J Schilderachtig De RIJP is zijn museum waard Rus Zorin doet felle aanval op de VS. V erloren slag, geenWaterloo im INT HOUTEN HUIS" VOL HISTORIE m NÊLLMU Castro naar Moskou JfaldLispevt m ie klifde a* ONTWAPENINGSCONFERENTIE Gezondheid en genezing vooi. de huid, Dagelijks feuilleton door Gr. A. Birmingham ZATERDAG 18 JUNI i960 TROUW OP de jaarvergadering van het Nederlands Bijbelgenoot schap werd een overzicht gegeven van de arbeid van het N.B.6. in de laatste tien jaren. Er is die tijd heel wat gebeurd en het is goed er zo eens in vogelvlucht op te letten en zich af te vragen waarom nog niet veel méér mensen m Nederland niet grote belangstelling deze ar beid omringen. Het is een wereld zaak geworden en altijd gaan er weer nieuwe wegen open. Als men dat bedenkt, is er reden om eens te denken aan dat probleem dat eens door een zendingsblad uit het buitenland aan de orde werd gesteld: „Why be ashamed of the Bible?" d.w.z. waarom zouden we ons schamen voor de bijbel? Daar werd aan toegevoegd, dat er geen reden is voor deze schaam te, wanneer men de feiten kent. De feiten: daarmee werd vooral bedoeld, dat (in die tijd) elk jaar dertig miljoen mensen de bij bel kopen. Daarmee kon geen en kel ander boek worden vergele ken. Een maximaal verkocht boek zou (alweer jaren terug), niet bo ven de lOO.OQO per maand uitko men. De bijbel js bet best ver kochte boek, een bestseller, en dus; geen reden tot schaamte door prof. dr. G C. Berkonwer ZEEATLAS Stoéa 184a Bescherm Uw. gezin,. "-" verzeker Uw leven H. VAN GALEN LAST OVERLEDEN GEBRUIK - GORDIJNSPIRAAL 'ngezonde beweging Zorg dat uw fats in orde is! Bewerking aaar hel boek van Lewis Wallace Valse schaamte held zeggen, dat niet zozeer de etala ge maar de valse schaamte ons be dreigt. Natuurlijk zijn er uitzonderin gen, wellicht vele. Op de jaarvergade ring werd door de voorzitter Harren- stein herdacht in zijn vele arbeid voor het bijbelgenootschap en deze arbeid was niet in strijd met zijn persoon lijk uitkomen voor deze zaak en voor dit Woord en zijn glorievolle inhoud Maar we zijn niet allemaal zo open en we voelen ons meermalen beklemd, wanneer er een situatie ontstaat waar in een enkel woord of een eenvoudig getuigenis eigenlijk vanzelfsprekend zou zijn. Men kan over die valse schaamte tal van analyses geven, maar het zal toch altijd wel neerko men op een elementair gemis aan eigen gegrepenheid, aan eigen zeker heid wellicht. We zijn theoretisch wel verontrust over de verwereldlijking, met het blijft dikwijls in de sfeer van de beschouwelijkheid, als we de ver wereldlijking normaliseren en maar moeizaam doorbreken met een woord van licht in deze duisternis. Zelfs de grote nadrukkelijkheid waarmee in het evangelie het belijden voor de mensen in direct en onlosmakelijk verband gebracht wordt met Christus' belijden van onze naam voor de Va der, kan blijkbaar maar moeilijk de valse schaamte overwinnen en te niet doen. Ik derik, dat deze gedachtengang wel niet veel mensen zal overtuigen. De feiten van de verkoop van de bij bel in onze tijd mogen opvallend zijn, dat is toch niet een feit, dat de mens over zijn tchaamte heenhelpt. We kij ken er nog altijd wat vreemd tegen aan, wanneer we In de trein een gees telijke ln zijn bijbel zien lezen of wel licht In zijn brevier. We denken dan aan de „geestelijkheid" en lezen in ons „pocket-boek" door. De veelgele zenheid van de bijbel maakt ons op zichzelf nog niet meer open tegen over de bijbel. Teen aanzien van een nieuw verschenen boek willen we mis schien mee kunnen oordelen en voe len we ons achterop, wanneer we er niet over mee kunnen praten, maar met de bijbel ligt dat anders. ER Is inderdaad een zekere schaam te om zo maar over de bijbel te praten. Het spreken van de Schrift als het Woord van de levende God i meer voor intern gebruik, wanneer we onder elkaar zijn. Dat .verschijn sel zal wel samenhangen met die al gemene schaamte die op heel het ter rein van het Christelijk leven, valt waar te nemen. We voelen ons wat vreemd, wanneer plotseling over de ze jfciingen" wordt gesproken en er kan een vreemde leegte vallen over de gesprekken, wanneer ineens de naam van God of van Jezus Chris tus zou worden genoemd. Voor veler besef gaat het met een misplaatst beroep op de evangeliën om iets van de binnenkamer, om wat verbor gen moet of althans mag blijven. Men vergeet dan dat deze waarschu wing ga in uw binnenkamer ge richt is tegen etalage-vroomheid van. velen in Jezus' dagen, tegen het op de hoeken der straten bidden om van de mensen gezien te worden. Dat is niet in strijd met wat we in Daniël lezen, waarin we iets bespeuren van de ernst om zijn levensstijl niet te la ten bepalen door wie er om ons heen slaat. Natuurlijk mag het niet om eta lage gaan, maar ik dacht dat we daar niet zoveel gevaar voor liepen in on ze tijd. Het is veel meer zo, dat de „religie" meer en meer uit het gewo ne leven verdrongen is en dat we daar allemaal wel aan meedoen. Dat wil na tuurlijk niet zeggen, dat er in onze tijd geen geveinsden meer zijn, maar de vormen, waarin deze geveinsdheid verschijnt zijn wel weer anders gewor den. Het is meestal niet zo, dat we willen prijken met onze vroomheid, dat we gezien willen worden. Wel licht is het tegendeel het geval.... WE kunnen eraan gewend raken dat velen er niet meer aan doen fin dat een getuigenis toch niet helpt, we zijn verwijderd geraakt van het getuigenis uit de 16e-eeuw, dat er een areiging ligt over wie niet helpt .weren en verbieden, dat de naam van de levende God wordt misbruikt en leien het leven aan zijn lot over, zo als het reilt en zeilt. We kennen al len het lied, dat de naam van Jezus ruist langs de wolken, maar we we len niet goed meer, wat dat bete kent. En we lopen gevaar in een gro te nalatigheid terecht te komen, ten fianzien van de bijbel en ten aanzien van een enkele eenvoudig woord. Het is veel gemakkelijker om allerlei be schouwingen te geven over de een zaamheid en de angst van de moder ne mens en over zijn onrust in ver band met de ontwikkeling van het le ven in onze tijd onder allerlei oor logsdreiging en geweld dan een en kel woord te spreken dat wellicht in mfi donkerheid een weg zou kunnen yijzen en aan het denken zou kun- ken zetten. Men komt daar niet over heen door de bijbel te vergelijken inet een modern pocket-boek en dan te zeggen: het valt toch wel wat mee. De oorzaken van de valse schaamte bggen' dieper in het hart verscholen. Er is niemand meer, die met gevaar vaa zijn leven bedreigd wordt, wan keer hij een woord over de Heer spreekt en men kan wel met zeker HET zit dan ook niet in de geva ren die ons zouden kunnen be dreigen. Dat is wel meermalen zo ge weest in de geschiedenis der kerk. dat een simpel getuigenis beslissend was. We leven in andere tijden en er wor den veel bijbels verkocht en er is een geweldige arbeid van het bijbelgenoot schap over de gehele wereld. Maar het blijft dikwijls stokken, wanneer er om gevraagd wordt of wanneer er helemaal niet om gevraagd wordt. Dan wordt onze armoede onthuld. We kunnen het dan wel werpen op onze, schuchterheid en ons onvermogen om het rechte woord op de rechte plaats is spreken, maar dat draagt dikwijls het karakter van vele bedenkselen, die gezocht moesten worden, omdat ze er niet waren. Misschien zijn we juist schuchter geworden voor de etalage-vroomheid, omdat men daar zulk een vernieti gend oordeel over heeft geveld. Het is goed zich daartegen te laten waar schuwen, wanneer bij iemand het ge vaar opnieuw zou gaan dreigen. Maar getuigenis en etalagevroomheid zijn toch in het wezen van de zaak aller minst identiek en men mag zich voor zijn zwijgzaamheid met beroepen op de pralende vroomheid, die onder het oordeel ligt. Wanneer men in onze tijd spreekt over een periode van de' geschiede nis, waarin men er niet meer van weet en er daarom niet meer over discussieert en er daarom niet "meer zo fel tegen ingaat, dan zou opnieuw op een ongehoorde wijze actueel wor den, wat Paulus schrijft in een van zijn brieven: hoe zullen ze geloven in Hem van wien ze niet gehoord heb ben? En nu het bijbelgenootschap zijn weg vervolgt met vele nieuwe plan nen, nu is het* duidelijk, dat onlosma kelijk met deze arbeid verbonden moet zijn een openbaring van het Christelijk leven, dat niet de indruk wekt, dat godsdienst iets is, dat bui ten het gewone leven staat en waar over men niet spreekt. Dan wordt de gemeente geroepen om de weg te gaan tussen etalage-vroomheid en zwijgzaamheid. Dat moge een moeilijke weg zijn voor ons als het erop aankomt zwijgzame mensen, maar het is een weg waarop men wandelen kan, tot zegen voor anderen en tot het bevrijd- wórden van eigen krampachtigheid. (Van een onzer veislaggcvcrs) IN het op zichzelf al wat museum- achtig aandoende Noordhollandse plaatsje De Rijp is gistermiddag een historisch museum geopend. De bur gemeester verrichtte de plechtigheid in „In 't Houten Huis" op het Jan Bootplein. Of de bewoners van het pittoreske stadje, waar het leven rustig voort kabbelt en waar de zonnewijzer op de kerk nog een tijd uit een vroe gere eeuw schijnt aan te wijzen, het niet wisten of juist op dat ogenblik allemaal aan liet werk waren, vast staat dat de opening in de grootste rust plaatsvond. Toch is het museum belangrUk. Men krijgt er, in de toekomst onder de voortreffelijke rondleiding van de heer en mevrouw C. de Jong (hij is de architect van de restauratie) een „beeld van de welvaart door hariug- en walvisvaart". Zonder te beweren dat het nü niet naar wens verloopt in De Rijp: eeuwen geleden was het er goed wonen, leven en verdienen. Ver moedelijk niet volledig gespeend van chauvinisme heeft Leeghwater zijn geboorteplaats m zijn „Kleyn Cbronykje" „het beste Dorp in Hol land" genoemd. Behalve de bewoners van De Rijp zelf, zullen er veien zijn die meer willen weten van het wel en wee van de mensen en hun leven midden in een waterland. „In 't Houten Huis" deze naam is er aan gegeven omdat het gebouwtje heel vroeger van hout was bezit vele merk waardigheden. Het zijn voor werpen die de Rijpenaren vroe ger gebruikt hebben, zowel thuis als op de vaartOorbellen van haar, pepermunt- en lodderein- doosjes, verkleurde zwavelstok doosjes en enigszins geroeste kermismessen, een stuk walvis been. een journaal of logboek uit 1848, voorts vele platen en prenten die een goed beeld ge ven van vroegere toestanden. In „In 't Houten Huis" vindt men vele merkwaardigheden, die herinneren aan vroeger jaren, toen de scheepvaart voor het dorp een belangrijke rol 'speelde. ER is ook een zee-atlas van Blaeu, en nog wel een van de serie eerste drukken. Volgens een Duitse professor, die verle den jaar in De Rijp was toen waren er ook al vele voorwer pen, echter „opgeslagen" in een ongeschikt gebouwtje zijn er nog'maar drie exemplaren van deze atlas: In Amsterdam, Ma drid en De Rijp. Het mooi gerestaureerde ge bouwtje met smalle draai trap pen en kleine ramen, is door de Plaatselijke V.V.V. verkocht aasf her Oudheidkundig Genootschap" B et ligt dus voor de hand dat de i-erstgenoemde instantie alles in het werk zs' 'ellen nog meer bekendheid zeven aan de pl ;ats dan ze nu heeft. De Rijp is een museum waard. Ga er n aar eens rondlopen, net als wij, d m zult u het zien. De Russische vice-minister van Bui tenlandse Zaken Zorln heeft de Ver enigde Staten op de ontwapeningscon ferentie te Genève beschuldigd, een wereldverdrzg voor ontwapening tegen te honden om de bewapeningswedloop te kunnen voortzetten en de Russische voorsprong op het gebied van de mo derne wapens te verkleinen. Zorin ontketende een verwoede per soonlijke aanval op de Amerikaanse (Advertentie) (Advertentie) een cc u w*I evcnsvenrekeri tvfr Advertentie Fidel Castro, de premier van Cuba, zal een bezoek aan Moskou brengen, aidus heeft Antonio Nunes Jimenez, hoofd van een Cubaanse missie op een persconferentie in Moskou meegedeeld. De datum van het bezoek zal later worden vastgesteld. Op de vraag van een Amerikaanse correspondent of Cbroestsjew moge lijk Cuba zou bezoeken op de natio nale feestdag van Cuba op 26 juli, zei Jimenez dat Cuba de Russische pre mier gaarne op die dag zou ontvan gen, maar dat hier tot nog toe niets definitiefs over gezegd kon worden. Een kleine Westduitse kotter, de SG 17 „Anke 2" uit Gluckstadt, heeft in IJmuiden een waardevolle vis aan gevoerd. Het was een 112 kg wegende steur. De handel had grote belangstel ling voor het dier. Het ging van de hand voor 500. Op 71-jarige leeftijd is overleden de heer H. van Galen Last, die van 1 juni 1946 tot 1 mei 1954 directeur-generaal van het verkeer is geweest. De heer Van Galen Last was nauw betrokken bij de ontwikkeling van de N.I.W.O., (Nederlandse Internationale Wegvervoerorganisatie) en de totstand koming van de wet autovervoer goe deren, wet goederenvervoer binnen vaart en richtlijnen en uitvoeringsbe sluiten op het gebied van het personen- en goederenvervoer. Hij was ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw. gedelegeerde Eaton, die, naar hij zei, het Russische standpunt welbewust ver draaide ten einde serieuze' onderhan delingen te vermijden. Hij verweet de Britse 'minister van staat, Ormsby-Gore, dat deze de in standhouding van de Amerikaanse ba sissen in Europa verdedigde en hij noemde die basissen een ware bedrei ging voor de veiligheid van de staten op welker territoria zij gevestigd zijn. Hij betoogde, dat de volkeren in al die landen dat begrepen en voegde hieraan toe: „Het is geen toeval,-dat-het Japanse volk niets moest hebben van het be zoek van president Eisenhower, omdat het een direct verband zag tussen dit bezoek en de politiek om de Ameri kaanse militaire basisssen in Japan te handhaven. "Uit dit hoogst betekenis volle feit, dat kennelijk uniek is in de geschiedenis, behoren de Verenigde Staten praktische conclusies te trek ken, maar wij merken daar niets van." De rede van Zorin was de scherpste aanval op de V.S. en Groot-Brit tannic sinds de onderhandelingen drie maan den geleden geopend werden. Eaton, die de aanval blijkbaar ver wacht had, deelde voor de zitting mee, dat hij vrijdagavond voor overleg naar Washington zou terugkeren. "IVJTETS wordt gewonnen door te trachten de klap, dip de Ver. Staten in het Verre Oosten hebben op gelopen, te verkleinen" de „Daily Telegraph" heeft daarmee gioot gelijk. Het minst mag men dit doen m vader landse kringen in Japan en de Ver. Staten, waar eerste taak is de.juiste lessen uit het gebeuren te trekken. Zeker, een gebeuren zonder incident, dat niet ten onrechte een dieptepunt in de Amerikaanse buitenlandse politiek na de oorlog, sinds 15 jaar, betekent en het einde van het Macarthurisme in Ja pan: dit was de tijd, waann Amerika er praktisch met de kracht van een bezettingsmacht zich heeft kunnen ge ven aan de opbouw van deze sector van zijn defensieketen èn aan de democra tische opvoeding, alsmede een genereus weer op de been brengen van het Ja panse volk Nu was de tijd gekomen, dat Japan geemancipeerd werd, dat het voor eigen rekening zou gaan werken: het symbool daarvan was de revisie van het verdedigingspact, dat nü op de basis van vrijwilligheid moest gaan weiken. De opzet heeft gefaald, de Japanse ge- importeerde democratie bleek te zwak, negativistische minderheidstnvloeden hebben een zege behaald. De zwarte dag van Tokio van de 16e juni i3 een verloren slag op de veldtocht der vrije volkeren tegen wat president Eisen hower deze zelfde dag in Manilla noem- de „liet dictaat van een tiranniek over heersingsplan". Een verloren slag niet de eindsla niet een Waterloo, dat wij vandaag voor de 15e keer gedenken. De eindslag treft de tiran. Dat was in 1815 zo, en dat was ook in 1945 zo. Maar daarvóór worden aan de goede kant helaas zovele slagen erloren en de vrije wereld mag wèl leren zo weinig mogelijk slagen te verliezen. Deze les geldt in dit geval na Washington en Tokio ook ons allen, vrije volkeren, waarin wij ons o.m. ook tot gedegen studie mogen zetten tot het elimineren van de zwakten der de mocratie en het versterken der moge lijkheden der democratie. tstANNEER wij zo eens heel de scala van commentaren van het desa streuze Toklnese gebeuren nagaan, dan valt ons op, ook na wat wij boven ge zegd hebben, dat de toets ook tè zwart kan aangezet worden, en ook dit is niet goed Dit lezen wij voornamelijk in de Britse pers het schijnt of daar ook onder al het getetteretet van: „nu allen die goede, ouwe Eisenhower schra gen" met iemand te doen hebben is het ergste oor een staatsman! een onheilig vuur van enig imperiaal leed vermaak doorgloeit Lessen leren, ieder voor zichzelf, dingen niet erger maken, din zij zijn' Bij het streven naar een evenwichtige beschouwing mogen wij zeker niet ver- (Advertentie) pmet cl» originele: onderdelen - (Advertentie) 9 HET zal een langdurig werkje zijn die spleet te vinden", zei de Ma joor, "„Ik denk, d£tf het eiland een om trek van ongeveer drie kilometer heeft. Het zal heel wat tijd kosten om in ieder gat te gaan kijken over een afstand van drie kilometer ruwe rotsen". „Dat zullen we ook niet doen. We zullen handelen volgens een van te vo ren beredeneerd, wetenschappelijk plan, dat ik uit zal denken en u mede delen, zodra we daar zijn aangekomen' Meidon stak zijn pijp op, die hij tot dusver in het vuur van zijn redene ring veronachtzaamd had, schonk zich zelf een kop koffie in en ging zitten. Hij bleef zwijgen en het was duidelijk, dat hij dat wetenschappelijke plan zat uit te denken. De Majoor nam zijn Ti mes op en begon een hoofdartikel te le zen over de schandalige, wetteloze toe standen in Ierland. Na een kwartier zei Meidon: „Heeft u een kaart van het eiland?" „Neen. Ik heb een kaart en de aan wijzingen om er heen te zeilen, maar ze zijn aan boord van de Spindrift". Weer bleef Meidon een tijdje zwij gen. Toen vroeg hij: „Zijn er veel mensen op het eiland?" „Tien families, geloof ik", zei de Ma joor. „Allemaal nichten en neven van elkaar". „Ik vraag dat", zei Meidon, „omdat als er daar mensen zijn, het wel eens nodig zou kunnen zijn, om een ver momming aan te nemen". „Als je je ook maar één ogenblik voorstelt, dat ik daar op dat eiland zal gaan. rondlopen met een valse baard en een blauwe bril „Ik stel me niets van dien aard voor. Toen ik zei, dat het nodig zou kunnen zijn, een vermomming aan te brengen, bedoelde ik, dat we in staat moeten zijn om een plausibeie reden van ons op treden aan de inwoners op te geven. Als we ze laten merken, dat we ach ter hun schat aan zitten, konden er wel eens moeilijkheden komen. Dan zullen ze natuurlijk in het gevondene willen delen". „Ik zou een halve kroon accepteren", zei de Majoor, „voor alles wat we zul len vinden". Meidon klopte de as uit zijn pijp en stond op. „Ik moet weg", zei hij. „Ik moet nog naar Dovle en die Langton vanavond om met hem te spreken over het ver huren van mijn boot. Ik dacht om voor die maand dertig pond te vragen". „Dat is die boot niet waard, zelfs als iemand ze zou willen kopen", zei de Majoor. „Je hebt er zelf maar vijfen twintig pond voor gegeven". „Wel, ik zei dat ik dertig pond zou vragen. Maar ik ben volkomen bereid om vijfentwintig pond te accepteren. Dat zou eenvoudig er op neerkomen, dat ik mijn geld terug krijg zonder enige winst". „Je zult dan toch aan het eind» van die maand nog je boot hebben". „Denkt u dat? Tenzij die vriend, waar hij over sprak, een ander soort man is dan Langton, zal er aan het einde van die maand heel weinig van de Aureole over zijn". „Nou ja, goed", zei de majoor, zie maar dat je krijgt, wat je kunt. Als die man_gek genoeg is om je Aureole voor 25 te huren, is hij zeker in staat haar naar de maan te helpen. Maar ik zou je adviseren er voor te zorgen, dat je eerst geld ziet, voor je hem de boot overgeeft". Meidon knipoogde. (Advertentie) Vraagl Uw Apothakvr of Drogist zuimen ruimer aandacht te geven aan de merkwaardige aard der zege van Tokio. Gisteren zeiden wij daar reeds iets van, nu voegen wij hieraan nog iet3 toe: een document, dat de Japanse in lichtingendienst in handen gevallen was, bevestigt, dat Hagiwara, de com munistische voorzitter van de trans portarbeidersbond van Tokio, in april- mei in Peking was en dat daar een actieprogram uitgewerkt werd, dat de aanwijzing bevat: „AUe krachtsinspan- J T WAS RAAK! BS CornAfGMi O PER* MUNOf 1. Binnen korte tijd heeft Ben Hur zijn tegenstander overmeesterd. Hij heeft de linkerarm van de man over diens rechter schouder gewrongen. De man moet zich nu wel omdraaien en daardoor blijft de lin kerkant van zijn lichaam ombeschermd. 2. Het is duidelijk dat deze manier van aanvallen hem volkomen vreemd is, hij weet niet hoe hij zich moet verdedigen. Zonder zijn greep te laten verslappen, geeft Ben Hur de beroepsworstelaar met zijn vrije linkerhand een geweldige slag in de nek. 3. Zonder een kreet te uiten, zakt de man in elkaar. Hij is dodelijk getroffen. Het hele gevecht heeft ternauwernood enkele seconden geduurd. De Sakser, die het gevecht met stijgende verbazing heeft gevolgd, staat ontdaan op. ;,In ieder geval", zei de Majoor, „zou hij stapelgek zijn om er de zee mee op te gaan. Ze is zo rot als een mispel". „Ik verwacht niet, dat hij er de zee mee op zal gaan", zei Meidon. „Hij zal wel zo'n beetje blijven rondhangen tussen de eilanden in de baai. In ieder geval moet hij mijn boot wel nemen, als hij een boot hebben wil. U wilt de uwe met verhuren en er is geen an dere. Doyle zei vanmiddag, dat er bo ten In overvloed waren, maar dat was alleen om Langton aan te moedigen om in het hotel te blijven. Er is niets, wat men een jacht zou kunnen noemen binnen een afstand van 75 km van Bal- lymoy. Maar ik moet nu weg. Laat ik eens even kijken is er nog iets, wat we moeten afspreken?" „Je zoudt een dag voor het vertrek kunnen bepalen", zei de Majoor. „Maandag a.s. Ik zal de dominee mor gen even opzoeken en het in orde ma ken. Ik zou ook zondagavond kunnen vertrekken, als u dat liever wilt. Het Is mijn beurt om de avondpredicatie te houden en ik zou die desnoods een beetje kunnen bekorten, zodat ik hier om half acnt by u zou kunnen zijn". „Neen, dank je, Maandagmorgen is mij vroeg genoeg. Maar we zullen wel vroeg vertrekken. Je kunt beter hier heen komen en hier of op de boot sla pen. Ik ben blij, dat je meegaat, J. J. We zullen een aardige tocht hebben. We zullen een paar dagen op een klein eilandje door brengen en dan overste ken naar het grote". „We zullen niets van dien aard doen. Ik kan niet langer dan een week weg en we zullen al die tijd nodig hebben om die schat te pakken te krij gen". (Wordt vervolgd). ningen moeten zich erop concentreren het militaire pact met Amerika en de regering-Kisji ten val te brengen; daar voor moeten alle progressieve krachten der Japanse arbeiderswereld worden in gezet. Deze slag is van unieke beteke nis in de geschiedenis van Japan, Alle krachten, ook als zij niet-communistisch zijn moeten daarbij broederlijk worden begroet." Dit stelt nog weer eens buiten kijf, dat deze zege een Chinese zege is, én nu wensen wij aan het eind der week nog even nader in te gaan op wat wij gisteren zeiden: „Wat zegt Chroestsjew hier nu van?" Het kan niet anders, dan dat deze zege de invloed van Peking in de communistische wereld zeer heeft versterkt Onder de kameraden kan Mao zeggen: zie je nu wel? Dit betekent, dat Chroestsjew in de duidelijke twist in het communistische kamp nog meer wordt dwars gezeten. Hoe moet zich dit uitwerken? Het zal niet aan de aandacht ont gaan zijn, dat Chroestsjew in het onge noegen met de pro-Chinezen, dat hem (mee?) dwong .Parijs af te schrijven en de Amerikaanse president met schut tingwoorden te bejegenen, hard heeft teruggeslagen. Wie meende, dat een Chroestsjew in de touwen lag, heeft het ver mis. Destrijd woedt vinnig voort, ■pERST was een „Prawda"-artikel met onmiskenbaar duidelijke tekst daar van het bewijs. Daarop volgde een nog vinniger tekst in het officiële orgaan van het Russische bureau van de Sow- jet-commumstische partij, de „Sowjet- skaja Rossija", en wel juist begin deze week, toen de agitatie in Tokio naar het hoogtepunt ging lopen. De schrijver, Sjewljagin, is een eersterangs autoriteit in de partij, die hier krachtig uithaalt tegen al wat in het communistische kamp „de linksen" genoemd wordt. De zuiveren" in de communistische wereld zien twee ernstige dwalingen, deviaties: ten eerste de rechtse revisionisten, als Tito; ten tweede de linkse extremisten, doordravers, als de Pekinezen. In dit artikel ligt he.t er nög dikker op, dan in het „Prawda'.'-artikel, dat hier vooral de Chinezen, en de pro-Chinezen elders, worden bedoeld. Wij lezen hier: ,De huidige linksen beschouwen liet beleid van vreedzame co-existentie, het stoppen van de'bewa. peningsrace en een vriendeljjk-zija je gens kapitalistische landen als een te ruggang van het Marxisme-Leninisme, De geringste verslechtering van de in ternationale situatie zien zij ais bewijs van de juistheid van hun sectarisch in zicht." Sjweljagin noemt met kennelijke verwijzing naar da jeugd van het Chi nese communisme als regerings macht dit „sctarisme" een infan tiel kenmerk van deze linkse richting. „Zovele communistische partijen zijn sinds de oorlog uit het stadium van ille galiteit getreden en maken nu het sta dium der kinderlijkheid door, en som moge hebben moeite zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden" En dan wordt natuurlijk ook Lenin erbij gebaald en verhaald van diens strijd „tegen die verschrikkelijke revolutio naire kameraden". TNDIEN in dit blad artikelen zouden verschijnen half zo kritisch jegens de Ver. Staten als nu in de Russischs pers verschijnen over China, dan zou ds wereld weergalmen van de roep over: een ernstige Brits-Amerikaanse crisis", schrijft de „Daily Telegraph" (met een geringe zelfoverschatting) Wij zullen hier nu dan ook maar niet concluderen tot een ernstige Sowjet-Chinese crisis, maar onomstotelijk duidelijk ls, dat het niet behaaglijk ls tussen Moskou en Peking. En veilig kunnen we ook zeg gen, dat de zege van Peking in Tokio deze onbehaaglijkheid niet verminderen kan hoe zich dit dan ook verder moge uitwerken. In de onderlinge strijd, die achter da gordijnen thans gaande ls, doen de twee groten onophoudelijk een beroep op de kleineren in het gezelschap, de andere landen en partijen, een verwon derlijk soort competitie, waarbij belden zich beroepen op een eigen passus uit het grote actie-program van Moskou, dat twaalf communistische landen ln november 1957 hebben opgesteld. Mos kou: „Dogmatisme en sectarisme kun nen in bepaalde ontwikkelingsfasen der enkele partijen een kapitaal gevaar vormen". Peking: Str^d teglf agressieve imperialistische kringen In. de Ver staten dient de spits van de 2olanS het Imperialisme bestaat, blijft ook de bodem voor agres sie-oorlogen bestaan" Verwijten van overtreding van deze resoluties gZL onophouedijlk over en weer tussen Pe-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Trouw / De Rotterdammer | 1960 | | pagina 5