en
en zucht
maar niet sadistisch
i
ER IS WEER
GRASBOTER
wmrnÊÊ
Noorwegen bereid
tot inspectie
ontwapening
'Tztc exTÏhet,
Commandowisseling
op „Groningen'"
SPROETJE SPARKS .door FRANK GODWIN.
wÊÊ^S': 'JmW
AVONTUREN
VAN
KAPITEIN
ROB
Wïsm
Walzertraum
E heer Schermerhorn heeft in de Eerste Kamer als zijn mening
V te termengegeven, dat de Nederlandse'cultuurgrond het best
overheidsbezit zou kunnen zijn; en minister Mansholt sloot zich
hierbij aan. Hij zei er echter bij, dat dit zijn particuliere opvatting
was en in genen dele het uitgangspunt van het kabinet. Een aantal bladen
heeft op de verklaring van de minister commentaren gegeven, die kant
noch wal raken. De heer Mansholt. zou de boeren tot staatsambtenaren
willen maken en het kolchosenstelsel in Nederland wensen in te voeren,
en meer; van dit fraais. Natuurlijk komt zoiets bij tlë minister geen ogem
blik op. Hij ziet de overheid niet als exploitant, maar slechts als verpach
ter. Met. communisme heeft dat niets te maken. Grondbezit van overheids
lichamen en verpachting van deze grond aan boeren is in Nederland
sinds mensenheugenis een gewoon verschijnsel.
Een rustige en onbevangen beoordeling van het. probleem wordt zeer
bemoeilijkt door de last der principes, die er. op. drukt. Niet waar, de
socialisten willen de staat tot bezitter van alle produktiemiddelen maken,
en de met-socialistische partijen rijn voorstander. van het zogeheten par-
ticuiierinitiatief. De, waarheid is, dat de doordringing van staat en
(particuliere) maatschappij beide 'principes vergaand heeft achterhaald.
Men moet.de dingen praktisch bekijken. De boeren dringen luide aan
op overheidssteun. De overheid wil wel iets doen, maar stelt tot eis een
doelmatige bedrijfsuitoefening. Hoe kan die doelmatige bedrijfsuitoefening
het best worden gegarandeerd? De beren'Schennerhom en Mansholt
geloven, dat overheidsbezit van de grond met uitgifte van boerderijen
in erfpacht degunstigste resultaten zou geven.i V
'"ET loont wel de moeite, op de zaak wat dieper in te gaan. Voorop
kan worden gesteld, dat een voorstel tot overneming van alle
^cultuurgrond door de staat binnen afzienbare tijd niet te wachten
is. Dit feit maakt het mogelijk, het punt vrij van emoties te
benaderen. Men moet er zicb dan, om te beginnen, rekenschap van geven,
dat de volledige werkgelegenheid en vooruitgang van de wetenschap de
landbouw .ten zeerste, beroeren. Met het overschot van werkkracht én 1
op het platteland, dat altijd een van de bestaansvoorwaarden voor het
boerenbedrijf is geweest* is bet afgelopen, zoals het afgelopen is met de 1
boer, die met de nieuwe vindingen geen rekening houdt.
Rationalisatie en mechanisatie zijn strikt nodig om het minder personeel
toe te kunnen en in staat te rijn te concurreren. Het personeel, dat er is,,
moet aanmerkelijk beter betaald worden dan voorheen. Het is .een ont
wikkeling, die hoge-eisen stelt aan een vanouds zo door tradities beheerst
bedrijf als dat van de „geruste landman". De landman wordt dan ook
ongerust en vraagt de overheid, - hem als onmisbare figuur in de volks
huishouding een bestaan te verzekeren. En in beginsel staat de overheid
daar niet afwijzend tegenover.
Eenvoudig is dc zaak intussen, niet. Bijstand van de overheid kan
slechts tot einddoel hebben het verkrijgen van een situatie, die hulp
overbodig maakt. Ex is veel slechte grond, die verbeterd kan. worden, er
is veel versnipperd grondbezit cn ex zijn veel kleine bedrijven, die met
de beste wilniet rendabel vallen te maken. De regering heeft wel'een
program en voert dat ook zo goed mogelijk uït. Maar haar macht is toch
begrensd. Zij kan nieuwe versnippering en nieuwe verwaarlozing niet voor
komen. Zy kan de pachten begrenzen, maar geen sluitend pachtstelsel
invoeren, dat over dé hele linie, rekening-houdt mei ligging en waarde van
de gronden.
LAAT men zich duidelijk voor ogen stellen, dat de boer, die koning
is op zijn eigen grond, een begrip is van het verleden. Een koning
is zelf overheid en.heeft de andere overheid er niet bij nodig. En
dan ie het de vraag of degene, die op een kavel goede en gunstig
gelegen erfpachtgrond in de Noordoostpolder het bedrijf uitoefent, niet
veel vrijer is dan zeer velen, die een moeizaam bestaan voeren op een te
kleine of te onvruchtbare of te slecht gelegen eigen plaats.
De Tedenering van de heer Mansholt (als particulier) is zonder twijfel
deze,-dat bij staatsbezit van de grond bij voortduring een toestand kan
worden verkregen met voor de boeren de voortreffelijkste verkaveling en
afwatering, de bests toestand van de grond, de billijkste,pachtwaarde en
derhalve de beste concurrentievoorwaarden.
Het is niet zozeer onze bedoeling deze oplossing, te propageren, als
wel om aan'te tonen, dat er geen reden is, in hevige mate de staf te
breken over. .wat de heren Mansholt en Schermerhora hebben verklaard.
En voor ons staat wel vast dat ook, wanneer niet geschiedt wat zij eigenlijk
bet meest gewenst zouden achten, toch op de duur een toestand zal
ontstaan die de grondeigendom meer tot een burgerrechtelijk begrip dan
tot een stuk zinvolle economische werkelijkheid maakt. De boer zal een
dienaar der gemeenschap zijn of niet zijn: als elke ondernemer in een
sociale maatschappij.
EN „capitaliata" is in het Saragossa, mannen
SpftaTjs geen kapitalist zoals soms in lichte maar.
u misschien zandt denken, meestal in geklede
Het is een zestien-, zeven- pakken en. ook
tienjarige jongen, die ikin vrouwen van wie
de arena van Sarragossazag.Rijwas de zwarte haren in
op het hoogtepunt van het- gevecht de zon glansden,
tussen de torero en de stier over de Hun gezichten wa-
öalimrade gesprongen, fiy leidde de ren even interm
aan dacht ran de stier a 1, die plot- It™t a de beW -
seling de torero in de steek liet en fi£Ln vtn de
op hem af kwam. Maar de jongen torero
ontweek hem mat de natuurlijke be- n enBniaB,rt
hendigheid van de stierenvechter. v,Pt hart nfet
Weer kwam de stier terug en nog o£ Je tong maa^oo
eens en nog eens. Maar steeds was het eezicht ln de
de jongen eenjraktie van een se- ?eichtenwe£?nie
conde sneller. De rode doek van de
torero maakte aan het spel een ein- w ^2"
de en ander het enthousiaste applaus £r~ 2 g
ran de tienduizenden toeschouwers ren °p"
klom hij terug. wekte: het ontzag
De kleine jangen bewees beter ^oor de kracht van
dan de torero en de picadores, meer e b™er, da vrees
dan de tientallen aanplakbiljetten lG,ven van
over het „fiesta nacional" wat de de torero, de span-
stierengevechten voor Spanje be- ning j J .een -ge"
tekenen. Het is een sport maar een ^aagde beweging,
heilige sport, een ritueel, dat zich ge?.n vre"Sde
handhaaft ondanks de felle kritiek, S™ "e ?yn vaj\ het
ook van. Spanjaarden, ondanks de w0£d* er;
schandalen,, die onder stierenvech- ^'UnU nl I2S«S
ters even „veelvuldig voorkomen als JSJ *„5£nJ2? 1"
onder boksers en Zesdaagse-renners. SSiJ JSSJmüï
Het js een primitieve sport, bar-
baars misschien ofschoon niet bar- door de,stiyd zelf.
baarser dan de Tour de France of Maar, geen, tyd meer voor be
de autorennen van Le Mans— maar schouwingen De grote deuren gaan
open. De entrada, de intocht begint.
Daar staan re, de matadoren In hun
goudgeborduurde costuunu, even
voordat bet gevecht begint,-
zekere hoogte ook Het ?Shl!2rml v?? Meuren waar ik net zo in opga als de Span
eerlijk, omdat het Ff jaarder? Saasfm™
niet zelden gebeurt, in hu" - -
ziet kans ècn van de picadores tegen
de omheining te krijgen. Ik zie de
spanning op de gezichten der toe
schouwers. Maar de: man weet'zich.
te bevrijden. Tot vijfmaal toe ver-
dwijnt de lans in de nek van de
stier.1- - -•
Mijn afkeer begint het nu van
mijn ontzag te winnen. Het zijn oude
paarden, die anders naar het abat
toir zouden zijn gegaan, goed;
Hemingway zegt in „Death in the
afternoon", dat-de paarden de pijn
niet voelen: misschien. Maar het
blijft een ongelijke strijd, waarin de
mens het paard opoffert. Ik heb het
gevoel, dat ook de Spanjaarden dit
het minst interessante deel van de
corrida vinden.
De banderilleros komen binnen
met hun pijlen. Het maakt van het
standpunt van de stier weinig uit.
maar het is eerlijker, gedurfder. Zij
dansen als een wesp om het kolos
sale lichaam van de stier heen en
steken de pijlen paarsgewijs in de
schouders. Geen-enkel moment zijn
hun bewegingen gespannen, hun
lichaam heeft de soepelheid van een
danser.
De slotacte begint. De torero met
zijn rode schoudermantel, waaronder
zich het zwaard verbergt, komt bin
nen. Hij toont zijn hele arsenaal van
passen en bewegingen, die ieder hun
eigen naam hebben, in een steeds
sneller tempo. Het publiek is vol
komen. in de ban van het gevecht.
Het applaudisseert, het schreeuwt,
het scheldt.
Weer bekruipt mij ondanks de
spanning een afkeer. Men heeft me
delijden' met de stier want uitzonde
ringen daargelaten staat de afloop
van het gevecht vast. Het staat ook
nu vast.. Het „uur der waarheid"
heeft geslagen. De stier stopt, sid
dert. zakt door de knieën en sterft
De torero groet het publiek. Hoeden
worden in de arena geworpen. De
mensen applaudisseren.
Plotseling zie ik aan dé overzijde
een groep mannen heftig protesteren.
ïn hun zwierige mantels, de mata- ^n^T'Vnmpn 'dl' mr-srinre<; binnen Zij worden overstemd "door teg"en-
dat de stier het wint! op hun paarden, half geblinddoekt 'JffS£.,^aan ergen? anders
Eu het is zeker niet tuum.s. de Mndariüeros, de knechtte en t harn»s de mannen en vrouwen op om oe torero
sadistisch zoals at te KV»" tfi» s|raks het buik. Hun lansen, die zij in de nek get ^heldwooroen te overladen,
ijverige dierenbe- !',C™ïn van de stier 2uUe" wes' van de slier moeten boren, glinsteren Hun protesten, sterven im de donde-
schermers wel eens slepen- in de zon. Geprikkeld doordat hij de rendé. toejuichingen van de anderen,
beweren. Het gaat er niet om de Het is een schoon schouwspel, her- voor. hem dansende mens niét heeft Spanjaarden zijn het nooit eens.
stier te doden, maar om het te doen ionerend aan de Romeinse gladia- kunnen pakken, valt de stier onraid- niet over de politiek en niet over
met de bekwaamheid, de gratie en torengevechten en de Middeleeuwse del!ijk aan. Men hoort de klap van het stierengevecht,
de zelfbeheersing van een artiest en toernooien. Als ik de volgende dag de horens tegen het harnas. Het
W overeenstemming met de tradi- toevallig een Spaanse krant in mijn paard valt om. Dc berijder weet zich
tionele „geheiligde" regels; handen heb, zie ik een uitvoerige re- in veiligheid te stellen maar het
Ik zat op een plaats „Sol", één censie. van de intocht. Want een paard wordt op de horens genomen.
(Advertentie IM.)
van de goedkope plaatsen want hoe Spaanse krant, die zichzelf respec-
meer men de zon inhet gezicht- teert, heeft aparte recensenten voor
heeft, hoe goedkoper de-plaats. Naast de entrada Jn dienst.
mij. zat de arbeidersbevolking van De president werpt de sleutel naar
beneden. Het wordt stil in de arena.
Teder houdt de.adem in. Het binnen-
1 komen van de stier is één van de
schoonste ogenblikken. De poort
i wordt geopend. Snuivend komt de
1 stier naar buiten. Hij blijft even
'staan, geslagen door het zonlicht.
Donker, dreigend, een toonbeeld van
oerkracht.
Ik hoor naast mij deskundige op
merkingen maken over. de bouw, de
ouderdom en de kracht van de stier
maar ik heb geen tijd om te luiste
ren. Plotseling heeft de stier een van
de achtergebleven mannen In het
oog gekregen en,hij stormt erop af.
Ik. heb nooit geweten, dat een stier
zo hard kan lopen.
De man laat de stier op zich afko
men maar hij gaat hem uit-de weg
voordat hij bij hem - is. Het gaat
erom zijp strijdmethoden eh zijn ge
woonten te leren kennen. Wapens
komen er niet aan te pas. Het is een
open strijd tussen- de listige behen
digheid van de mens en-de massieve
kracht van de stier, een schouwspel
Het gevecht gaat door. De stier
Een van <Je Jdelnste maar Karakteris
tieke arena's voor stierengevechten
vindt men in d« omgeving van Ma
drid. Kond de arena staan huizen, die
normaal worden bewoond.
OSLO Ken woordvoerder van
het Noorse ministerie van buiten
landse zaken heeft dinsdag .naai
aanleiding van het voorstel vooi
opneming vandelen van Noors
gebied in een 'zone van-: inspectie
der ontwapening in Europa ver
klaard, dat zijn regering in beginsel,
bereid is haar medewerking te ver
lenen.
De regering gaat er van uit, dat
zij later de gelegenheid zal hebben
de bijzonderheden van de betrokken1
regeling te bestuderen.
AMSTERDAM. Kapitein-luite
nant ter zee A. M. Niessink, comman-
d.ant van de onderzeebootjager ,,Gro-
ningen", die op 29 mei zwaar bescha
digd werd bij een aanvaring op de
Noordzee met een vissersboot, is eer
vol van dit commando ontheven. Hij
krijgt het bevel over de kruiser „De
Ruyter", die in Den Helder ligt en
voorlopig niet op het vaarprogramxna
van de marine is opgenomen. De
commandant vpn de „De Ruyter'',
kapitein-luitenant ter zee. J. Smith
is met het bevel over de „Groningen"
belast Deze commandowisseling
houdt verband met het feit, dat de
marineraad een onderzoek moet in
stellen naar de aanvaring en de heer
Niessink derhalve als hoogste daarbij
betrokken officier beschikbaar moet
blijven.
L/ÉPOrUESZlJflAf-
6ÊRIGHT Ofl LANGZAAM
r£L0Ptn
NATUURLIJK
hopivooruit!:
HOPÜOtDAn
HOP
Maar dezêi5>tc
tRii lETbner
Kijk Dit KLEinfc
COWBOY tznb
JA ZtCi'PlEVLtK
UJKT ÊCrtTOPEEÏIrfö"
PONY
TTEN
lOCT
3025- Op hun verdere tocht zien Eddy en Rob
steeds meer condors, maar er is er niet één, die
nc«r dan gewone belangstelling heeft voor de
twe« bergbridimmers. Maar de ingang tot de
frot van Lupardi vinden zij ook niet. Wat nu?
'er«figaaii? „We gaan de krater onderzoeken.'
stelt Eddy \'oor, „misschien, komen we daar meer
te weten." Zij bestijgen de steile helling, Eddy con
stateert dat deze 'vulkaan «1 heel oud moet zijn,
maar hij is nog. allerminst uitgeblust. Voortdu
rend stoot de krater dikke rookwolken uit. Een
paar honderd meter van de top begint de
sneeuwgrens en wanneer zij daar zijn aangeland*
zien zij opeens een vogel bijna loodrecht uit de
krater schiet een condor! Even later volgt een.
tweede en dan nog een derde. Dat.moeten bepaald
kunstvogels zijn, want op. deze grote hoogte ko
men de condors nooit.
TA/ IE naar Wenen -gaat en dcope-
rette verzuimt, is het jongetje
dat in de dierentuin is geweest en
geen leeuwen heeft gezien. Ik koos
Ein Walzertraum'' ran Oscar
Straus, als prototype zoet genoeg
om het hele verschijnsel overtuigend
gestaitc te geven.
In de eivolle Volksoper zat ik
nog geen minuut in het programma
te bladeren, of mijn journalisten'
veine .kwam binnen in de (kleine)
gedaante van. Hans Moser. Vergeefs
had ik naar zijn naam gezocht in
de schouwburgprogramma's, Jnaar
om dat gemis te vergoedenkreeg
i?c nu een soort privêuoorstelling.
Het lieve lot wilde namelijk dat hij
met zijn vrouw, een schoonheid in
ruste, .vlak voor me kwam te zitten.
Op weg naai zijn plaats, .moest hij
eerst spitsroeden lopen door zijn
roem, want de hele zaal wuifde en
lachte hem toe, een hulde die hij
glimlachend, maar toch Cór'Ruyse-
rig gechoqueerd beantwoordde met
schichtige wuifgebaren van zijn wat
te korte armpjes. Schuin voor me
gezeten, begon hij zachtjes te pra
ten tegen zijn vrouw op een aan
doenlijke, vertedering wekkende
manier,Zijn ogen keken treurig,
maar verder raas alles aan hem van
zelfsprekend komisch het vreem
de optrekken van de neusvleugel,
het gesticuleren met de kleine, sme
kende dirigentenhandjes en vooral
de wonderbaarlijke knarsstern waar.
mee het vreemd was hem hu dood
gewone tekst te horen zeggen, als:
,,'t Tocht hier een beetje. Vin-jij
dat 't tocht?"
„Nee, ik vind niet dat 't tocht",
zei de vrouto.
i „Nou, tk vind toch wel dat t
'tocht, 'n Beetje..."
Geen Oscar Wilde conversatie, u
.merkt het. Maar stem en mimiek
i waren zo onweerstaanbaardat ik
'mijn lachen nauwelijks houden kon.
Moser zal wel, net als de meeste
komieken, in het dagelijks teven
een doodgewone man zijn, die aan
grappen en grollen allerminst be
hoefte heeft, maar zijn grote repu
tatie is er de oorzaak vandat men
hem duizend en een anekdotes toe
schrijft. Er wordtbijvoorbeeld ver
teld dat hij, na een als een bak
steen gevallen - drama in het Burg
theater, de onthutste auteur tracht
te te troosten met de volgende
woorden:
„Ach, 't is eigenlyfc u?ei een goed
stuk. Maar 't leent zich niet voor
een première."
Over premières gesproken
Ein Walzertraum" ging al voor het
eerst in 1907. Bekwame handen heb
ben de operette opnieuw bewerkt.
Tijdens de ouverture, die de zaal ai
aan het deinen brengt, wordt bij
voorbeeld een kleurenfilm van
Schönbrunn geprojecteerd, eerst op
een filmdoek en vervolgens op gaas,
waar de levende personen, die
daarachter gereed staan, dus al 'een
beetje doornéênschijnen. Operettes
lijden, mat mij betreft, bijna, zonder
uitzondering aan een onverteerbaar
stagroomverhaaltje, maar Weners
verstaan inderdaad de kunst het zo
kleurig, feestelijk en champagne-
zwierig aan je voor te toveren.dat
de lauwe limonadesmaak achterwe
ge blyft.
Naast me zitten twee Amerikaan
se jonge7is, een kleine zwarte, die
duidelijk geniet en een lange, kaal
geschoren figuurdie gebukt gaat
onder het feit dat hij het parlando
niet volgen kan
„Waar hebben ze 't nou over?"
fluistert hij telkens.
Zijn makker, die enig Duits in
huis heeft, brengt hem dan zo com
pact mogelijk op de hoogte:
,.De prinsgemaal iser vandoor
gegaan, see? In de eerste huwelijks
nacht, see
„Why?" ti-raagt de kale verbaasd.
He don't likes it", zegt de ander.
En hij kijkt weergretig naar het,
door tientallen figuranten en een
compleet ballet, volgedanst toneel.
De lange haalt onbevredigd zijn
schouders op en zakt een beetje
mokkend onderuit in zijn stoelEn
verder vlindert de Walzertraum,
Het draaitoneel heeft ons, bij open
döeJc, de vertrekken van prinses
Helene binnengereden en de beeld
schone Renate Holm begint, met
het champagneglas in de handaan
een beroemde aria. De enige mede
deling, die het lied behelst %s, dat
zij „ein Schioipsel" verlangt, maar
'e zingt het coloratuur.
,JSchwihihïhi, hihihihi..,."
En zovoort, tot cle slotuithaal,
die moeiteloos uit haar technisch
ineesterstukje, ten hemel stijgt. Ter
wijl de zaal een geestdriftig open
doekje klapt, vraagt mijn buurman
aan zijn vriend:
„Wat wou ze?"
„She wants a drink", snauwt de
ander ongeduldig..
Waarop de lange alleen maar zegt:
„So do 2." KRONKEL.
feest voor z'n verjaardag. Pau
line's zoon, Paul, die een gewond
been heeft, komt en Millamants
Cedric, die mode-ontwerper is.
Ik geloof niet, dat u Cedric zult mo
gen. En dan m'n zuster Desdemona,
die op het ogenblik vrij is, maar
een rol hoopt te krijgen in een
nieuw stuk in Crescent. M'n andere
schoonzuster, Jenetta, komt. ook, ik
hoop met haar; dochter, Fenellau
Haar man, m'n oudste broer Clau
de, is kolonel by de bezettingstroe
pen en is nog niet thuis gekomen".
„Een boel mensen," zei Katti.
„Leuk voor u".
„Er zullen natuurlijk een hoop
ruzies 2ijn", antwoordde Thomas.
„Als je twee of drie Ancreds bij
elkaar brengt, kun je er zeker van
4 „kom met me mee. Ik heb een
soort monster binnen".
Thomas het zyn lange wijsvinger .Blijft hij eten?"
in een rechte hoek van zijn hoofd ,jk heb 't hem nog-niet gevraagd,
afstaan, fronste ontzettend en blies maar 't zal wel. We moeten dus
zijn wangen op. Zijn ogen glinster- n Van Rory's blikjes openmaken",
den. Tegen haar wil in, moest Troy „Moet je niet naar die knaap
er het gezicht van een. lelijk kind terug?"
in herkennen. Ze lachte kort. Tho- ..icuwit.fi T,„ --- r=•-%,■>-
mas wreef zich in de handen. „Als f. F1*/.: Jk berj zun dat ze elkaar gaan beledigen,
ik u-zou vertellen." zei hij, „wat Jang yan hem Hij heeft me over- Daarom kom ik zo goed van pas.
dat kleine meisje allemaal doet zou iï&hnd'JÏLÏS P ben ongev°^ige Ze pra^Q
u verbaasd ziirL Een cactus bil- aUemaal afstotend heeft voorgesteld tegen my over elkaar. En over So-
voorbeeld in het bed vmi Sonia! en eerwacht daarna niets meer of nia, zoals u zult begrijpen. We zul-
Oneelukkigerwiize is ze-Papa's lie- dan dat ik kennis mat ze len, allemaal over Sonia praten. We
veling, waardoor controle vrijwel i0??-1". .en -^En het verraderlijke is, hadden gehoopt uw portret van papa
onmogelijk is geworden En men f»; dat zyn verhaateen afschu- by die gelegenheid te onthullen,
moet haar in boosheid natuurlijk HrtShlSï^«SS" vSP zei JU. terwijl hij Troy peinzend aan-
nooit slaan. want. dat 2ou niet de Rrïri* »Daar het feest eigenlyk
juiste psychologische aanpak van om begonnen".
Milly, die Voortdurend Om Niets
juiste psychologische aanpak van
Troy mompelde iets onverstaan-
lars.
„Papa heeft zich vorige week
hebben we Pauline, myn IT" ïï;»4»™ Z"rapa nce" wen vorige ween
oudere zuster: zij is het gewichtige dan Papa, meer dan levensgroot, die enorm geamuseerd met het opzoe-
zichzelf znn eicen oortret wil ep.vpn. rr->«
,.l5an
type, sTiïp
die .voortdurend om niets lacht en ?"V3. 6 datsoen. Jey heeft het voor ons gemaakt. Het-
het huishouden voor Papa verzorgt «enM... js rood. donker, maar helder, met
sinds haar man, mijn oudste broer. «Jo wilt me toen niet verteHen, een rookkleunge cape. We hebben op
Henry Irving, stierf." dat je het hebt aangenomen?" Ancreton een miniatuur-theater,
Henry Irving!" barstte Troy uit, »Jk "iet Lieve help, nee» ik zou weet u. Ik heb het originele achter-
t er wijl ze dacht: „Hij is beslist wei krankzinnig zyn. Maar houd doek van eenvan de scènes mee-
gek;" een oogje op me, Katti", zei Troy. genomen en. het er opgehangen. Het
.Henry Irving Ancred, natuurlijk. Thomas accepteerde de utfnodi- is werkelijk toevallig, nietwaar".
Papa was een groot bewonderaar 0Iu te blijven eten en zei, dat ging Thomas onschuldig door, „dat
van Irving en hij beschouwt zichzelf hU verrukt was. over zijn deel van u de ontwerpen voor die opvoering
als diens geestelijke erfgenaam en -de NieuwZeelandse rivierkreeft uit hebt gemaakt. U herinnert zich na-
daarom noemde hij Hal naar hem. En bllk- tuurlijk wat ik bedoel. Het is heel
dan hebben we Sonia. Sonia is Pa- „"We hebben vrienden in -Nieuw- eenvoudig. Een fors, verwrongen al-
pa's vriendin". Thomag. schraapte Zeeland en ook in Amerika", zei houet van een kasteel.; Hij kleedde
zyn keel. „Het is een nogal Bijbelse hij, „maar helaas heeft vis in blik 2Jpb aan ejt Eiug er voor staan, op,
situatie. Herinnert u zich David en een noodlottige invloed op Papa's rijn zwaard steunend, met gebogen
Abishag, de Shunnamiet? Ze hebben darmontsteking. Als we het op tafel hoofd, alsof hij ergens naar liuster-
aUemaai de pé aan Sonia. Ik moet hebben, kan hij er niet afblijven en ^e."
zeggen, dat ze een bijzonder slecht daarom krijgen we het.niet van Mil- Troy herinnerde het zich goed, Het
actrice is. Verveel ik u?" ly. De volgende keer, dat ik naar was vreemd, dat hij deze sithffj®
Troy, hoewel niet verveeld, had er Ancreton ga, krijg ik een paar blik- opgeroepen had; want AReyp hieia
weinig zin in dat. toe te geven. Ze jes van haar om mee te nemen naar ervaQ om haar te vertellen hoe,een
mompelde: .JHelemaal niet" en man flat". agent in de nachtdienst, eens Shake-
bood Thomas een borrel aan. Hij „WoontVu'dan niet op Ancreton?" speare geciteerd had op een vroege,
antwoordde: „Ja, graag, als u ge- vroeg Troy. stormachtige ochtend. Thomas, die
noeg hebt". Ze ging de kamer uit „Dat kan toch niet met m'n baan de woorden sprak met het, besef dat
om de drank te halen en hoopte inin Londen? Ik ga er- soms het week- eeu acteur heeft voor de waarde er-
de tussentijd haar reacties op haar eind heen om ze allemaal, degele- van, leek een echo van haar »sn en
bezoeker duidelijk te omlijnen. Ze genheid te geven me hun. vertrouwen haar gedachten werden overstroomd
gevenr..^ --
vond Katti Böstock in de eetkamer, te schenken. Papa vindt het fijn als door herinneringen aan zyn stem.
,ln hemelsnaam, Katt", zei Troy, we komen. Hij geeft een vrij groot (Wordt vervolgd)