Sombere Tiendeveners op publieke tribune Deskundigen wapperen met en rapporten Collega's in New York miljoen minder dan in eerste kwartaal 1961 ie met een gat Kort geding Lexington-NCB Debacle Uitlenen Subsidie Wisselen HST VRIJE VOLK ZATERDAG 9 JUNI 1962 PAGINA I (Van een onzer verslaggevers) Drie politiemannen staan op een late, donkere juni-avond met getrokken pi stolen tegenover een groepje Drentse jongens, in het dorp Tiendeveen. Hebben de jongens kwaad in de zin? De politiemannen zijn op allés verdacht. Ze knallen in de lucht, ze schieten kogels in de grond omdat de jongens niét blijven staan op de som matie. Halthanden omhoog!' De jongens? Nee, alleen de 30-jarige spoor- legger Berend Pekel blijft achter op het grasveld naast het café, waar een clubje Tiendeveense voetballers een overwinning met bier heeft gevierd. Zijn vrienden vluchten weg. Berend Pekel komt naderbij. Dreigend? De politiemannen voelen het zo, ze zijn bang, ze vrezen dat Berend een mes in zijn hand heeft. Dreigende groep Geen hoofddader Afivijhende kogel Ze moesten teel' 'Nee, dat is niet waar' Ook nicotine gevaarlijk i Samenstelling ongewijzigd Burgemeester van Ede legt functie neer Geen ongerustheid Kapitaalverkeer Toezenden s.r.p. graag van gedaanten. waren noodweer Hij heeft wel een mes ze vinden het later In zijn broekzak, als hij dodelijk gewond in het ziekenhuis ligt. Maar heeft hij het geopend in de hand als hij op de drie politiemannen af komt, de waarschuwingsschoten negerend? Getuigen hebben alleen dit gezien: Berend Pekel had zijn handen wél in de lucht gestoken. Berend Pekel liep ook voorover, misschien wag gelend, want hij had veel bier gedronken en de alcohol had hem misschien wel woest gemaakt. Overigens, géén van de politiemannen heeft het mes gezien. Ze rekenden er alleen op dat hij het wapen zou hanteren, ze raakten in ieder geval in paniek toen hij snel in de richting van een der mannen zwenkte en ze schoten in de lucht, in de grond, vlak voor zijn voeten. Ze schoten in zijn benen, ze schoten wéér, op drie meter afstand, en ze schoten hem dood. Dit gebeurde op zondagavond 4 ju ni 1961, omstreeks elf uur. Berend Pe kel overleed de woensdag daarna in het ziekenhuis. Zijn maag, galblaas en lever waren geperforeerd. Hoe moeten we nu oordelen over de handelwijze van de dragers, de handhavers van het gezag? 'In feite was hier sprake van over macht, van een noodtoestand. Pekel heeft de politie verhinderd haar werk te doen, het beroep op noodweer dient te worden aanvaard.' De poli tiemanen konden iet anders, het fatale schot was een ongeluk boven dien, want de schutters ('goede schuttere') hebben op de benen ge richt. Tot deze conclusie kwam gistermid dag de officier van Justitie te As sen, mr. C. J. van Oldenbeek, in zy'n requisitoir tegen twee verdach ten, de wachtmeesters der Rijkspo litie Albert W; (42) en Doede O. (35), die ziclf'vöór de rechtbank moesten verantwoorden, onder andere we gens zware mishandeling met doder lijk gevolg/ Mishandeling achtte hij bewezen. Maar van straf kan volgens hem geen sprake zijn. Berend Pekel verspeel de 'bescherming van lijf' door eigen optreden, vond de officier en hij eiste ontslag van rechtsvervolging. Er is niet uitgemaakt, wie de hoofd dader was en wie de 'medepleger'. Dat is in het midden gelaten, even als het mes, evenals de dodelijke ko gels. In het kort herhaald was de toe dracht als volgt: de plaatselijke wachtmeerster Lubbert B. was op zondagavond het café Slomp binnen gegaan (waar de voetbalclub fuifde) om een jongen te verhoren, die meis jes zou hebben aangerand of lastig gevallen. Berend Pekel had zich er mee be moeid. De wachtmeester was naar buiten gegaan; hij wilde met. ingrij pen liever wachten tot zijn twee col lega's uit Beilen, wier assistentie hij had gevraagd, zouden zijn gearri veerd. Een groep opgewonden jongens kwam buiten dreigend om hem heen staan. Hij vluchtte achter waarts lopend en in de lucht schie tend naar zijn huis. Even daarna kwamen de a twee wachtmeesters uit Beilen, toen de jongens opnieuw uit het café kwa men én opnieuw ('dreigend' zeggen de politiemannen) naderbij kwamen, begon de Wild-Westschietpartij, waarvan we de fatale gevolgen in middels kennen. Er is een uitgebreid kogelonderzoek gevolgd. Wachtmeester Lubbert B. kon het dodelijke schot niet hebben gelost. De kogels uit zijn pistool had' den andere merktekens dan de ge vonden kogels. Bleven over: Albert W. en Doede O. 'Maar,' zei de officier in zijn re quisitoir, 'we kunnen onmogelijk vaststellen welke kogel dodelijk is geweest en uit wiens pistool de dode lijke kogel afkomstig was.' Dat betekende dus: Géén hoofdda der. Hetgeen dan weer klopte met de verklaringen van de beide verdach ten. Albert W, had het eerst gescho ten. Op de benen van Pekel. Doede O. schoot daarna. Ook op de benen van Pekel. Toen schoot hij wéér, want Pekel kwam dreigend op hem af. Het fatale schot? --"3 De vraag Is voor de schuldvraag niet zo interessant, want toen Doe de O, schoot, klonk er 'op hetzelf de ogenblik' een schot van rechts, van Albert W. Twee schoten, 'op het zelfde ogenblik.' Twee verdachten dus, die in gelijke mate schuldig zijn? De officier heeft zich ook met de ze vraag verder niet diepgaand be ziggehouden. Hij heeft eraan herin nerd, dat in deze zitting, door een wapendeskundige, was vastgesteld, dat één der kogels een kogel die voor een belangrijk deel de dood van Berend Pekel kan hebben ver oorzaakt een afwijking vertoon de. Een 'zeldzame' afwijking, waar mee goed richten (op de benen bij voorbeeld, zoals in dit geval) weinig of geen zin had... 'Een deel van de verwondingen,' aldus de officier, 'is dus niet de schuld van deze verdach ten.' Hij zei ook: *Wat de daad betreft, tendeer ik naar zware mishandeling, de dood ten gevolge hebbende. Maar beide verdachten hebben uit nood weer gehandeld.' Met andere woor den: er is sprake van een zekere schuld, maar de straf dient achterwe ge te blijven. 'Er broeide die avond iets in Tien deveen, Tiendeveen wilde zich niet richten naar de Nederlandse wetten, maar naar de Tiendeveense wetten.' De verdediger, mr. J. E. Ooster huls uit Assen, was over het ontslag van rechtsvervolging nóg niet tevre- i den. Hij vond dat zijn cliënten geen enkel strafbaar feit hadden gepleegd. 'Zij verrichtten hun dienst, en moesten geweld toepassen. Hun handelingen waren logisch, stel dat de politie niét mag schieten in zo'n 'geval, waarom heeft ze dan ~a- pens, wie zou er in zo'n geval nog langer politieman willen zijn als dit werk wordt gestraft?' Daarom vroeg hfj vrijspraak. De Tiendeveners op de publieke tribune, die verleden jaar een rekest stuurden aan de minister van Justi tie, met het verzoek de daders te ont slaan en te straffen, hoorden dit al- I les gelaten, somber en donker kij kend aan. De rechtbank zal over veertien da gen uitspraak doen. I Niettemin kon deze deskundige toch een zekere verwantschap tussen de niet nauwkeurige uitkomsten ontdek ken. Hij vroeg zich aan het slot van zijn verklaring wel af of de beoor deling over de genoiwa monsters representatief kunnen zijn voor één bepaald merk. Ir. S. P. Bertram kwam hierna een toelichting geven op het onder zoek, dat hij had verricht in op- Prins Bernhard en prins Philip bij hun aankomst in het "Waldorf Astoria- hotel te New York, waar zij op een nette manier gebedeld hebben om mid delen voor de handhaving van de wildstand, in de wereld. Vijftienhonderd mensen mochten aan het dinertje aanzitten en zij hebben waar voor hun goede geld gekregen, o.a. met de volgende opmerking, die prins Bernhard in een toespraakje aan het adres van Philip maakte: 'Een man van wie bekend is, dat hij sijn eigen speeches schrijft: miin eniae collega, sijne koninklijke hoogheid.' Er volgde een daverend gelach, waarschijnlijk ook, omdat vriendelijk uitgedrukt van prins Philips gemalin koningin Elizabeth niet bekend is, of zij haar eigen toespraakjes zelf schrijft. (Van een onzer verslaggevers) Drie deskundigen zijn gistermiddag: gehoord tijdens de voortzetting "van het korte geding tussen Lexington en de Con sumentenbond,, ten overstaan van mr. J. C. Slotemakcr, presi dent van de rechtbank in Den Haag. Zij analiseerden statistisch, scheikundig en medisch de rap porten van de diverse laboratoria waar sigaretten op teer en nicotine zijn onderzocht. Daarna kwam het ietwat vinnige slotduel tussen de beide raadslieden, jhr. mr. J. A. Stoop en mr. A. Na'gtegaal. Dr. G. 3. Leppink van het TNO kwam als wiskundige vertellen, dat de proeven van de drie buitenlandse laboratoria van statistisch standpunt niet erg bevredigend zijn. Lexington heeft de fout gemaakt de monsters hiervoor op verschillende tijdstippen te kopen, zodat elke conclusie uit de eindcijfers nooit volledige zekerheid over de vergelijkbaarheid kan geven'. dracht van de Consumentenbond. Hij stelde, dat, welke voorwaarden ook worden gesteld, de rangorden in gro te trekken gelijk zullen blijven. Hij bewees dit aan de hand van inge wikkelde becijferingen en analyses van de diverse rapporten. De president vroeg hem waarom hij de rookmachine vier trekken per minuut had laten nemen. Ir. Ber tram verklaarde, dat een grotere fre quentie nauwkeuriger bepalingen mo gelijk maakt. De chemicus werd daarbij voort durend in de rede gevallen door zijn Tegenstander', mr. Stoop. De Lexing- ton-raadsman suggereerde steeds een andere uitleg voor de methoden van z(jn onderzoek. Maar ir. Bertram hield zeer krachtig voet bij stuk: 'Nee, dat mag u juist niet zeggen nee, u legt de klemtoon verkeerd nee, dat is niet waar nee, nee, nee.' Dr. C. van Proosdij was de derde, die een klein college kwam geven. Hij droeg net als zijn voorgangers een tas vol stukken naar de groene tafel, waaruit dan werd geciteerd. Meermalen bogen getuige, president, griffier en raadslieden zich over gra fieken en tabellen en wezen elkaar op uitslagen, percentages, schema's. Door de volle zaal waar het ie dereen al geruime tijd duizelde klonken flarden van getallen, aanwij zingen, vaktermen. Nadrukkelijk verklaarde de medi cus dat hoe meer teer een sigaret bevat, des te gevaarlijker deze is voor de gezondheid. Mr. Stoop tracht te deze bewering aan te tasten door vol te houden, dat volgens zijn in formaties ook andere opvattingen be stonden, o.a. bij het Nederlands Kan- kerinstituut. Maar dr. van Proosdij (auteur van een proefschrift over het onderwerp roken en longkanker) wenste dat niet te aanvaarden. Hij legde uit, dat de medische we reld sinds kort weet dat ook nicotine [Indirect invloed heeft op het ont- staan van longkanker. Dr. van Proos- d(j vond het van groot belang, dat j de consument over dit soort 'bedrei- I ringen' wordt ingelicht. i Hij beweerde, dat de invloed van j publikaties hierover zeer ver gaat. In Amerika is door zo'n artikel een wedstrijd op gang gebracht tussen de grote sigarettenfabrikanten in het !op de markt brengen van de siga- rstaaet de minste teer en nicotine. Mr. Stoop kwam hierna weer terug op het grote absolute verschil tussen de rapporten uit het buitenland en dat van de Consumentenbond. Hij stelde, dat ir. Bertram bij zijn onder zoek bepaald niet de gemiddelde ro- ;er had benaderd. 'Dat was ook niet de bedoeling.' repliceerde dr. van Proosdij. Mr. Stoop verklaarde in zijn re- I pliek, dat Lexington volhield niet de samenstelling te hebben gewijzigd. Mr. Nagtegaal dupliceerde met: 'Dan heeft men de kwaliteit dus gezien die verschillende uitkoms ten niet in de hand.' Waarna mr. Slotemaker de uit spraak bepaalde op 22 juni ('of zoveel eerder als mogelijk') De voorste schone schaamt zich en verbergt daarom haar gelaat onder de. rand van een fraaie strohoed. De schaamte is niet zo groot dat-ma dame nu ineens alles verbergt. Re den van de verlegenheid: mevrouw heeft krulpim^en in en in haar hoedie zit een gat. waardoor haren en pinnen naar buiten puilen. Een hoedje met een gat dus. Straks springen de beide schonen een gat in de lucht en verdwijnen van de duikplank in het bad. Het achterste hocdmens draagt vrijwel dezelfde hoed als het voorste," al leen heeft zij'.het open dak al dicht gedaan. De ontwerper van dit schoons, bedoeld voor de Franse stranden' nno 1962. is René Goujan. (Van onze sociaal-economische redactie) Het Nederlandse betalingsverkeer met het buitenland lieeft in het eerste kwartaal van dit jaar een tekort opgeleverd van 61 miljoen gulden. Dit is opmerkelijk, omdat de betalingsbalans in de afgelopen jaren meestal flinke overschotten te zien heeft gegeven. In het eerste kwartaal van het vorige Jaar werd nog een overschot geboekt van 346 miljoen gulden. Aldus blijkt uit een overzicht, dat minister Zijlstra aan de Staten-Ge- neraal heeft gezonden. De achteruitgang van 407 miljoen in vergelijking met het eerste kwar taal 1961 is voor ongeveer ƒ300 mil joen veroorzaakt door toegenomen import van goederen. De ontvangsten als gevolg van export waren onge veer gelijk aan die' van verleden jaar. De overige achteruitgang (ruim 100 miljoen dus) kan worden toe geschreven aan vrij toevallige facto rij deze rubriek vermeldt Het Vrije Volk zonder commentaar tref fende uitspraken van anderen, uiter aard voor rekening van hen die wor den geciteerd. Wat de PvdA betreft, - kan men zeggen, dat de vele zorgen van deze partij voortkomen uit het feit, dat de zgn. 'doorbraak' een illusie is ge bleken. Nu kan men wel proberen uit een incidentele winst van enkele tien de percenten op de confessionele par tijen het bewijs te putten, dat het lijk nog leven vertoont, inaar dan komt men in de sfeer van wat Lloyd Geor ge In de Eerste Wereldoorlog over de generale staf heeft gezegd: zij produceren een stel cijfers om het pu bliek te misleiden, één om het kabi net bij de neus te nemen en een derde stel om zichzelf te bedotten. Waarmee wjj maar willen zeggen, dat de PvdA een typisch conjunctu rele party is geworden. Nog sterker, het is een 'slecht weer-partij' gewor den, die het moet hebben van crisis toestanden in de economie of de po litiek. En zelfs dan kan het mislo pen, zoals uit het debacle van de fu rieuze socialistische campagne tegen Luns blijkt. Nieuwsblad van het Noorden (1 juni) In verband met zijn benoeming in het college van Gedeputeerde sta ten van Gelderland zal de heer H, M. Oldenhof zijn functie als burge meester van Ede neerleggen. ren. Het betreft betalingen, die vo rig jaar in het eerste kwartaal bin nenkwamen en nu wellicht in het tweede kwartaal. Dit zijn dus incidentele omstandigheden, die niet van blijvende betekenis zijn. Het feit, dat dit kwartaal een te kort opleverde is wel een teken van achteruitgang van de betalingsbalans maar behoeft niet dadelijk tot onge rustheid aanleiding te geven. Het be langrijkste deel van de betalingsba lans, de handelsbalans waarop de betalingen uit hoofde van in- en uit voer van goederen worden geregis treerd was in de eerste vier maan den van het jaar nog altijd vrij gunstig. Werd verleden jaar 83 per cent van de import door export ge dekt, dit jaar was het van januari tot en met april ruim 81 percent, wat door deskundigen als redelijk hoog wordt beschouwd. Trouwens, de cijfers van de eerste maanden plegen veelal wat ongunsti ger te zijn dan die van het tweede halfjaar. (Ook het tweede kwartaal 1961 leverde door incidentele om standigheden een tekort) De kans is dus groot, dat als er niets bijzonders gebeurt 1962 toch nog met een overschot zal wor den afgesloten. Of dit overschot intussen zo groot zal zijn als de president van de Ne- derlandsche Bank in zijn jaarverslag als wenselijk noemde (700 800 mil joen per jaar) staat intussen nog wel te bezien. Nnast het bovengenoemde tekort in het lopende betalingsverkeer van 61 miljoen was er In het eerste kwartaal ook een tekort in het ka pitaal verkeer. Weliswaar leverde het particuliere kapitaalverkeer (o.a. door effectenverkoop naar het bui tenland) nog een overschot op van 112 miljoen, maar de overheid had (voor schuldaflossing) 70 miljoen nodig en bovendien breidden de banken hun kredietverlening aan het buiten land per saldo met ƒ117 miljoen uit. Het tekort op de totale betalings balans (lopende verkeer en kapitaal verkeer samen) bedroeg in het eer ste kwartaal ƒ136 miljoen. Vorig jaar was dit tekort nog Ero'e1-' 240 miljoen. Gisteren is mevrouw Pruissen- Ippel bij het gras snijden in de tuin achter haar huis te Werkendam in de sioot gevallen en verdronken. Zij was 58 jaar oud. ITJet uitlenen van arbeiders Is dikwijls een kwalijke zaak. iHet bedrijf dat met een tekort aan werknemers zit, wordt welis waar geholpen, maar In de eerste plaats worden toch de belangen gediend van de uitlener, de man die van het verhandelen van ar beidskrachten een beroep maakt. Zoals nog slechts kort geleden dank zij de openhartigheid van zo'n ondernemer uit een repor tage In onze krant duidelijk bleek. Hij verdient er de dikste duit aan. i Met het woord Tonselarlj' worden de mala fide praktijken, die zich 'herhaaldelijk bij de uitlening [voordoen, duidelijk gekenschetst. Vorig jaar heeft een meerder- held van de Sociaal-Economische 'Raad geadviseerd de misstanden krachtig aan te pakken. Die meer derheid wilde een afzonderlijke wet, waarin de uitlening in begin sel zou worden verboden. In die zelfde wet zouden de vormen van geoorloofde uitlening van het ver bod worden uitgezonderd. j tTen minderheid vond, dat dit i te ver ging. Zij wilde volstaan met een bindende loonregeling voor uitleenbedrijven, aangevuld met een meldingsplicht voor de- gene bij wie de arbeiders worden I geplaatst. De staatssecretaris van Sociale Zaken heeft nu het advies van de minderheid opgevolgd en dan nog i maar ten dele. Er is een bindende loonregeling uitgevaardigd, die-in houdt dat de uitgeleende arbei- ■ders dezelfde arbeidsvoorwaarden moeten hebben als de werknemers in vaste dienst van de onderne ming. Een meldingsplicht is er niet. Liet zou ons zeer verwonderen i'A als het handelen in arbeids krachten op deze wijze krachtig kon worden bestreden. Hiervoor zou een sterk controle-apparaat nodig zijn, dat de manipulaties van de ongunstig bekend staan de beroepsuitleners met grote nauwgezetheid volgt. Maar dit apparaat is er niet en als het er al was, zou het toch dikwijls te laat komen, omdat de echte ronselaars moeilijk grijp baar zijn. - Halve maatregelen zijn niet vol doende om de misstanden bij het uitlenen van werknemers te doen verdwijnen. "VV7"eek in week uit foetert het y weekblad De Kruidenier tegen de consumentenorganisaties, met name tegen de Consumentenbond en het Consumenteu-Contact- Orgaan. Deze week keert het blad zich (weer eens) tegen het subsi die van ƒ50.000 die het CC O van de overheid krijgt als bijdrage in het vergelijkend warenonderzoek, dat het CCO laat verrichten. 'Als men ze de vinger geeft dan vragen ze spoedig de hele hand,' aldus het blad. En even later ver telt het, 'dat de onderzoekingen meestal noch voor de consumënt noch voor de bedrijfstak van enig belang zijn.' Dat klinkt bepaald onwelwil lend. En dat terwijl De Kruidenier het wel als de gewoonste zaak van de wereld schijnt te beschouwen, dat het Economisch Instituut voor de Middenstand een subsidie van 630.000 ontvangt en het Centraal Orgaan ter bevordering van de bouw van Middenstands- bedrijfspanden een van ƒ60.000. Als de 50.000 voor het .CCO een vinger genoemd worden, dan hebben deze instituten voor de middenstand al een hele hand. Al enkele jaren bestaan er wat journalistieke moeilijkheden rondom het rapport-Vaes, het verslag van de financiële commis saris van de Kolen- en Staalge meenschap, waarin deze de uit gaven van de verschillende KSG- diensten onder de loep neemt. Vrijwel elk jaar blijkt het voor de Nederlandse dagbladen lastig tij dig een exemplaar ervan in han den te krijgen. Drs. Nederhorst heeft over deze kwestie vragen gesteld aan de Hoge Autoriteit, die ontkend heeft, dat met dit rapport enige geheimzinnigheid wordt betracht. De Hoge Autoriteit beschouwt het rapport-Vaes als een openbaar stuk en iedereen, die het wil heb ben, kan het krijgen. TAit is op zichzelf juist, maar het gaat langs de kern van de zaak heen. Terwijl de dagbladen nl. vele andere rapporten van de KSG tijdig toegestuurd krijgen, moet men om dit rapport vragen. En daar zit nu net het irriterende verschil. Is het nu werkelijk zo moeilijk ook dit stuk voortaan te sturen aan ieder die er serieuze belangstelling voor heeft getoond? Als iemand een Groot Denkbeeld trachtte te slijten aan Jansen, dan lachte hij gul en gaf vlug er tien kleintjes voor teruo.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Vrije volk | 1962 | | pagina 1