I Publiceerden Elfferich en zijn chef militaire geheimen in ons blad? Officier eist gevangenisstraf Feestelijke première van R 'dams Ballet Ensem ble Maarssense fabriek bad een geflatteerde balans Dagvaarding door raadsman op alle punten betwist ,,Fête Champêtre" Morgen staking bij acht strokarton fabrieken Geef IJ tv hond dagelijk Propagandist wendde geld tbc-bestrijding ten eigen bate aan Belgisch automobilist in Zuid-Limburg verongelukt Mislukte overval op een Boerenleenbank Knoeiende boekhouder hoort in hoger beroep zwaardere eis: 8 maanden 3 Getuige: Ja. en ik heb toen meteen „Het Rotterdamsch Parool" opgebeld om te vragen mij het ar tikel op te sturen. Hij. noch zijn chef waren toen echter aanwezig maar mij werd beloofd dat het ver zoek zou worden doqrgegevcn. Heeft de- thans 21-jarige leerling-journalist L. J. Elfferich eeS'moS op'verzoek vWdë van „Het Rotterdamsch Parool" in een op 14 Januari i.l. ge- Luchtwachtdienst opbelde, bleek - dat niet te zijn gebeurd. Maai* hij heeft het aan u voorgelezen om het aldus nog tc verifiëren. Getuige: Ik heb mij niet goed keurend over het stuk uitgelaten. Pres.: Maar u zei toch na een paar zinnen steeds: Ja. ja? Getuige: Als teken dat ik hem volgde. Pres.: Hij zag er een bewijs van uw toeslemming in. En hebt u ten slotte ook niet gezegd: U gaat uw gang maar? Getuige: Ja. maar dat zei ik ironisch. Pres.: Was het eigenlijk een be denkelijk stuk? Stonden er inder daad dingen in die geheim moesten worden gehouden? Getuige: Als ik het in mijn bezit had gekregen zou ik het naar de Veiligheidsdienst hebben gestuurd. Geheim of niet geheim: dat is geen kwestie voor de Voorlichtingsdienst. Pres.: Bent u technisch inet de onderhavige kwestie op de hoogte? Er komt in het artikel bijvoorbeeld iets voor over vierduizend voet. Getuige; Ik geloof niet dat het op de afstand aankomt. Officier: Dat is juist één van de punten, waar men bij dc militairen over is gevallen. publieeerd artikel over een centraalpost van de Luchtwacht dienst inderdaad gegevens bekend gemaakt waarvan geheim houding door het belang van de staat werd geëist? Met deze vraag, die in het begin van dit jaar zoveel gemoederen in be weging bracht en zoveel welversneden pennen op het papier, heeft de Rotterdamse Rechtbank zich gistermiddag dan einde lijk bezig gehouden. De Officier van Justitie, mr. B. 'van der Meulen, meende een bevestigend antwoord te moeten geven en eiste tegen Elfferich één maand voorwaardelijke gevange nisstraf. Voor de chef van deze verdachte, onze 44-jarige redacteur L. W. Schmidt, wie eveneens grove schuld was ten laste gelegd, vroeg hij veertien dagen onvoorwaardelijk. Tegenover dit „Ja" van de Officier stelde de verdediger, mr. H. de Bie Jr., zijn scherp „Nee!" Ter staving hiervan bracht hij dc Verdachte: Ja. we hadden de ene militaire publicatie na de an- I publicaties inmiddels weer een öere ter tafel, waarin soortgelijke t dag uitgesteld en de daarop vol- gegevens waref opgenomen als dooi-gende ochtend werd ik toen op- Eliferich gepu'c..cccrd, dan wel ge- nieuw door de Luchtwachtdienst gevens van. naar zijn mening, nog over het artikel opgebeld. Of ik me verder strekkende aard! Bijna dreigde de behandeling van de zaak, die al een keer is uitge steld. toen nogmaals te worden op geschoven. De verdediger voegde namelijk aan zijn betoog toe, geen enkele waarde te hechten aan de schriftelijke verklaring van luite nant-generaal Aler, voormalig chef Luchtmachtstaf. Deze zegt daarin dat de gewraakte passages van het betrokken artikel inderdaad gege vens bevatten, die „formeel gespro ken." geheim zonden moeten blijven. De Officier verzocht de Rechtbank daarop, over dit twistpunt dan maar een deskundige van de Veiligheids dienst te horen. In Raadkamer besliste de rechtbank evenwel, dat geen termen aanwezig waren om hieraan tc voldoen. In feite ver klaarde zij zich dus bevoegd, zélf over het al of niet geheim zijn van de in de dagvaarding genoemde feiten te oordelen. De belangstelling voor de, in het Nederlandse kranten wereldje langza. merhand vermaard geworden „zaak- Elf ferich" was groot. Uit stad etl land waren journalisten naar de hoge, donkere rechtszaal aan de Noordsingel gekomen. En hun mede leven, destijds ai duidelijk gebleken toen de jonge Rotterdamse journa list vier dagen in voorlopige hech tenis zat, was ook nu weer zo sterk dat zij tot vlak voor de groene tafel opdrongen om geen woord in de holle; schemerige ruimte ver loren te laten gaan. Op verzoek van de president, mr. J. C, Berenschot, vertelde verdachte zelf nog eons hoe dc zaak zich destijds heeft toegedragen. Uit zijn verha»! bleek, dat hij zich op 8 Januari naar de Kanaahveg te Rot terdam had begeven omdat men daar volgens een tipgever met een bouwwerk aan dc gang zou zijn. Elfferich zei toen zich in verbinding te zullen stellen met ecn militaire voorlichtingsdienst en verwijderde zich. Dat deed hij de volgende dag dus, door middel van de telefoon. Een officier van deze dienst verwees hetn echter weer naar de Luchtwacht dienst aan dc Parklaan te Rotter dam teneinde daar inlichtingen te kunnen inwinnen. Kapitein V., de commandant, bleek niet aanwezig te zijn toen Elfferich zich op 12 Januari bij deze dienst meldde. De adjüdant Q. echter verklaarde zich bereid hem het een en ander te vertellen, haalde er zelfs folders en foto's bij en was hem op allerlei andere manieren van dienst. Aldus Elfferich. Niets gezegd Pres.: Is er toen nog gezegd dat u voorzichtig moest zyn met publi ceren Verdachte: Nee, meneer de presi dent: Pres.: U weet dat het hier om twee, in uw verhaal vermelde ge gevens gaat. Zowel het feit. dat er in dc door u beschreven bunker een machinekamer komt om in geval van nood eigen energie op te wek ken als de omstandigheid, dat elk vliegtuig beneden de vierduizend v.oet in de post kan worden ge signaleerd, zouden geheim zijn ge weest. Hoe zat het daar dan mee? Verdachte: In mijn artikel stond aanvankelijk vierduizend meter en de Luchtwachtdienst heeft dit zelf naderhand Pres.: Ja, waarom hebt u dat later eigenlijk dan veranderd? Verdachte: De morgen na mijn onderhoud met adjudant Q. liet zijn commandant mij telefonisch verzoe ken nog even langs te komen. In dc Parkiaan gearriveerd, vroeg de kapitein mij wat zijn ondergeschik te wel allemaal had verteld. Toen hij van die vierduizend meter hoor de. vertelde hy me dat hier met van meters, doch van voeten sprake was. Hij heeft er toen nog gegevens aan toegevoegd, onder meer die om trent de machinekamer. Pres.: En heeft de kapitein u toen gezegd, dat hij het prettig zou vin den als u zich nog even met de garnizoenscommandant in verbin ding stelde, omdat een nieuwe le gerorder zulks noodzakelijk maakte? Verdachte: Ja. meneer de presi dent. Maar kolonel S., de garni zoenscommandant. was. zéér ver baasd te horen dal h ij hier toe stemming zou moeten geven. Hij vroeg mij. me te wenden tot de Luchtmacht Voorlichtingsdienst. Toen ik zei. dat ik daarmee was be gonnen. zei hij: Nou, dan is het ra orde. Pres.: En u dacht op die manier wel helemaal klaar te zijn met uw artikel? (Advertentie l-M.) toch nog even met de Luchtmacht Voorlichtingsdienst in verbinding wilde stellen. Ik kreeg daar, even als de vorige keer, dc kapitein A. aan de telefoon, die mij mededeelde dat ik voor de publicatie eigenlijk toestemming van zijn dienst nodig had. Ik vroeg hem toen of hij mij difc niet eerder had kunnen vertel len, omdat het artikel nu al in on ze vroegste editie was afgedrukt. Toen hij informeerde of ik publica tie in de 's middags tc-verschijnen stadseditie nog kon voorkomen, heb ik hem voorgesteld, het artikel voor te lezen om het aldus te kunnen verifiëren. Dat is toen gebeurd en om de twee, drie zinnen zei de ka pitein: Ja. gaat u maar door. Hij heeft mij daarna niet gezegd dat ik het niet mocht publiceren. Hij be sloot zelfs met: Ja. dat is goed. Pres.: dc kapitein heeft u ook niet gezegd, dat cr geheime dingen in stonden? Verdachte: Dat heeft hij niet ge zegd. meneer de president! Pres.: Maar waarom zette u dan het woord geheim m de kop boven uw artikel? Verdachte: Dat sloeg alleen op de plaats waar de beschreven cen traalpost werd gebouwd. Die heb ik slechts als „ergens in Rotterdam" aangeduid, hoewel kapitein V, me nog had verteld dat ik wel over dc noord-westelijke stadsrand mocht schrijven. Pres.: U wist dus pertinent niet. dat geheimhouding omtrent de twee genoemde gegevens zou zijn gebo den? Verdachte: Dat rs zelfs geen ogen blik bij me opgekomen. Ik werd bij de Luchtwachtdienst zb vriendelijk ontvangen Drie vragen De drie vragen, die de gehele be handeling van deze zelfs door bui tenlandse kranten gesignaleerde zaak beheersten, kwamen ook in de andere verhoren aan de'orde. Drie vragen, waarvan de verdediger de volgende formulering gaf: 1. Waren de bewuste gegevens inderdaad ge heim? 2. Moesten ze ook geheim blijven? 3, Zo ja, kon de verdachte dat weten, zoals in de dagvaarding met stelligheid wordt beweerd? Over het al of met geheim zijn zouden Officier en pleiter nader hand nog het hunne zeggen. Voor lopig kwam alleen de Haagse jour nalist J. v. O. v. d. A. dc Recht bank vertellen hoe hij. lang vóór de nu zo gewraakte publicatie, als verslaggever van ..Het Parool" met een vijf en twintigtal andere jour nalisten in Den Haag al eens net zo'n bunker had bezichtigd als later dan ook in Rotterdam werd ingericht. Dit geschiedde op uitno diging van dezelfde Luchtmacht Voorlichtingsdienst, die vooraf een persconferentie over hot onderwerp had gehouden. Dc journalisten had den alles in werking kunnen zien en zelfs waren er foto's gemaakt. Pres.: Is er toen over een machi nekamer gesproken? Getuige: Er is medegedeeld dat de bunker eventueel volkomen on afhankelijk van de buitenwereld zou kunnen werken. Op technische détails zijn wij verder niet inge gaan. Pres.: En heeft dc Luchtmacht Voorlichtingsdienst toen sonris voor af inzage van te publiceren artike len gevraagd? Getuige: Dat is pertinent niet het geval geweest. De vraag of verdachte Elfferich. en dus ook zijn chef, van een even- tueel noodzakelijke geheimhouding zou De andere kantn De verdediger, door deze laatste opmerkingen gemtrigueerd, wilde op zijn beurt graag weten welke practische betekenis de zogeheten geheime gegevens uit het artikel voor kwaadwillenden kan hebben. Getuige A. verklaarde echter nog maals daarover geen oordeel te kunnen geven. „Bet kan best zijn dat ze er „aan de andere kant" iets uit kunnen distilleren", meende hij. Daarop las de president de .verkla ring van generaal Aler voor. waar aan de verdediger echter geen en kele waarde bleek te hechten. „El- zij n tevoren door militaire instan ties gegevens verstrekt van veel verder strekkende aard als waar voor verdachte nu is aangevallen," zo zei hij. Hij wees er overigens op, dat generaal Aler voor ecn vervol ging geen reden aanwezig achtte. De Officier van Justitie beschikte echter over ecn stuk van een kolo nel met een tegenovergestelde con clusie en vroeg op dit moment schorsing van dc zaak. Maar in Raadkamer besloot de Rechtbank dus. toch niet in te gaan op het verzoek van de Officier om dan ecn deskundige te horen. En na enkele minuten reeds verscheen dan ook de vroegere adjudant Q. voor het hekje, de man van wie Elfferich zijn eerste inlichtingen kreeg. Deze vertelde dat hij dc verslaggever graag het een en ander had verteld. De Luchtwachtdienst moest immers propaganda maken, aan de weg timmeren! En hem was zeker géén geheimhouding opge legd. Pres.: Waarom heeft kapitein V. u later dan gestraft? Getuige: Omdat het in het kader van de militaire verhoudingen be ter was geweest als ik het geven van inlichtingen aan mijn comman dant had overgelaten. Kapitein V., die vervolgens zelf werd gehoord, bevestigde dat hij zijn adjudant niet had gestraft om- het lag niet °P mijn weg om een afschrift te vragen ter verificatie. Dat is dc taak van de "ïorlichtings- dienst Verdediger: U was dus ontzaglijk ongerust, en bent toen maar met de auto naar Sch even in gen gegaan. Was het Riot veel eenvoudiger ge weest om dc telefoon te grijpen en ..Het Rotterdamsch Parool" te bel len om publicatie op tc houden? Getuige: Nogmaals, dat lag met op mijn weg. De garnizoenscommandant, ver volgens als getuige gehoord, ver klaarde tegen Elliench te hebben gezegd dat hij geen verantwoorde lijkheid voor diens artikel op zich kon nemen. Verdediger: U hebt dus met ge zegd: Ik verbied het u. Alleen maar. dat u geen bevoegdheid had" Cetuigc: Ik heb hem uitdrukkelijk naar de Leger Voorlichtingsdienst verwezen. Daar zouden ze hem dan wel weer naar de collega's van de Lucht wacht hebben gestuurd. Pres.: Zeg, verdachte, hoe zit dat? Verdachte: Ik vertelde do garni zoenscommandant dat *k al bij dc Luchtmacht Voorlichtingsdienst was geweest en toen zei hij: Dan is het in orde! Getuige: lk kan me dat niet her inneren. maar het zou voor mij geen reden zijn geweest om toe stemming te geven. V er o ut uaard i ging Terwijl de stentorstem van de garnizoenscommandant nog naklonk door de zaal, verscheen getuige J, P. A. B. uit Den Haag voor de groene tafel. Als redacteur van de Luchtmacht Voorlichtingsdienst kwam hij de verklaringen van kapi tein A. min of meer bevestigen. Alle narigheid had kunnen worden voor komen, zo zei hij, als Elfferich het stuk maar onverwijld had opge stuurd. Verdediger: Iedereen is zo ver schrikkelijk geschrokken. Kapitein A. is zelfs door de telefoon gaan vloeken. Waar zyn de heren toch zo nijdig om? Wat bedoelt u met narigheid? Getuige: Het is zo jammer dat de meeste mensen de gevolgen van het bombardement van Rotterdam al weer zijn vergeten Dit wonderlijke antwoord veroor zaakte kennelijk grote verontwaar diging bö alle aanwezigen in de zaal. De verdediger keerde zich hoofdschuddend af en zei: „Het is me nog niet duidelijk, maar ik zal deze getuige verder geen vragen (Advertentie I.M.) (Advertentie l. M.) T TNIEK incident in de geschiedenis van dc Rotterdamsche Schoiiioburg; dc spon tane hulde, waarmee een prooi- en enthou siast belief publiek het verrassend feestelijk décor van Jan Begeer ontving, werd (onbe wust J mede bewezen aande racefiets van Wim van Est. Hel blinkend baan- karretje van dc sport held langs ecn om weg bij toeval in Rot terdam terechtgeko men bungelde als extra vrolijk nummer temidden van dc vlag gen en festoenen waarmee Eegcer (een naam om te onthou den!! zijn rank ont werp opgeluisterd had. Het programma had deze curieuze noot best mogen vermelden in dc toelichting bij het geestige, vlinder achtige Fcte Cham pêtre, waarvan het Rotterdams Ballet En semble gisteravond de eerste uitvoering gaf. Het ballet is door Netty van dei- Valk gezet naar een idee en de mu ziek van Geza Frid, die inderdaad „feestelijk" is op uitgelaten af maar bovendien geheel „dansant'. In dit kleurige vuurwerkje uitte het ensemble zijn dans vreugde dan ook met zo'n onstuimigheid, dat de enkele hindernissen quasi spelen derwijs genomen werden. Nu werkte op deze avond wel alles mee ten gunste van die echte, ondefinieerbare balletsfecr: de fac tor levende muziek in de begelei ding door het Rotterdams Kamer Orkest, dat bijzonder op dreef was. de mooie monteringen en costuums ook van de andere reeds eerder vertoonde balletten, die men met genoegen terugzag, cn dan het tal rijke publiek, dat heel toegewijd, maar stellig niet critiekloos was. Het programma bood alle gele genheid de hoger grijpende presta ties van de voornaamste solisten Barry Pre ure. Mariene Huyts en (Van onze correspondent) GOUDA. De arbeiders van dfi acht strokartonfabrieken in Oude- Pekela hebber, gisteravond op een spoedvergadering besloten, Don derdag een 24-urige proteststaking te houden om aan de looneisen kracht bij te zetten. Het boshut werd met algemene stemmen genomen nadat de heer Spoeïstra, hoofdbestuurslid van de Christelijke Fabrieksarbeidersbond namens de gezamenlijke bonden deze staking had ontraden. De sta king is een gevolg van het niet slagen, van een bespreking tussen de diverse looncommissies, welke de vorige week in Den Haag is gehouden. De rijksbemiddelaars hebben daarop geadviseerd. Vrij dag opnieuw besprekingen, te voe ren. Th om dc Jong te bewonderen, maar in hel amoureuze gefladder van het nieuwe Fêtc Champêtre trok vooral de soepel dansende Cockie van Vliet de aandacht; zij legt reeds ecn zekere mate van persoonlijkheid in haar voordracht en zij heeft veel mee voor een aantrekkelijke dans- vcrschijrnng Jean nette Struik dans te guitig de rol van de donkere schone en het intermezzo van de soldaatjes-parodie was. ook door dc grappige costumering. een vondst die insloeg. Gordon MacLean ver tolkte de wanhopige minnaar: zijn technische beheersing was redelijk te noemen, maar aan houding en vooral mimiek zou nog veel zijn tc scha*, i*. Er waren veel bloemen aan het slot van de voorstelling, die o.m. door burgemeester Van Walsum werd bijgewoond. 18 November treedt het Ballet weer in de Schouwburg op, echter met een ander programma. H. F. REEDIJK meer stellen". En de president voeg de er aan toe: „Getuige, u had dit laatste antwoord hier beter maar binnen kunnen houden". De journalist J. J. M.. collega van Elfferich verklaarde vervolgens nog dat hij het telefoongesprek van zijn jongere vakbroeder met de gar nizoenscommandant had bijgewoond. Hem was daarbij niet gebleken dat deze laatste publicatie had verbo den. Elfferich had alleen gezegd: de kolonel kon me niets meer vertel len. Voordat de Officier van Justitie ■tot zijn requisitoir overging, stond nog de chef van de eerste ver dachte. osae redacteur L. W. Schmidt, terecht. Hij ontkende elke van door het belang van de staat werd gevorderd. De grove schuld, waarvan dit subsidiair spreekt, was volgens dc officier zeker aanwezig. Bij zijn beoordeling van verdachte wilde hij ook diens jeugd in aanmer king nemen, alsmede dc omstandig heid dat hij is „gedrukt door mensen die achter hem staan". Een maand voorwaardelijk luidde zijn cis. Voor alles wat er is gebeurd, achtte de Officier verdachte Schmidt ten slotte mede verantwoordelijk. „Het zou zo eenvoudig voor hem zijn ge weest het hele artikel even te veri fiëren", aldus mr Van der Meulen, „Ik geef hem "echter niet de volle schuld van het hele drama en daar om heb ik de eer een gevangenis straf van veertien dagen te requi- reren." Pleidooi Mr. de Bie begon zijn pleidooi met zich af te vragen, waarom dat arti keltje dan toch wel zo gevaarlijk was. „De Officier van Justitie," zo betoogde hij. „weet even goed als ik dat alles wat er in is gezegd, niets anders dan ouwe koek is." Over het eerste gedeelte van de dagvaarding wilde ook de verdediger kort zijn. De Officier zelf had immers al ontdekt dat Elfferich in elk geval nooit de bedoeling kan hebben gehad wederrechtelijk geheime gegevens in handen te krijgen. Overigens is dit (Advertentie 1. M.) konden weten, hing natuurlijk samen met de vraag of de betrok ken officieren hiervan iets hadden laten blijken. Maar dc omstandige verhoren van deze militairen brach ten hieromtrent geen enkel licht. „De heren hebben zich alleen maar willen dekken," zo merkte de ver dediger op. „door verdachte van het militaire kastje naar dc lucht en achtmuur te sturen". Kapitein A. van de Luchtmacht Voorlichtingsdienst, met wie Elffe rich het eerste contact heeft gehad, verschoon in burger in het gehii- genbankje. De voormalige voorlich ter. nu werkzaam bij de KLM. gaf op ecn desbetreffende vraag van de president toe. dat hij El ff rich bij dat eerste telefoongesprek inder daad niet heeft gevraagd, hem een eventueel te publiceren artikel toe te sturen alvorens het in de krant af te drukken. „Ik heb hem ver wezen naar de commandant van de Luchtwachtdienst in Rotterdam." Pres.: U dacht, dat kapitein V. hem dat dan wel zou vertellen? Getuige: Inderdaad. Pres.: Hebt u uit eigener bewe ging nog met de kapitein over het verzoek van Elfferich gesproken0 Getuige: Nee. meneer de presi dent. Pres.: Toen hebt u op de middag van de dag. dat kapitein V. met verdachte had gesproken, in Sche- veningen bezoek van die comman dant gehad. Vertelde hij u dat hij Elfferich op bezoek had gehad, maar niet helemaal gerust was over de inhoud van diens artikel? dat deze geheime gegevens zou heb ben verstrekt. Pres.: Hebt u de twee gegevens, waar het hier eigenlijk om gaat, zelf aan Elfferich verstrekt? Getuige: Ik kan me niet herinne ren dat ik 't precies zo heb gezegd. Op ecn vraag van ccn der rechters erkende getuijre vervolgens, dat hy verdachte weliswaar naar de gar nizoenscommandant heeft gestuurd omdat "n pas afgekomen order zulks doch dat deze order in werkelijkheid niet had bestaan. „Mijn bedoeling was om tijd te win nen en de Luchtmacht Voorlich tingsdienst intussen in te lichten. Ik ben dan ook direct in mijn auto gestapt cn naar Scheveningen ge reden om dc Voorlichtingsdienst in zage van het bewuste artikel te la ten vragen." Rechter: Vond u dat hij te ver was gegaan? Getuige: Ik vond niet dat hij te ver was gegaan. Maar toen ik later de kop van het artikel las. waarin over een geheime centrale post word ge sproken. begreep ik dat ik moeilijk heden met dc Veiligheidsdienst zou kunnen krijeen Pres: U bent dus gevallen over dat éne woordje. Maar voor de marechaussee verklaarde u dat u verbaasd stond over het artikel? Getuige: Niet dal cr direct ge heimen in stonden. Ik had voor namelijk bezwaar tegen de kop. Het had beter nog niet gepubliceerd kunnen worden. Pres.: Om welk gegeven? Getuige: Voornamelijk om de kop. Rechter: Beide gegevens waren iuist? Getuige: Dat van die vierduizend voet vond tk wel een beetje raar Verdediger: lk heb eigenlijk niets begrepen van deze getuigenverkla ring. Kapitein V. zegt dat hij geen juist beeld van het artikel had kunnen krijgen. Maar getuige Q. en verdachte hebben hem toch verteld wat er in stond? Getuige: Ik was niet zeker en schuld, zag af van verdediging en refereerde zich aan het oordeel van de rechtbank. Pres.: Bent u al eens eerder ver oordeeld. Verdachte Schm.: Ja, meneer de president. In 1938. wegens beledi ging van het staatshoofd Hitier. Getuige C. J. O., waarnemend- chef. kwam de verklaringen van zijn 'collega tenslotte bevestigen. Requisitoir De Officier van Justitie keerde zich in zijn requisitoir tegen dc mening, dat deze zaak zou zijn opgeblazen. Naar zijn opvatting is het wel dege lijk een ernstige zaak omdat hot mili taire geheimen betreft. Intussen ge loofde hij niet, dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het eer ste ton laste gelegde feit: het weder rechtelijk in bezit trachten tc krij gen van geheime gegevens en het uithoren van de adjudant Q. Maar wel had Elfferich zich zijns inziens schuldig gemaakt aan het verstrek ken van de. hoc dan ook verkregen gegevens aan anderen, terwijl hij toch redelijkerwijs kon vermoeden dat het inderdaad geheimen waren. De Officier beriep zich in dit ver band op het getuigenis van generaal Aler. ook al zijn er dan misschien journalisten geweest die tevoren al eens dergelijke dingen hebben gepu bliceerd. Ook de telefoongesprekken waren volgens do Officier alle zeer duidelijk. Geen der betrokken offi cieren heeft zijn toestemming tot pu blicatie gegeven. Maar Elfferich. al dus mr Van der Meulen heeft dc zaak kennelijk tot elke prijs willen door zetten. Niet om de staat eon hak te zetten, maai om zijn eigen eerzucht te bevredigen, aldus de Officier. Mocht de Rechtbank ook het twee de ton laste gelegde niet bewezen achten, clan zal zij zich tenslotte moe ten beraden over 'l derde punt waar uit elke toespeling op opzettelijkheid is verdwenen, namelijk: het openbaar maken van dc bewuste twee ge gevens hoewel geheimhouding daar- deel zo weinig concreet, dat pi. de vraag stelde of er geen nietigheid uit moet volgen voor de hele dagvaar ding. Ten aanzien van de andere pun ten achtte hij drie vragen van be lang: Waren de gegevens geheim, moesten ze dat blijven en kon ver dachte zulks weten? „Natuurlijk niet," antwoordde plei ter zelf op deze laatste vraag. „Adju dant Q. vertelde hem zo maar alles wat li ij wilde weten. En van de ge dragingen van diens commandant heeft de Rechtbank een goede indruk kunnen krijgen", aldus de verdedi ger. „Dc man laat dc allergewoonste dingen na. Maar wèl heeft hij per rijksauto zijn vrienden bezocht om te beraadslagen. En dc garnizoenscom mandant? Die heeft gezegd: Ik heb dat artikel niet goedgekeurd. Maar hij heeft publicatie óók met verboden."' „In dit verband wit ik opmerken." aldus mr De Bie. „dat tegen Elffe rich wel eens is gezegd: Je wist toch, dal we geen fiat hadden ge geven" Maar dat. meneer de presi dent. heeft cr toch niets mee tc maken. Zo'n fiat he ben we m Ne derland met nodig ais wc iels willen publiceren en het al of niet geheim zijn van bepaalde gegevens kan du& met worden afgeleid uit beweringen als: Ik kan het niet goedkeuren, want ik heb er niets mee te maken. Het is duidelijk dat dc commandant van 'de Luchtwachtdienst in Rotter dam zijn collega's aan het schrikken heeft gemaakt. Dc heren militairen zijn bang geworden en hebben zich willen dekken" „En nu de vraag of deze gegevens inderdaad geheim waren." aldus verdediger. „Ik ben blij dat de rechtbank van mening is hierover zelf een. oordeel t" kunnen vellen Wat mijzelf betreft: het ontgaat mij ten enenmale hoe oen generaal met ccn ernstig gericht kan komen ver klaren dat de twee bewuste passa ges geheimen bevallen Tussen haak jes: over die vierduizend voet is hier door getuigen herhaaldelijk ge zegd, dat die zinsnede ecn gebrek kige en onjuiste weergeving van de werkelijkheid is. Maar tóch: een gróót geheim!" „Over die machinekamer en de opsporing van overkomende vlieg tuigen is overigens in ettelijke fol ders en tijdschriften, soms m tien duizenden exemplaren verspreid, al veel eerder en tenminste even dui delijk gesproken. Toch: een gróót geheim!" „Het is voor een buitenstaander wel een merkwaardige ervaring, meneer de president, dat militaire autoriteiten met fluisterstemmen spreken over dingen die ze tevoren zélf op grote schaal hebben bekend gemaakt. Hier hebt u ze: vouw blaadjes, dc Libelle, een verslag van de persconferentie in „Het Parool", een ander verhaal in „Het Vrije Volk". „En dan nog dit: in de passage over het waarnemen van vliegtui gen beneden de vierduizend voet is niet eens sprake van een con creet feit. er wordt alleen maar een hoop, een verwachting in uitge sproken." Aldus mr De Bie. die vervolgde: „Er zal natuurlijk ecn verhouding moeten bestaan tussen de straf van Elfferich en die van adjudant Q die zo gul was met zijn gegevens. En hoe is dat voor de laatste uit gevallen? Hij heeft van zijn com mandant vijf avonden thuis bij de vrouw moeten doorbrengen en dat alleen nog maar omdat hij niet de goede militaire hiërarchische weg zou hebben bewandeld." „Vragen wij ons af hoe dan deze onbelangrijke zaak tegen Elfferich en zijn chef aan het rollen kwam, dan geloof ik te moeten zeggen dat kapitein V. zijn hoofd is kwijt ge raakt. Hij heeft ernstig beraadslaagd en men heeft hem gezegd: Dat móet je bij de marechaussee aangeven." Waarom dc zaak tenslotte is door gezet, durfde pleiter niet tc beoor delen, maar hij hield er zich van overtuigd, dat het eerste gedeelte van dc dag vaardiging al is ver vallen en dat Elfferich van het tweede ten laste gelegde zou moeten worden vrijgesproken en dat de Rechtbank zich omtrent een laatste subsidiair ten laste gelegde: het zonder toestemming schrijven over een militair werk. tot oordelen onbevoegd diende te verklaren. De president deelde mede dat over veertien dagen, 's morgens om half tien. uitspraak za! volgen. (Van onz© correspondent) ARNHEM. De officier van justitie bij de Arnhemse rechtbank heeft ccn gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan drie voorwaar delijk en een proeftijd van drie jaar met onder toezichtstelling van het Nederlands Genootschap tot Reclas sering geëist tegen de 33-jarige ge huwde voormalige propagandist van de Stima, E. K. uit Doetinchem. Dezg had van Augustus 1952 tot en met Juh 1933 een bedrag van ongeveer ƒ9000,van het geld. dat aan deze* stichting tot onderzoek van tuberculose toekwam, te eigen bate aangewend. Alles ging goed. tot er een andere vrouw in zijn leven kwam. Hij wendde ƒ9000 die hij van de ge meente Gameren had ontvangen, ten eigen bate aan en door zijn pogin gen, het ene gat met het andere te stoppen, werden de tekorten steeds groter. (Van onze correspondent) HEERLEN. Dinsdagmiddag is op de rijksweg MaastrichtVaals onder de gemeente Gulpen een Belgische personenauto uit de bocht gevlogen. Van de inzitten den, die een bezoek gebracht had den aan een familielid in Duits land, werd de 45-jarige J- H. d' Hont uit Gent zo ernstig ge wond, dat hij ter plaatse overleed. Zijn echtgenote en een zesjarig jongetje werden met zware ver wondingen naar het ziekenhuis te Ma astricht o verg ebracht. HEERLEN. Twee tot nu toe onbekende mannen, van wie er een was gewapend met een revolver, hebben gisteravond tussen 8 en 9 uur getracht een roofoverval te plegen op de kassier van de Boe renleenbank te Nieuwenhagen bfi Heerlen. De overval Is dank zü het kordate optreden van de kas sier, de heer V, 3. Zenden mislukt. De mannen drongen het in de woning van dc kassier gelegen kan toor binnen en wilden de neer Z. dwingen het kasgeld af te geven. In plaats van hieraan te voldoen, begon de kassier met zijn belagers een robbertje te vechten, terwijl hij om hulp riep. Hierdoor werd de moeder van de kassier gealar meerd. Ook zij begon om hulp te schreeuwen. De indringers kozen toen het hazenpad. AMSTERDAM. Prof. S. Pos- thuma. directeur van de Neder- iandsche Bank, is door de Franse regering benoemd tot officier in het Legioen van Eer. Hij heeft deze onderscheiding ontvangen wegens zijn werkzaamheden als lid van. de raad van bestuur der Europese Betalings Unie. (Van onze correspondent) AMSTERDAM. De procureur-generaal bij het gerechtshof eiste Dins dagmiddag aan het slot van ecn terechtzitting, die ruim vier uur heeft ge duurd, acht maanden gevangenisstraf tegen de 63-jarige boekhoudkundige adviseur \V. H. B„ wegens valsheid in geschrifte, door het overleggen van een valse balans cn verlies- en winstrekening, benevens wegens oplichting. De rechtbank te Utrecht had deze verdachte in Januari tot vier maanden gevangenisstraf veroordeeld. eureur-generaal tot de conclusie, dat zowel de valsheid in geschrifte als de oplichting bewezen waren. Wel iswaar heeft dc directeur van het bedrijf Van D. enige punten aange geven, waarop speciaal ten behoeve van het verkrijgen van een geld lening de balans geflatteerd diende te worden, maar rèeds te voren was B. op zijn eigen houtje op de balans der zaken aanzienlijk beter gaan de zaken aanzienlijk beter gaan overeenstemming is. De procureur- generaal achtte bewezen, dat bij op zettelijk en ten onrechte een bedrag van zeven duizend gulden aan oude schuld niet in de balans had opge nomen. zo ook het bedrag, dal dit bedryt nog aan omzetbelasting ver schuldigd was. Na beëindiging van deze zaak be gon het Hof aan die van B.'s mede verdachte, J, T. v. D„ directeur van de transportwerktuigenfabriek. Dc overgelegde balans, die een bijzonder geflatteerd beeld gaf van de gang van zaken bij een trans- portwerktuigenfabnck in Maarsscn, had gediend om een 23-jarige geld schieter te bewegen vijf en dertig duizend gulden in liet hodryf te steken tegen ccn rente van zeven procent, a'smede voor een werk kring. die de geldschieter 'n maand salaris van 400 verschafte. B. was sinds September 1949 verbonden aan het bedrnf van een zekere Van D. als administratief en organisatorisch adviseur. Het bedrijf dat in financiële moei lijkheden verkeerde, plaatste 3 De cember 1949 een advertentie, waarir onder de hiervoor genoemde voor waarden een geldschieter werd ge zocht en de 28-jarige Van U. bleek een der drie gegadigden. In zijn requisitoir, kwam de pro-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1953 | | pagina 2