Trekhondenprobleem is n kwaad
maar géén schandaal
Per tram dwars door België met een hongerige maag
MOEILIJKHEDEN?
Wij geven raad
Gepensionneerden krijgen
jaarlijkse toeslag
5
Robert Vogeier komt
misschien vrij
NOG 2000 VAN
DE 60.000
Een pony-paardje
is sterker en niet
veel duurder
'v_
Colonel Blake
J
AMSTERDAM-LONDEN in 55 dagen
Dinsdag 20 Juni """"O
Htmrbirettte*
rentezege]*
onder domipen sioen
tn.v*Udlteitrwijt
civiel# procedure*
arbeidswet cpx.
Vraag; D. J. B. stelt een vraag
over het interen van een kapitaaltje
in verband met een eventuele uitke
ring ingevolge de Noodwet Ouder
domsvoorziening.
Antwoord: De grootte van het
toegestane gedeelte, dat mag worden'
ingeteerd, is sterk afhankelijk van
alterlei factoren, die moeilijk in een
beknopt antwoord kunnen worden
samengevat. De Raad van Arbeid zal
in elk geval graag nauwkeurige in
lichtingen verstrekken. Om toch te
laten zien hoe in een dergelijk geval
gehandeld wordt, laten wij hier de
berekening volgen, zoals deze in het
onderhavige geval zal worden toege
past.
De maximum nooduitkering voor
ongebuwden, wonende in een ge
meente der 4e klasse, bedraagt
f 456,Het inkomen ad f 624,—
wordt eerst naar beneden afgerond
op een veelvoud van 50.—, ""dus op
f 500,—. Hiervan wordt de helft, of
f 300,—, van de, maximum uitkering
afgetrokken. Er resteert dan nog
156.—.
Nu mag dit restant plus het gehele
inkomen niet meer bedragen dan
f 725.d.i. de inkomensgrens voor
ongehuwden, wonende in een ge
meente der 4e klasse. In dit geval
wordt de inkomensgrens met 55,
overschreden (f 156,— plus f 624,—
is f 780,Deze t 55,worden daar
om afgetrokken van" het restant ad
f 156,—. Dan blijft dus nog een be
drag over van f 101.—.
Dit vvordt naar boven afgerond op
een veelvoud vaq, f 12.—, derhalve
op f 108,—, zijnde het bedrag der
nooduitkering, welke thans genoten
wordt. Bij de wet van 26 Maart 1949
werden de nooduitkeringen verhoogd
met een tijdelijke bijslag, ingaande 1
November 1948. De tijdelijke bijslag
bedraagt f 2,50 per maand voor ge
huwden en f 1,50 per maand voor on
gehuwden.
Met ingang van 1 Jan, IJ. onder
gingen de nooduitkeringen plus de
tijdelijke bijslagen een verhoging van
5 pCi, met een minimum van f 2,
per maand voor gehuwden, en van
1.— per maand voor ongehuwden.
Vraag: J. de W. is één van de
velen, die in twijfel zijn over ver
hoging van huur bij inwoning.
Antwoord: De huiseigenaar
mag de huurprijs verhogen wanneer
de huurder een gedeelte van het huis,
al dan niet gemeubileerd, aan ande
ren heeft verhuurd. Deze verhogin
gen wegens mede-inwoning bedra
gen voor 1 mede-inwoner 5 pCi, voor
2: 10 pCt„ voor 3 of 4: 15 pCt., voor
5 of 6: 20 pCt. en voor 7 of meer
mede-inwoners: 30 pCt. Wanneer
zich onder de mede-inwoners fami
lieleden van de huurder bevinden,
WASHINGTON. De Ameri-
kaanse zakenman Robert Vogeier,
die op 21 .Februari door het Volks
gerechtshof te Boedapest wegens
„spionnage en economische sabota
ge" tot 15 jaar dwangarbeid werd
veroordeeld, zaï, naar men in
Washington hoopt, "binnen een
week op vrije voeten komen. Ame
rikaanse autoriteiten onderhande
len reeds enige .tijd met Hongaarse
functionarissen over een vrijlating
van Vogeier. Deze onderhandelin
gen zouden thans in een vergevor
derd stadium verkeren. t
'Het is nog niet bekend of de
Brit Edgar Sanders,^ die in hetzelf
de proces en op gelijke gronden tot
13 jaar gevangenisstraf werd ver
oordeeld, eveneens vrij zal komen
Ook de Britse regering poogt haar
onderdaan uit zijn gevangenschap
te doen ontslaan.
Toneeltentoonstelling
in Amsterdam
AMSTERDAM In het Interna
tionaal Cultureel Centrum Is giste
ren de tentoonstelling „Fleur en
geur van Nederlands toneel in oude
en nieuwe tijd" geopend. Op deze
expositie wordt voornamelijk de
aandacht gevestigd op de verschil
len in de decorbouw tussen vroeger
en nu. De tentoonstelling duurt tot
1 Juli a.s.
mag voor het berekenen van het per
centage één inwonend familielid niet
worden meegeteld.
Vraag: M. M. 3t wil iets weten
over verhoging van sociale renten.
Antwoord: In tegenstelling tot
uitkeringen by andere sociale ver
zekeringswetten zijn de renten inge
volge de Ouderdomswet 1819 niet met
een toeslag verhoogd. Dientengevolge
wordt krachtens deze wet slechts die
rente betaalbaar gesteld, welke werd
overeengekomen bij het sluiten der
verzekering en werd -vastgelegd. In
de toelatingsbeslissing.
Vraag: W. S. wil iets weten over
de loonbelastinggroep voor een we
duwnaar zonder minderjarige kinde
ren.
Antwoord: Indien men 5 jaar
gehuwd is geweest, wordt men ge
acht-te. behoren tot, iaonbelasting-
groep II. Dit ls dezelfde groep als die
voor .gehuwden zonder-kinderen. Is
men evenwel minder dan 5 jaar ge
huwd geweest, dan wordt men inge
deeld in groep I en gelijkgesteld met
een ongehuwde.
Vraag: J, K. is niet tevreden
over een opvatting van de Schade
Enquête Commissie,
Antwoord: Het uitgangspunt
van de schaderegeling is het schep
pen van de mogelijkheid om het „be
zit" te herstellen, dat sociaal voor be
langhebbende gewenst is, dan wel
voor het economisch herstel van ons
land nodig. In de wet is verder .be-,
paald, dat de voorlopige bijdrage,'
welke reeds vroeger aan hen, die
schade hebben geleden, was toege
kend, slechts werd uitgekeerd aan
erfgenamen in de rechte lijn en aan
de echtgenoot of echtgenote. De aan
vullende bijdrage, welke thans wordt
verleend, valt eenmaal onder de mo
gelijkheid van vererving.
Salvatore Giulia.no, Cicilie's bau-
dietenkoning, die tot nu toe hele
politielcgers te slim af is geweest,
zal nu eindelijk door de reeht-
bank in het stadje Viterbo wor
den berecht in zijn afwezig
heid. Van zy» schuilplaats in. de
bergen uit heeft Giuliano 'n ver
dediging naar de rechters ge
stuurd, waarin hij zegt, dat de i
met zorg
moord op 12 mensen, die hij bij
Palermo pleegde, eenonge
lukje was. Zijn machinegeweer
ging „bij toeval'' af! Maar al is
Giuliano er dan niet bij, 27 van
zijn volgelingen, die eueneens
zullen terechtstaan, bevinden
zich in handen van de politic,
die naar de kettingen op de
foto laten zien de gangsters
bewaakt.
DEN HAAG, Eindelijk is dan de reeds zo dikwijls toegezegde rege
ling voor de toeslag op de pensioenen der ambtenaren in kannen en krui
ken. Het wetsontwerp, dat het wetsontwerp in zake een toeslag op de pen
sioenen, dat onder de critïek der Tweede Kamer is bezweken, zal ver
vangen brengt over de gehele linie een toeslag van 90 per jaar voor de
hurgerlyke, militaire en spoorwegambtenaren, die vallen onder de toe-
slagwet 1948. Zij, die daaronder niet vallen, krygen een toeslag van 50
per jaar. Deze toeslag wordt beschouwd als een tegemoetkoming in de
'nadelige gevolgen der devaluatie.
-De veertig gulden, welke de ge
pensionneerden, -vallende 'onder de
toeslagwet daarenboven ontvangen,
moet gezien worden "als de verwer-
lijking van het indertijd door de
heer Van Sleen ingediende amende
ment, dat een glijdende schaal be
vatte voor de toeslag op pensioenen,
welke in de plaats moest komen van
de door de Regering voorgestelde
onbevredigende regeling, waarvan
alleen een klein getal tussen 1920
en 1922 gepensionneerden zou pro
fiteren.
De door de heer Van Sleen voor
gestelde oplossing was vrij ingewik
keld, zodat voori iedere toeslag be
rekeningen nodig waren. De Rege
ring heeft deze eenvoudiger weg
van een toeslag over de gehele linie
mede gekozen, omdat de uitkering
dan kan geschieden korte tijd na de
aanneming van het wetsontwerp.
Tegelijkertijd wordt voorgesteld
een kindertoelage toe te kennen ten
behoeve van gepensionneerde amb
tenaren, die nog kinderen1 beneden
de 16 jaar te hunnen laste hebben.
Voor de eerste drie kind eren-wordt
f 132 per kind per jaar toegekend,
terwijl dit bedrag van het vierde
kind af 162 per jaar bedraagt.
De bijzondere toeslag zal 12.3
millioen per jaar vergen en de kin
dertoelage f 3.750.900.
Het totaal bedrag aan, pensioenen
van oud-ambtenaren der Overheid
inclusief de pensioenen voor oud-
militairen en het spoorwegpersoneel
dat vóór de toeslagwet 1948 rond
f 18$ millioen beliep, en na inwer
kingtreding dezer wet tot circa
220 millioen is gestegen, zal bij
aanneming der thans ingediende
wetsontwerpen 236 millioen be
dragen. Het totaal aantal gepen
sionneerden, dat onder de eerstge
noemde bijzondere toeslagregeling
valt, beloopt rond 147.000.
Een hond is geen' trek
dier. Dat is het bepin en het
einde van het trekhonden-
vraagstuk, Hat de laatste
weker, opnieuw de aan
dacht r heeft getrokken,
doordat de dierenbescher
mers zich tot regering en
parlement hebben gewend
met_ het verzoekhet ge
bruik van honden als trek
dieren toiaal te verbieden
In dertig jaar tijds is het
aantal trekhonden van
60.000' afgenomen tot nog
maar iets meer dan 2000.
Zou mên dat restje niet ook
kunnen missen?
Vooral de vreemdelingen,
die Nederland in steeds
grotere mate hoopt aan ie
trekken, ergeren zich groen
en blauw als zij op hutt
„tocliten door ons land kar
ren en bakfietsen tegenko
men, die door honden wor
den getrokken. Nederland
is in dit opsiehf' nog een
tikje achterlijk. Bijna overal elders
m de beschaafde wereld is het ver
boden handen te laten trekken.
Hier mag het nog. Weliswaar
legt de Trekhondenwet van 1910
tal van beperkingen op, maar het
kwaad bestaat nog en met de be
perkingen wordt nog wel eens. door
gebrek aan voldoende controle
mogelijkheden, de hand gelicht.
Het trekhondenprobleem is een
kwaad, schreven wij. Het is echter
geen schandaal meer. Daarover zijn,
naar ons bleek, voor- en tegenstan
ders het wel eens. Mede door de
jaarlijkse verplichte keuringen,
waarbij een nummer bewijs wordt
uitgereikt, komen ergelyke gevallen
van verwaarlozing en mishandeling
bijna niet meer voor. De honden
Ti ebben het m het algemeen niet
kwaad, eigenbelang van- de eigenaar
waarborgt over het algemeen een
goede verzorging, de dieren gaan
graag met hun baas op stap. En
toch moet er nu maar gauw een
einde aan gemaakt worden, want
de hond is geen trekdier.
„Maat hoe moet het dan met mijn
bednjf?" vraagt de eigenaar van de
trekhond. We bobben met enkele
neringdoenden die een hond gebrui
ken gepraat. We zijn daarvoor naar
Zwijndrecht gegaan, waar men nog
ongeveer 15 honden In dienst heeft.
De inspecteur van de Anti-Trek
honden bond, oud-rechercheur D.
van den Burg, zelf hoofdbestuurslid
van de Bond van Polïtie-ambtena-
ren. in Nedarland tot Bescherming
van Dieren, wijst ons de weg. In de
straten van het stadje komen wij ze
overal tegen: een soort handkar
met handelswaar er op en een hond
in een tuigje tussen de wielen er
onder.
We blijven eens op een afstandje
kijken naar de kar van groenteman
Dos. Op. zijn wagen een stapel
groentekisBes, een" 300 kg misschien.
Hij heeft ■.hart" voor.zijn dier, want
als hij verder 'gdbt trekt hij eerst
zelf de wagen aan en als deze een
maal rüJt' kap de hond er onder
het gemakkelijk verder trekken.
De heer v. d. Burg. die hier regel
matig keurt, kent eigenaar en dier.
Zij maken een gemoedelijk praatje.
Los vertelt verontwaardigd, dat
iemand hem gisteren toeriep
„schaam jij je niet om met die
warmte een hond te laten trekken!"
„Hoe moet het dan anders?" vraagt
Los ons. „Moet ik dan trekken?" Hu
stelt de kwestie echter naar onze
mening verkeerd. Is er geen andere
oplossing? onderzoeken wij, Er is
«een dier, dat voor het trekken de
.juiste bouw heeft: het paard. Ja,
de groenteman heeft wel aan een
paard gedacht. Als het gebruik van
,een hond verboden wordt, zal hy
een paard moeten aanschaffen. Dat
heeft ook vele voordelen. Nu moet
IVAR trekt petro
leum en „ukken ko
len door de straten. In
het verleden waren
zijn lasten zo zwaar,
dat zijn achterpoten
doorzakten, maar vm
past zijn baas beter
op. (Foto boven).
IN ZWIJNDRECHT
ziet men behalve
trekhonden tientallen
Shctlandse pony's
door de straten rij
den. Deze dieren zijn
wel geschikt om te
trekken. Een oplos
sing voor het trek-
hondenpTob leem
hij af en toe terug naar huis, om
nieuwe voorraad te halen. Als hij
een paard heeft, kan hij alles in
één keer meenemen. Het kost meer,
in aanschaffing en onderhoud. Do
verschillen zijn echter niet zo groot
en wij krijgen de overtuiging, dat
deze zakenman niet m zijn brood
geschaad wordt, als hem verboden
wordt een hond te gebruiken.
En zo is het eigenlijk overal. In
Zwijndrecht viel ons iets merkwaar
digs op. Overal in het stadje vindt
men wagens, met een miniatuur-
paardje er voor, een. Shetlandse
ponny. Ook de bakker heeft voor
jüïn gewone bakkerswagen zo'n
grappig, kwiek dier lopen. Ligt hier
de oplossing voor het vraagstuk?
De kolenboer Bakker kijkt ernstig
als wij deze mogelijkheid met hem
bepraten. Zijn hond Ivar, een enor-
,me kolos en een kolos van louter
goedheid, is maar net door de keu
ring van verleden jaa* gekomen.
ïZyn achterbenen zijn doorgezakt,
een gevolg van het trekken van te
zware lasten. Boze tongen hebben
ons verteld, dat het dier soms meer
dan 1000 kg moet trekken. De heer
v. d. Burg wijst ons echter op het
grote nut van de keuringen: Bakker'
heeft zyn les geleerd en het dier
minder zwaar belast. De „koehak-
'kigheid" is niet erger geworden.
Ivar heeft zijn baas 110.gekost
en dat was niet duur, want een
goede trekhond, die bijzonder zwaar
.moet zyn om aan de wettelijke
eisen te voldoen, kost gemiddeld
150. En Ivar lust heel wat, hij is
een echte Hollebollegijs, waar wel
voor vijf gulden per week voer in
gaat. En een paardje of een paard
voor de kolenwagen of de kar met
petroleum, waarmede Bakker ook
de stad afrijdt? Bakker gelooft met,
dat het zo heel veel verschil zal
maken. MaaL hoe komt bij aan het
geld voor de aanschaffing?
Wij hebben do overtuiging uit al
deze gesprekken gekregen, dat het,
in ieder geval in de steden, voor
namelijk daar om gaat. Men zal bij
ïi
MIJN gids was student aan de
Leuvense Universiteit en 'n ge-
noegelijk reiskameraad. Om zowat
negen uur namen wij afscheid van
de gastvrije schoolmeester en togen
naar de rivier, waar een klein roei
bootje met een zwaar behaarde
roeier lag te wachten. Wij tuurden
de overkant af.- Pas op, daar gaat een,
patrouille. Eveiy "wegduiken in het
huisje van de veerman. Na een klein
half uur lijkt de kust veilig en wij
pleppercn naar de overkant, klau
teren tegen het talud op.,., ik ben
in België. Door een prachtige avond,
maar onder een betrekkende lucht,
wandelen wij een kilometer of vijf;
dan komen wij het eerste Belgischs
dorpje, Maaseyek, binnen, waar wy
ons met de weinige franken die
mijn geleider heeft, ie goed doen
aan een maaltijd in het enige hotel
letje. Helaas maar ook: gelukkig,
want het is een teken van de nade
rende invasie was diezelfde
ayond het station Diest, waarlangs
wij moesten passeren, door de R.A.È
door
platgegooid,en aan ons stationne
tje werd ons dus prompt meege
deeld," dat er van een mynwerkers-
treïn geen sprake zou wezen. Daar
het intussen was gaan omveren en
gjetregenen zijn wij doornat in het
hotel teruggekeerd, waar wij tegen
onderpand van de fiets van mijn ge
leider een kamer kregen, om de vol
gende morgen per tram onze reis
voort te zetten.
Gij kent de Belgische trams? Zo
niet, ga naar België en haal Uw
schade in. Een Belgische tram is een
rijdende sociëteit, die bovendien gie
ren. fluiten, gillen en rookgordijnen
verwekken kan. Zij wprdt voortge
zeuld door een vierkant ijzeren blok
met een kort pijpje er bovenop, en
waarin een Zwarte Piet aan allerlei
handles staat te sjorren. Soms rijdt
zy met. maar doorgaans wel. Zij ver
oorzaakt doorlopend de innigste ver
broederingen tussen de mensen, wijl
zij nen onophoudelijk doorelkaar en
tegenelkaar aan schudt. Voorts
wordt er met voorliefde van gebruik
gemaakt door de eenvoudiger!, die
doorgaans ook de gezelligsten zijn
Ik heb het recht te zeggen, dat ik
spreek uit grote, uit ryke ervaring
Want ik heb tenslote np deze reis
gans België doorgetramd, van Bree
naar Beringen, van Beringen naai
Diest o nee, dat deden we per
vrachtauto van Diest naar Leu
ven, van Leuven naar Brussel, van
Brussel naar Enghien, van Enghien
naar Gastaux, van Gastaux naai
Mons, van Mons naar Quivrain.
Iedere afstand in een andere, tram,
iedere' tram bemand^ met andere
mensen, maar niet éên keer met
vervelende mensen. Mijn reiskame
raad Sjef Lejéune roep ik tot getui
ge: hebben wy die morgen van da
25ste April een verkwikkende reis
gehad, ja of neen? Probeer maai
niet om je figuur te redden, want ik
zie je en, erger, ik hoor je nog mee
doen in dat vrijwillig dubbeïman-
nenkwartet van mijnwerkers, toen
't uitbundig begon te zingen: „Wan
neer je piano kunt spelen, heb je al
tijd succes bij de vrouw", en ik er
ken dat ik zelf gecapituleerd heb en
ben gaan mecjammeren toen dat af-
grijselijke, drama op de proppen
kwam, waarvan het refrein luidde:
Mijn vader ken ik niet
Mijn moeder wil mij niet
En sterven kautk niet
'k Ben nog zo jong....
Wij hebben het later op de dag,
toen wij in de kou en de regen en
bijna zonder franken van de ene
tram op de andere stonden te wach
ten elkaar nog maar eens toegezon
gen. „En sterven kan ik niet, 'k ben
nog zo' jong"'- Maar honger hebben
wij die dag gehad! Want mijn gelei
der wist niet hoeveel frankskes hij
voor de trams in petto houden moest
en daarom werd hij zo gierig als
Harpagon, Toen wy eindelijk in
Leuven waren en er bij vrienden
geld hadden gepoft heb ik hem erop
attent gemaakt dat hij my nodeloos
de hele dag zonder eten had gelaten
want toen had hij nog wei vijftig
franken in zijn zak. Hij vond het
niet eens erg, en wij hebben ons dus
maar weer verbroederd en zijn
per eiectrische tram, want in de
treinen controleerde de Gestapo
naar Brussel getogen, waar wij aan
wijzing hadden voor een boulevard
café: daar zou ik mijn Franse ,.pas-
seur" vinden Het klopte ..als een
ouwe Ford" schik een' van mijn
vrienden plecrl te zeggen Mirliol,
in werkelijkheid Edmunpl Cbait,
houthandelaar uit Rotterdamdik,
groot, goedgemutst, maar zonder
hoed, onttroggeide mij mijn identi
teit en gaf my een nieuwe: ik werd
de apotheker Joseph Marcel Dugard,
wonende aan de Boulevard du Ma-
réckal te Toulouse, geboren in Cas-
sel, nee niet het Duitse, maar het
Noord-Franse, en ik was na een be
zoek aan mijn kinderen op terugweg
naar mijn pillendoosjes. Dis avond
legde de apotheker Dugard het moe
de hoofd neer in een Brussels hotel
letje. De ochtend tevoren was hij
uit Amsterdam vertrokken, maar nu
al leek dat lang, lang geleden. Toen
hij de volgende morgen was opge
staan en naar de ontbijtzaal dren
telde viel in de gang zijn oog op
twee paar hoge zwarte laarzen met
prachtig gepoetste beenkappen.
Blijkbaar had hy naast een paar
vertegenwoordigers van het Herren
volk geslapen....
De dagen van de „Etoile du Nord"
waren in het voorjaar van 1944 lang
voorbij. Wel liepen er nog treinen
van Brussel naar Parijs, maar ze wa
ren schaars en cr werd hevig gecon
troleerd, Bovendien moesten de rei
zigers er aan de Belgisch-Franse
grens uit om er behalve de Franse
douane ook de Duitse Gestapo te
passeren. Menige Nederlander heeft
dat kunststukje uitgehaald, gewa
pend met valse papleren.... van de
Gestapo, vermeldende dat zij zelf tot
die illustere instelling behoorden en
„für Dicnstzwecke" naar Parijs
moesten. De regelaars van mijn reis
evenwel vonden het risico te groot.
Een paar dagen tevoren was er
iemand gepakt en sindsdien moest
op scherpere controle worden gere
kend. Wel kon jk een uitmonstering
als arbeider krijgen, maar ook dat
leek mijn gidsen niet veilig genoeg.
Na een dag overleggen ïn Brussel
werd dus uitgemaakt dat ik de
Frans-Belgische grens al even clan
destien o vei moest als ik het de Ne
derlands-Belgische had gedaan. Ge
lukkig behoefde ik niet nog een
nacht in een hotel te zijn, want
Hugo, een der vrienden van mijn
Belgische geleider, die ik in Leuven
had leren kermen en die nu ..in
battiedress" door zyn oude strijdto
neel rondwaart. Hurij had een ka
mer in Brussel en ik' kreeg er de
sleutel van -Dat was weJ zo rustig
als verhliivrn in ren hotel, waar elk
Ogenblik iprtaod van r]e Gestapo o«»n
razzia in zyn hoofd kon halen. Met
dat al lag ik al achter mijn „time
table", want in Nederland hadden
vrienden mij bezworen dat ik in
hoogstens vijl dagen in Barcelona
zou arriveren.... Op de derde dag
na mijn vertrek had ik het nog niet
verder dan Brussel gestuurd, cn
toen de eiectrische tram naar Eng
hien zich '«morgens vroeg In bewe
ging zette wist ik althans dit éne ze
ker: het zou een langere reis worden
dan mij voorspeld was en dan ik
gehoopt had. Maar ook die dag
scheen de voorjaarszon, en Michel
was zijn gezelschap overwaard. Hy
had al tijden ïahg in de Franse or
ganisatie meegedaan, sprak Frans als
Nederlands, en zat boordevol met 'n
humor cn een welgemutstheid, dio
ons zeer te stade zijn gekomen.
Wij hobbelden door de Zuidelijke
streken van België, stapten van de
ene tram in de andere, en kwamen
tenslote aan In Mons- Vandaar ging
het naar Quivrain en daar kwam dc
eerste tegenvaller: de tramlijn was
versperd door een pas gevallen bom
en we moesten verder Jopen, Michel
zou-;Michel niet zijn als Hij geen
kans had- gezien ons in een minimaal
klein vrachtautootje te wurmen,
waarin al drie mensen plus eon on
waarschijnlijke hoeveelheid bagage
waren opgepropt, en waarin ik min
of meer in een knoop toch nog rede
lijk paste. Helaas, dat ding moest na
een kilometer of drie een andere
kant uit dan wij. maar nadat we
weer een paar kilometer te voet
hadden afgelegd verscheen er een
wagen met. zuurstofcylindcrs aan de
horizon» en .wij mochten er bovenop
gaan liggen, tot in het grensdorp
waar wij ons.geluk zouden beproe
ven. Michel had overal zyn onder
grondse relaties. Nauwelijks waren
wij het doypje ingestevend of hij
werd al aangeschoten door 'n vrien
delijk man. die zeer veel met de
gendarmerie bleek te doen tc heb
ben en dié ons meenam naar zijn
1 kraakheldere huis. Daar bleek Michel
zelf de nodige persoonsveiwisseling
te moeten ondergaan eh buitendien
had dc apotheker Dugard geen duim
of vingerafdruk op zijn carte
d'idenüté. een onregelmatigheid die
met behulp van Michel's vrWid in
vlot tempo werd verholpen Wy ont
deden ons verder van onze Belgische
franken, en toen ging het op de
grens af. Die grens was-netjes ver-
sperd. Dtvars over de grote weg,
Wij zagen het in de verte, was een
tolboom en daar stonden zc, de Hit-
Ierknechten. „Had je soms gedacht
dat die lui ons cr met een beleefde
buiging door zuilen laten?", vroeg ik
Michel. Nee, dat had hij niet, want
hij boegscerde mij een smal zij
straatje in, dat weldra ophield
straatje te zijn cn ontaardde in een
pad door de weiden, waarop wy en
kele lieden tegenkwamen, die, ge
heel ongevraagd, vertelden dat „alles
in orde" was. Zij kwamen namelijk
zelf vait Frankrijk marcheren, met
kinderwagens vol smokkelwaar, en
hadden het trucje uitgehaald dat wy
eveneens zouden vertonen: klimmen
over een met prikkeldraad grondig
versperd bruggetje. Het doet je hart
goed, ts bemerken dat er een stille
solidariteit is tussen alle illegale
werkers, de smokkelaars incluis. Wij
groetten dc passanten als waren zij
onze dierbaarste verwanten, en vlak
voor liet bruggetje kwam er nog een
aanzetten, die ons vrolijk „bon
voyage" en „passez seulement" toe
riep. Dat heben wij dan ook gedaan.
Gewapend met het koffertje ben ik
achter Michel aan over de draden,
deels over, deels buiten langs de
brug geklommen en zo liepen wij
even later op Franse bodem. Wij
waren niet zo gek ver van Valen
ciennes en ons plan was, te proberen
nog dezelfde avond een trein naar
Parijs op tc diepen. Dat wil zeggen:
eerst hebben wij een drankje op de
goede afloop gedronken bij Mada
me X, die aan deze kant van de
grens de*, kluis voor Michel hield-
Hij had er Frans geld liggen en nog
andere nuttige dingen, hij scheen er
iedereen tc kennen, met uitzonde
ring van „monsieur Je chef" van de
Gestapo, die op een splinternieuwe
fiets door dc straat paradeerde. Ik
heb dc vent cr eens op aangekeken,
cn gedacht aan de „griindlichc" or
ganisatie, waaraan zo menige reizi
ger in die tijd ten offer is gevallen.
Ik_ dacht aan een van mijn trouwe
vrienden uit de ondergrondse stnjd,
Sieg Vas Dias, wjpns Moeder ik later
in Londen zou ontmoeten en die ik
heb mogen troosten over het bitter
verlies vam haar zoon, die zich beid
de afschaffing van de trekhonden
een ruime overgangstermijn in acht
moeten nemen, een paar jaar, waar
in de eigenaar kan sparen voor an
dere tractie. De Anti-Trekhonden
Bond stelt een jaar voor, maar men
neemt graag genoegen met twee of
drie jaar, vertelde ons de secreta
resse, mevrouw C. Quarles van Uf-
fordvan Ermel Scherer. En, nu
ja, we mogen het eigenlijk niet zeg
gen, want daar schuilt gevaar in,
maar als het nu helemaal moet, dan
is er wellicht hier of daar nog wel
eens een voorschotje te vinden voor
een paard of een motortje.
Wij hebben eens geïnformeerd
naar de pry zen van trekpaarden op
het ogenblik. Zij zyn veel duurder
dan voor de oorlog, ,maar een ponny
is wel te krijgen voor 3 a 400 gul
den en een paard voor 5 a 600 en
deze dieren gaan meestal veel lan
ger mee dan een hond.
Een belangrijke factor is echter,
dat zelfs dit vaak niet nodig is, In
de grote steden als Amsterdam en
Den Haag zijn geen trekhonden en
niemand mist ze. Wie in die steden
i de -melkboeren met hun zware
melkwagens door de straten ziet
sjouwen, heeft behalve het begrip
voor het zware werk dat deze men
sen moeten verrichten ook de over
tuiging gekregen, dat als het hier
zonder hond of paard kan, dat ook
elders gaat.
Ook een proef van het leger in de
eerste wereldoorlog, .toen men hon
den voor de mitraüleurkarren pro
beerde, is er volledig op mislukt.
V- -'artsenijkunde wijzen daar allen
zonder onderscheid Op.
Veel zou al bereikt zijn, zegt me
vrouw Quarles -van Ufford, als de
minimum borst breedte, die thans 14
cm is, verhoogd zou worden tot IS
cm. Ingewijden geloven, dat bij, deze
eis 80% van de nu nog bestaande
trekhonden zouden afvallen en het
kwaad dan vrijwel ai beteugeld zou
zijn.
De open brieven die de bonden,
aan de overheid gestuurd hebben,
zyn by de regering in behandeling
genomen. Een ambtenaar op binnen
landse zaken, aie wy om inlichtin
gen vroegen, kon ons op dit moment
nog niets verder zeggen. Er moeten
adviezen worden ingewonnen cn de
kwestie moet worden bekeken. Als
wy met deze ambtenaar echter van
de formele zijde afstappen, blijkt hij
er als mens alles voor le voelen om
met een geschikte overgangstermijn
de trekhonden af te schaffen. Hoe
moet dat dan echter met die boeren,
die met behulp van honden de melis-
bussen van het 'land naar de grote
weg brengen? piekert hij.
Ja, hoe moet dat? vroegen wij op
onze beurt aan mevrouw Quarles
van Ufford. Deze geeft toe, dat voor
dat karweitje, twee keer per dag en
dan meestal met wagentjes die op
rubber banden rijden, de trekhond
uitstekende diensten bewijst. Maar
naar haar mening zijn zy daarvoor
beslist niet onmisbaar. En zij bewijst
dat uit het ongerijmde: elders'in. de
wereld gaat het er ook zonder. In
Engeland, in Oostenrijk, in de Scan
dinavische landen, en om dichter by
huis te blijven: in Zeeland gebruikt
men nergens meer honden daarvoor
en eigenlyk helemaal vrijwel niet
meer.
Het kan zonder. Daar is iedereen
het wel over eens, ook de bezitter
van oen trekhond, die bereid is er
redelijk over na tc denken. In Mei
1948 werden in Drachten van de 56
honden 49 afgekeurd. En de zeven
die overbleven zijn er nu nog zeven.
En van de overige 49 voormalige be
zitters is niemand in moeilijkheden
gekomen. Dc snelle vermindering In
de laatste jaren tot ruim 2QQ0 is een
verder bewijs, dat afschaffing thans
mogelijk is.
En als het dus mogelijk is*." moet
het ook gebeuren. Hier wordt van
de mensen afhankelijke dieren on
nodig leed berokkend. De trekhond
op de Nederlandse wegen is behalve
een gevaar voor het moderne ver
keer een ergernis voor landgenoot
en vreemdeling. Ook hierin mag Ne
derland niet by het buitenland ach-
terblijveru Een beroep op de rege
ring om dit anachronisme op te rui
men verdient ieders steun. Wij heb
ben symptomen ontdekt, waaruit
blijkt dat de belangstelling van vele*
kamerleden is gewekt. De regering
heeft aandacht voor de zaak. De te
kenen zijn gunstig. De trekhond
moet verdwijnen-
haftïg gedragen heeft tot in zijn
laatste ogenblik, toen hy stond voor
het Duitse vuurpeloton; Vas Dias,
die reeds via Parijs Dij on had be
reikt op weg naar Zwitserland en
die toen plotseling in een val van de
Gestapo was beland. De armen van
Himmler reikten tot in. ja tot over
de Pyreneeën.
(Wordt .vervolgd)