Trekhondenprobleem is n kwaad maar géén schandaal Per tram dwars door België met een hongerige maag MOEILIJKHEDEN? Wij geven raad Gepensionneerden krijgen jaarlijkse toeslag 5 Robert Vogeier komt misschien vrij NOG 2000 VAN DE 60.000 Een pony-paardje is sterker en niet veel duurder 'v_ Colonel Blake J AMSTERDAM-LONDEN in 55 dagen Dinsdag 20 Juni """"O Htmrbirettte* rentezege]* onder domipen sioen tn.v*Udlteitrwijt civiel# procedure* arbeidswet cpx. Vraag; D. J. B. stelt een vraag over het interen van een kapitaaltje in verband met een eventuele uitke ring ingevolge de Noodwet Ouder domsvoorziening. Antwoord: De grootte van het toegestane gedeelte, dat mag worden' ingeteerd, is sterk afhankelijk van alterlei factoren, die moeilijk in een beknopt antwoord kunnen worden samengevat. De Raad van Arbeid zal in elk geval graag nauwkeurige in lichtingen verstrekken. Om toch te laten zien hoe in een dergelijk geval gehandeld wordt, laten wij hier de berekening volgen, zoals deze in het onderhavige geval zal worden toege past. De maximum nooduitkering voor ongebuwden, wonende in een ge meente der 4e klasse, bedraagt f 456,Het inkomen ad f 624,— wordt eerst naar beneden afgerond op een veelvoud van 50.—, ""dus op f 500,—. Hiervan wordt de helft, of f 300,—, van de, maximum uitkering afgetrokken. Er resteert dan nog 156.—. Nu mag dit restant plus het gehele inkomen niet meer bedragen dan f 725.d.i. de inkomensgrens voor ongehuwden, wonende in een ge meente der 4e klasse. In dit geval wordt de inkomensgrens met 55, overschreden (f 156,— plus f 624,— is f 780,Deze t 55,worden daar om afgetrokken van" het restant ad f 156,—. Dan blijft dus nog een be drag over van f 101.—. Dit vvordt naar boven afgerond op een veelvoud vaq, f 12.—, derhalve op f 108,—, zijnde het bedrag der nooduitkering, welke thans genoten wordt. Bij de wet van 26 Maart 1949 werden de nooduitkeringen verhoogd met een tijdelijke bijslag, ingaande 1 November 1948. De tijdelijke bijslag bedraagt f 2,50 per maand voor ge huwden en f 1,50 per maand voor on gehuwden. Met ingang van 1 Jan, IJ. onder gingen de nooduitkeringen plus de tijdelijke bijslagen een verhoging van 5 pCi, met een minimum van f 2, per maand voor gehuwden, en van 1.— per maand voor ongehuwden. Vraag: J. de W. is één van de velen, die in twijfel zijn over ver hoging van huur bij inwoning. Antwoord: De huiseigenaar mag de huurprijs verhogen wanneer de huurder een gedeelte van het huis, al dan niet gemeubileerd, aan ande ren heeft verhuurd. Deze verhogin gen wegens mede-inwoning bedra gen voor 1 mede-inwoner 5 pCi, voor 2: 10 pCt„ voor 3 of 4: 15 pCt., voor 5 of 6: 20 pCt. en voor 7 of meer mede-inwoners: 30 pCt. Wanneer zich onder de mede-inwoners fami lieleden van de huurder bevinden, WASHINGTON. De Ameri- kaanse zakenman Robert Vogeier, die op 21 .Februari door het Volks gerechtshof te Boedapest wegens „spionnage en economische sabota ge" tot 15 jaar dwangarbeid werd veroordeeld, zaï, naar men in Washington hoopt, "binnen een week op vrije voeten komen. Ame rikaanse autoriteiten onderhande len reeds enige .tijd met Hongaarse functionarissen over een vrijlating van Vogeier. Deze onderhandelin gen zouden thans in een vergevor derd stadium verkeren. t 'Het is nog niet bekend of de Brit Edgar Sanders,^ die in hetzelf de proces en op gelijke gronden tot 13 jaar gevangenisstraf werd ver oordeeld, eveneens vrij zal komen Ook de Britse regering poogt haar onderdaan uit zijn gevangenschap te doen ontslaan. Toneeltentoonstelling in Amsterdam AMSTERDAM In het Interna tionaal Cultureel Centrum Is giste ren de tentoonstelling „Fleur en geur van Nederlands toneel in oude en nieuwe tijd" geopend. Op deze expositie wordt voornamelijk de aandacht gevestigd op de verschil len in de decorbouw tussen vroeger en nu. De tentoonstelling duurt tot 1 Juli a.s. mag voor het berekenen van het per centage één inwonend familielid niet worden meegeteld. Vraag: M. M. 3t wil iets weten over verhoging van sociale renten. Antwoord: In tegenstelling tot uitkeringen by andere sociale ver zekeringswetten zijn de renten inge volge de Ouderdomswet 1819 niet met een toeslag verhoogd. Dientengevolge wordt krachtens deze wet slechts die rente betaalbaar gesteld, welke werd overeengekomen bij het sluiten der verzekering en werd -vastgelegd. In de toelatingsbeslissing. Vraag: W. S. wil iets weten over de loonbelastinggroep voor een we duwnaar zonder minderjarige kinde ren. Antwoord: Indien men 5 jaar gehuwd is geweest, wordt men ge acht-te. behoren tot, iaonbelasting- groep II. Dit ls dezelfde groep als die voor .gehuwden zonder-kinderen. Is men evenwel minder dan 5 jaar ge huwd geweest, dan wordt men inge deeld in groep I en gelijkgesteld met een ongehuwde. Vraag: J, K. is niet tevreden over een opvatting van de Schade Enquête Commissie, Antwoord: Het uitgangspunt van de schaderegeling is het schep pen van de mogelijkheid om het „be zit" te herstellen, dat sociaal voor be langhebbende gewenst is, dan wel voor het economisch herstel van ons land nodig. In de wet is verder .be-, paald, dat de voorlopige bijdrage,' welke reeds vroeger aan hen, die schade hebben geleden, was toege kend, slechts werd uitgekeerd aan erfgenamen in de rechte lijn en aan de echtgenoot of echtgenote. De aan vullende bijdrage, welke thans wordt verleend, valt eenmaal onder de mo gelijkheid van vererving. Salvatore Giulia.no, Cicilie's bau- dietenkoning, die tot nu toe hele politielcgers te slim af is geweest, zal nu eindelijk door de reeht- bank in het stadje Viterbo wor den berecht in zijn afwezig heid. Van zy» schuilplaats in. de bergen uit heeft Giuliano 'n ver dediging naar de rechters ge stuurd, waarin hij zegt, dat de i met zorg moord op 12 mensen, die hij bij Palermo pleegde, eenonge lukje was. Zijn machinegeweer ging „bij toeval'' af! Maar al is Giuliano er dan niet bij, 27 van zijn volgelingen, die eueneens zullen terechtstaan, bevinden zich in handen van de politic, die naar de kettingen op de foto laten zien de gangsters bewaakt. DEN HAAG, Eindelijk is dan de reeds zo dikwijls toegezegde rege ling voor de toeslag op de pensioenen der ambtenaren in kannen en krui ken. Het wetsontwerp, dat het wetsontwerp in zake een toeslag op de pen sioenen, dat onder de critïek der Tweede Kamer is bezweken, zal ver vangen brengt over de gehele linie een toeslag van 90 per jaar voor de hurgerlyke, militaire en spoorwegambtenaren, die vallen onder de toe- slagwet 1948. Zij, die daaronder niet vallen, krygen een toeslag van 50 per jaar. Deze toeslag wordt beschouwd als een tegemoetkoming in de 'nadelige gevolgen der devaluatie. -De veertig gulden, welke de ge pensionneerden, -vallende 'onder de toeslagwet daarenboven ontvangen, moet gezien worden "als de verwer- lijking van het indertijd door de heer Van Sleen ingediende amende ment, dat een glijdende schaal be vatte voor de toeslag op pensioenen, welke in de plaats moest komen van de door de Regering voorgestelde onbevredigende regeling, waarvan alleen een klein getal tussen 1920 en 1922 gepensionneerden zou pro fiteren. De door de heer Van Sleen voor gestelde oplossing was vrij ingewik keld, zodat voori iedere toeslag be rekeningen nodig waren. De Rege ring heeft deze eenvoudiger weg van een toeslag over de gehele linie mede gekozen, omdat de uitkering dan kan geschieden korte tijd na de aanneming van het wetsontwerp. Tegelijkertijd wordt voorgesteld een kindertoelage toe te kennen ten behoeve van gepensionneerde amb tenaren, die nog kinderen1 beneden de 16 jaar te hunnen laste hebben. Voor de eerste drie kind eren-wordt f 132 per kind per jaar toegekend, terwijl dit bedrag van het vierde kind af 162 per jaar bedraagt. De bijzondere toeslag zal 12.3 millioen per jaar vergen en de kin dertoelage f 3.750.900. Het totaal bedrag aan, pensioenen van oud-ambtenaren der Overheid inclusief de pensioenen voor oud- militairen en het spoorwegpersoneel dat vóór de toeslagwet 1948 rond f 18$ millioen beliep, en na inwer kingtreding dezer wet tot circa 220 millioen is gestegen, zal bij aanneming der thans ingediende wetsontwerpen 236 millioen be dragen. Het totaal aantal gepen sionneerden, dat onder de eerstge noemde bijzondere toeslagregeling valt, beloopt rond 147.000. Een hond is geen' trek dier. Dat is het bepin en het einde van het trekhonden- vraagstuk, Hat de laatste weker, opnieuw de aan dacht r heeft getrokken, doordat de dierenbescher mers zich tot regering en parlement hebben gewend met_ het verzoekhet ge bruik van honden als trek dieren toiaal te verbieden In dertig jaar tijds is het aantal trekhonden van 60.000' afgenomen tot nog maar iets meer dan 2000. Zou mên dat restje niet ook kunnen missen? Vooral de vreemdelingen, die Nederland in steeds grotere mate hoopt aan ie trekken, ergeren zich groen en blauw als zij op hutt „tocliten door ons land kar ren en bakfietsen tegenko men, die door honden wor den getrokken. Nederland is in dit opsiehf' nog een tikje achterlijk. Bijna overal elders m de beschaafde wereld is het ver boden handen te laten trekken. Hier mag het nog. Weliswaar legt de Trekhondenwet van 1910 tal van beperkingen op, maar het kwaad bestaat nog en met de be perkingen wordt nog wel eens. door gebrek aan voldoende controle mogelijkheden, de hand gelicht. Het trekhondenprobleem is een kwaad, schreven wij. Het is echter geen schandaal meer. Daarover zijn, naar ons bleek, voor- en tegenstan ders het wel eens. Mede door de jaarlijkse verplichte keuringen, waarbij een nummer bewijs wordt uitgereikt, komen ergelyke gevallen van verwaarlozing en mishandeling bijna niet meer voor. De honden Ti ebben het m het algemeen niet kwaad, eigenbelang van- de eigenaar waarborgt over het algemeen een goede verzorging, de dieren gaan graag met hun baas op stap. En toch moet er nu maar gauw een einde aan gemaakt worden, want de hond is geen trekdier. „Maat hoe moet het dan met mijn bednjf?" vraagt de eigenaar van de trekhond. We bobben met enkele neringdoenden die een hond gebrui ken gepraat. We zijn daarvoor naar Zwijndrecht gegaan, waar men nog ongeveer 15 honden In dienst heeft. De inspecteur van de Anti-Trek honden bond, oud-rechercheur D. van den Burg, zelf hoofdbestuurslid van de Bond van Polïtie-ambtena- ren. in Nedarland tot Bescherming van Dieren, wijst ons de weg. In de straten van het stadje komen wij ze overal tegen: een soort handkar met handelswaar er op en een hond in een tuigje tussen de wielen er onder. We blijven eens op een afstandje kijken naar de kar van groenteman Dos. Op. zijn wagen een stapel groentekisBes, een" 300 kg misschien. Hij heeft ■.hart" voor.zijn dier, want als hij verder 'gdbt trekt hij eerst zelf de wagen aan en als deze een maal rüJt' kap de hond er onder het gemakkelijk verder trekken. De heer v. d. Burg. die hier regel matig keurt, kent eigenaar en dier. Zij maken een gemoedelijk praatje. Los vertelt verontwaardigd, dat iemand hem gisteren toeriep „schaam jij je niet om met die warmte een hond te laten trekken!" „Hoe moet het dan anders?" vraagt Los ons. „Moet ik dan trekken?" Hu stelt de kwestie echter naar onze mening verkeerd. Is er geen andere oplossing? onderzoeken wij, Er is «een dier, dat voor het trekken de .juiste bouw heeft: het paard. Ja, de groenteman heeft wel aan een paard gedacht. Als het gebruik van ,een hond verboden wordt, zal hy een paard moeten aanschaffen. Dat heeft ook vele voordelen. Nu moet IVAR trekt petro leum en „ukken ko len door de straten. In het verleden waren zijn lasten zo zwaar, dat zijn achterpoten doorzakten, maar vm past zijn baas beter op. (Foto boven). IN ZWIJNDRECHT ziet men behalve trekhonden tientallen Shctlandse pony's door de straten rij den. Deze dieren zijn wel geschikt om te trekken. Een oplos sing voor het trek- hondenpTob leem hij af en toe terug naar huis, om nieuwe voorraad te halen. Als hij een paard heeft, kan hij alles in één keer meenemen. Het kost meer, in aanschaffing en onderhoud. Do verschillen zijn echter niet zo groot en wij krijgen de overtuiging, dat deze zakenman niet m zijn brood geschaad wordt, als hem verboden wordt een hond te gebruiken. En zo is het eigenlijk overal. In Zwijndrecht viel ons iets merkwaar digs op. Overal in het stadje vindt men wagens, met een miniatuur- paardje er voor, een. Shetlandse ponny. Ook de bakker heeft voor jüïn gewone bakkerswagen zo'n grappig, kwiek dier lopen. Ligt hier de oplossing voor het vraagstuk? De kolenboer Bakker kijkt ernstig als wij deze mogelijkheid met hem bepraten. Zijn hond Ivar, een enor- ,me kolos en een kolos van louter goedheid, is maar net door de keu ring van verleden jaa* gekomen. ïZyn achterbenen zijn doorgezakt, een gevolg van het trekken van te zware lasten. Boze tongen hebben ons verteld, dat het dier soms meer dan 1000 kg moet trekken. De heer v. d. Burg wijst ons echter op het grote nut van de keuringen: Bakker' heeft zyn les geleerd en het dier minder zwaar belast. De „koehak- 'kigheid" is niet erger geworden. Ivar heeft zijn baas 110.gekost en dat was niet duur, want een goede trekhond, die bijzonder zwaar .moet zyn om aan de wettelijke eisen te voldoen, kost gemiddeld 150. En Ivar lust heel wat, hij is een echte Hollebollegijs, waar wel voor vijf gulden per week voer in gaat. En een paardje of een paard voor de kolenwagen of de kar met petroleum, waarmede Bakker ook de stad afrijdt? Bakker gelooft met, dat het zo heel veel verschil zal maken. MaaL hoe komt bij aan het geld voor de aanschaffing? Wij hebben do overtuiging uit al deze gesprekken gekregen, dat het, in ieder geval in de steden, voor namelijk daar om gaat. Men zal bij ïi MIJN gids was student aan de Leuvense Universiteit en 'n ge- noegelijk reiskameraad. Om zowat negen uur namen wij afscheid van de gastvrije schoolmeester en togen naar de rivier, waar een klein roei bootje met een zwaar behaarde roeier lag te wachten. Wij tuurden de overkant af.- Pas op, daar gaat een, patrouille. Eveiy "wegduiken in het huisje van de veerman. Na een klein half uur lijkt de kust veilig en wij pleppercn naar de overkant, klau teren tegen het talud op.,., ik ben in België. Door een prachtige avond, maar onder een betrekkende lucht, wandelen wij een kilometer of vijf; dan komen wij het eerste Belgischs dorpje, Maaseyek, binnen, waar wy ons met de weinige franken die mijn geleider heeft, ie goed doen aan een maaltijd in het enige hotel letje. Helaas maar ook: gelukkig, want het is een teken van de nade rende invasie was diezelfde ayond het station Diest, waarlangs wij moesten passeren, door de R.A.È door platgegooid,en aan ons stationne tje werd ons dus prompt meege deeld," dat er van een mynwerkers- treïn geen sprake zou wezen. Daar het intussen was gaan omveren en gjetregenen zijn wij doornat in het hotel teruggekeerd, waar wij tegen onderpand van de fiets van mijn ge leider een kamer kregen, om de vol gende morgen per tram onze reis voort te zetten. Gij kent de Belgische trams? Zo niet, ga naar België en haal Uw schade in. Een Belgische tram is een rijdende sociëteit, die bovendien gie ren. fluiten, gillen en rookgordijnen verwekken kan. Zij wprdt voortge zeuld door een vierkant ijzeren blok met een kort pijpje er bovenop, en waarin een Zwarte Piet aan allerlei handles staat te sjorren. Soms rijdt zy met. maar doorgaans wel. Zij ver oorzaakt doorlopend de innigste ver broederingen tussen de mensen, wijl zij nen onophoudelijk doorelkaar en tegenelkaar aan schudt. Voorts wordt er met voorliefde van gebruik gemaakt door de eenvoudiger!, die doorgaans ook de gezelligsten zijn Ik heb het recht te zeggen, dat ik spreek uit grote, uit ryke ervaring Want ik heb tenslote np deze reis gans België doorgetramd, van Bree naar Beringen, van Beringen naai Diest o nee, dat deden we per vrachtauto van Diest naar Leu ven, van Leuven naar Brussel, van Brussel naar Enghien, van Enghien naar Gastaux, van Gastaux naai Mons, van Mons naar Quivrain. Iedere afstand in een andere, tram, iedere' tram bemand^ met andere mensen, maar niet éên keer met vervelende mensen. Mijn reiskame raad Sjef Lejéune roep ik tot getui ge: hebben wy die morgen van da 25ste April een verkwikkende reis gehad, ja of neen? Probeer maai niet om je figuur te redden, want ik zie je en, erger, ik hoor je nog mee doen in dat vrijwillig dubbeïman- nenkwartet van mijnwerkers, toen 't uitbundig begon te zingen: „Wan neer je piano kunt spelen, heb je al tijd succes bij de vrouw", en ik er ken dat ik zelf gecapituleerd heb en ben gaan mecjammeren toen dat af- grijselijke, drama op de proppen kwam, waarvan het refrein luidde: Mijn vader ken ik niet Mijn moeder wil mij niet En sterven kautk niet 'k Ben nog zo jong.... Wij hebben het later op de dag, toen wij in de kou en de regen en bijna zonder franken van de ene tram op de andere stonden te wach ten elkaar nog maar eens toegezon gen. „En sterven kan ik niet, 'k ben nog zo' jong"'- Maar honger hebben wij die dag gehad! Want mijn gelei der wist niet hoeveel frankskes hij voor de trams in petto houden moest en daarom werd hij zo gierig als Harpagon, Toen wy eindelijk in Leuven waren en er bij vrienden geld hadden gepoft heb ik hem erop attent gemaakt dat hij my nodeloos de hele dag zonder eten had gelaten want toen had hij nog wei vijftig franken in zijn zak. Hij vond het niet eens erg, en wij hebben ons dus maar weer verbroederd en zijn per eiectrische tram, want in de treinen controleerde de Gestapo naar Brussel getogen, waar wij aan wijzing hadden voor een boulevard café: daar zou ik mijn Franse ,.pas- seur" vinden Het klopte ..als een ouwe Ford" schik een' van mijn vrienden plecrl te zeggen Mirliol, in werkelijkheid Edmunpl Cbait, houthandelaar uit Rotterdamdik, groot, goedgemutst, maar zonder hoed, onttroggeide mij mijn identi teit en gaf my een nieuwe: ik werd de apotheker Joseph Marcel Dugard, wonende aan de Boulevard du Ma- réckal te Toulouse, geboren in Cas- sel, nee niet het Duitse, maar het Noord-Franse, en ik was na een be zoek aan mijn kinderen op terugweg naar mijn pillendoosjes. Dis avond legde de apotheker Dugard het moe de hoofd neer in een Brussels hotel letje. De ochtend tevoren was hij uit Amsterdam vertrokken, maar nu al leek dat lang, lang geleden. Toen hij de volgende morgen was opge staan en naar de ontbijtzaal dren telde viel in de gang zijn oog op twee paar hoge zwarte laarzen met prachtig gepoetste beenkappen. Blijkbaar had hy naast een paar vertegenwoordigers van het Herren volk geslapen.... De dagen van de „Etoile du Nord" waren in het voorjaar van 1944 lang voorbij. Wel liepen er nog treinen van Brussel naar Parijs, maar ze wa ren schaars en cr werd hevig gecon troleerd, Bovendien moesten de rei zigers er aan de Belgisch-Franse grens uit om er behalve de Franse douane ook de Duitse Gestapo te passeren. Menige Nederlander heeft dat kunststukje uitgehaald, gewa pend met valse papleren.... van de Gestapo, vermeldende dat zij zelf tot die illustere instelling behoorden en „für Dicnstzwecke" naar Parijs moesten. De regelaars van mijn reis evenwel vonden het risico te groot. Een paar dagen tevoren was er iemand gepakt en sindsdien moest op scherpere controle worden gere kend. Wel kon jk een uitmonstering als arbeider krijgen, maar ook dat leek mijn gidsen niet veilig genoeg. Na een dag overleggen ïn Brussel werd dus uitgemaakt dat ik de Frans-Belgische grens al even clan destien o vei moest als ik het de Ne derlands-Belgische had gedaan. Ge lukkig behoefde ik niet nog een nacht in een hotel te zijn, want Hugo, een der vrienden van mijn Belgische geleider, die ik in Leuven had leren kermen en die nu ..in battiedress" door zyn oude strijdto neel rondwaart. Hurij had een ka mer in Brussel en ik' kreeg er de sleutel van -Dat was weJ zo rustig als verhliivrn in ren hotel, waar elk Ogenblik iprtaod van r]e Gestapo o«»n razzia in zyn hoofd kon halen. Met dat al lag ik al achter mijn „time table", want in Nederland hadden vrienden mij bezworen dat ik in hoogstens vijl dagen in Barcelona zou arriveren.... Op de derde dag na mijn vertrek had ik het nog niet verder dan Brussel gestuurd, cn toen de eiectrische tram naar Eng hien zich '«morgens vroeg In bewe ging zette wist ik althans dit éne ze ker: het zou een langere reis worden dan mij voorspeld was en dan ik gehoopt had. Maar ook die dag scheen de voorjaarszon, en Michel was zijn gezelschap overwaard. Hy had al tijden ïahg in de Franse or ganisatie meegedaan, sprak Frans als Nederlands, en zat boordevol met 'n humor cn een welgemutstheid, dio ons zeer te stade zijn gekomen. Wij hobbelden door de Zuidelijke streken van België, stapten van de ene tram in de andere, en kwamen tenslote aan In Mons- Vandaar ging het naar Quivrain en daar kwam dc eerste tegenvaller: de tramlijn was versperd door een pas gevallen bom en we moesten verder Jopen, Michel zou-;Michel niet zijn als Hij geen kans had- gezien ons in een minimaal klein vrachtautootje te wurmen, waarin al drie mensen plus eon on waarschijnlijke hoeveelheid bagage waren opgepropt, en waarin ik min of meer in een knoop toch nog rede lijk paste. Helaas, dat ding moest na een kilometer of drie een andere kant uit dan wij. maar nadat we weer een paar kilometer te voet hadden afgelegd verscheen er een wagen met. zuurstofcylindcrs aan de horizon» en .wij mochten er bovenop gaan liggen, tot in het grensdorp waar wij ons.geluk zouden beproe ven. Michel had overal zyn onder grondse relaties. Nauwelijks waren wij het doypje ingestevend of hij werd al aangeschoten door 'n vrien delijk man. die zeer veel met de gendarmerie bleek te doen tc heb ben en dié ons meenam naar zijn 1 kraakheldere huis. Daar bleek Michel zelf de nodige persoonsveiwisseling te moeten ondergaan eh buitendien had dc apotheker Dugard geen duim of vingerafdruk op zijn carte d'idenüté. een onregelmatigheid die met behulp van Michel's vrWid in vlot tempo werd verholpen Wy ont deden ons verder van onze Belgische franken, en toen ging het op de grens af. Die grens was-netjes ver- sperd. Dtvars over de grote weg, Wij zagen het in de verte, was een tolboom en daar stonden zc, de Hit- Ierknechten. „Had je soms gedacht dat die lui ons cr met een beleefde buiging door zuilen laten?", vroeg ik Michel. Nee, dat had hij niet, want hij boegscerde mij een smal zij straatje in, dat weldra ophield straatje te zijn cn ontaardde in een pad door de weiden, waarop wy en kele lieden tegenkwamen, die, ge heel ongevraagd, vertelden dat „alles in orde" was. Zij kwamen namelijk zelf vait Frankrijk marcheren, met kinderwagens vol smokkelwaar, en hadden het trucje uitgehaald dat wy eveneens zouden vertonen: klimmen over een met prikkeldraad grondig versperd bruggetje. Het doet je hart goed, ts bemerken dat er een stille solidariteit is tussen alle illegale werkers, de smokkelaars incluis. Wij groetten dc passanten als waren zij onze dierbaarste verwanten, en vlak voor liet bruggetje kwam er nog een aanzetten, die ons vrolijk „bon voyage" en „passez seulement" toe riep. Dat heben wij dan ook gedaan. Gewapend met het koffertje ben ik achter Michel aan over de draden, deels over, deels buiten langs de brug geklommen en zo liepen wij even later op Franse bodem. Wij waren niet zo gek ver van Valen ciennes en ons plan was, te proberen nog dezelfde avond een trein naar Parijs op tc diepen. Dat wil zeggen: eerst hebben wij een drankje op de goede afloop gedronken bij Mada me X, die aan deze kant van de grens de*, kluis voor Michel hield- Hij had er Frans geld liggen en nog andere nuttige dingen, hij scheen er iedereen tc kennen, met uitzonde ring van „monsieur Je chef" van de Gestapo, die op een splinternieuwe fiets door dc straat paradeerde. Ik heb dc vent cr eens op aangekeken, cn gedacht aan de „griindlichc" or ganisatie, waaraan zo menige reizi ger in die tijd ten offer is gevallen. Ik_ dacht aan een van mijn trouwe vrienden uit de ondergrondse stnjd, Sieg Vas Dias, wjpns Moeder ik later in Londen zou ontmoeten en die ik heb mogen troosten over het bitter verlies vam haar zoon, die zich beid de afschaffing van de trekhonden een ruime overgangstermijn in acht moeten nemen, een paar jaar, waar in de eigenaar kan sparen voor an dere tractie. De Anti-Trekhonden Bond stelt een jaar voor, maar men neemt graag genoegen met twee of drie jaar, vertelde ons de secreta resse, mevrouw C. Quarles van Uf- fordvan Ermel Scherer. En, nu ja, we mogen het eigenlijk niet zeg gen, want daar schuilt gevaar in, maar als het nu helemaal moet, dan is er wellicht hier of daar nog wel eens een voorschotje te vinden voor een paard of een motortje. Wij hebben eens geïnformeerd naar de pry zen van trekpaarden op het ogenblik. Zij zyn veel duurder dan voor de oorlog, ,maar een ponny is wel te krijgen voor 3 a 400 gul den en een paard voor 5 a 600 en deze dieren gaan meestal veel lan ger mee dan een hond. Een belangrijke factor is echter, dat zelfs dit vaak niet nodig is, In de grote steden als Amsterdam en Den Haag zijn geen trekhonden en niemand mist ze. Wie in die steden i de -melkboeren met hun zware melkwagens door de straten ziet sjouwen, heeft behalve het begrip voor het zware werk dat deze men sen moeten verrichten ook de over tuiging gekregen, dat als het hier zonder hond of paard kan, dat ook elders gaat. Ook een proef van het leger in de eerste wereldoorlog, .toen men hon den voor de mitraüleurkarren pro beerde, is er volledig op mislukt. V- -'artsenijkunde wijzen daar allen zonder onderscheid Op. Veel zou al bereikt zijn, zegt me vrouw Quarles -van Ufford, als de minimum borst breedte, die thans 14 cm is, verhoogd zou worden tot IS cm. Ingewijden geloven, dat bij, deze eis 80% van de nu nog bestaande trekhonden zouden afvallen en het kwaad dan vrijwel ai beteugeld zou zijn. De open brieven die de bonden, aan de overheid gestuurd hebben, zyn by de regering in behandeling genomen. Een ambtenaar op binnen landse zaken, aie wy om inlichtin gen vroegen, kon ons op dit moment nog niets verder zeggen. Er moeten adviezen worden ingewonnen cn de kwestie moet worden bekeken. Als wy met deze ambtenaar echter van de formele zijde afstappen, blijkt hij er als mens alles voor le voelen om met een geschikte overgangstermijn de trekhonden af te schaffen. Hoe moet dat dan echter met die boeren, die met behulp van honden de melis- bussen van het 'land naar de grote weg brengen? piekert hij. Ja, hoe moet dat? vroegen wij op onze beurt aan mevrouw Quarles van Ufford. Deze geeft toe, dat voor dat karweitje, twee keer per dag en dan meestal met wagentjes die op rubber banden rijden, de trekhond uitstekende diensten bewijst. Maar naar haar mening zijn zy daarvoor beslist niet onmisbaar. En zij bewijst dat uit het ongerijmde: elders'in. de wereld gaat het er ook zonder. In Engeland, in Oostenrijk, in de Scan dinavische landen, en om dichter by huis te blijven: in Zeeland gebruikt men nergens meer honden daarvoor en eigenlyk helemaal vrijwel niet meer. Het kan zonder. Daar is iedereen het wel over eens, ook de bezitter van oen trekhond, die bereid is er redelijk over na tc denken. In Mei 1948 werden in Drachten van de 56 honden 49 afgekeurd. En de zeven die overbleven zijn er nu nog zeven. En van de overige 49 voormalige be zitters is niemand in moeilijkheden gekomen. Dc snelle vermindering In de laatste jaren tot ruim 2QQ0 is een verder bewijs, dat afschaffing thans mogelijk is. En als het dus mogelijk is*." moet het ook gebeuren. Hier wordt van de mensen afhankelijke dieren on nodig leed berokkend. De trekhond op de Nederlandse wegen is behalve een gevaar voor het moderne ver keer een ergernis voor landgenoot en vreemdeling. Ook hierin mag Ne derland niet by het buitenland ach- terblijveru Een beroep op de rege ring om dit anachronisme op te rui men verdient ieders steun. Wij heb ben symptomen ontdekt, waaruit blijkt dat de belangstelling van vele* kamerleden is gewekt. De regering heeft aandacht voor de zaak. De te kenen zijn gunstig. De trekhond moet verdwijnen- haftïg gedragen heeft tot in zijn laatste ogenblik, toen hy stond voor het Duitse vuurpeloton; Vas Dias, die reeds via Parijs Dij on had be reikt op weg naar Zwitserland en die toen plotseling in een val van de Gestapo was beland. De armen van Himmler reikten tot in. ja tot over de Pyreneeën. (Wordt .vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1950 | | pagina 5