Zij stelen de show Ter Sehegget over het geheim van de mens Beroeping» werk. Trouw Kwartel door A. J. Klei door. prof. dr. H. M. Kuitert TROUW/KWARTET ZATERDAG X FEBRUARI 1973 KERK T 2/] door Ton van der Hammen Wie als -blanco bezoeker een dagje op visite gaat bij de we reldraad van kerken in Genè ve, loopt om te beginnen tegen een merkwaardig stukje folklo re aan. Bij de receptie kun je behalve kleurenkaarten met het mooie, functionele (voor de financiële Nurksen onder ons: eveneens uiterst billijk gerealiseerde) gebouwencom plex ook oecumenische dassen kopen. Oui monsieur, des cravates oecuméniques, te be komen bij een lieftallige, oude re dame. Uitsluitend stemmig donkergroen, met in veelvoud het bekende embleem scheep- je-kruis-oikumenè erop. Zo van: strik het om, borst voor uit en ziezo, je bent oecume nisch. h-JüéltÉ1 1S; Wat eerlijker Ongevraagd advies Morgen naar de kerk met uw bijdrage voor het Wereld diakonaat De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe leidse Courant Dordts Dagblad Uitgaven van N.V. De Christelijke Pers Directie: Ing, O. Postma, F. Diemer. Hoofdredactie: Drs. J, Tamminga. Hoofdkantoor N.V. De Christelijke Pers: N.Z. Voorburgwal 276 - 280, A'dam, Postbus 859. Telefoon 020-2203 83. Postgiro: 26 92 74. Bank: Ned. Midd. Bank (rek.nr. 69.73.60.768). Gem.giro X 500. v- *- 'Jongen, jullie moeten uitkijken, want zij stelen de show', zegt Nico Polak van Het Vrije Volk tegen mij. Het heeft een ietwat •geamuseerde belangstelling voor de kerke lijke affaires waarmee ik me ten gerieve van onze krant bezighoud en zijn journa listieke waarnemingen hebben hem tot de conclusie gebracht dat het bij 'jullie' dat zijn dan. de verzamelde protestanten èêjj dooie boei is en dat het bij de roorns-katholieken bruist van leven. 'Let op),-zegt hij nog eens, 'die stelen de show!' Je wilt dan natuurlijk wel graag wat bewijsmateriaal voor zo'n stevige bewe- ring, Nico Polak knikt welwillend en gaat 'opsommen; 'Neem nou zo'n kritische IJ- mond-gemeente met die Vietnam-zondag met alles d'r op en d'r aanverder heb je wat hier gaande is in de „Dommicus- ;'kerkdan Huub Oosterhuis natuur- lijk't verzet tegen Gijsennieuwe "katechismusbeschouwingen over Jezus als revolutionair, —en van jullie hoor je niks', besluit hij. Ik Vaat Harvey Cox, Jurgen Moltmann en Bert ter-Sehegget aanrukken, ik stal de revolutietheologie voor hem uit en praat geanimeerd over partijgangers der ar men Man. hierbij verbleken alle omo- cursussen en je kunt van dominees moei lijk verwachten dat zij in het nieuws komen omdat ze willen trouwen. Nico Polak heeft nooit van die kerels gehoord. Jokken zou ik wel niet, dus 'Dan spélen jullie het niet goed', stelt hij vast Ik besef dat ik met zwaarder geschut aan moet komen; wij spelen dat al goed sinds de zestiende eeuw en toen hebben calvinisten heel gewoon een koning naar huis gestuurd en dat kun je van geen en kele nee-marxistische getinte katholiek van nu verte Hem! 'Dat was toen, vier eeuwen geleden er. het zal best mooi geweest zijn', gaat mijn collega er hartelijk op in, 'maar, wat zie of hoor ik nü van julL'e? Eigenlijk niks. Als ik nou zondag eens een alternatieve kerk dienst wil meemaken bij jullie, waar stuur je me dan heen?' Ik moet even nadenken. "Wat wil hij? Een ordentelijke Bacil-cantatedienst waarschijn lijk niet. Een combo met opwekkingsliede ren zal 't ook wel niet zijn. Een distussie- achtige toestand met opstandige vragen- stellers? Iets met stencils en spandoeken? Ik leg hem de staalkaart voor, losjes benadrukkend dat wij sinds jaar en dag zo'n royale sortering, in huis hebben, maar - helaas, het klinkt hem allemaal weinig opwindend in de oren. •Tja, wat moet je dan? Tenslotte hebben ■wij 'zo*nr dikke vierhonderd jaar terug al voor de nodige opwinding gezorgd en die opwinding heeft meegebracht dat er nooit zoiets is gekomen als een Calvinus de -zoveelste in Genève, die op een bepaald moment dominee Land mn bij zich kan 'roepen om hem te vertellen: ailes goed en wel, maar die Van den Heuvel volgt jou niet op, begrepen! Ik heb besloten dat dominee Dinges het moet worden. (De waakzame lezer begrijpt dat ik niet zo gek ben, hier een naam te noemen. Ieder mag voor dominee Dinges zijn eigen lavoriet invullen). In de discussies rondom de benoeming van dr. Van den Heuvel tot secretaris-generaal van de hervormde synode kerk (met welke discussie wij blijkbaar niet in staat waren enige show te stelen) hoorde ik iemand met voldoening opmerken; nu hebben wij ook onze zaak-Gijsen, alleen omgekeerd! Nou meneer, het lijkt er niet op, zelfs een tjoiïge-tjonge van de omstanders kan er met af. Tijdens de debatten in. de gereformeerde synode over de kwestie-Kuitert sprak ie mand bezorgd: de wereld kijkt naar ons! Maar sorry hoor, de wereld keek helemaal niet, Nico Polak ook niet. Misschien was dat wel gebeurd als die voornoemde Calvi nus synodevoorzitter Kruyswijk bij zich geroepen had in Genève om hem mee te delen; maak die Kuitert nu maar biblio thecaris of zoiets, want dat gedoe moet afgelopen zijn, en stel doctor Dinges (de waakzame lezer enz., zie hierboven) aan als zijn opvolger. Maar zulke dingen gebeuren niet. Met andere woorden, met een presbyteriale kerkregering is geen show te maken, laat staan te stelen. Het afgelopen weekeinde waren er zo'n zeventig binnen- en buiten landse verslaggevers in Noordwijkerhout waar 'zij', de rooms-kathoh'eken, pastorale overleggingen aan het plegen waren. Hoe schamel steken hierbij de perstafels op Hydepark cn De blije werelt bij af! Om nog iets te noemen: ieder kakelt mee over wat de paus van de pïi vindt, maar het verschil tussen Roscam Abblng en Van Gennep kennen ze niet (Nico Polak zet tenminste grote ogen op). 'Wij' kunnen ons troosten dat de belang stelling voor "hen" niet gevoed wordt door heilbegeerte, maar door het willen meema ken en meebeleven van een (vaak adembe nemende) machtsstrijd. Nou, ais je déér de show mee moet stelen Dit is flauw geklets, wij moeten gewoon onder ogen zien dat wij rechts noch links de handen op elkaar krijgen. Met andere woorden, dat ons kerk-zijn op z'n best als een onschuldig tijdverdrijf wordt beschouwd, dat je iedere liefhebber gerust kunt gun nen. De christelijken vallen tegenwoordig immers best mee, en voor de niet-meeval- lers is de EO er gekomen. De conversatie tussen Nico Poiak en mij is als ontspannen borrelpraat in de wieg gelegd en ik ga er achteraf geen avondo- verdenking van maken. Maar we moeten wel weten, dat we geen zoutend zout zijn: we lijken In de verste verte niet op profeten die zout wrijven in de wonden van de samenleving, we zeggen op z'n hoogst na enige tijden een bedachtzaam rapport dat we vanuit het evangelie alles kritisch dienen te doorlichten. Niemand tegen? Dan is dit stuk aangenomen. Zei den de anderen nu nog maar; een mooi verhaal, maar je bent er een beetje laat mee. Maar de anderen hebben er helemaal geen boodschap aan. Ze verwachten niet eens meer dat wij wat te vertellen zouden hebben. •en comp; :er voor droom van mirs. Kornelis Teken van oppervlakkige beke ring? Hoe dan ook, beter lijkt het van die droomdas maar meteen over te stappen naar de veel be langwekkender droom van mrs. Maria Kornelis (een Hollandse, u hebt het goed) wier functie m Genève, nogal langademig, als volgt, wordt aangeduid: Secretary for Registration and Analysis World Council of Churches, com mission on Interchurch-Aid, Refu gee and World Service. Wat zoveel wil zeggen, dat ze zich met regi stratie en analyse, inschrijven en ontleden op het gebied van de interkerkelijke hulpverlening be zighoudt Geen stof om over te gaan dromen, zo op het eerste gezicht Toch wel, zegt geheel overtuigd mevrouw Kornelis, die als onder wijzeres op een Amsterdamse volksschool haar loopbaan begon, trouwde en naar Genève kwam omdat haar man daar werkt bij de Europese organisatie voor kernfy sisch onderzoek. Haar stap naar de wereldraad was daarna gauw ge daan, Al doende leerde ze het projectenwerk kennen, de compu terafdeling, de financiële planning, de boekhouding, de fondsenwer ving. En toen begon het allemaal. tfSPHÜf- .••--rAUïSv sat, --- Mevrouw Maria Kornelis. De overige foto's bij dit artikel zijn genomen uit de folder van de stichting oecumenische hulp en la tei. verschillende aspecten van het hulpwerk zien. n;-~, nrnjj; jjpnjSfrj- S "IJ" Ze zegt 'Als je naar landen kijkt zoals de Soedan, Ethiopië, Sierra Leone, Senegal, dan constateer je ailefen maar grote armoede. Kijk je daarna naai, Mexico, Algerije oi Nigeria, dan gaat het daar heel wat beter. Mijn 'droom is nu, dat ik aan alle kerken zou willen laten zien: dit doèn jullie wel en dat niet -met je hulpverlening; jullie stoppen hier al je geld m. maar daar niets. Zou het niet allemaal wat systematischer kunnen, wat eerlijker, wat beter? Moet er nu eindelijk niet eens zoiets als een wereidstrategie in hulpverlening komen? Daarvoor moet je natuurlijk gaan registreren. Ik begon maar vast met Interchurch-Aid: naar welke landen gaan de bedragen, hoe wor den ze besteed? Wat gaat er naar het medische werk, wat naar land bouw, wat naar gemeenschapsont wikkeling, wat naar gebouwen, wat naar opleidingen? Welke landen krijgen veel, welke landen minder of helemaal geen hulp? Hoe liggen de behoeftepatronen? Dat heb je dat op een gegeven moment op een rijtje staan. Weet u wat er direct uitkwam? Dat Interchurch-Aid weliswaar jaren projecten in 106 landen onder steunde, maar dat bijna de helft van die hulp naarnegen landen ging, al waren daar dan een paar grote bij. Dat gaf toch wel te denken en voor mij inspiratie om door te gaan en vol te houden. Nu is die registratie een verschrikke lijk arbeidsintensief karwei'. Mevrouw Kornelis vervolgt: 'Geluk kig kregen we de computer. Daar door konden we proberen een plan *nL"RM*u,4 "c0 'T w te realiseren, dat we al eerder in het achterhoofd hadden: registratie van alles wat er op de aardbol aan werelddiakonaat gaande is. Daar voor hadden we dus ook alle orga nisaties nodig. Nu stuit zoiets op heel wat moeilijkheden, want nie mand houdt er eigenlijk van dat vrij te :geven. ,W^ hebben het voor zichtig aangepakt, niet te hard ge drukt, maar wel steeds laten mer ken dkt we het'deden en waaröm we het deden. Tegelijkertijd kre gen we ervaring in de beste ma nier van werken. Het laatste halfjaar ben ik pas goed met die algemene registratie begonnen. Achteraf bekeken gaat het uitstekend met de medewer king die ik krijg. Binnenkort spreek ik er het hoofd van de Duitse Mission over,, in Engeland doet de hulporganisatie van de raad van kerken mee,'de zendings organisatie van de methodisten staat op mijn lijstje, het Zwitserse Hilfswerk, ik moet naar Denemar ken, naar Holland (contact met hervormde en gereformeerde orga nisaties), kortom, iedereen die ik vraag, accepteert. Als men akkoord gaat zonder fiat doe ik niets dan gaat het in mijn computersy steem en zo komt er langzaam maar zeker een beeld van wat alle kerken in de wereld aan dit werk doen'. 'Ongevraagd geef ik al advies aan organisaties die willen registreren. Ze ontvangen een computerstuk. waarin precies staat-wat er in het land waar ze projecten hebben ver der gebeurd. De bedoeling is dui delijk, Ik hoop dat ze 'de blinde vlekken zien, waar evenzeer hulp nodig is, maar niet gewerkt wordt: Ik hoop, dat ze met anderen in zo'n land gaan samenwerken, gaan coördineren. Kortom, dat op den duur voor elk land de strategie kan worden bepaald. Ik heb ook intensief contact met de rooms-katholieken die op we reldniveau al zo'n registratie heb ben. Het is CIDSE: Coopération international pour développement socio-économique, die volgens het zelfde computersysteem werkt Dat opent weer perspectieven voor uit wisseling van gegevens en mis schien zelfs samenwerking'. 'Weet u wat een van mijn andere dromen is? Gespecialiseerde medi sche wereldorganisaties registreren'. Mevrouw Kornelis valt zichzelf in de rede: 'Ja, misschien vindt u wel, dat mens is niet wijs, daar in Genève, maar ik ben bezig met de wereld lepra-organisatie in Parijs en onder meer met de wereldorga nisatie van epilepsiebestrijding, waarvoor ik weer contacten met dr. Magnus van de ürsulakliniek in Holland heb. Want stel nu, dat bijvoorbeeld Duitsland een bepaald lepra-centrum wil ondersteunen, dan kan het meteen alle informa ties daarover krijgen, zoals: weten jullie, dat ook landen als Zweden, Engeland, Amerika zich daarmee bezighouden, dat die en die figuur je verder kan adviseren? Zo hoop ik op den duur hele groepen ge specialiseerde mensen beschikbaar te krijgen om vrij advies aan de kerken te geven. Ook wat deze sectoren betreft hoop ik dat de organisaties in het wes ten gaan zeggen: we moeten ons meer realiseren wat- de vergeten gebieden van de wereld zijn. Waar liggen de prioriteiten? Vooral ook, omdat het geld schaarser wordt lijkt het mij, dat we het geld veel meer op de best denkbare manier moeten gaan besteden'. Mevrouw Kornelis tenslotte: 'Want we zeggen nu wel in Kenia en Kameroen tegen de mensen: jullie moeten veei meer samenwerken. Maar wat doen we zelf?' HET GEDOE Het verhaal van de knecht van Abra ham, er dp uit om een vrouw voé diens zoon Laak te .zoeken, is een vroom verhaal, omdat de knecht een vroom man is, -Vroom in de goede zin1 van het woord, niet vromerïg. Hij is trouw aan zijn heer, die hij met ds hand onder diens heup gezworen heeft, maar een streepje voor op zijn heer heeft de God van zijn heer. Tot die God bidt hij om leiding bij zijn grote missie en die God prijst hij als alles voorspoedig gaat Het meisje dat hem bij het drinken en drenken ge- holpen heeft is precies de vrouw die hij zoekt. Ze is uit het geslacht waar van Abraham gesproken heeft. Zij snoet het zijn. 'Wat mij aangaat, de HEER heeft mij geleid', 't Zal wel door de vertaling komen, maar het komt op mij af alsof hij zeggen wil: jullie mogen ervan denken wat je wilt, maar wat mij betreft is dit leiding. En dat is ook het enige wat een mens kan zeggen als hij zijn weg door God geleid weet. Een vroom verhaal. Toch is er ook het gedoe. Dat gedoe wordt vertegenwoordigd door Laban (de witte). Als het meisje Bebekka thuis vertelt wat haar over komen is snelt Laban naar de put. De schrijver liche ons ook in omtrent het motief van die haast: 'Zodra hij name lijk de ring gezien had en de armban den aan de handen van zijn zuster... ging hij naar de man toe'. Eén en al voorkomendheid. Niets nieuws onder de zon. Moet u eens proberen in een beetje deftige zaak: twee keer binnen- komen, in een oude en in een nieuwe jas, enfin, u begrijpt me wel. Het gedoe. Laban zag goud flonkeren en hij erop af. Helemaal levensecht, echt westers, één van ons. Laat op straat maar eens een gulden vallen. Alle Labans keren zich onmiddellijk om. Het gedoe in het vrome verhaal. Dat hoort erbij. De geschiedenis van het heil (Rebekka's introïtus in de lijn die uitloopt op de messias) is onher kenbaar gebed in wat wij noemen de gewone geschiedenis, het gedoe. Ket is er altijd. Je kunt je eraan ergeren, maar dat hejpt niet. God heeft zich er ook niet aan geërgerd, Hij is er niet over gevallen. Hij ging door. En Elimelech was een echte knecht van Abraham en een echte knecht van de God van Abraham. Hij ging gewoon door. De missie stond voorop. En zo moet het ook. (Genesis 24, 22-52). NED. HERVORMDE KERK - Overleden: P. Visser (76 jaar) te Apeldoorn, exn, van Apeldoorn en Het Loo; diende ook de gemeenten te Warnsum en te Amsterdam. Beroepen: te Lunteren, C. v. d. Bergh te Katwijk aan Zee. GEREF. KERKEN Beroepen: te Vleuten-De Meem; J van Verseveld te Molenaarsgraaf e,S- (verb. ber.). Bedankt: voor Leiden: R. J. Koolstra te Amsterdam-Slotermeer. Préparatoir geëxamineerd: kand, S. Groen, Broerweg 66,- Nijmegen! wil wel de kerken dienen, maar nog met worden beroepen), GE KEF. KERKEN (VRIJG.; B.V.) Aangenomen naar Apeldoorn: F. van Deursen te Haarlem. Intrede 7 feb,\ te Kampen: J.. H« Kamerbeek uit Apeldoorn. (ADVERTENTIE) Giro: 2211 tn.v. het Algemeen Dlakonaal Bureau van de Gereformeerde Kerken, Koningslaan 7, Utrecht. Tel.: 030-514341. 'Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken. Een luip aard verandert zijn vlekken niet. Is het geen onbekookt optimisme na vele eeuwen menselijk wange drag, verdrukking, leugen, onrecht, geweld, wanhoop en hooghartig heid, nog te geloven in zijn veran- derbaarheid?' Met deze regels begint dr. G. H. ter Sehegget een van zijn opstellen uit zijn bundel Het geheim van de mens (uitg. Wereldvenster, Baarn, 46 blz.; Prijs 12,50). Zij zijn typerend voor de geest waarin hij schrijft en voor het thema dat daarin de boventoon voert. Dat is inderdaad de verandering van mens en wereld, en dat in de meest wijde en fundamentele zin van. het woord. Daarom een veran dering waar God aan te pas komt moet komen zonder dat daar mee gezegd is dat wij als mensen er niet aan te pas komen. Integen deel, Ter Sehegget schrijft niet alleen vanuit het vaste geloof dat wij een nieuwe wereld met nieuwe mensen zullen krijgen, maar niet minder vanuit de diepe, in dat geloof gewortelde overtuiging, dat wij met ons doen en laten in dat komen betrokken zijn. Om de ter men van de reformatorische ortho doxie te gebruiken: het koninkrijk Gods koint met door ons maar ook niet zonder ons. Hoe komen wij er dan aan te pas? Daarover handelt eigenlijk heel de bundel. Of nog precieser gezegd: als het werkelijk om een om wenteling gaat, hoe moeten wij ons het gedrag daarbij dan voor stellen? Hoe zijn christenen goede revolution air en? Juist omdat dit laatste woord niet tot de gangbare taalschat van de christenheid behoort, of hooguit in* negatieve samenhang ('anti-revolu tionair') wordt gebruikt, is de vraag van Ter Sehegget ook zakelijk gezien zo'n goede vraag: wat bedoel je nu eigenlijk met revolutionair gedrag? Welnu, in het eerste opstel, dat aan de bundel zijn titel meegaf (Het geheim van de mensj, wordt daarover meteen al een belangrijke belichting gegeven. In dit opstel komt Ter Sehegget nog eens terug op zijn in een TV-gesprek wel eens naar voren gebracht exege se van Genesis 22* het verhaal van Abraham die zijn zoon Izak moet offeren. Maar moest het werkelijk? Op het beslissende moment klinkt de stem van Israëis God: 'doe de jongen niets'. Ter Sehegget legt dat als volgt uit: wanneer Israels God zich openbaart als de ware God (daarvoor dient het verhaal) blijkt juist Hij in tegenstelling tot de goden geen mensenoffer te vragen, integen deel, is juist Hij degene die wil dat wij een mens niets aandoen. De goden stellen zichzelf absoluut, zij vragen offers die absurd zijn (Kierkegaard zag hier niet scherp genoeg en verwarde Israëis God met de goden), in laatste instantie zelfs mensenoffers. Zij doen dit tot op vandaag toe. Bij de goden is de mens niet veilig. Maar Israels God is anders. Hij heft de humaniteit door absurde offers te vragen niet op, maar bevestigt door zijn ver schijning de humaniteit. Izak moet en mag leven, dat is zijn bedoe ling. De inzet van de bundel is op deze manier de opmaat geworden van het vervolg. Het gaat God Israels God om de mens. Daarin moet elk vernieuwend, elk de wereld veranderend, elk revolutionair ge drag allereerst gemeten worden aan de vraag of het zowel in doelstelling als in middelen om het doel te bereiken men denke aan de vraag van het geweld het geheim van de mens eerbie digt. Deze vraag komt gedeeltelijk reeds in het opstel Jezus revolutionair? aan de orde, en expliciet in het opstel Zachtmoedigheid/voorwaar de voor revolutie. Ik verwijs m.n. naar het laatstgenoemde opstel, dat eigenlijk een uitvoerige verhande ling is over de vraag naar de verhouding die doel en middelen behoren te hebben, willen ze cle middelen) er moreel mee door- kunnen, d.w.z. willen ze het ge heim van de mens en dus de mens zelf niet vermoorden. Wij zijn intussen met het boven staande nog niet klaar, of liever: Ter Sehegget is daarmee nog niet aan het eim. van zijn verhaal. Waar haalt eer. mens de moed vandaan om zich onder de knecht schap van leven en meesters uit te wurmen, op eigen benen te gaan staan, en zich tot voorvechter of nog beter: tot partijganger der armen op te werpen? Men kan over deze vraag in Ter Scheggets dissertatie een en ander nalezen. Hier, in Het geheim van de mens staat het antwoord in het opstel Tweeërlei anarchisme. Wij Inrijgen hier een korte schets van het leven van de anarchist Bakou- nin in een heel aparte belich ting overigens aangevuld met een -tuk levensbeschrijving van die andere 'kabouter' Tolstoi. Bei den tegen de draad van de geves tigde orde in, maar beiden tegelijk (nog) slachtoffers ervan. Daartegen over plaatst Ter Sehegget de christen als 'de anarchist in spe' de alternatieve anarchist, zal ik maar zeggen, die niets anders meer heeft ook niet meer nodig heeft dan God en zijn geweten. Ik denk dat Ter Sehegget hier het meest zichzelf is, ook het meest zichzelf beschrijft (al kan ook Moltmann het christendom af en toe als een 'anarchisme van broe derschap' beschrijven). Ik zou nu nog een stuk moeten schrijven over de discussie met Bloch die het hele boek doortrekt, en in één van de opstellen, Den ken met Ernst Bloch, expliciet wordt. Laat ik echter mogen vol staan met een verwijzing daarnaar. Ook wat betreft mijn kritiek kan ik met een enkel woord volstaan. Ter Sehegget werkt met de tegen stelling (van Karl Barth overgeno men) Religion (religie) en Glaube (geloof). Die tegenstelling is m.i. onhoudbaar (ook het christelijk geloof in Religion) en brengt Ter Sehegget trouwens af en toe in tegenspraak met zichzelf. De hoofdzark blijft intussen: een boeiend, hier en daar kras en uit dagend maar soms ook uitermate vertroostend boek.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Trouw / De Rotterdammer | 1973 | | pagina 16