m
Veel gemeenten gaan door de
knieën voor plannenmakers
mm
Op een topdag gaan er op Schiphol
twintigduizend flessen drank de toonbank over
door Noud van Iperen
WË
TROUW/KWARTET ZATERDAG 24 FEBRUARI 1973
BINNENLAND
T17/K17
Éf®fltfi8|Sjit
Uitbreiding in het 'groene hart' (nieuwbouw van Alphen a/d Rijn).
door Rudie van Meurs
UTRECHT Zelfs een drastische ingreep lijkt het 'groene hart' van Holland niet meer te kunnen redden.
Als vandaag besloten zou worden de gemeenten in het zogenaamde open middengebied van de Randstad
te sluiten voor nieuwe bewoners, dan zou dat de uit de hand gelopen groei niet kunnen remmen. Want ver
geleken bij andere delen van het land, is het aantal jonge gezinnen in het Hollands midden zo groot en is
het geboorteoverschot zo hoog, dat de groei voorlopig gewoon door zal gaan.
Nieuwe groei
De provincie
Dualisme
Huiselijk
Onafwendbaar
SCHIPHOL 'Groeten uit dit
belastingvrij wonderland van:
staat er (in het Engels) op
de prentbriefkaarten die de be
zoekers aan het winkelcentrum
op het vliegveld Schiphol gratis
aan familie en kennissen kun
nen sturen. Amsterdam Airport
Shopping Centre, zoals dit win
kelcentrum officieel wordt ge
noemd, is inderdaad een fiscaal
'dorado' zodat reizigers als zij
van Schiphol vertrekken of daar
de reis voor korte tijd onder
breken voor relatief lage prijzen
consumptiegoederen kunnen ko
pen.
Aantrekkelijk
Goede naam
Waarschuwing
HOLLANDS WIE II! HAR''
SROEIT LANGZAAH VOL
Dit is.een opmerkelijk gegeven van
een team Vèa het; geografisch insti
tuut' van de rijteuaivérsiteit van
Utrecht, dat een onderzoek instelde
naar het vollopen van het 'groene
hart" de ruimte die ingekneld
ligt zo ongeveer tussen de grote
steden Amsterdam, Utrecht, Rotter
dam en Den Haag. Volgens de twee
de nota over de ruimtelijke orde
ning zou dit gebied een open ruimte
moeten blijven, met een agrarisch
karakter, een recreatieve functie
voor de randstadbewoners en met
een gemiddélde groei die de één
procent niet te boven mocht gaan.
Dat werd gezegd in 1886 en sinds
dien hebben alle overheidsdiensten
die nota aanvaard ais uitgangspunt
voor het ruimtelijk beleid. Maar er
klopte r.iets van. In plaats van één
procent, groeide in de centrale open
ruimte van de randstad de bevol
king driémaal zo snel. Op dit ogen
blik zijn allerlei onderzoeken door
verschillende instituten en organisa
ties aan de gang. om een inzicht te
krijgen in de ontwikkelingen in het
groene hart De Rijksplanologische
dinest coördineert die studies en za!
ze bijeen brengen in een aanvullen
de (derde) nota ruimtelijke orde
ning die volgend jaar zal verschij
nen.
Het onderzoek van het geografisch
instituut in Utrecht is thans halver
wege. De rijksplanologische dienst
de gegevens in augustus van dit
laar publiceren, ondermeer die van
een enquête onder tienduizend ge
zinnen" in het groene hart over wo
nen en werken, een rapport over de
bevolkingsontwikkeling en werkgele
genheid en een studie over. het ge-
meentelijjfcfcieieid. Drie medewerkers
aan het ^grafisch instituut, drs.
H. F. L. Ottens, drs. J. A van
Ginket en drs. M de Smidt hebben
een aantal resultaten van hun on
derzoek alvast wat toegelicht
Het geboorte-overschot in het mid
den-randstad-gebied is altijd hoog
geweest. De laatste tijd zijn die
cijfers nog nadrukkelijker geworden.
In tegenstelling tot andere delen
van het land is ongeveer zeven jaar
geleden de trek vanuit de kleine
gemeenten naar de stad in 'Hollands
Midden' gestopt Jonge gezinnen blé
ven. Eerder dan in andere streken
van het land, gingen de mannen
hier pendelen, in plaats van verhui
zen naar de stad.
Daarnaast kwamen veel jonge gezin
nen uit de stedengordel naar het
platteland. Terwijl landelijk het ge-
boorte-overschotcijfer daalde en
daalde, bleef dat in het middenge
bied stabiel en nam soms juist toe.
'Omdat er zoveel jonge gezinnen
zitten, zuilen de gemeenten in het
groene hart voorlopig blijven groei
en, wat er ook gebeurt', zegt drs.
Van Ginkel.
Intussen is het middengebied van de
randstad in '70 en '71 in een nieu
we, nog sterkere, groeifase gekomen.
De grote plaatsen als Gouda, Alphen
aan den Rijn en Woerden, die in
het eind van de jaren zestig een
flauwe groei vertoonden en in elk
geval achterbleven bij de kleinere
gemeenten, groeien nu plotseling als
kool. Voor Alphen zijn in *70 en 71
zelfs cijfers genoteerd vam vijf pro
cent De kleinere plaatsen zoals
Nieuwkoop, Rijnsaterwoude, Lin-
schoten en Vleuten zijn in die jaren
alleen nog maar versneld gegroeid.
Trouwens, alle gemeenten in elke
klasse vertoonden in '70 en '71 een
nog sterkere vooruitgang. Nog even
en het groene hart is dan ook een
stenen hart.
De groei verloopt 'autonoom*. Heeft
de provincie nu geen enkele contro
le op de ongedisciplineerde uitbrei
ding van de gemeenten?
De Utrechtse onderzoekers moeten
concluderen dat de greep van de
provincie op de gemeenten zwak is.
'De provincie kan alleen nog wel
eens de groei van de kleine kernen
binnen een bepaalde gemeente be-
vriezen. Maar op de boofdkem is
vrijwel geen vat te krijgen. Artikel
negentien van de wet op de ruimte
lijke ordening, dat gemeenten de
mogelijkheid geeft woningen te bou
wen zonder bestemmingsplan, wordt
veelvuldig gehanteerd. Het gebeurt
dat complete nieuwbouwwijken zijn
neergezet, zonder dat de plannen
door de raad zijn gegaan.'
Meer dan ooit hebben de leden van
het geografisch instituut bij hun
onderzoek in het groene hart het
dualisme ontdekt tussen volkshuis
vesting en ruimtelijke ordening. 'Er
zijn geen gelijke belangen. Volks-
UTRECHT De buitensporige
groei van dorpen in het nog
open middengebied van de
Randstad, waardoor het 'groene
hart' van Holland in snel
tempo dreigt te verstenen, wordt
soms ook in de hand gewerkt
door de praktijen van de projekt-
ontwikkelingsbureaus (particu
liere ondernemingen die comple
te nieuwe wijken met winkels
etc. bouwen, om te exploiteren of
te verkopen). Dat is gebleken uit
het onderzoek dat het geografisch
instituut van de rijksuniversiteit
van Utrecht de afgelopen tien
maanden hield naar het dicht
groeien van het 'groene hart'.
Het onderzoek dat werd uitge
roerd in samenwerking met de
rijksplanologische dienst is nu
halverwege.
Drs. M, de Smidt die het onder
zoek leidt, zegt dat de projektont-
wikkehngsmaatschappijen 'een
'■rij agressief beleid' voeren. Ze
benaderen gemeenten met op het
oog gunstige aanbiedingen voor
het uitvoeren van uitbreidings
plannen. Naast een gering aantal
woningen m de sociale bouw,
zijn in die plannen vooral pre
miewoningen en huizen in dc
vrije sector opgenomen met een
winkelcentrum en andere voorzie
ningen. 'Een burgemeester gaat
vaak door de knieën voor zulke
plannen net zoals een raad. Er is
weinig verweer".
Op het eerste gezicht zijn de
plannen van de project-bureaus
zo aantrekkelijk omdat ze het
vaak onvoldoende apparaat van
de kleinere gemeenten niet belas
ten, er meestal een interessante
grondverkoop aan verbonden is
waarvan de gemeenten geld over
houden en er uitzicht gegeven
wordt op een flinke groei van
het aantal inwoners.
Projectontwikkelingsbureaus zijn
particuliere ondernemingen die
primair de eigen winstcijfers
voor ogen hebben. Overgeleverd
zijn aan dit soort instellingen
betekent volgens drs. De Smidt
'je met ziel en zaligheid ver
kocht hebben'. Nadat een con
tract met zo'n bureau is opge
maakt is géén verandering meer
mogelijk. Het plan wordt strikt
volgens dat contract uitgevoerd
Het blijkt dat met name de
kleine gemeenten te weinig kali
ber hebben om verweer te kun
nen bieden tegen de activiteiten
van de project-ontwikkelmgsbu-
reaus, heeft drs. De Smidt bij
zijn onderzoek ontdekt. 'De ge
meente Hameien is een extreem
voorbeeld hoe het niet moet* zegt
hij. Deze gemeente is met Bre-
derode in zee gegaan. Deze on
derneming bouwt los van het
dorp Harmelen een plan van uit
sluitend vrije sector-woningen dat
geheel zal toevallen aan mensen
van buiten.
De gemeente Vmkeveen laat wo
ningen en winkels bouwen die
door Eurowomngen worden geëx
ploiteerd. Andere gemeenten in
het 'groene hart' worden regel
matig door de projectbureaus be
naderd. De kleine gemeenten
missen de capaciteit, de goede
ambtenaren, de bestuurlijke
kracht om plannen zelf uit te
voeren. Vaak wordt dan zo'n bu
reau m de arm genomen. Niet
alleen moeten later de nieuwe be
woners van zo'n gemeente de prak
tijken \an zo'n ontwikkehngsbu-
reau dubbel en dwars betalen,
vooral wordt een onnatuurlijke
groei van dorpen m de hand
gewerkt die door een klein
groepje mensen wordt bepaald.
Het 'groene hart' verstikt er
door.
huisvesting"wil zoveel mogelijk- boti-'
wen. Maar dat uitgangspunt is' ramp
zalig voor 4e ruimtelijke ordening!.
Volkshuisvesting en ruimtelijke or>
dening kunnen eigenlijk helemaal
niet, zoals nu gebeurt, door één
ministerie behartigd worden', weet
drs. Ottens.
De gemeenten in het groene hart
zijn dat zal wei niet veel ver
schillen met de rest van Nederland
behept met wat drs. De Smidt
noemt een groeisyndroom. 'Allemaal
willen ze een hoog voorzieningenni
veau, goed onderwijs en liefst een
eigen zwembad. Om dat te kunnen
bereiken moeten ze groeien. Ge
meentebesturen zeggen dan: we gaan
even heel erg hard groeien om ai
die voorzieningen te bereiken en
dan zullen we weer in de pas gaan
lopen, maar daar komt natuurlijk
niets van.'
Overigens is uit de enquêtes geble
ken dat de nieuwe, uit de steden
naar het platteland gekomen bewo
ners van dorpen, tamelijk beschei
den zijn in hun eisen naar voorzie
ningen. Wat uit de steekproeven
vooral weer bevestigd is, is dat de
Nederlanders een huiselijk volk zijn.
De bereikbaarheid van de bioscoop
of de schouwburg was voor vrijwel
niemand van belang. "Dat is uitslui
tend een zaak die een rol speelt bij
stedebouwkundigen', menen de
Utrechtse onderzoekers.
In het algemeen kan gezegd worden
dat de ontwikkeling van de kleine
gemeenten parallel verloopt met de
ontwikkeling in de nieuwe wijken
van de steden. Door de trek naar
het platteland, komt in de steden
een proces op gang, dat de Utrecht
se onderzoekers de 'veramerikanise
ring' van West-Nederland noemen.
De lagere beroepsgroepen blijven in
de steden achter en krijgen daarbij
gezelschap van toenemende aantal
len buitenlandse werknemers, Suri-
namers en Antillianen, waardoor
een ruimtelijke sociale scheiding op
treedt.
Een verder vollopen van het groene
hart lijkt onafwendbaar: door de
groei die via geboorte-overschot on
verminderd door zal gaan én door
het woningbouwprogramma dat tot
'76 gepland is en dat zich door
welke ruimtelijke ordeningsbelem
mering dan ook, niet laat tegenhou
den. De leden van het geografisch
instituut stellen dat gelaten vast
Ze zouden al gelukkig zijn als in de
komende jaren meer controle zou
komen op het beruchte artikel ne
gentien van de wet op de ruimtelij
ke ordening. En als er een regeling
zou komen voor de financiering van
de problemen in dorpen en steden.
Dan zouden er bijvoorbeeld niet
persé tweehonderd woningen ge
bouwd behoeven te worden om der
tig woningwetwoningen te kunnen
realiseren, zoals nu gebeurt.
Een wens van drs. De Smidt is ook:
"Je moet jonge, ambitieuze burge
meesters niet in de kleinere ge
meenten neerzetten. Bij ons onder
zoek bleek dat vooral die jonge
burgemeesters de greei m kleine
gemeenten inspireren en activeren.
Voor hen is zo'n gemeente een door
gangshuis. een springplank naar een
grotere gemeente. Zij willen hier
carrière maken. Maar de samenle
ving blijft met de brokken achter.'
f
Kopen in wonderland
zonder belastingen
De drie 'winkelstraten' bieden de
reizigers een ruime keus. De catalo
gus omvat tachtig pagina's met al
lerlei artikelen, en de prijzen daar
van. Verkocht worden auto's, dia
manten, camera's, radio-installaties,
klokken, horloges, dranken, par
fums. sigaren, sigaretten, vele ande
re artikelen en zelfs rozen (waar
naar vooral de reizigers naar de
Scandinavische landen vragen, ge
zien het grote prijsverschil).
Wat er verkocht wordt ligt in prijs
in het algemeen twintig tot vijftig
procent lager dan normaal, omdat
deze goederen vrij zijn van belastin
gen ais btw, accijns en weeldebelas
ting. Dit maakt een vliegreis voor
vele passagiers extra aantrekkelijk.
Er liggen echter duidelijke grenzen
om dit 'wonderland'; die worden
bepaald door de fiscale beperkingen
van de verschillende landen. Zo mag
bij terugkeer in ons land per per
soon niet jonger dan vijftien jaar
vrij worden ingevoerd: tweehon
derd sigaretten (prijzen per slof va
riërend van £.10 tot negen gul
den) of vijftig sigaren, een liter
gedistilleerd (een fles jenever kost
ƒ4.50) of vier liter wijn, een klein
flesje parfum en een iets minder
kleme fles eau de toilette. In de
EEG gekochte goederen mogen tot
een bedrag van 270 gulden vrij wor-
r4* den ingevoerd en buiten de EEG
gekochte artikelen tot een bedrag
van 90 gulden.
Overigens kan een passagier alleen
bij het vertrek belastingvrij kopen.
Bij terugkeer op het vliegveld is het
met meer mogelijk nog vlug wat in
te slaan.
De gedachte achter dit belastingvrij
winkelcentrum is niet Schiphol te
gebruiken als bron van inkomsten
voor de NV Luchthaven Schiphol of
voor de ondernemingen die de win
kels op Schiphol hebben gepacht
(concessionarissen), maar in de eer
ste plaats om het Amsterdamse
vliegveld als totaliteit aantrekkelijk
te maken. Dit niet alleen als ver
trekpunt, maar ook als doorvoerha
ven voor het publiek. Daaraan
wordt consequent gewerkt, zegt de
heer M. C. van Gent. hoofd van het
bureau concessies en algemene za
ken van de NV Luchthaven Schip
hol.
Daarom worden de consessies uit
sluitend verstrekt, en wel telkens
voor de duur van een jaar, aan
bedrijven die op hun gebied een
goede naam hebben. Dit vooral met
het oog op de kwaliteit van de
produkten en de deskundigheid van
het personeel. Als er klachten ko
men over een of ander artikel dat
in het winkelcentrum is gekocht,
dan wordt die door de NV Luchtha
ven Schiphol zij het in overleg
met de desbetreffende concessionaris
- behandeld. 'In de praktijk komt
het er bij klachten op neer dat
degene die reclameert altijd zijn zin
krijgt', zegt de heer Van Gent. 'Ie
dereen die klachten mocht hebben
kan bij ons aankloppen en elke
brief of telefoontje wordt serieus
genomen.'
Voorts worden de prijzen door de
NV Luchthaven Schiphol 'nauwlet
tend' in het oog gehouden. 'Het is
ons streven de prijzen zo laag moge
lijk te houden en vandaar dat de
pachtprijzen die wij vragen redelijk
zijn. Wij stellen ons tevreden met
een bepaald percentage van de win
sten die worden gemaakt. Wij vra
gen niet de optimale pacht, maar
daar staat tegenover dat wij het
recht hebben op controle', zegt de
heer Van Gent
In het kader van het streven om
Schiphol zoveel mogelijk bekend en
aantrekkelijk te maken wordt het
winkelcentrum bewust gepresen
teerd als Amsterdam Airport Shop
ping Centre ('Iemand aan de andere
kant van de wereld kent de naam
Schiphol niet; de naam Amsterdam
zegt echter wel wat, al hebben we
wel eens meegemaakt dat mensen
dachten dat Amsterdam de hoofd
stad van Denemarken was of ook
een stad in Duitsland')'. Verder
wordt gewerkt met een uniforme
presentatie (geen firma-namen, maar
een aanduiding van de verkochte
artikelen), een uniforme verpakking
en een uniforme kleding van het
winkelpersoneel.
Schiphol s winkelcentrum heeft daar
door in ons land en ver daarbuiten
grote bekendheid gekregen. Het
blijkt niet zeiden voor te komen dat
reizigers Schiphol bewust als ver-
trekhaven kiezen of zelfs een extra
'trip' maken om het Amsterdamse
vliegveld aan te doen. Typerend is
ook dat een aantal buitenlandse reis
bureaus als een van de 'pluspunten'
in hun programma het reizen via
Amsterdam noemen. Als deze reizi
gers, worden verwacht blijkt het per
soneel van het shopping centre niet
te lui om 's morgens, desnoods al
vóór zes uur, de winkeldeur wagen
wijd open te zetten om de kopers te
kunnen gerieven. Daarbij komt het
een enkele keer voor dat de passa
giers zo weinig tijd krijgen in ver
band met de vertrektijd van het
vliegtuig dat (rustig) kopen er gro
tendeels bij inschiet.
Met enige trots en tegelijkertijd
toch ook met een lichte terughou
dendheid wil de heer Van Gent wel
enige getallen noemen. Het afgelo
pen jaar telde Schiphol ongeveer 6.5
miljoen reizigers, waarvan ongeveer
de helft vertrok of de luchthaven op
doorreis aandeed. De vertrekkende
passagiers kochten gemiddeld voor
ongevp«M 45 gulden.
Op een topdag gaan er in het 'shop
ping centre' meer dan twintigdui
zend flessen drank over de toonbank
en de jaarlijkse verkoop ligt in de
orde van anderhalf tot twee miljoen
flessen. Er blijkt ook veel parfum te
worden verkocht, waarbij kan wor
den aangetekend dat in Europa
ruim de helft van de parfums via de
belastingvrije winkels wordt verhan
deld. Op Schiphol ligt de verkoop
van parfum om en nabij de drie
kwart miljoen flesjes en aan sigaret
ten gaan er zo'n half miljoen sloffen
letterlijk de lucht in.
De passagiers kopen graag. Een on
langs gehouden marktonderzoek
toont aan dat drie van de vier
reizigers iets koopt. De belangrijkste
reden is de gunstige prijzen en de
geboden kwaliteit In het markton
derzoek zit echter ook een waarschu
wing. 'Amsterdam Airport Shopping
Centre' blijkt een wezenlijke stimu
lans voor het reizigers- en toeristen
verkeer naar en via ons land en een
eventuele beperking van de fiscale
faciliteiten zal daaraan schade toe
brengen.
Deze belastingkwestie is weer aktu-
eel omdat Engeland deze belasting
voordelen binnen de EEG wil ophef
fen, niet alleen op vliegvelden en in
vliegtuigen, maar ook op veerboten.
'Ik zie het als een dogmatische zaak;
zoiets van: dan is het met de harmo
nisatie van de belastingen binnen de
EEG weer een beetje verder opge
schoten*. zegt de heer Van Gent.
'Maar ik vraag me af, zo vervolgt
hij, 'wie daar voordeel van zou heb
ben, nog afgezien van douane-techni
sche problemen. Nee, ik zie alleen
maar nadelen.
Laat ik vooropstellen dat vrijwel
alle belastingvrije aankopen op
Schiphol als 'additionele' aankopen
worden gezien bestedingen die
'normaal' niet zouden zijn gedaan.
Dat is niet alleen onze mening,
maar ook die van de (fiscale) over
heid. Als de Engelsen hun zin zou
den krijgen, dan betekent dit aller
eerst een forse derving van inkom
sten voor de luchthavens. Het zou
onze luchthaven, indien die regeling
vorig jaar van kracht zou zijn ge
worden, eenderde deel (4.5 miljoen
gulden) hebben gescheeld, wat onge- -
twijfeld tot ..tariefsverhogingen
bijvoorbeeld van landingsrechten
zou hebben geleid. In de tweede
plaats zouden de passagiers niet al
leen het belastingvoordeel zijn
kwijtgeraakt (wat toch leuk is als je
op vakantie gaat)', maar bovendien
een hoger tarief op de luchtha-
ven(s) hebben moeten betalen.
Een studiecommissie heeft de vrees
uitgesproken dat bovendien bij op
heffing van de bestaande belasting
voordelen de luchtroutes zullen ver
anderen ten nadele van de vliegvel
den van de EEG-landen, waarvan
bijvoorbeeld Zwitserland en Spanje
zullen profiteren. Zoiets zal dan on
getwijfeld nadelige gevolgen hebben
voor de werkgelegenheid, niet alleen
op de vliegvelden, maar ook voor
fabrikanten en dienstverlenende be-
drijven.
Een jaar of vier geleden is die
belastingkwestie ook al eens aan de
orde geweest, maar de zaak ver
dween in de ijskast. Nu Engeland
deze zaak opnieuw heeft aangekaart
wordt de kwestie behandeld in het
Europese parlement in Straatsburg.
Het gevaar is dus nog niet geweken,
al ga ik er maar van uit dat het nog
wel tien jaar duurt alvorens een
volledige belastingharmonisatie bin
nen de EEG een feit is.'