Midden in een zeepkleurige vijver ligt
de barse donjon van Ravesteyn
Tweede Kamer zwoegt rustig voor?
aan de P.B.O.
Willem Ravelli jubileert
Van een dam is bij het Gors nog niets te zien
VJ
IN „HUIZE HEENVLIET"
DE TIJD STIL
STAAT
Concertorgel in huiskamer
gebouwd
N1
Amendementenslag wordt a.s.
Woensdag voortgezet
Vijf en dertig jaar concertzanger
-• a- a
Zaterdag 8 October 1949
3
A LC,-rrd mCf" teilkelï' „dat dit een Ee5chiedkundig verhaal wordt, alleen omdat wij toevallig de over-
Jr\ hlijfselen van het kameel Ravesteyn te Heenvliet bezochten, dan vergiet hij zich deerlijk. Het is dechts
een verhaal van zon en ruimte van geurende polders en frisse zeewind, van speelse gedachten en een jeep,
maar d"e laatste hadden wij nodig om ons te verplaatsen en verder is zijn betekenis, ondanks een zekere aan
hankelijkheid, trouwhartigheid en opofferingsgezindheid, te verwaarlozen.
Op de kalender hadden ivij gezien, dat het de zoveelste October was, doch verwerken deden wij het niet. 'Wij
zaten m ons colbertje in de jeep en lieten de wind door
ome haren wapperen. Terwijl de motor allergezelligst
snorde, maakten wij plannen om deze dag der dagen tot WÊÊÊÈÊÊm
aller tevredenheid productief te maken, maar na een ge
slaagde sport door de tunnel en een triomfantelijk voor
bijrazen van bet eilanden trammetje wat geen kunst
is wisten wij ergens op een dijk in de buurt van Waal
haven nog steeds niet waaruit dat productief maken
eigenlijk bestond.
Slechts een der opvarenden van de jeep hield met
koppige vasthoudendheid vol, dat het dorp Heenvliet
een aards paradijs was, waar ons wel niet de gebraden
duiven in de mond zouden vliegen, doch hetwelk binnen
redelijke grenzen aan vage dromen van landelijke rust
zou beantwoorden en meer wilde hij er niet van zeggen.
Onmiddellijk verklaarde nummer twee nadrukkelijk, dat
hij niet eerder rustte voor hij de betonnen zinkers in de
Brielse Maas had gezien, waarover hij onlangs in „Het
Rotterdamsch Parool" had gelezen en die hem het sum
mum leken van- Hollands Glorie, waarna nummer drie,
en dat was de fotograaf, prompt kwam met de mede
deling, dat hij alleen maar mee was gegaan om de werk
zaamheden aan de afsluitdijk bij het Gors te fotograferen
en zelfs de twijfel daaromtrent, die wij uitspraken, kon
hem niet van dit denkbeeld afbrengen.
Zoals gezegd, deze discussie vond plaats in de buurt
van Waalhaven. En met het ene oog op de Wielewaal en
met het andere gericht op de nevelige einders van de
Pendrechtse polders, besloten wij toen maar het ieder
naar de zin te maken. Welnu, we hebben het ieder naar
de zin gemaakt. Zelfs de jeep leek tevreden. Hij nam een
sprong over de tramrails bij de Kruisweg en liep toen,
opgewekt snorrend, zonder verdere aanmoediging naar
Heenvliet.
Waar de voorbereidende werkzaamheden worden
verricht bij de afdamming van de Brielse Maas.
Volgend jaar zuilen op deze plek de betonnen
zinkers gebruikt worden om het laatste gat te
dichten
IT daar nou kopy in?" zeur-
yj£-* de Leen. Hij stapte uit de
jeep en keek met grote, verwon
derde ogen over de markt. De foto.
graaf volgde hem op de hielen. In-
plaats van mee te zeuren, stiet hg
korte Juichtonen uit, want de zon
begon juist door de nevels heen te
breken en verfde het pleintje met
de oude gevels en het late groen
der kastanjebomen vol gouden kleu
ren.
„Is dit nou Heenvliet?" zuchtte
Leen weer. Als antwoord kreeg hij
een prope papier in zijn nek. dat
door een jeugdig dorpeling, die
moederziel alleen Indiaantje speel
de, door een blaaspijp was afge
vuurd. Leen ging, omdat hg een
verstandig man is, niet op deze uit.
daging in, maar slenterde vol ver.
wachting naar een oude pomp, die
met enige trots het jaartal 1755
droeg,
„Sjonge," zei hij.
De deskundige bestuurder van de
jeep grinnikte zachtjes.^
„Oud, hè? En toch staat die
pomp hier pas een week."
„zo," zei Leen, net alsof hg het
niet goed begreep.
„De burgemeester heeft 'm in
Zwolle gekocht. Hij vond de pomp
mooi en omdat Heenvliet geen pomp
had, heeft hg die maar aangeschaft.
Staat niet kwaad op dit pleintje,
niet waar?"
De pomp stond er inderdaad niet
kwaad, zoals alles op dit pleintje
niet kwaad stond. Alleen had het
ding na enkele dagen opgehouden
water te geven, omdat de jeugd er
net zo lang kiezelsteentjes in ge
gooid had, dat de pomp eenvoudig
geen water meer kön geven.
We liepen om het pleintje heen,
handen op de rug en vriendelijk
groetend en met een gevoel alsof
wezelf tot de levende inventaris
van het dorp behoorden.
„Wat is dat voor een sloot?"
vroeg Leen weer.
„Dat is geen sloot", klonk het
plechtig, „dat is de Bemisse. het
overblijfsel van een oude zee-arm.
Vroeger voeren hier koopvaardij
schepen en er werden zelfs zee
slagen geleverd".
„Hoe bestaat het", zei Leen.
A LS je door het wankele houten
x x poortje van het witgekalkte
„Huize Heenvliet" binnenstapt en
over het vierkante binnenplaatsje
wandelt, zie je eerst een tuin en
achter die tuin de wijde polder met
in de verte het silhouet van de
Brielse toren. Je stapt echter tege
lijk een andere tijd binnen, een
oude, bijna vergeten tgd, zodat je
hel niet eens vreemd zou vinden
als uit de gebarsten deur van „Hui
ze Heenvliet" een figuur op de
drempel verscheen, gekleed in een
I5e euws costuum. die op dat mo
ment en sierlijke révérance maak
te. Neen, je zoudt er niet van
schrikken, maar hoogstens het fo-
De witgekalkte muren van „Hui
ze Heenvliet" beheersen de om
geving. Restauratie is echter
dringend nodig.
totoestel verbergen, dat je net
schietklaar in de hand hield. Dit is
geen omgeving voor fototoestellen,
maar voor glimmende kurassen,
hellebaarden en rapieren. Want
ginds, midden in een zeepkleurige
vijver, ligt de barse donjon van
Ravesteyn. Het hoge geboomte en
de zwanen in de vijver ziin ver
dwenen. Het geboomte werd ge
kapt om de burcht vrij te maken
voor het nieuwsgierige oog des
touristen en de zwanen werden
opgepeuzeld door zwaargelaarsde
Pruisen.
Wat er echter over is vart de
donjon, verheft zich met een soort
ongenaakbare trots." De muren mo
gen verbrokkeld- en bouwvallig
zijn, grimmig zun ze nog steeds en
wij, die gewend zijn aan twee-
steensmuurtjes, kijken vol ontzag
naar de meterdikke valpoort. Het
klimop tiert er welig, evenals het
onkruid en het honinghoudend ge
was, waaraan de wespen zich zat
vreten. Bij een onverwacht geluid
fladderen tientallen vogels krij
send uit de bouwvallen. Ware het
niet, dat de zon zo heerlijk scheen,
wij hadden ons verbeeld in de na
bijheid te vertoeven van het door
Poe beschreven „House of Usher".
Merkwaardig hoe weinig wij van
dit slot weten! Er bestaat eigenlijk
geen geschiedenis van, In deze om
geving moeten vele burchten ge
staan hebben, toen de Bernisse nog
een belangrijke rivier was. Ver
sterkte kastelen, van waar uit
roofridders hun strooptochten on
dernamen. De stenen ziin stom, zij
spreken niet. Wij dwalen fluiste
rend door de bouwval en blijven
staan in de vroegere kerker van
Angelus Mezula. de pastoor van
Heenvliet, die hier gevangen heeft
gezeten en daar de ketting is
er nog vastgeklonken was. Een
kleine, hoge cel met een minuscuul
venster, waaruit ontsnappen tot de
onmogelijkheden behoorde.
Het toestel van de fotograaf
klikte.
Wij stonden weer in de werke
lijkheid van het heden.
Leen wiste zich met een zakdoek
de zweetdruppels van het gelaat.
„Je zal hier maar zitten", zei hij
benauwd.
HJIZE HEENVLIET" liet ons
snel de onheilspellende sfeer
van de eenzame roofburcht verge
ten. De jonge vrouw, die de deur
voor ons opende, was eenvoudig ge
kleed cn droeg een modern kapsel.
Inplaats van kamers, zagen wij za
len en in de keuken kon gemakke-
Igk een vrolijke schuttersmaaltijd
aangericht worden. Nog nauwelijks
bekomen van de schimmen uit het
tijdperk der roofridders, stapten wij
in een interieur uit het jaar 1850.
Rood-pluche^ stoel en, ongemakkelij
ke divans, notenhouten kastjes en
kabinetjes, goudleren behang, een
plafond vol ornamentiek en langs de
wanden rijen portretten, prenten en
zowaar enkele goed geconserveerde
daguerro types. De geportretteerd en
keken soms ernstig en dan weer
spottend naar ons en wij naar hen-
Wij taxeerden elkaar. Enkelen sche
nen ons hooghartig te willen vragen
of wjj wel tol betaald hadden, an
deren loerden argwanend naar onze
opzichtige sportjasjes. Er waren
ook zeer deftige tantes bij en die
keken weer laatdunkend naar onze
geschoren gezichten, terwijl er een
bij was, die zich zeer beslist het
hoofd pijnigde met de vraag waar
om wij geen vön allen een hoge hoed
droegen.
Inderdaad, wg taxeerden elkaar,
maar ik kan u met de hand op het
hart verzekeren, dat wij van onze
kant deze verleden tgd op een
uiterst beleefde en welwillende wij
ze observeerden en bg' elke verkla
ring van do gastvrouw»*
met het hoofd nflgden. Daar was
trouwens wel reden voor, luistert u
maar.
Maria de Medici en A mall a van
Solms deden destijds een poging van
Den Briel naar Engeland over te
steken. Maar het weer was slecht
en zi) besloten de nacht op het ei
land door te brengen. Stormwind,
flakkerende flambouwen, schichti
ge paarden, een modderige landweg
en eindelijkHuize Heenvliet, Daar
sliepen zfl toen.
Goede morgen en bedankt voor
de koffie, zeiden wg.
De jeep schudde uitgelaten toen
hfj ona zag aankomen.
IJK, daar liggen de zinkera,"
»tYzei de fotograaf en hö wees
naar twee witblinkende staven in
de Brielse Maas. Leen was zichtbaar
teleurgesteld.
„Ik heb honger, laten we wat
gaan drinken," stelde hg voor.
Hoewel wg niet precies wisten
wat' hg met deze raadselachtige
woorden bedoelde, stemden wfj er
toch mee In, Het ongeduld van de
fotograaf was echter oorzaak, dat
wg spoediger dan wö verwacht had
den boven op de zeedgk bg het Gors
stonden. "Wat er te zien was, vindt
u op het plaatje en daarmede is
eigenlijk aJIes gezegd. Het was hoog
water en oen. houten brug liep on
geveer zestig meter in zee. Op een
schuit uit Hardinxveld stonden po
tige knapen enorme keien in het
water te smijten en dat gaf een luid
en vroigk geplons.
„Nou allemaal tegelijk," comman
deerde de fotograaf van de brug af.
„Wat mot je?" werd er geroepen.
„Ik zeg: gooien," gilde de foto
graaf weer.
Ze gooiden en het water spatte
onze vriend om de oren .Hg kwam
glunderend terug.
„Zie jg iets van die dam 7" vroeg
Leen.
„Neem een duik," adviseerde de
fotograaf en hij ging rustig verder
met kiekjes nemen Toen hjj klaar
was, zocht hg zgn plaats weer op in
de jeep en nog geen vgf minuten la
ter sliep hg als een roos.
Toen zgn we maar weer terug ge
reden. Ergens bg Waalhaven werd
hij wakker, keek ons peinzend aan
en zei heel langzaam: „Nou geloof
ik vast, dat ik nog iets heb ver
geten."
„Wat dan?" vroeg Leen ademloos
en snel een hlik werpend op zijn
polshorloge.
„Ik had een foto van die kerker
van Angelus Merula Willen maken,
weet je wel?"
We zijn niet terug gegaan.
Heenvliet had geen pomp en toen
heeft de burgemeester er een in
Zwolle gekocht. Maar hij doet 't
erg goed op dat schilderachtige
Toen de heer J. A.
Plenk utm de Rand-
weg 2i in Rotterdam-
Zuid nop een kleine
jongen was, peuterde
hij een harmonium uit
elkaar, 2oaIs andere
kinderen een wekker.
Wanneer hij met zijn
moeder uit wandelen
gingwas hij voor de
etalages, waarin orgels
stonden, gewoon niet
weg te slaan. Hij
moest en zou alles van
en over orgels weten.
Wat ouder geworden
kroop hij 'in kerken in
het orgehnechanisme
■waarvan hij- de con
structie tot in de
kleinste details napinp.
Hy vorste in boeken
over orgelbouw, luis
terde dolgraag naar
orgelconcerten en toen
op een goeie dagr nu
byna I»/2 jaar geleden
treep hij het idee, tn
fijn vrije tijd een con
certorgel te bouwen.
in de huiskamer van
zijn ouderlijke woning.
Nee tochheus!,
zult u zeggen.
Nu, die meneer
PIenk wist u?at frtf
deed en gelukkig voor
hemtrof fry fret, dat
zijn nader en moeder
hem niet tegenwerk
ten, integendeel. Vader
PïenJc, oud-majoor
van politie, was wel
dra al even enthousiast
voor de orgelbouw en
moeder, ja, die moest
toezien, dat haar zoon
de ene fcast in huis na
de andere ,voTderde'
voor het opbergen pan
zyn gereedschap en de
steeds aangroeiende
voorraad onderdelen
Hij drukte m'n
hoedjes gewoon aan de
kant zei ze, toen tue
dezer dagen bij de fa
milie op bezoek waren
En in de keuken
heb ik na 't avondeten
niets meer te vertellen,
want dan is m'n zoon
er de baas, die er zyn
werkp laats heeft.
In de huiskamer
neemt 't concertorgel-
in-aanbouw bijna een
hele muur in beslag.
De langste van de cir
ca 875 zinken, loden
en houten orgelpijpen
en pijpjes reiken tot
aan 't plafond. Liefst
1700 kilo weegt fret ge
vaarte en daarom zal
het kelderplafond ver
sterkt moeten worden,
anders zakt fret hele
geval door de vloer.
Speelt het al?
vragen wij, op fret fn~
drukwekkende orgel-
klavier wijzend.
De buren zijn blij
van nog niet zegt
de heer Plenk met 'n
knipoog.
Nee, ik heb nog
niet alles voor elkaar
en dan volgt een
technische uiteenzet
ting, waarin sprake is
van een pneumatisch
kegellade-systeem,
membranen, ventielen
en manualen. Heer
Plenk hoopt, dat zijn
orgel aan het einde
van dit jaar spe el-
klaar is. We moeten
een groter huis hebben
zegt zijn vader
Voor 't orgel
EEN, hier «taat geen letter te
weinig. Al weet lk wel, met
'n U erbij, was er breder belang
stelling. Of Interesseren we ons
niet méér voor Goud dan voor
God? Van goud maakten we god.
Weet ii, In hoeveel levens de ere
dienst van het goud de enige
godsdienst is.
Goudzoekers hadden en heb
ben nog wal eens succes; maar
Godzoekers? M ah at ma Gandhi,
die door niemand voor een mate
rialist, een strever naar aardse
rijkdom, zal worden gehouden,
heeft eens in een gesprek met de
Amerikaanse zendingsman Stan
ley Jones, gezegd:
„Om God te vinden moet men
het geduld hebben van iemand,
die aan het strand zit en de
oceaan poogt te ledigen door
er de druppels één voor één
uit te zuigen met een rietje."
Een hopeloos ondernemen vindt
Gandhi dat. En toch is Gandhi de
man, die in zijn leven zó dicht bij
het christendom is gekomen dat
sommigen hem eigenlijk een „on
bewust" christen wilden noemen.
Misschien verbaast het u van
een predikant te lezen, dat
Gandhi gelijk heeft Als wij God
moesten gaan zoeken, dan was
het een hopeloos geval. Dat heeft
Gandhi duidelijk genoeg gezegd.
Alleen houdt hij op, waar Chris
tus begint
Dat wij mensen iot God-vinden
niet komen, wordt al in Genesis
verteld met hel schoon verhaal
van Babels toren. Die kwam nooit
gereed. En de mensen vervreemd
den van elkaar. Maar Christus is
midden in deze verwarde, chao
tische wereld gekomen, om aan
hopeloze Godzoekers te tonen dat
het zoeken Juist van den Gevoch
te uitgaat. Zo doet Hij een appél
op ons geloof. Dat is het goud,
waarnaar te zoeken nog lonender
Is dan naar het geel metaaL En
het is te vinden zelfs bij U
thuis.
OBERMAN.
Kunsttentoonstelling in
Makassar
MAKASSER. President Soe-
k'awati van Oost Indonesië heeft
een tentoonstelling van heden
daagse Oost Indonesische kunst
geopend welke gehouden wordt in
het „Gouvemeurshms" Fort Rot
terdam.
(Van onze parlementaire redacteur)
Wanneer de Tweede Kamer zich met ernst en toewijding aan het wetten
maken zet, vergt haar arbeid, die uiteraard met grote nauwgezetheid ge
schieden moet, veel tijd Het mag dan ook niet verwonderen, dat zij giste
ren, ondanks de werktyd van 's middags één uur tot 's avonds zeven uur,
met de artikelsgewijze behandeling van bet wetsontwerp tot regeling van
de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie nog op geen stukken na klaar ia-
De commissie van voorbereiding, die de ingediende amendementen de
vorige week met de staatssecretaris mr. Van der Grinten, grondig bespro
ken -heeft, zorgde -voor een keurige voorbereiding van de debatten, welke
zich, naar men begrijpen kan, dikwijls bezig houden met kleine details.
Voor de uitvoering van de P.B.O. kunnen echter ook deze details van grote
betekenis zijn, doch niettemin zullen wij ons tot de voornaamste punten
van de discussies bepalen.
jLorg goed voor deze man, opdat wij hem nog vaak mogen horen
zingen zoals vanavond". Zo sprak in de solistenkamcr Willem Mengel
berg tot mevrouw Ravelli, toen Willem Ravelli' voor de eerste maal in
fret Concertgebouw m de Matthaeus Passion meegezongen had. En dat
deze raad ter harte werd genomen, blijkt niet alleen hieruit, dat me
vrouw Ravelli deze na cl die jaren nog weet te vermelden, maar men
hoeft de gezonde 57-jarige jubilaris, die zijn 35-jarige zangersloopbaan
deze maand herdenkt, daar maar te zien .zitten in zyn woonkamer en
zich de gave sonoriteit van zijn fraaie bariton in herinnering te roepen
om te weten, dat fry en zijn vrouw dit kostbare bezit, dat jaarlijks tal
lozen in verschillende plaatsen in Nederland en daarbuiten vreugde
schenkt, onderhouden in het volle besef van de verantwoordelijkheid
en de zorg, die het handhaven van het bereikte hoge niveau vergist.
18 October 1914 verscheen Willem
Ravelli voor het eerst als zanger in
het openbaar met o.a. een aria van
Massenet en Caro mio ben, als gast
op een concert van de Franse opera
onder Leopold Roosen in de Haagse
Dierentuin. Ravelli keurt het af,
dat de tegenwoordige vocalisten
zich te gauw zangers wanen en over
het algemeen het geduld missen,
dat 'de zware zangstudie nodig
beeft. Zelf wachtte hij nog 8 jaar
na zijn debuut, voordat hij definitief
ztjft kantoorbetrekking liet varen,
gesterkt door de mening van Corne-
lie van Zanten, zijn lerares na een
korte vooropleiding bij Andreoli,
dat hij zich genist geheel aan de
zang kon wijden. De heer Ravelli
verklaart voor zijn algehele muzi
kale vorming naast de opleiding van
„Kee" van Zanten zeer veel te dan
ken te hebben aan de jaren, dat hjj
o.l.v. Sem Dresden in het a cappel-
la-enscmble „De Dresdener Motet
en Madrigaalvereniging" zong. Ook
de raadgevingen en onwillekeurige
invloed van Willem Mengelberg en
de Belgische dirigent Lodewtjk de
Vocht hy de voorhereidlng en tijdens
da uitvoering van de Matthaeus
Passion en andere werken vermeldt
hij met dankbaarheid.
Na de dood van Tom Denijs
(1935), die op zijn beurt Messehaeri
weer was opgevolgd, werd Ravelli
de vertolker van de Christuspartij
in de Matthaeus Pass ion van
Bach in Amsterdam, evenals de
laatste 26 jaar in Antwerpen
Het gehele gangbare oratorium
repertoire heeft hij op concerten
gezonen. Zeer gewaardeerd is
ook zijn jaarlijkse medewerking in
Beethoven's 9de symphonie. Wan
neer men hoort, dat naast de tal
rijke concerten vier dagen in. dc
week gewijd zijn aan lessen aan de
conservatoria in Den Haag en Ant
werpen, waar dan nog de particulie
re opleiding van veelbelovende voca
listen bijkomt, begrfrpt men, dat
maar weinig tijd overblijft voor lie-
derenrecitals. Van zomervacantie t
dit jaar dan ook weinig gekomen
toen het comité, dat ztfn jubileum
voorbereidt, hem verzocht 20 Octo
bcr in Diligentia in Den Haag een
recital te geven. De laatste jaren
staat het Haagse Bachkoor onder
zijn drectie, waarmee hij met Kerst-
mis een gedeelte van Bach's Welh-
nachtsoratorium hoopt uit te voe
ren.
De Nederlandse en de Belgische
regering hebben indertijd RaveÜi's
grote verdiensten, voor het muziek
leven erkend door hem te benoemen
tot respectievelijk ridder in de Orde
van Oranje Nassau en in de kroon
orde van België. Foto's op de vleu
gel en door de gastvrouw uit de
kast te voorschijn gehaald geven
volop stof tot het ophalen van tal
rijke herinneringen, aan de tijd van
het Hollands Vocaal Kwartet, door
radio en gramofoon zeer bekend ge
worden, en aan het Nederlandse
opera-ensemble „De Co-opera-tie",
waaraan Ravelli korte Lijd verbon
den was. Hij zong toen onder meer
de Wolfram In Wagner's Tannhau-
ser. Een groot verleden. „Als ik
mqn leven opnieuw moest beginnen,
zou ik weer dit beroep kiezen,"
zegt de jublaris.
WILLEM RAVELLI
Evenals verleden week bij de al
gemene beschouwingen werd ook nu
weer geanimeerd van gedachten ge
wisseld over de vraag, of de instel
ling van de hoofdbedrijfschappen
en bedrijfschappen bij Koninklijk
besluit, niet in strijd is met de
Grondwet, die spreekt van „de Wet
kan instellen". Er ontspon zich een
uitvoerig staatsrechtelijk debat,
waarin de heren Schouten (AR)
en Oud (WD) betoogden, dat
de voorgestelde regeling in strijd
was met de Grondwet. De heer
Schouten kon er daarbij op wijzen,
dat in het oorspronkelijk ingediende
wetsontwerp alleen sprake was van
instelling der genoemde organen bij
de wet, doch dat de Regering daar
op later is teruggekomen. De heer
Oud, die op zichzelf geen tegen
stander is van delegatie van be
voegdheid aan lagere organen, meen
de dat dit voor de instelling en re
geling van de bevoegdbeden dier or
ganen. niet mogelijk was.
De heer Romme (KVP) verde
digde het regeringsstandpunt. 2.L is
hier slechts sprake van normale de
legatie van bevoegdheid. De Staats
secretaris ging zelfs zo ver, dat hij
verkondigde, dat Kamer en Rege
ring samen de Grondwet konden in
terpreteren. Het was de heer Schou
ten wel toevertrouwd hem daarover
op de vingers te tikken. Zijn amen
dement, dat de instelling en de re
geling van de bevoegdheden bij wet
wilde doen geschieden, werd ech
ter met 51 tegen 32 stemmen ver
worpen. Alleen de KVP en P v d A
bleken het regeringsstandpunt te
delen.
Een ander principieel punt in het
debat was de benoeming van de
voorzitter van de Sociaal-Economi
sche Raad. die tijdens de debatten
SER gedoopt werd. Deze raad telt
drie groepen: vertegenwoordigers
van werkgevers en werknemers,
door de betrokken organisaties zelf
aangewezen, en door de Regering
buiten deze belanghebbenden om be
noemden. in het wetsontwerp kreeg
de betrokken minister de vrijheid
de voorzitter uit een dier drie groe
pen te benoemen. De heer Neder-
horst (arb.) wilde van de benoe
ming tot Voorzitter de leden der
beide_ eerste groepen uitsluiten en
had in die geest een amendement
ingediend. De Staatssecretaris achtte
het in het algemeen voor de hand
liggend, dat de Voorzitter uit de
derde groep benoemd zou worden,
doch wilde niet by voorbaat de
beide andere uitsluiten. Hij won de
strijd, want het amendement-Neder-
horst werd bij zitten en opstaan
verworpen. Het ontving alleen de
steun van de P v d A, Ook omtrent
de omschrijving van doel en taak
van de Soc. Economische Raad ont
stond een uitvoerige gedachlenwis-
seling, ontketend door de heer
Schouten, die de Regering kwa
lijk nam, dat rij de door de Staats
commissie-Van der Ven ontworpen
redactie vervangen had dooT een
andere. Het ging hier zuiver om een
kwestie van formulering, want het
was duidelijk, dat onder de ene zo
wel als onder de andere redactie de
werkzaamheid van de Raad dezelfde
zou zijn. Het amendement-Schouten
om de redactie der Staatscommissie
in het ontwerp op te nemen, werd
met 60 tegen 26 stemmen verwor
pen. Met KVP en P v. d. A schaar
de zich ook de CPN achter de Re
gering. Doch dit stemde de Rege
ring niet zo zacht, dat zij een amen
dement-Wagenaar overnam, dat d*
strekking had, om ook vertegen
woordigers van de EVC in de SER
te krijgen. Hij wilde de toevoeging
„erkende" by organisaties schrap
pen, maar de Staatssecretaris zet
duidelijk, dat voor de Regering de
„erkende" organisaties die zijn mei
een constructief karakter en daarom
wenste zij de onderscheiding te be
houden. Alleen de CPN stemde voor
het amendement-Wagenaar, dat me»
BI tegen 5 stemmen werd verwor
pen.
De heer Korthals (WD>
smaakte het genoegen om zijn amen
dement, waardoor het instituut var.
de plaatsvervangende leden vooi
de SER werd ingevoerd, zonde:
hoofdelijke stemming aangenomen
te zien, hoewel de Staatssecretaris
er zich tegen verzet had.
De heer Stapelkamp (AR)
wilde per amendement in de wet
doen opnemen, dat in het dagelijks
bestuur van de SER de verschillen
de levensrichtingen vertegenwoor
digd moeten rijn. Hij volgde de sug
gestie van de heer Suurhof (Arb.)
om „levensrichtingen" te vervangen
door „geestelijke en maatschappe
lijke stromingen". Het amendement
werd bij zitten en opstaan aangeno
men; VVD bleek er tegen te zijn.
De heer Schouten heeft nog
geopponeerd tegen het bijwonen van
vergaderingen van de SER en door
hem ingestelde commissies door Re
geringsvertegenwoordigers. lp zijn
ogen was dit een overheidsbemoei
ing, die te ver gaat, terwijl zoals
men weet de P v. d. A deze deelne
ming van de Overheid aan de p.b.o,
onvoldoende vindt. De heer Neder-
horst zag in het streven van de
heer Schouten een poging om de te
genstelling tussen bedrijfsleven en
Overheid te verscherpen.
Bij zitten en opstaan werd het be
treffende artikel aangenomen. Be
halve KVP en P v d A was ook de
heer Kikkert (CH) ervoor.
De volgende week Woensdag
wordt de behandeling der p,b.o
voortgezet.
Bevin geeft blijk van. zin
voor humor
NEW YORK. De Britse min. Be-
vin verloor rijn goede humeur niét
toen hij Vrijdag verscheidene hon
derden Amerikaans-Ierse posters
moest passeren, die zich bij de „Queen
Elizabeth" hadden geposteerd met
anti-Engelse leuzen toen hü scheep
ging naar Engeland. De posters ver
spreidden anti-Engelse pamfletten
waarin werd geëist dat de Marshall
hulp aan Engeland zou worden
stopgezet.
Toen men hem zijn mening vroeg,
antwoordde h|j glimlachend: „lk
veronderstel dat rij er plezier in
hebben. Waarom zou men Hun dit
eigenlijk - verbieden? In zekere zin
kan ik met hen meevoelen, want ik
heb immers zelf heel veel van der
gelijke demonstraties georganiseerd".
Bevin zei verder, dat hij ten aan
zien van de toekomst optimistisch
gestemd was. Volgens hem hadden
de besprekingen van de afgelopen
weken goede vrucht gedragen.