eg* VOORAL VO O RD V OUW „En dat zijn nou je vrienden Als we eens een dure japon kopen, zouden we zo graag Omhelzingen en vochtige ogen, daar gaat de „Veendam" Ze rilde van al dat verse brood Nee, van de korstjes 55 Potdame Vrouwen Verkoopster Systeem Verkeerde verkoopster kan de hele stemming bederven Evelien spreekt i: VAN VROUW TOT VROUW OP ZOEK NAAR EEN NIEUW BESTAAN (V) Het afscheid van haar vader valt Ankie zwaar Met Kerstmis bij Job t Hebt Gij ook al rheumatiek Vlijtig stemmend huispak VOORDELIGER PER DOZIJN .Vrijdag 23 December 1949 Sinds Lokke de permanent oit d'r gele haar heeft laten knippen en een zwart fluwelen Znidwestertje draaft, maakt ze de ene verovering na de andere. Ze schrift mü (haar vriendin van oudshertriomfantelijke brieven en Ik gun t haar best. Alleen dat met Rob begrijp ik niet helemaal. Rob Is een niet eens zo leuke vlam van vroeger. Nog van school, zoals bijna elke vrouw er «en had of heeft, 't Blauwtje dat hij eens bij me liep hemt hem vrijgezel voor het leven gemaakt. En al is dat niet helemaal waar, flatteus it 't toch. Bovendien zit hij, als hij eens een enkele keer komt. vol zoet gefluit. Zo van: Is dat te duur? Wacht, ik sla een winkelruit in. De dïeven- kar heb ik voor je over. Laat Lok- ke nu ineens met Rob getrouwd 2i|n, Ze stuurt me twee kaartjes plus een uitnodiging om te komen loge ren. „Doe 't, nou," schrijft ze „We zijn ontzettend happy en wonen in. mijn oude kamers. In de ene staat een divan, weet je wel, vlakbij de kachel, nèt iets voor jou. Ik werk toch, dus overdag kun je alsmaar schrijven, 's Avonds gaan we een beetje uit. Hob zegt ook: ,,'t Zal je goed doen. Je copy is zo huilerig de laatste tijd." Die laatste zin tart me zo, dat ik een nieuwe lippenstift koop, m'n haren laat cnïppen en naar de stad ren waar i«okke woont. Lokke geeft gymnastiekles ergens en om dat ik niet weet waar, ga ik naar Hob's redactie, hij werkt bij een weekblad. „Zo, en nog wel gefeliciteerd," zeg ik. „Dankje, dankje," doet hij gul. „Dus jij komt töch logeren." „Hoe töch?" aarzel ik. „Nou," lacht hü, „wj dachten, dat doet z nóóit. Overigens. overdag moet je jezelf amuseren. Ik stik in het werk." „En dat voor één krantje per week," hoon ik. „We zijn critisch. Critiek kost tijd. Jij raffelt ook maar tegen woordig." Veranderd is hij heus. Hij kijkt me gewoon wég. Ten slotte ga ik naar Lokke. Ze is net thuis en zoent me uitbundig. „Dat van Rob en mij," vertelt ze, „is héél anders dan dat van hem voor jou. Dat was gewoon een kronkel. Allernaast, maar hij is er af!" Ze kijkt alsof ik een steen puist ben. 's Avonds mag ik mee uit. „Nu moet je eens opletten hoe goed je copy wordt," beweert Rob. „Die sippe toon ben je nu al kwijt." Maar de volgende morgen lig ik als gloeiend vuur op die snert divan. „Je lijkt wel een zigeunerin," spot Lokke. „Waarom sta je niet op!" „Ik ben ziek," zeg ik, .zeker griep," '4 Dit past haar slecht, ik zie het Nu 't hokje van 't zusje te koud ■wordt hebben we .haar bed in de kamer van zoontje gezet. Die is beschutter en er kómt wat zon. Zoontje vindt dit maar half voor- ai om *t wandkleed dat mee komt. „Al die grieten dingen", moppert hij. *t Lieve kleine Grietje zelf trekt zich nergens iets van aan. Blij gaat ze slapen met al haar poppen, beren en weet ik wat voor rommel aan 't voeteneind. De eerste nacht gaat 't best Ze ■worden bijna tegelijk wakker en. zusje blyft zoet in bed tot ik binnen kom. Zoontje echter ziet er bleek en knorrig uit. „De hele nacht niet geslapen", gromt hij. „Door die meid". „Ach kom," lach ik. „Wat over drijf je weer". „Heus Mam", roept hij. „Heus ze komt midden in de nacht uit bed en holt heen en weer. Dan doe ik 't licht aan en dan moet ze op ce pot En dan wil ze spelen met m'n trein". Woedend stompt hij in 't kussen. „Kleed" je maar aan", zeg ik. ,,'t Is al laat". 's-Middags hoor ik hem z'n nood klagen tegen Bram „Ze komt overal aan, joh? En 's nachts moet ze op de pot!" nEn ie moeder dan?" „M'n moeder slaapt", zucht zoontje. „Als ze een prinses was had -6- daar een hofdame voor," praat Bram „Ja'', zegt zoontje, De nacht daarop maakt wild ge huil me wakker Ik ren naar die twee en doe de lamp aan. Daar staat 't dikke zusje zonder broek ie, midden in de kamer. „Ze moet een plès", vertelt zoon tje. knipperend tegen 't licht. „Maar Bram zegt ook: ze is geen prinses En ik ben d'er potdame niet". BIBEB. zo, „Hè vervelend," zucht ze. „Hoe moet dat nou? Schat!" Daar komt Rob. Samen staan ze me te bestaren. „Ze moet dan maar in onze kamer," besluit Lokke. „In mijn bed. Dan zetten we louw bed naast de divan. Gauw, 't is half negen...." „Kun je niet even vrij vragen?" aarzel ik. Maar nee, dat is er niet bij. Ze moeten in Januari met vacantie, et mag geen dag ver brokkeld worden. Dat is redelijk en ik laat me versjouwen. „Wat lig je toch n malle todden," moppelt Lokke. „Ilier heb je een nachtpon van mij. Een nieuwe. Ze geeft me iets buitensporigs van zwakte zijde, 't Past me ner gens en ik voel me een vod. „Ze moet iets roods om d'r hals," beweert Rob. „Ja, 't is hier een modeshow," grom ik. „Schiet alsjeblieft öp!" Dat doen ze tenslotte. In de gang hoor ik Lokke organiseren. De juf frouw boven moet melk en brood bij me neerzetten. En als Rob zich ongerust maakt, zegt ze: „Je weet toch.,., ze wordt 'iek als ze d'r zelf zin in heeft. Deed ze vroeger ook altijd- Met te veel aandacht..." „Wacht es even!" roep ik. Maar ze horen 't niet. Zijn de trap al af. 't Zoemt in m'n oren van woede. De ganse morgen verzin ik öe ene felle brief na de andere. Totdat ik suf en bibberig alleen maar afge zaagde scheldwoorden weet. En zinnetjes als; dat zijn nou je vrien den van vroeger! De juffrouw van boven brengt eten. Ze heeft smalle oogjes en ze roddelt. Drie dagen ratelt ze als ze even kans ziet al haar grieven af, dan is de koorts weg en besta tk weer voor die twee naarlingen. „We zullen een flesje wijn voor je kopen Dan krijg je rode wan gen,zegt Rob. „Rouge is beter," vindt Lokke. „M'n copy is ook nog niet af," tob ik, ,,'t Is al Woensdag." „Zal ik wat voor je schrijven," verzint Rob. „Wacht maar, iets in jouw nieuwe stijl. Over een bakker of nee over een bakkersvrouw! En dan als titel; „Ze rilde van al dat verse brood"." „Nee, van de kórstjes," giebelt Lokke Nu staan ze op m'n hart. Ik ben te futloos om dit anders dan dra matisch te zien. „Ik moet naar huis," besluit ik. „Laat me alsjeblieft naar huis gaan. 'k Had nooit zolang willen blijven." „Lieve kind," begint Rob. „Wel ja, sla een winkelruit voor me in," ruzie ik. „Dat is vergane glorie," zegt Lokke en ze heeft gelijk ook. Ze brengen me naar 't station, ais was er wat te lijmen. „Is wedden dat alle heilsoldaten met eau de cologne op je af komen," praat Lokke. Onder t flu welen zuidwestertje is haar gezicht wit en kattig. „Toe nousust Rob. Hij staat daar zo mal. Een beetje dik. onbeholpen en nü al onder de plak. „Dèg," lach ik. „Dag en wel be dankt." Ik ben d'r ineens overheen, 'k Ga lekker naar huis. De trein rijdt en we zwaaien. Net als zoveel andere mensen. Binnen is nog één plaats. Tegen over een juffertje dat me direct nieuwsgierig gaat begluren, „U bent zo bleek," zegt ze. „Wilt uen ze trekt een zakdoek en een flesje uit haar tas. Bij d'r voe ten staat een mandje met een Kerstboompje. „Is er wat?" vraagt ze. „Ik ben ziek geweest in een zwarte nachtpon," zucht ik. „Zó!" doet ze argwanend. En zet 't Kerstboompje als een sehüd naast zich op de bank. Opvoedkundige rubrieken en boekwerken wekken bij lezers al gauw het idee dat men kinderen aan de beschreven paedagogische syste men moet aanpassen. Mensen die door een idee gegrepen zijn, hebben de gewoonte een dergelijke houding aan te nemen ten opzichte van hun omgeving. De nieuwe opvoedkunde die grote voordelen uit de vorderin gen van de psychoanalyse heeft we ten te halen werkt op alllerlei men sen even meeslepend als andere sys temen die de belofte van wereld verbetering in zich bergen. Hierdoor vergeet men dat de Op voedkunde er voor het kind is en niet andersom. Dat betekent dat men niet met-pure abstracte boekenken nis het kind te lijf mag gaan met starre dogma's, waarmee men kinde ren kan afstempelen alsof het post zegels zijn. De nieuwe opvoedkunde is er veel meer één van: „wat moet tk zeker nalaten?" dan van „dat moet ik zeker doen". Systematisch opgevoede kinderen herkent men onmiddellijk aan het systematische; bijna automatische in hun gedrag. Zelfs wanneer dg vrij heid en bewustheid al te veel tot systeem worden ontstaan averechtse afbuigingen, van het oorspronkelijk doeL Tamelijk veel o ntmoet men bijv. kinderen van min of meer psy choanalytisch geschoolde ouders, die zich helemaal gedragen als over- redeljjke complexloze en zo erg ge zonde vruchten van een bepaald op voedingssysteem. Geloof het niet Wie er door heen ziet. bemerkt al leen een geraffineerde aanpassing aan een star toegepast systeem. Zul ke kinderen gedragen zich al te vroeg als redelijkheidsfanatici, en verbergen achter hun onaandoenlijk masker van systematische gezond heid, het gemis dat ze voelen: „Dat ze nooit prettig onredelijk en eens een beetje ongezond mochten zijn". TOEN ben ik dus maar meegegaan met Jet om een avondjurk te kopen. Omdat ze zo onzeker was en zo vreselijk bang om net het verkeerde uit te kiezen, 'fc Is voor dat kerstdiner, zei ze Ik krijg die jurk van Kees en "t mag een echte goeie dure zyn. Maar waar zal ik hem kopen? Laten we maar eens eerst étalages kijken, stelde ik voor- En toen begon de tocht langs alle winkels. Jet was als een kind, dat een hobbelpaard mag kiezen. Precies zo gespannen, precies zo opgetogen en precies zo lastig. Maar inderdaad is het voor een vrouw ook een geweldige gebeurtenis als ze eens een enkele keer iets heel moois en duurs kan kopen. Het liefst zou ze dan met een vriendin een hele middag alleen gelaten willen worden in een modemagazijn, alleen gelaten in een kleedhok, en dan telkens een paar japonnen gaan uitzoeken in de kasten, urenlang, tot ze eindelijk ge slaagd was. Maar dat kan nu eenmaal niet, zeker niet in de duurdere zaken en zo is ze dan afhankelijk van een verkoopster. Er zijn zaken, waar de vrouw-die- maar-eens-een-enkele-keer-iets- duurs-koopt een minderwaardig heidscomplex krijgt. De marmeren trappen, de dikke lopers, de beel dige witte kleedhokjes met spiegels, de gedempte stemmen, de chique vrouwen, die er kopen, en die een hoge toon durven aanslaan, veel ho ger, dan je zelf ooit in je hoofd zou krijgen Door dat alles word je al een beetje schichtig. Soms is er een juffrouw, die ons op ons gemak stelt, maar je kunt daar ook een verkoop ster aantreffen, die bijzonder vast in haar schoenen staat, ik bedoel, die vastbesloten is om iets te verkopen en die het air heeft van: Als U bij ens niet slaagt, dan Past U niet in onze elegante zaak 2e zegt dat niet, maar ze laat bet alleen merken Wij stakkers laten er ons vaak door overrompelen. We staan- in het kleedhokje in een onderjurk van 5 90. waar een wolletje uitpiept, We ergeren ons over het feit. dat we ons voor dat ondergoed een beetje generen Soms laten we ons zo over rompelen door al dat vanzelfspre- kende-chique, dat we de jurk kopen en op het moment, dat we aan de cassa staan te betalen, weten we op eens, dat dat nu juist niet was. wat we zochten. En we voelen ons be kocht en heel, heel verdrietig. Deze verkoopster heeft dan in haar en thousiasme haar doel voorbij gescho ten, Soms staan we heel erg pal en kopen de jurk niet. Dan kijkt zij gekwetst, zegt niets meer en begint zwijgend alle mooie japonnen weer op de houtjes te hangen terwijl wij onze charmeuse onderjurk en het wolletje haastig weer bedekken met onze bruine japon van alledag. Die ogenblikken duren altijd een eeuwigheid. Soms is er een onverschillige ver koopster. Zij heeft een plastic ge zicht, een plastic glimlach en plastic ogen, die langs U been kijken en niet de minste uitdrukking hebben. Uit zuivere routine zegt zij: Deze iapon is heel apart, ziet U wel, zit XS keurig, vindt U niet, mevrouw? We krijgen de neiging om deze dame te slaan, maar als we even naden ken. zien we in, dat het ook een heel moeilijk vak moet zijn, en dat wij zelf ook niet altijd tegen al die las tige winkelende mevrouwen harte lijk en innig en warm zouden kun nen zijn. In elk geval is dit type ver koopster niet zo gevaarlijk als de eerste. We kopen bij haar niet zo gauw iets, waar we later spijt van hebben. En dat moet voor de zaak toch ook beter zijn, want geen vrouw gaat ooit terug naar de win kel. waarvan ze het gevoel heeft, dat men haar iets heeft opgedron gen. al was dat opdringen ook nog zo subtiel. Dan Is er het heel jonge meisje, met het lieve gezichtje, die het vak nog niet zo door en door kent, nog niet vee! kijk heeft op kleren en op de psychologie van de klant Ze kin niet zoveel raad en steun geven, maar ze is prettig en we voelen ons bij haar niet zo provinciaals en niet zo angstig en onzeker, En dan is er ook de ideale ver koopster, Ze is meestal ouder en 2e doet gewoon. En mensen, die gewoon doen, zyn op zichzelf al een ver kwikking. Het is onmogelijk van haar te vergen, dat ze het enthou siasme voelt, dat onszelf bezielt, nu wy een nieuwe jurk uitkiezen, maar toch voelt ze opperbest, dat het voor ons een zaak van groot gewicht is en dat we niet iedere dag hopen geld uitgeven aan japonnen. Daarom ac cepteert ze ons weifelen ook met geduld en' met begrip. Ze Iaat ons vrij. tot we haar raad vragen en dan geeft ze eerlijk naar haar eigen inzicht raad. En er is geen spoor van op dringen, geen spoor van beledigd- zijn als we niet kopen en vooral geen spoor van imponerende deftig heid, geen air van: We zijn hier ook alleen maar de bestgeklede vrpuwen gewend. Bij zo'n verkoopster is het werke lijk een feest om eens een enkele keer veel geld uit te geven voor iets erg moois. (Van onze speciale verslaggever) „Vannacht heh Ik maar weinig geslapen", vertrouwt Ankle ons toe als we met haar een kop koffie zitten te drinken in de caotine van ten der gebouwen van de Holland—Amerlka-lijn. „Gisteren ben tk de hele dag nog overal afscheid wezen nemen en daar word je toch wel een beetje nerveus van. Het moeilijkste was het toen ik vanmorgen mün vader vaar wel heb gezegd. Die spreek ik nu niet meer, HjJ komt straks nog wel aan de kade, maar dan ben ik al aan boord, HU is over &t zeventig en kan niet zo lang meer staan". Opa moet ineens nodig zijn tltis snuiten. Snel gaat de grote boot nu al door het water. Weldra kun je de gezichten aan boord niet meer on derscheiden. Je ziet alleen nog wui vende zakdoeken in de verte en dan alleen nog de boot, die statig weg glydt over de Maas. Enige honderden mensen gaan naar Amerika en Canada. Velen van hen voor goed. Hoe zal het hun gaan in het nieuwe vaderland? Hoe zal het Ankie gaan aan de overzijde van de oceaan? Wy hopen het spoe dig van haar zelf te horen. Even later zyn. we samen in de hall voor de passagiers. Daar zyn nog zus ters van Ankie' en tantes en haar zwager, waar ze de laatste tijd in huis is geweest. Als ze aan de balustrade haar passage-biljetten in orde heeft gemaakt wordt nog eens voor het laatst afscheid genomen. Handdruk ken, een paar omhelzingen, vochtige ogen. En dan stapt Ankie resoluut door het hekje voor de passagiers. Wij hebben een kaart om aan boord te gaan en wij stappen mee. De douane moet nog eens vele pa pieren zien, het geld controleren, in het handtasje snuffelen en dan gaan we de loopplank op. Er is nog een meisje bü ons, dat ook naar Calgary in Canada emigreert. Het is Julia uit Amsterdam, die in Calgary by ken nissen In betrekking gaat. Bij een der ambassades hebben de meisjes elkaar ontmoet en nu kunnen ze de hele reis samen maken. De loopplank op Ze geven elkaar een arm lachend wuiven ze beiden van de loopplank naar de familie. En dan gaan we samen eerst aan boord eens in de hutten kijken. Ankie reist tou- ristenklasse, niet zo chique als eer st e-klasse. maar heel comfortabel. Al gauw hebben we contact met an dere passagiers. Er bliiken er heel wat aan boord te zyn, die gaan emi greren. Een boerenarbeider uit Friesland, een automobiel-technicus uit Amsterdam, een verpleegster. Er worden nieuwe vriendschappen ge sloten. 2e zullen zich aan boord best vermaken met elkaar. Weldra staan allen aan de ver schansing, want de stoomfluit heeft al een paar maal geblazen en de boot gaat nu spoedig vertrekken.. „Kijk, daar heb je Leo ook nog", roept An kie, die weer een familielid ontdekt. ,ün Koba. En kijk, daar heb je va der. Vader, vader", roept ze, maar opa Schouten staat aan de wal ach ter glas en hoort haar niet. We! ziet hij haar en hij wuift. Hij doet erg vrolijk, zwaait met zyn hoed. Maar wat zal er nu omgaan in de oude man? js,_ Wij moéten van boord. We druk ken Julia"2 de hand. En dan Ankie. „Houd je goed kind, en laat gauw eens wat van je horen. En de groe ten aan Job". „Met Kerstmis ben ik bij hem", zegt Ankie. De trossen los Als we ons even later bij de fami lieleden aan de wal hebben gevoegd, wordt de loopplank, ingehaald. Drie maal achtereen een. zware stoot op de stoomfluit. Dan is de „Veerxdam" los van de wal. Iedereen zwaait en wuift. Ankie heeft haar witte sjaal afgedaan en daar zwaait ze mee. Uitspraak ongeluk Vorrink vervroegd (Eigen bericht) DEN HAAG. Naar wij verne men, zal de Raad van de Lucht vaart over het verongelukken van een vliegtuig van de Aero-Holland, in Denemarken, waarbij twee pilo ten werden gedood en de voorzit ter van de Partij van de Arbeid Koos Vorrink werd gewond, reeds uitspraak doen op 2 Januari, Aan vankelijk was deT datum van uit spraak vastgesteld op 9 Januari. (Ingez. Med.) Wie de kwellingen van Theuraaliek of ven rheumahsche aandcfeningen keot, weet hoe een groot deel van zijn leven vergald wordt door d e vaak zware pijnen Zodra gij Uw kwaal bestrijdt met Akker's Kloosterbalsem, waarvan de genees krachtige bestanddelen diep In de weef sels doordringen, voelt U, hoe een heer lijk verwarmende balsem Uw pijner lenigt en ztlk U bemerken welk een wel dadige werking dit ideale wrljfraiddd be Zit. Niei voor niets zegt men; Akker' Kloosterbalsem„Geen goud zo goed' MODE-NOVELLETTE Er was een ^rouw, die sliep in een oude jurk. 's Morgens trok ze daar iets flodderigs overheen en dan begon ze klokslag zeven door 't huis te rennen. Thee zetten, pap koken en al wat er te doen valt. Op een dag kreeg ze van haar man een weer galoos mooie nachtpon met een housecoat van hetzelfde. Zo dromerig en weelderig dat de vrouw opeens geen zm had in de pap en de thee. Ze versliep zich niet alleen, ze stond haar tijd te verprutsen met kam en spiegel. Tot slot stond de man zelf op en rende naar de keuken. „Nooit meer," zuchtte hü, „hooit meer zulk lui makend spul voor m'n vrouw," Toch was 't zJjh eigen schuld. Hy had 't verkeerde gekozen. Hoe kun je verlangen dat een vrouw gehuld in iets filmsterachtigs aan de macht daarvan ontkomt? Beter is een vlijtig stemmend huispak, dat denken doet aan nijvere kabouters o£ Kerstmannen (die ook geen stil zitten kennen). Een wollen broek, een Jak met capuchon en aan de voeten wollen of vilten laarsjes. Rood met blauw, of fel groen zijn de kleuren. Met nog een heel klein beetje wit. Er is nog een meisje dat ook noar Canada ccat. ffet is Julio «£t Am sterdam, Ankie geef* haar een arm en samen, wuiven ze de familie gedag. Aan de balustrades worden An kies passage-biljetten in orde gemaakt De douane moet nog eens vele papieren zien, het geld controleren en in het handtasje snuffelen, Van „De Kerstschoof'. bundel verhalen van mevrouw C- E. Pothast-Gimberg, ver scheen by de uitgeverij Ploegsma te Amsterdam de vierde druk. Deze vertellingen over kinderen, die op hun eigen wijze het kerstfeest be leven, blijken dus we! succes te hebben, ondanks hun ietwat sen timentele inslag. Het best geslaagd achten wij het verhaal van Maria en Jozef, die naar Bethlehem moe ten trekken om zich te laten regi streren. Hier bereikt mevrouw Pothast een soberheid, die wel dadig aandoet. Geen geschrift over de halve eeuw, d:e wy over enkele dagen gaan afsluiten, kan ons 20 drin gend het verhaal van 's werelds we! en wee vertellen als de 256 afbeel dingen in het „Aanschouw de Jaren I900--1950'' dat onlangs is verschenen by .De Bezige Bij" te Amsterdam. Schiet* onfeilbaar hebben de sa menstellers dr Jane de longh en drs M. Kohnstamm die foto's gekozen, die welsprekend zyn voor alge meen-menselijke, politieke, mili taire en culturele aspecten van deze jaren. De uitvoering is royaal en typo grafisch van zeer goed gehalte. Zy betekent een passende vorm voor deze unieke collectie foto's, Wy aarzelen niet dit werk van. harte aan te bevelen. Voor wie op het Kerstfeest zijn kin deren een goed verhaal wil voorlezen, Is het boekje van mevrouw C. E. Pot- harstGrimberg een welkom hulpmid del. Onder de titel „Kerstmis ls ge komen" heeft Ploegsma ln Amsterdam tien Kerstverhalen van haar hand ge bundeld. van illustraties voorzien e«i uitgegeven. Het boekje.bevat de lec tuur, waar kinderen van tot 10 jaar niet alleen veel genoegen aan beleven, maar waardoor zij bovendien ln aan raking worden gebracht met de sim pele. zuivere sfeer, waarvan ook alle grote mensen op Kerstmis dromen. Btj L. Staflen in Lelden is een boekje verschenen waar wellicht vele moeders en vaders reeds lang naar hebben uit gekeken: Kerstvertellingen voor de Kleintjes door H M. Christiaanse, J. A. van Kuipers en J Tahmara. In simpele taal. ongekunsteld cn voor kinderen goed te verstaan zonder een zweem van kinderachtigheid, wordt bier verteld over de geboorte van Jezus, hoe Hij opgroeit te Nazareth en de welbekende gesc (liedenis in de Tempel die door deze verteltrant bijna nieuw ls. Voorts zijn er twee verhalen rond het Kerstgebeu ren met aan het slot drie Kerstliederen. Mede door de fraaie uitgave is dit boek je een welbesteed Kerstgeschenk, Uitgeverij U'. ten Have in Amsterdam heeft toestemming gekregen om de Adventboodschap door Prinses Wilhel- mina op de eerste Advents-Zondag voor de radio uitgesproken, in de handel te brengen, Zij heeft zich zeer pleus van haar taak gekweten Nelly ten Have heeft de Koninklijke woorden stijlvol gecalligrafeerd in twee kleuren en er ontstond een vouwblad dat naar vorm en 2eker naar inhoud zich bijzonder goed leent als waardevolle attentie aan goede vrienden. De boodschap is te vens gedrukt in. de drie moderne talen. In de dagen van Advent en Kerstmis neigen de harten van de mensen tot elkaar en als vanzelf wordt ook de be hoefte aan huiselijkheid en gezelligheid groter Dan ls de tijd gekomen voor lezen en voorlezen De bekende schrijf ster C. M. van Hille-Gaerthê stelde een aardige bundel verhalen samen onder de titel .Advent". Het boek bevat zeven Kerstvertellingen, waarvan het eerste gewijd ls aan de vier Advents-Zonda- gen. De schrijfster vond daarbij gele genheid allerlei bijzonderheden uit de folklore en ven adventsgebruiken te vertellen (adventskalender. midwinter blazen en folklore). A W. SijthofUs Uit geversmij N V te Leiden stak het ln een smaakvol kleed, waarbij Nans van Leeu wen voor aantrekkelijke illustraties zorgde. Een voortreffelijk verzorgd plaatwerk zag het licht bij J. M Meulenhaff to Amsterdam Camerastudies of Euro pean Sculpture and Craftsmanship. Hierin heeft Th tLLunsingh Scheurleer 96 foto's bijeen gebracht van in totaal 35 kunstvoor werpen uit de Germaanse cultuur van de öe tot de 17e eeuw. specimina van ivoorsnyaerk, goud- en zilversmeed- kunst beeldjes in brons en hout, tapijt- kunst, ematileerwerk. etc De keuze is uiteraard zeer persoohlijk en het boek beoogt dan ook geenszins een overzicht te geven van de voortbrengselen uit een bepaalde cultuurperiode, doch wel belangrijke détails naar voren ie bren gen van uitingen op het gebied van sculptuur en kunstnijverheid, die voor een bepaalde periode zeer specifiek zyn. Zo beschouwd» is de keuze van de onderwerpen met zeer veel zorg ge schied en draagt zij ook' zeker éen representatief karakter. De foto's voor het merendeel op ware grootte zfjn zeer fraai, niet persoonlek, maar getuigend van het streven de schoon heid van de objecten zoveel mogelijk tot haar recht te doen komen. (/ïq/trz Meti Het vmb/iste boek van hetjaari boekhandelaar heeft t.Q49®)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1949 | | pagina 3