WAARDEVAST CELD CASTILIË: dorpjes als gebarsten aardewerk va/P I &ééi Valscherm bleef dicht KWAYTA Schele juffrouw danst op Leidseplein.... Parachute-sprongen gaan door Pasgeboren vijfling overleden 20 ct. 't is weer Burgtheater SPROETJE SPARKS door FRANK; OODWIN, door AVONTUREN VAN - - KAPITEIN ROB Zaterdag 8 juni 1937 OP de agenda van de binnenkort te Haarlem te houden vergadering \an de Maalsrhappij ian JNijverheid en Handel staat een forum over liet ondeiweip: Gejond geid. Vogels van zeer uiteenlopende pluimage zullen aan dit forum deelnemen, en het kan dan ook uitermate belangwekkend vorden. Zulks ondanks het feit. dat niemand liet belang van waardevast geld ontkent. De tegenstelling, welke bestaat, heeft dan ook minder betrekking op de betekenis van waardevast geld dan op de houdbaarheid er van onder bepaalde omstandigheden. De heer Keus. oud-directeur van de Heemah die bij voorkeur In het blad Buigerrecht schrijft, pleegt het welzijn der mensheid en gezond geld sl« ongeveer hetzelfde te besebonnen. Steeds weer verwijt hij de vakbe weging, dat deze door haar eisen de inflatie bevordert, dezelfde1" inflatie die juist de arbeiders bet ergst treft. Hij zal de uiterste rechterzijde ver tegenwoordigen op bet forum; uiterst links staat een wetenschappelijke medewerker van het N.V.V. De plaats van de andere deelnemers zal wel ergens tussen deze beide polen liggen. De grote lijnen van het debat laten zich reeds nu wel enigszins onder scheiden. Het is de vraag of de man van de vakbeweging zeer beslist zal ontkennen, dat sociale eisen wel eens inflatoire spanningen kunnen op roepen. Wei is de vakbeweging zich zeer bewust, dat vermindering van de waarde van het geld nadelig'is en niet moet worden bevorderd. Doch zij meent tegelijk, dat het nog nadeliger is, van het gezond geld een soort afgod te maken. Daarentegen zal de heer Keus zonder twijfel pogen aan te tonen, dat de huidige welvaart een schijnwelvaart is en een ineenstor ting niet kkn uitblijven, wanneer de vakbeweging in al haar handelen gezond geld "niet plaatst boven sociale verworvenheden. EENVOUDIG is de zaak niet, maar enkele dingen kunnen toch wel worden vastgesteld. Nederland heeft eenmaal een periode meege maakt, waarin met alle middelen, over welke toentertijd een rege ring beschikte, werd gestreefd naar handhaving van de gave gul den. Het was de tijd van aanpassing; Colijn stond aan het roer van de staat en verklaarde, dat de natie ongeveer stond en viel met de waarde van zijn betaalmiddel. Devaluatie bleef desondanks niet uit; maar erkend kan worden, dat de koopkracht van de gulden hoog is gebleven. Tegelijkertijd echter was het in het land niet zo gunstig gesteld. De werkloosheid was zeer groot, met alle schadelijke gevolgen daarvan. Wij weten niet of de heer Keus aan dit tijdperk de voorkeur geeft boven het huidige; in elk geval was toen van schijnwelvaart geen sprake. Er was echter wel sprake van veel armoede en ellende. Het zou onbillijk zijn te zeggen, dat dit het geval was doordat de gave gulden te zeer op de voor grond werd geplaatst; maar ook als alleen maar wordt vastgesteld, dat ondanks de gave gulden de geestelijke en zedelijke nood hoog gestegen was, dan rechtvaardigt dit reeds enige twijfel aan de stelling van het alleenzaligmakend waardevast geld. Tegenover de massale werkloosheid van toen staat de volledige werk gelegenheid van dit ogenblik. Het valt stellig niet vol te houden, dat deze volledige werkgelegenheid helemaal geen nadelige kanten beeft. Degenen echter, die met de heer Keus van schijnwelvaart spreken, mogen bedenken, dat voor bet gros van de bevolking deze zogenaamde schijn- welvaart verre en verre te verkiezen is boven datgene, wat in de dertiger jaren wel eens eerlijke armoede is genoemd. DE feiten bewijzen, dat absoluut waardevast geld door de eeuwen een illusie is gebleken. Er zijn haast altijd pogingen gedaan, de waarde van de munt op peil te houden, maar bet is nooit vol komen gelukt. Wat ons betreft, wij voelen geen behoefte daar bet argument uit te putten, dat waardevast geld niet belangrijk zou zijn en dat het niet de moeite waard is, er serieus naar te streven. Nodig lijkt ons echter, ook hier de betrekkelijkheid der dingen in het oog te houden. Hoe meer bet met vereende krachten gelukt het geld ge zond te houden, hoe beter bet is; maar er is voor de vakbeweging en ook voor velen buiten de vakbeweging geen reden om aan de fictie van een eeuwig gelijkblijvende muntwaarde de volledige werkgelegenheid op te offeren. Hier (als wel vaker in het verleden) legt de overtuigende kracht van liberale economische theorie het af tegen het feit, dat bepaalde mense lijke tekortkomingen, neigingen en strevingen daarin al te zeer over het hoofd zijn gezien. De naakte theorie kan de maatschappij nooit haar weg voorschrijven; de theorie heeft slechts betekenis, wanneer zij rekening houdt met datgene, wat in de maatschappij leeft. (Advertentie 'UH - CHTER Salamanca, Spanje's veroorzaakten /H oude universiteitsstad, be- spanje's grootste ZJ Ötnt de meseta, de Spaanse pr0bleem: de bo- 1 1 steppe. Hier is een oreem- demerosie. deitng nog een vreemdelingAchter ede kudde een onbekend wezen dat nievtosgte- loopl d(? herder, 'n rig wordt bekeken en aangestaard. 2üngei001d gericht Toeristen mijden dn gebied. Zij boven e<?Jl lederen stappen in Madrid óf Burgos tn de voorschot. De hoorn trein naar Saragossa of liefst nog bungelt achter 00 verder, naar Barcelona, naar de Jl koele boorden van de Middellandse 7^f.pr_ zee. het. dierbre zwer Zij vergeten Spanje. Madrid is hache "nó°seScome"" Europees, Barcelona Provencals, wie met wSkt* Sevilla Moors en Avila, hoe scnoon ie -jf1®* tfA' ook. een relikwie. De ziel van ?f _«rïïm mSt Spanje klopt In die Kleine Castili- IsL. ïTv^ aan se dorpjes als van gebarsten ^on? aardewerk. Van Burgos tot Sara- w,i k»»' gossa heerst de steppe met een £°ed- Wy kun- oase van pijnbomen by Soria. In nen ®r mets aan het dal van de Ebro verandert de veranderen Zyn meseta in een zandwoestijn, die taal herinnert aan eerst bij Lerida verdwijnt. "le van Hemmg- Ër groeit een stug en ongemakke- way. Elk overbodig lijk soort gras en op w^rd is er uit ge- -zijn hoogst wat beiteld. struiken. De grond Langs de weg heeft een gele kleur, staan ais langs Overal rijzen lang- zovele Spaanse wegen populie- werpige kaalgrïjze ren, de enige bomen in een wijde 't kamertje van de dochter. Waar zou ze nu slapen? Misschien op het stro, dat ik gezien heb m de „ge lagkamer", een vertrek waar men met muilezel en al kan bmnewij- d<Er is nog tijd voor een wandeling. Er is geen bestrating, geen afvoer, niets. Midden in het dorp, voor het kerkje, is een open ruimte, dat men met veel fantasie een plein kan ncernen. Er staan enkele muilezels en zowaar een motor. De huizen zijn zo laag dat men het dak met de hand kan aanraken en voor een vreemdeling is niet te zien waar de mensen en waar de dieren hui- zen. Als men aan de rand van net dorp staat, ziet men in de verte een vierkant van cypressen. Daar lig gen de doden van het dorp, Hoe arm zij tijdens hun leven ook ge weest zijn, na hun dood rusten zij als koningen in zware graftomben, Spanjaarden, hebben een hartstocht voor mausolea. Zelfs Johannes van het Kruis die net als Franciscus de armoede tot bruid koos, ligt in Se govia in een enorm monument be graven. De nacht valt plotseling. De heu vels zijn nog even zichtbaar in een blauwig-paars licht, een onwereldse kleur die de Spaanse schilders veel vuldig gebruikt hebben. De sche mering duurt slechts kort, In de verte zingt een vrouw een vreemd, melancholiek lied. De eenzaamheid is nu absoluut. Om negen uur begint het eten. Spanjaarden eten laat in de avond en ook in de hotels dient men zich aan deze gewoonte aan te passen. Er is een tortilla een omelet, dit maal met olijven, er is vlees, scha penvlees, er zijn druiven en er is Op vrijwel iedere vaderlandse ker mis traden koorddansers op, die hun draad spanden van „de top van de kerktoren tot de nok van het stad huis". Zo stond lange tijd geleden op het Leidseplein in Amsterdam de koorddanserstent van de „Scheel© Juffrouw", die de hele stad liet ge nieten van haar evenwichtstoeren op het slappe koord, terwijl een Engels man uit haar gezelschap zijn talent den volke toonde op een vrijstaande ladder."Uit deze groepen van kermisgasten, die door heel Europa trokken, ontstonden langzaam maar zeker grote circussen als Sarrasani, Strassburger, Renz, Carré en later zelfs The greatest Show on Earth van Bamum Bailey-. Maak de groei van het circus mee vanaf de aller oudste tijden. Lees over beroemde clowns als Olschansky en Auriol, dompteurs als Martin, dresseurs als Asüeycircusfamilies met een eeuwenoude traditie. In het prachtige circusalbum „De Bonte Droom van het Circus" ont rolt zich voor uw ogen het meest fantastische panorama van circussen en artiesten, die met roem overladen door de wereld zwierven. Een boei end en afwisselend verhaal met tal loze pentekeningen en vele prachtige kleurenplaten en plaatjes; geschre ven door de circuskenners bij uit stek J. van Doveren en Fred Thomas. Voor slechts 2,50 kunt u dit boek werk kopen bij uw roomboterleveran- cier of rechtstreeks bestellen per brief of briefkaart bij Kantoor „Roombo- teralbum". Postbus 47, 's-Gravenha- ge. U krijgt het album dan per om gaande toegezonden onder rembours. Vermeld vooral duidelijk uw naam en volledig adres. De bijbehorende plaatjes ontvangt u gratis voor rijks- botermerken- U vindt zo'n merk op elk pakje roomboter. Neem een pakje extra voor de zon dag SSS zon°A™h°t% Voor g= w^trouwerd Baar gj (Üi~dë~vëünoêJd. maar met een rand, het eerst kijk ik bezorgd naar mijn "Me '«h 1wint de ga!stvrlj- "H 'eenvoudig maal maar zo scherp als de motor en onwillekeurig verhoog ik g» •ijg, »=rheugd u te zorgïu]dis klaar!!emaabkt. Man en snede van een mes. Aan de hon- de snelheid. Zal hij het volgende vrouw zitten samen aan. Af en toe zou verschijnende bergen van Ara- dorp nog wel halen? Is er nog wel net is een eenvoudig, armoedig reiken zij met een simpel gebaar de gon en Navarre. Ze hebben een -een dorp. Is er wel een einde? kamertje met vloeren van afgesle- schaien aan, Er hangt een sfeer vreemde, rode kleur alsof ze juist Er is nog een dorp, even stoffig, ten planken en muren zonder be- van nobeiheid en ridderlijkheid in uit de oven zijn gekomen en nog even vervallen als de andere die ik hang. Maar net water is er koel het vertrek. Men is hier geen. klant met voldoende zijn afgekoeld. al gepasseerd heb. De woningen en zuiver en dat is heel wat m maar gast. Men geeft wat men heeft. Een hete wind waait de eenzame nebben dezelfde lichtgele kleur als dit droge land Aan de kale muur Als naar bed ga en nog evcn mens tegemoet. Daar is een Spaan- de grond waarop ze staan. Als ik hangt een heiligenportret en een door het minieme raampje kijk. ligt se boerenwagen met hoge wielen, mijn motor stop, komen de mensen afbeelding van een weelderig ujt- de steppe verstild en verstijfd m Loopt hij alleen? Nee, de voerman hun huizen uit. de kinderen voorop, gedoste generaal. Misschien is het het zilveren maanlicht, slaapt achterin. Daar nadert ook Ik vraag hun of ik hier kan sla- een oude Spaanse vrouw op een P®n« Er ontstaat wat verwonderd muilezel. Haar lichaam is zo teer gemompel. Tenslotte wordt er ie- en zo fragiel dat het lijkt alsof ze mand i op uitgestuurd om egn man tot stof zou ineenvallen wanneer Je halen. Hij komt haastig aange- men haar zou aanraken. lopen en pleegt snel overleg met De trillende hete lucht verbuigt Z1J" vrouw, die zich, al onder de het beeld. Er lijkt eëh stofwolk nieuwsgierigen bevindt. In huis is Vmultf van pat», aan te komen maar het is een mes- de Spaanse vrouw de absolute ta, een kudde schapen, die Spanje meesteres. naar de ondergang* gevreten *heb- »Wij zijn slechts arme mensen en hen. In de eerste jaren van de kunnen u weinig aanbieden. Ik heb Moorse overheersing was het hier slechts een eenvoudige pQsada (een een vruchtbaar land, met bossen en ??°rt herberg)". Ik zeg hun dat ik weiden en welvarende boerderijen. ^lij zal zijn. hier te kunnen blijven. Toen kwamen de schapen, ue le veranciers van de zo gevraagde woL Zij trokken al naar het seizoen, van oost naar west en van west naar oost. Hun weg is op de landkaart van Spanje nog precies te zien: een kaalgevreten strook van honderden kilometers lengte en breedte. Zij B(J zijn tocht door het monotone, eindeloze land van Castilié bomt men nog wel .eens een windmolen tegen waartegen Don Qnichotte zo «onder succes heeft gevochten. ErosI* heeft d« bodem van een groot deel van Spanje uitgeput de Rooy een der beste parachutisten van de club was en honderden sprongen heeft gemaakt. Hij heeft zijn opleiding tot 'parachutist in het voormalige Nederlands In dié gekre gen en maakte sinds de oprichting deel uit van. de E.N.P.C. Het is voor de eerste maal in de geschiedenis van deze parachutisten club, dat zich een dodelijk ongeluk heeft voorgedaan. De club bestaat negen jaar en de ernstigste ongeluk ken, die zich voor gisteren hebben, voorgedaan, waren twee ongelukki ge vallen van parachutisten tijdens hun opleiding. .Zij braken hierbij een been. Het demonstreren van de vrije val heeft tot doel aan te tonen, dat vlie geniers van bijvoorbeeld straalja gers zich kunnen redden, wanneer zij genoodzaakt zijn op grote hoogte hun vliegtuig te verlaten. De heer C. Kolff, voorzitter van de KN.V.v.L. heeft verklaard, dat wellicht de demonstratie van de vrije val door de Nederlandse para chutisten zal worden afgelast voor tweede pinksterdag, wanneer d.9 LL.S.Y. wordt gehouden. De norma le parachute-sprongen zouden door gaan Ook het verdere programma van de LLS.Y. vindt doorgang zon der wijzigingen. Op een persconferentie, gehouden vóór de schouw, heeft drs. A. Th. Bogaardt, burgemeester van Rijs wijk, verklaard. dat de I.L.S.Y.-fes- tiviteiten zeker geer. sensatie-verto ning in de een of andere vorm wil len zijn. „Met een gerust hart," zo verklaarde hij, „is door mij de ver gunning voor deze show gegeven in de wetenschap, dat in Nederland zo wel bij de burger- als de militaire luchtvaart de vliegveiligheid op het eerste plan staat. Natuurlijk zijn on gelukken - evenals bij elk sportge beuren - mogelijk. Ik wil u echter verzekeren, dat het menselijk moge lijke is gedaan om de risico's zo klein mogelijk te maken." Hoewel het gebeurde ais een bur ger-ongeval wordt beschouwd zal een commissie van de Rijkslucht vaartdienst een onderzoek naar de oorzaak instellen. JOHANNESBURG. De vijt kin deren die een Afrikaanse vrouw gis- teryi in Portugees Oost-Afrika het leven geschonken heeft, zijn gisteren overleden. De vrouw heeft reeds een twee-, drie- en vierling. fAdvertentie t M Spaar Kwatta-soldaatjes voor kt Kwatta-joldaatjc!, ]\/i JDDEN in Wenen slaat het L~S Burgtheater, als een petoelat- ge witte feesttaart te pronken, mei een eeuwenoude traditie, waarvan de verf nog n-at is. Want in 1945 brandde het af en in 1955 werd het heropend. Binnen herstelde men een oude, pronkzuchtige luister, die om sleepjurken., rokcostumes en gala- unijormen vraagtzodat de gewone mensen, die in hun gewone klofjes gedurende de pauze door de foyers en de wandelgangen duialen een beetje lijken op dorpelingen, die een kasteel hebben overmand en daar nu, onbevoegd, goede sier ma ken. Ik zag er „Don Corlos", een hele zit van Schiller. Als ik dat stuk geschreven had, zou tfc de avond na de rampzalige première in de kritieken lezen: „De heer Kronkel moet niet denken dat hij de énige is, die Hamlet gelezen heeft". Want de kleine mensen be horen origineel te zijn, doch de ge nieën mogen gerust motieven uatt anderen lenen. Het is overigens heerlijk, in zo'n voorstelling Werner Krauss Philips de Ttueede te zien spelen. Hij blijkt een heel klein, oud manneke te z\jn, dat als eert moede dwerg voor zijn grandes uit de paleiszaal binnen- strompelt. Een paleiszaal heeft, in het Burgtheater, de authentieke af metingen van zo'n vertrek, want het toneel is onvoorstelbaar diep en hoog, waardoor de mensen zich be wegen in een ruimte, die het ge weldig;- slokt. weldigste drama gemakkelijk op- Vroeger bestond deze gigantische outillage niet. Het eerste Burgthea terdat ïn de achttiende eeuw de glorie van Wenen uitmaakte, was berucht om zijn ruimtegebrek ach ter het gordijn. Maar in de zaal bestond plaats genoeg voor het hof en alle maatschappelijke potenten, om breeduit te bewijzen, dat hier de heersers van een groot rijk el kaar ontmoettenWie meetelde, kwam elke avond in zijn loge. Kei zerin Maria Theresia ontbrak zei den. Toen haar op 19 februari 175$ in het theater werd gemelddat haar eerste kleinkind in Italië ge boren was, sprong zij enthousiast op en riep, midden onder de voorstel ling, in onvervalst Weena tegen het publiek: .JCinder, mei Poldl hat an Buam.' kriegt". Zelfs de zojuist gekozen president tian de republiek, zou dot tijdens ,flon Carlos" écht niet moeten uit halen. Maar het theater is nu dan ook van de gewone mensen, die het elke avond nullen tot de nok en uren lang muisstil naar de tamelijk breedsprakige Schiller zitten te luis teren. Het is bijna komisch om te bemerken, hoe mateloos trots de oude suppoosten op hun rijkver sierde stoomcaroussel zijn. ik was, ten gevolge van 'n slecht getime'de wandeling, een half uur te vroeg aanwezig en stiet op een in livrei gestoken grijsaard, die rnjj onmid dellijk begon te regisseren. ..Het is zinloos nu ai te gaan zit ten", stelde hij vast. „Weet je wat je doet? Je gaat deze trap af.' fin dan loop je links om. Links! Met rechts. Ah je de rechterkant uitgaat, kom je in de foyer en die moet je voor de pauze bewaren. Maar de pang links loopt uit in de grote sta tiehal. Die is prachtig. Hier heb je mijn toneelkijker...." „Wat moet ik daar mee?"vroeg ik. trAnders kun je de plafondschil deringen. toch niet zien1', zei hij en hij maakte met een gebaar duide lijk, dat ik kon afmarcheren. Toen ik een kwartier later kwam mel den, dat het-heel mooi was, zei hij ontgoocheld: „Ben je nou dl terug?" En ik voelde zijn geringsclwtlinp voor mijn oppervlakkigheid op mij rusten tot de voorstelling begon en het duister mij "aan zijn'strenge blik onttrok. Don Carlos werd gespeeld door Heinrich Schweiger, een jeug dige Duitse acteur, die zijn emoties de zaal inboorde met het fortissimo, dat feldwebels zo duidelijk ver staanbaar maakt. Daarnaast werkte de onopgesmukte ouderdom van Krauss des te overtuigender. Hij houdt er een vreemde, brabbelige manier van spreken op na, maar hij wmt het met sobere zuiverheid van een groot acteur, die elk gebaar laat tellen en ,,met niets" de sfeer om zich heen weeft, die je geboeid doei ktjken. Waarschijnlijk heeft hij dat ge heimzinnig vermogen altijd bezeten. Men vertelt tenminste dat Krauss, als jong acteurtje, van de onaange name plicht om, tijdens de „Fiae- Uo". in een troep gevangenen te figureren, eindelijk af kwam door Op de achtergrond zó overtuigend te sterven, dat iedereen keek naar hém en memand naar de ster, die de aria stond te zingen..,. KRONKEL. HOOFDSTUK I flLMKWÉERVAKArt. •fit NEEfLlUUfcM WEDAtl HÉtZIjri PRIEEtl EEflSEtrt bROtE IOCHÏOVERPE RIVIER «AKEti KELLy.lKVAAREÓVER MfcT DtjOhbEh&ntE.Pmttfc GinDÖMAAROPMETPfc helicopter Dit isotFijHMt VAKANTIE DIE ItiÓOjT GEHAD HES JULLIE DE 6CHAT EH IK HET PLtlltR Graag rlACHTlG 3022. Hulnin meldt dat het kamp is vernietigd en dat de blanke mannen zijn gedood, doch dat zijn twee kameraden hun moed eveneens met bun leven hebben betaald. Uit de luidspreker komt het antwoord. Èddy, die het dialect van de Funyasindïanen. vrijgoed verstaat, vertaalt het gesprokene voor Rob. „Hi3 bedankt de jongen voor zijn hulp," zegt hijgij zult een lang en gezegend leven hebbenkeer nu terug naar uw land en wsk alle Indianen van ds Sierra dei Mortes op de streek vrij te houden van Indrim gers..." Is het werkelijk Lupardi, die daar [weg. spreekt? Rob Js er nog niet helemaal zeker van. „Het kan haast niet anders," zegt hij. „maar dan heeft hij zijn «tem wel erg vervormd." Zij zien, dat^Hiiimn. nu opstaat en buigend achteruit loopt. De Indiaan gaat nu in de kano zitten en peddelt ..Als je het. stuk voor stuk be kijkt," zei Troy terwijl 2e met een kwaad gezicht de studio binnen kwam, „betekenen een steenpuist, een maand vakantie en een echtge noot, die van het andere eind van de wereld thuiskomt, nog niet dat het een rotzooi wordt. Als je ze bij el kaar voegt, komt het daar precies wel op neer". Katti Bostock stapte terug van haar ezel. sloeg haar ogen op en vroeg, terwijl ze ongedmotioneerd haar werk bekeek, „Waarom?" „Het bureau heeft opgebeld. Rory is op weg hierheen. Hij komt waar schijnlijk over drie weken aan. Te gen die tyd kom ik, zonder Steen puist, weer by de meisjes terug". „Hij hoeft", zei juffrouw Bostock, terwijl ze haar werk met vertrokken gezicht aanstaarde, „niet naar de stee. .puist te kijken. En dat is óok wat waard". „Hij zit op m'n heup". „Dat weet ik. uil". „Goed maar, Katti", zei Troy, terwijl 2e naast haar vriendin ging staan, ,.je zult moeten toegeven, dat het vervelend Is. Hè, dat gaat'goed", voegde ze er aan toe toen ze het doek van juffrouw Bostock zag. „Je zult je Londense flat wat eer der moeten betrekken, dat is alles". „Als die steenpuist, Rory en de vakantie maar tegelijk waren geko men goed, puist misschien wat eerder, ja. zeker dan hadden we hier veertien dagen samen kun nen blijven. De waarnemend com missaris had. het ons beloofd. De brieven van Rory waren er vol van. Het ïs vervelend, Katti, dat zul je niet ontkennen. En als jij er nu bij gaat staan kijken alsof er erger din gen In Europa gebeuren „Goed, goed", suste juffrouw Bos tock. ..Ik wou alleen maar vaststel len, dat het een geluk is, dat je werkkamer enRory's baan allebei in Londen liggen. Bekijk het van de zonnige kant", voegde ze eraan toe. „Wat is dat voor een brief, die je steeds uit je zak tevoorschijn haalt?" Troy opende haar smalle hand en liet een verkreukeld vel briefpapier zien. „Dat?" mompelde ze. „O ja, dat ook nog. Je hebt nog nooit zo iets mals gehoord. Lees hem maar". „Hij zit onder de rode verf". „Ik weet het, ik heb hem op m'n palet laten vallen. Op de achterkant gelukkig". Juffrouw Bostock vouwde de brief open op haar schilderstafel, waarbij ze er nog een aantal ko- balt-vingerafdrukken op achterliet. Het was een los vol vooroorlogs briefpapier, dik, wit, met een ge graveerd briefhoofd, dat .door een wapen werd bekroond een kruis met omgebogen uiteinden. „Toe maar"', zei juffrouw.'Bostock, „Ancreton Manor. Dat is toe maar". Ze w ,s een van die men sen die een brief altijd hardop le zen: Mejuffrouw Agatha Troy (Me vrouw Roderick Alleyn) Tatlers End House Bossicot, Bucks. Geachte Mevrouw, Myn schoonvader. Sir Henry An- cred, heeft me gevraagd u te schrij ven in verband met een portret van hem in de rol van Macbeth, dat hij gaarne door u geschilderd zag. Het schilderij moet in de hall van Ancre ton Manor komen te hangen en moet als afmetingen hebben, zes bij vier voet, Omdat hij een zwakke gezond heid heeft, wenst hii dat het schil deren hier plaatsvindt en hii zou het op prijs stellen, als u van zaterdag 17 november af bij ons zoudt wil len logeren, tot de tijd waarop het werk gereed is. Hij veronderstelt, dat het ongeveer een week in be slag zal nemen. Hij verneemt gaar ne, per telegram, of deze overeen komst u bevalt en wat uw honora rium voor een dergelijke opdracht is. Ik verblijf, Hoogachtend, Millamant Ancred. „Tjee", zei juffrouw Bostock, „wel heb ik ooit". Troy grinnikte. „Het zal je opge vallen zijn, dat Ik verondersteld wordt in zeven dagen een doek van zes bij vier voet klaar te maken. Ik vraag me af wat hij er, behalve hemzelf, nog meer op wil hebben," ,,Heb je ai geantwoord?" „Nog niet", mompelde Troy. „Die brief is zes dagen geleden geschreven", schold juffrouw Bos tock. „Ja, ik weet het. Ik moet wel Hoe moet ik het telegram opstellen: „Spijt me, ben geen huisschilder?" Katti Bostock zweeg even. Haar stevige vingers lagen nog onder het familiewapen. „Ik dacht, dat alleen graven deze dingen tegenwoordig nog op hun briefpapier hadden", zei ze. „Heb je gezien dat het een kruis is met uiteinden ais van een anker? Van Attcred. denk ik". „Oh! Zeg", zei Katti, terwijl ze met een blauwe vinger langs haar neus streek. „Dat is grappig". „Wat?" „Heb jij niet de decors ontworpen voor die Macbeth-voorstelling?" „Ja. Dat zal hem op het idee heb ben gebracht". „Lieve help. Herinner je je nog", vroeg juffrouw Bostock. „dat we hem in het stuk hebben gezien? Jy en Roderick en ik? De Bathgates gingen met ons mee. Voor de oor- 3°S"- „Natuurlijk herinner ik me dat zei Troy. „Hij was geweldig, vond je niet?" „En hij zag er bov. .dien ook ge weldig uit. Wat een. hoofd. Troy, weet je nog, we zeiden „Ja, ik weet het. Katti," vroeg Troy, „je probeert me toch niet „Nee, nee, natuurlijk niet. Lieve help. nee! Maar het is toch wel toe vallig, dat we zeiden, dat het de moeite vaij het proberen waard vas. Tegen het achterdoek, dat ze van jouw ontwerp hebben gemaakt: zwervende wolken en dat zwarte, simpele silhouet van het kasteri- De figuur in rijn mantel, schemer achtig", ,Daar zou hij 't, oenk ik, niet mee eens zijn. Die ouwe heer v/il waar schijnlijk geschildetd worden in te* licht, terwijl hij een gezicht trekt. Okay. ik moet dat telegram vei zen den. Oh, verdorie", zuchtte ipv „Ik wou, dat ik er een- beslissing *0" nemen". (iVordt vei

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1957 | | pagina 1