanmerking zouden zijn ge
komen."
Als regel! De heer Heystek had
ondervonden, dat er op deze regel
ook uitzonderingen waren. Hij be
greep dan ook ten volle, waarom
het betrokken Kamerlid tevens aan
de minister bad gevraagd of een
dergelijke „regel" niet beter in de
wet kon worden vastgelegd.
NOG VEEL ZONDERLINGER
Da dienstplichtige A. Heystek, in
genieur bij de Nederlandse Spoor
wegen, ondervond dat het, ondanks
die stellige verzekeringen van be
voegde zgde, toch een groot ver
schil uitmaakt of men onmisbaar is
zonder meer, dan wel onmisbaar is,
maar tevens bezwaren tegen de
krijgsdienst heeft.
Nadat hij als dienstweigeraar in
fort Nieuwersluls was opgesloten,
vroeg de Algemene Dienst van de
Nederlandse Spoorwegen vrijstel
ling voor hem aan, omdat dit be
drijf hem nodig had. Dientengevol
ge kwamen bij het departement van
oorlog twéé verzoekschriften be
treffende de dienstplichtige Heystek
binnen. Dat van de Algemene Dienst
der N.S. en dat van hemzelf, waar
mee hij zich op de Dienstweigerings-
wet benep. Beiden werden natuur
lijk behandeld, zg het door versch'l-
Icnde afdelingen en niet met dezelf
de snelheid.
Het verzoek van de Nederlandse
Spoorwegen werd na ruim veertien
dagen ingewilligd. Op 13 Februari
kwam op het fort Nieuwersluïs het
bericht binnen, dat aan dc dienst
plichtige Heystek vrijstelling was
verleend op grond van persoonlijke
onmisbaarheid. Het had van Den
Haag de omweg over Eist gemaakt,
omdat het departement het naar het
legeronderdeel had gezonden, waar
toe de heer Heystek oorspronkelyk
behoorde. Maar dit bericht heeft de
gevangene in fort Nieuwersluls nooit
bereikt.
De commandant van het fort stel-
PITTSBURGH. De gevolgen van de stakingen ln de Amerikaan se
steenkool- en staalindustrie doen zich steeds sterker gevoelen. Een dezer
gevolgen Is dat 100.000 man administratief personeel tot werkloosheid
is gedoemd. Verder bljjkt dat de e taalproductie tot 8.2 procent van haar
capaciteit gezakt is en dat o.a. de Packard Motor Company haar werk
zaamheden aanzienlek heeft moeten Inkrimpen.
Da havencommissie van Milwau
kee heeft bekend gemaakt, dat 200
schepen, ongeveer da helft van de
vloot van het Grote Meer, tydeltJk
opgelegd zullen worden wanneer
het staalconfliet niet binnen enkele
dagen beëindigd is. Deze schepen
transporteren eerst uit Minnesota
en Michigan naar de staalfabrieken
in Pensylvania en steenkool terug
naar de Noordelijke staten.
De New Yorkse centrale spoor
wegen hebben wegens de steenkool-
staking ongeveer 2000 man met
verlof naar huis moeten sturen en
volgens een officiële verklaring zal
een langdurige staking in de staal-
en steenkoolindustrie de spoorwe
gen op een maandelijks verlies van
12 mlllloen dollar aan ontvangsten
komen te staan.
In Washington blijver de fede
rale bemiddelaar Cyrus Ching en de
presidentiële assistent John Steel-
man inmiddels hun best doen om de
conflicten over de pensioen-eisen
van 514.000 b|j het CXO. aangeslo
ten arbeiders in de staalindustrie en
380.000 leden van de United Minc-
workers tot oplossing te brengen.
Nabfl Grundy In Virginia Is de
truck-chauffeur Walter Compton
door een rollend rotsblok gedood,
toen hij langs de voet van een berg
reed. Sheriff Ishmael Fletcher, zei-
de dat men een onderzoek Instelde
naar de mogelijkheid of het rots
blok opzettelijk gerold Is naar
Compton, die niet aangesloten is hg
de United Mine workers.
De enige ataalproductle komt op
het ogenblik van de onafhankelijke
staalfabrieken en die fabrieken die
contracten hebben met de United
Steelworkera. De automobielindus
trie heeft ln het algemeen genomen
een staal voorraad voor 451 00 da
gen, maar de Packard heeft reeds
bekend gemaakt, dat z|j deze week
gedurende twee dagen zal sluiten
en een productievermindering onder
het oog zal zien wegens de geringe
voorraad aan grondstoffen.
De federale cnergiecommlssie rap
porteerde, dat de steenkool voorra
den voldoende z|jn om de energie
centrales en openbare nutsbedrijven
gedurende drie maanden op gang te
houden.
VOOR DE ST1LGELEGDE-
STAALFABR1EKEN en hoog
ovens in de Verenigde Staten
wordt gepost. Een van de stakers
van de Carnegie Illinois fabrie
ken komt met zijn drie kinderen
kijken naar de posters voor een
der grootste hoogovens in de we
reld in South Chicago. (Anp-
telefoto).
Toen de heer Heystek eenmaal als
principieel dienstweigeraar was er
kend, uit het fort Nieuwersluïs was
ontslagen en zich zo spoedig moge
lijk naar het departement van oor
log begaf, deed hij nog veel zonder
linger ervaringen op. De reserve
kapitein Palmen deelde hem moe,
dat hij als dienstweigeraar toch heel
goed vrijstelling op grond van per
soonlijke onmisbaarheid zou kunnen
krijgen. Maar toen daarop de Nedc:
landse Spoorwegen opnieuw een
verzoekschrift indienden, luidde net
antwoord, dat aan de heer Heyste.se
geen vrijstelling werd verleend.
In Juni 1948 de heer Heystek
had inmiddels een paar maal uitstel
van zijn burger dienstplicht gehad
verzochten de Nederlandse Spoor
wegen wederom vrijstelling voor
hem. Het antwoord luidde: „Aan
gezien de betrokkene ingevolge de
bepalingen van de Dienstweige
ringswet in een burgerlyke tak van
staatsdienst tewerk dient te worden
gesteld, kan ik aan uw verzoek niet
voldoen".
De burgerdienstplichtige Heystek
vertrok naar Drente om daar te
werk te worden gesteld bij de
D.U.W. Tien maanden lang spitte hij
Jn de Drentse grond. Toen las bij in
de krant het schriftelijk antwoord
van minister Schokking aan een der
Kamerleden. Hij stelde zich in ver
binding met de spoorwegen en die
dienden nogmaals een verzoek
schrift in. Het antwoord was ver
rassend. Het luidde, dat het inder
daad toch wel mogelijk was op so-
c.aal-econonusche gronden vrijstel
ling van burgerdienstplicht te ver
lenen, maar dat er geen aanleiding
bestond het verzoek om vrijstelling
in te willigenomdat de heer
Heystek nog méér acht maanden
als tewerkgestelde voor de boeg
had.
LAATSTE WIJSHEID
De heer Heystek zelf was minder
verrast dan men zou denken. Hij
had al eens eerder ervaren, dat het
argument van „het zijn nog mékr
acht maanden" de laatste wgsbeih
van het departement v&u oorlog is.
Dat was toen hij de minister ver
zocht op grond van zijn opleiding
en Capaciteiten niet by de D.U.W,,
maar bij de P.T.T. tewerk te mogen
worden gesteld. De voor de hand
liggende mot.even die hem daar
toe brachten werden met aange
vochten. Maar het verzoek werd af
gewezen, ook al, omdat het niet
meer de moeite waard zou zijn.
Toen in de Zittingsperiode 1922/"23
de Dienstweigeringswet bij de Twee
de Kamer werd ingediend en be
handeld, merkte het Kamerlid
Deckers op (Handelingen, blz. 22611:
„Bij het toewnzen van de dienstwei
geraar aan enig burgerwerk moet er
rekening worden gehouden met aard
en aanleg van de man." De toenma
lige minister van oorlog, Zijne Ex-
de hierop: „De heer Deckers heeft
cellentie J. J. C. van Dijk, antwoord-
een aantal punten genoemd, waar
aan naar zijn mening zou moeten
worden voldaan en in het algemeen
kan de regering daarmee accoord
gaan". (Handelingen blz. 2276). Voor
het in werking treden van de
Dienstweigeringswet verscheen op 3
Mei 1924 een Koninklijk Besluit,
waarin o.m. werd bepaald, dat de
commissie, die de gewetensbezwaren
van de dienstweigeraar onderzoekt,
de minister niet alleen daarover ad
vies uitbrengt, maar ook over de
meest geschikte tewerkstell.ng. In
het geval van de heer Heystek is
dat kennelijk niet geschied. Het zou
ook niet de minste zin hebben ge-
ZEKER, wij zouden in onze stad
een paar flinke gedurfde mo
numenten best kunnen gebruiken,
temeer, nu er alle aanleiding voor
bestaat. Om te beginnen wordt er
al jarenlang gebroed ap een her
denkingsmonument, dat de herin
nering aan de zwaargetroffen stad
en haar slachtoffers door de eeu
wen heen brandende zal houden.
Men weet de plaats waar dit zal
komen en het is tenmiste iets, al
het pover. Men weet blijkbaar
ook de ontwerper, maar dit zegt
minder, want als wjj goed zijn in
gelicht, werden reeds enige malen
ontwerpen afgekeurd.
Wij schieten dus nog niet hard
met dit herdenkingsmonument,
nidden van deze plannenmake
rij komt ons de tijding verrassen
dat Rotterdam een Churchill-mo
nument zal krijgen. Wij zouden
bijna zeggen, dat er concurrentie
op de markt komt, want met alle
respect voor mr. Churchill;* wat
wil men nu eigenlijk? Monumen
ten kosten veel geld; het is waar-
schynlgk de reden, waarom vroe
ger zekere toonaangevende lieden
het graven van een haven renda
beler vonden dan het financieren
van een dood stuk steen.
Het is mogelijk dat de inzichten
plotseling gewijzigd zijn, maar dan
blijft het toch vreemd dat wij nu
van het ene uiterste in het andere
vallen. Een overdaad van plannen
kan het verwezelijken van één
plan slechts schaden,. Wij zouden
daarom willen zeggen: laten wij
het voorlopig houden op het her
denkingsmonument, want daarop
wachten wij al zo lang. Laten wij
daar iets moois van maken, het
herdenken van de gevallenen
waardig.
En dan? Wel, dan kunnen we
weer zien. Intussen is er dan mis
schien zoveel gebouwd in het cen
trum, dat de behoefte aan gedenk
tekenen rich nog sterker zal laten
voelen.
had. Sinds de jongste oorlog wor
den op enkele uitzonderingen na
alle erkende dienstweigeraars b|j
de D.U.W, geplaatst. Blijkbaar heeft
de heer Deckers destijds, ondanks
het welwillende antwoord van mi
nister Van Dijk, tóch voor de ban
ken gepraat.
DEN HAAG. Onlangs Is in Luxemburg een- bijeenkomst geweest
van delegaties uit de vijf b|j het Pact van Brussel aangesloten landen;
er ls toen een conventie opgesteld inzake internationale regeling van
ziektekosten. Dr. C. van den Berg, directeur generaal voor de Interna
tionale volksgezondheidszaken van het Ministerie van Sociale Zaken,
die als hoofd der Nederlandse delegatie is opgetreden vertelde ons, dat
over die bijeenkomst enige onjuiste berichten hebben gecirculeerd.
In het kader van het Vijfmo-
gendhedenverdrag bestaat een
commissie voor de volksgezond
heid en een commissie voor sociale
zekerheid, In deze eerste commis
sie nu zijn twee punten aan de
orde gekomen, ten eerste:
De wenselijkheid, dat inwoners
van de vijf landen in een der vier
andere landen, als zij er vertoeven,
geneeskundige verzorging kunnen
ontvangen op kosten van het land,
waar zij verblijf houden.
Het tweede punt, dat aan de orde
kwam, was de vraag, of de vijf
landen zouden kunnen samenwer
ken op het gebied van de bad
plaatsen. Men stelde zich voor, dat
bijvoorbeeld een Engelsman of een
Nederlander, die een badkuur het
beste in een Franse badplaats zou
moeten doen, zo nodig daartoe
door de instellingen op het gebied
van de sociale verzekering en der
gelijke in het eigen land in staat
zou moeten worden gesteld.
In beginsel ztjn beide denkbeel
den door de Volksgezondheidscom
missie gunstig ontvangen. Daar
evenwel bij beide onderwerpen
ook de sociale verzekering betrok
ken was, werd besloten beide za
ken fn handen te stellen van een
gemengde commissie, bestaande
uit vertegenwoordigers van de
Valksgezondheids- en van de So
ciale Zekerheids com missie der vijf
mogendheden. Deze gemengde
commissie heeft thans in Luxem-'
burg vergaderd' Het plan voor een
internationale regeling van ziek-
tekosten werd aanvaard, voorlo
pig voor L jaar.
Ten aanzien vhh het tweede punt
bleek in.de vergadering menings
verschil te bestaan over de me.
dische doeltreffendheid van be
handelingen in badplaatsen. De
Nederlandse delegatie verzette
zich allerminst tegen het denk
beeld zelf, maar deze commissie
was niet bevoegd in de medische
kwestie een beslissing te nemen.
Zij was van mening, dat deze aan
gelegenheid ter beslissing diende
te worden verwezen naar de com
missie voor de volksgezondheid,
hetgeen ook is gesch.ed.
De Ceram en Batjan
op thuisreis
BATAVIA. Donderdagoch
tend zijn Hr Ms „Ceram" en „Bat
jan" uit de haven van Priok naar
Nederland vertrokken. Alvorens de
be.de korvetten ontmeerden, hielden
de commandant der zeemacht In
het oosten op de bak van Hr Ma
„Ceram" een toespraak tot de ver
zamelde bemanningen. Hij bedank
te de thuisvaarders voor het nauw
gezet vervullen van hun taak gedu
rende de afgelopen jaren en wenste
hun een goede reis en behouden
vaart. Vervolgens begaf de vloot
voogd zich naar het achterschip van
Hr Ms „Ceram", waar hij persoon
lijk afscheid nam van de officieren
der beide oorlogsbodems.