Ketelverkoper Van Veen zoekt zijn recht m Christelijke normen bepalen het bouWen imkÊè, i f 4 Van onze verslaggeefster ANNEMIEK VEELENTURF ROTTERDAM Bo men in een stad als Rot terdam leiden geen ge makkelijk leven. Menig boom weet zich" omringd door asfalt. Anderen heb ben in de straat slechts enkele tientallen centime ters grond om zich heen om de wortels uit te slaan. In die grond bevinden zich ook nog eens allerlei ka bels, leidingen en buizen die de wortelgroei stuiten. Niet alleen leven de meeste stadsbomen op kleine voet, ook staan zij in een kwade reuk. Uit laatgassen van voorbij ra zende auto's verstikken de ontluikende loten. Het ver keer zorgt bovendien voor hinderlijke trillingen in de grond. v De straatophogingen, die nodig zijn omdat het Rotterdamse verkeer an ders in het onderliggende veen zakt, komen de le vensduur van bomen niet ten goede. En in de oude delen van de stad moeten (oude) bómen nogal eens plaats maken voor de stadsvernieuwing. Desondanks staat 70 percent van het Rotter damse "straatbomenbe- stand" er goed voor. Dat staat in het bomenplan, dat vijf ambtenaren van de dienst Stadsontwikke- lir,gemeentewerken en 'het bureau Openbaar Groen hebben samenge steld. Dit plan, dat burgemeester en wethouders in juni onder ogen krijgen, heeft de nuchtere naam,"Bomen.in Rotterdam". Het gaat iri dit plan niet om ■alle bomen die Rotterdam heeft. Bomen in plantsoenen, bossen en langs smalle straten komen er niet' in voor. Wat overblijft zijn de'bomen aan brede wegen en langs water. Dat zijn er in Rotterdam onge veer 165.000. Werkzaamheden aan de Molenlaan in Hillegersberg: de wortels -van bomen worden genadeloos weggehakt om plaats te maken voor nog meer kabels, leidingen en buizen. Foto: ipo .,v Winkelcen trum Oos terhof wordt ver fraaid met bomen, die elders in Rotterdam het veld hebben moeten rui men. Foto: Ton den Haan Recept Aanpak Miljoenen ■r Kort geding Telex w.l-> y a zetjenkamp Bouwen volgens christelijke normen m waar den: veel vertoon van uiterlijkheid, wrinig idee over inhoud. In te vullen Status j Ruimte ïM HET VRIJE VOLK metropool 18 ZATERDAG 26 APRIL' 1986 Rotterdam krijgt duizend nieuwe bomen In het bomenplan staat om schreven waar ongeveer dui zend nieuwe bomen geplant 'dienen te worden. Nog eens duizend (bijna) dode bomen op verschillende plaatsen in de stad zullen worden vervangen door jonge en gezonde soortge noten. De bodem rondom enke le honderden bomen zal, vol gens het plan "Bomen in Rot terdam" worden verbeterd om de flora een kans op een'goed leven te bieden. Hoewel het plan geen kant- en-klaar recept is voor het bo- menbestand, zal het de komen de jaren wel medebepalend zijn voor het aangezicht van Rottérdam. „Bomen in Rotter dam" wordt op dit moment besproken binnen de gemeen telijke diensten. Na de zomer kunnen projectgroepen- en- deelgemeenten hun .commen taar geven. Wanneer ook de Ie-.'; dèn van de raadscommissie: hun zegje hebben gedaan, kan in de loop van oktober een be gin worden gemaakt met aam- plant. Drie jaar geleden begonnen de vijf samenstellers van het rapport met een inventarisatie van het bomenbestand in Rot terdam. Per fiets en per auto trokken zij. door de stad om te bekijken waar bomen moesten worden vervangen of geplant en welke bomen een steuntje in de rug nodig hebben door bo demverbetering. Behoud van het karakter van de wijk en de technische (on)mogelijkheden speelden bij de uiteindelijke beoordeling een grote rol. Vibeke Scheffe- ner van de dienst Stadsontwik keling: „In een echte stadswijk zoals Spangen staan platanen en linden erg goed. Overschie heeft een heel ander karakter. De singels en de laagbouw no digen uit om er wilgen, popu lieren en essen te planten." Bomen met omvangrijke kronen moeten een -flink eind van lantarenpalen en muren worden geplant. Ook met de aanwezigheid van buizen en kabels in de bodem, hielden de samenstellers van het bomen plan rekening. Het bomenplan voorziet in een „structurele aanpak." Een dergelijke aanpak ontbrak tot nu toe.-; in Rotterdam. Vibeke Scheffener: „Tot nu toe werden incidenteel bomenplannetjes gemaakt voor plaatsen waar bijvoorbeeld huizen werden ge bouwd. Het resultaat daarvan is dat de stad er chaotisch en rommelig van wordt. De keuze valt steeds weer op andere boomsoorten en de afstanden tussen de bomen is telkens verschillend." André Kegge, hoofd van het bureau Openbaar Groen ty peert deze wijze van planten als „de Belgische situatie." Hij doelt daarmee op de manier waarop Belgen verschillende typen gebouwen in een straat neerzetten. Dat is mogelijk doordat de regels voor met na me woningbouw minder streng zijn dan in Nederland. Het ge volg daarvan is dat sommige straten een wonderlijke aan blik bieden. De straatbomen in Rotter dam staan al lange tijd in de belangstelling van bewoners, politici en bedrijfsleven. De ac tie „Zet een boom op," die de Rotterdamse plantsoenen dienst in 1973 hield, kreeg veel bijval. Rotterdammers konden tegen betaling van 25 gulden ergens in de stad een boom van hun keuze laten planten. De koper kreeg een oorkonde, waarin de gemeente verklaar de voorzichtig met de boom om te springen. De gemeente Rotterdam fun geerde als grote sponsor van de actie. De 25 gulden bedroeg namelijk maar een fractie van de werkelijke kosten. Het plan ten van een boompje met een stamdoorsnede van 14 tot 16 centimeter en een hoogte van ongeveer twee meter kostte destijds al 200 gulden. Tegen woordig kost de aanplant van een dergelijke boom ongeveer 350 gulden. De actie „Zet een boom op" sloeg aan: al na twee weken hadden zich 150 deelne mers, waaronder scholen en bedrijven, aangemeld. In de „rijke',' jaren zeventig, waarin de bomen nog tot de hemel reikten, wist het CDA- raadslid H. Viersen de, raad over te halen maar liefst zes miljoen gulden uit te trekken voor boomaanplant in Rotter dam. Een half jaar later bleek 'slechts één miljoen van dat be drag gebruikt. De resterende vijf miljoen gulden werd be steed aan zaken die normaal uit de pot onvoorzien betaald zouden zijn. Van de bomen, die dankzij de actie „Zet een boom op" zijn geplant, staan er niet veel meer. Vibeke Scheffener: ..Vaak werden zij geplant op plaatsen die niet geschikt wa ren. Er is te weinig rekening gehouden met de toekomstige ontwikkelingen. Bomen die ge plant werden op toekomstige bouwplaatsen moesten ver dwijnen." Kegge: „Bovendien zijn veel bomen dood gegaan aan de iepenziekte en perevuur." Het plan „Bomen in Rotter dam" beoogt wél rekening te houden met de veranderingen die in de toekomst in Rotter dam gaan plaatsvinden,' zoals de aanleg van de spoortunnel. Om die reden wordt het plan besproken binnen de gemeen telijke diensten, die hun eigen plannen en het bomenplan op elkaar kunnen afstemmen. .Voor de uitvoering van „Bo men in Rotterdam" is mini maal zeven jaar uitgetrokken. De kosten bedragen 3,7 miljoen gulden. „Na die zeven jaar zijn we nog niet klaar," zegt Vibeke Scheffer. „De stad groeit. Het bomenplan moet ook steeds weer bijgesteld worden." Van onze verslaggever JAN BOOISTER VLAARDINGEN Een bik kelharde ketelverkoper heette hij acht jaar geleden in de kranteverslagen. Hij zou, vol gens officier van Justitie mr. J. Schoonaard, „over aardig wat gezinnen ellende hebben uitgestort", samen met zijn makkers van het ketelbedrijf SKS Siller en Jamart BV te Kwintsheul. Tientallen tuinders riepen gedupeerd te zijn en niemand had een goed woord voor hem over. Hans van Veen uit Vlaar- dingen werd uiteindelijk ver-- oordeeld tot celstraf. Drie maanden zitten, zo verordon neerde de rechtbank in Rotter dam eind 1978. Van Veen was veroordeeld voor meineed. De Vlaardinger vocht terug en werd uiteindelijk vrijge sproken. Hij is intussen zonder werk, is zijn vriendin kwijt ge raakt door de zaak en hij moet zijn huis gaan verkopen. Is het een simpele dwaling van Justitie? Volgens Van Veen niet. Omdat het „een be paalde advocaat op een zeker moment goed uitkwam hem van meineed te beschuldigen en er vervolgens ook nog eens wat mis ging" volgde de aan vankelijke veroordeling. Daar om gaat hij nu die advocaat aanklagen. De voormalige ketelverko per is er zeker van dat hij die zaak zal winnen. Eerdere za ken voor schadevergoedingen rondde hij ook al met succes af. Het verhaal van Hans van Veen neemt een aanvang in het begin van de jaren zeven tig. Hij is dan verkoper bij het ketelbedrijf SKS Siller en Ja- mart BV te Kwintsheul. Hij doet dat met redelijk succes; hij verkoopt veel. Op een gegeven moment ont staan er moeilijkheden. Een paar tuinders willen de ketels niet meer afnemen. „Omdat we er helemaal niet voor gete- Ikend hebben", zeggen ze. „De handtekeningen onder de con tracten zijn vals." Uiteindelijk reizen twee re chercheurs een jaar lang stad en land af om meer tuinders te horen. Wat rest zijn zo'n zestig zaken waarin ontkent wordt dat zou zijn gekocht. Maar een aanklacht tegen Van Veen dan wel zijn baas blijft uit. Het openbaar ministerie onder neemt geen stappen tegen hen. Sterker, SKS onderneemt stappen tegen de tuinders. Met een aantal wordt een regeling getroffen, weer anderen hoe ven niet af te nemen. Maar, in zes zaken eist het ketelbedrijf dat de tuinders aan hun ver plichtingen voldoen. Twee za ken worden door SKS verloren, in de andere wordt uiteindelijk afgenomen. Een van de afnemers is M. Koolhaas uit Nleuwerkerk aan den IJssel. Hij verliest aanvan kelijk zijn zaak en moet beta len. Dat weigert hij en SKS laat beslag leggen. Koolhaas start een kort geding om daar onderuit te komen. Zijn advo caat is mr. K. L. ten Have uit Rotterdam. Van Veen: „En met die Ten Have begint voor mij de ellen de. Om het beslag opgeheven te krijgen verzon hij dat ik meineed zou hebben gepleegd in de eerste civiele procedure tegen Koolhaas en nog eerder in een andere zaak. Maar die eerdere meineed klacht betrof een getuigenis van twee jaar geleden in een procedure tegen tuinder Van der Meer uit Dóngen. Waarom komt Ten Have pas tijdens dat kort geding met die meineed klacht? Waarom niet eerder? Dat had hij toch gelijk moeten aangeven als het juist was ge weest?" Het idee van de meineed klacht doet Ten Have op bij een collega, mr. Johan de W„ zo zegt Van Veen. De ketelver koper maakt dat aannemelijk door een verklaring te tonen waaruit dat kan blijken. Daar in staat dat Johan de W. aan Ten Have de suggestie deed een meineedklacht in te dienen ook al wisten de advocaten dat die vals zou zijn. Wat zegt De W.? Sinds hij zelf is veroordeeld in Dor drecht is hij moeilijk bereik baar. Zijn advocaat van toen, mr. S. Ivens, wil zijn adres en/ of telefoonnummer niet geven. Wel wil hij De W. vragen HW te bellen. Er komt daarna geen reactie. Wel blijkt dat Ivens ten Have heeft verteld dat HVV met de zaak bezig is. Terug naar de meineed klacht. Die is om precies te zijn in september 1976 inge diend. Pas na twee jaar en twee maanden volgt de zitting van de rechtbank. In de tussen tijd, en dat is meer dam een jaar na de aanklacht, wordt Van Veen gearresteerd en tien dagen in hechtenis genomen. Zijn advocate mr. G. M. Le pelaars: „Het is zo ontzettend onterecht dat hij toen opge pakt is, zo laat nog. Daar was geen enkele reden voor. Het is bespottelijk om dat te doen, ja ren na dato." Als de zitting eindelijk be gint "hangt" Van Veen. Een collega van hem, M. Dijk, heeft een belastende verkla ring afgelegd en de Vlaardin ger wordt veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf. Die straf zit hij niet uit. Dijk trekt later namelijk zijn ver klaring In. Waarom doet hij dat? 9 Dijk: „Ik had aandelen en die werden beheerd door mijn baas, ook de baas van Van Veen. Die aandelen dreigde ik kwijt te raken en de politie zei dat ze dat recht konden zetten als Ik een bepaalde verklaring aflegde. Ik dacht, bekijk het maar en heb toen toegegeven. Later heb ik die verklaring in getrokken omdat het niet de waarheid was." Van Veen gaat later in hoger beroep. Hij wordt vrijgespro ken. De ketelverkoper begint ver volgens op zijn beurt een civie le procedure tegen de staat. Hij eist schadevergoeding, on der meer omdat hij onterecht heeft vastgezeten. Hij wint ook die zaak en krijgt zo'n vijfdui zend gulden uitbetaald. Dat geld komt goed van pas, want hij zit inmiddels zonder werk. Ook tegen tuinder Van der Meer begint Van Veen een ci viele procedure. Hij beschul digt de man ervan lasterlijke uitlatingen te hebben gedaan en eist hier zo'n 1500 gulden. Het zijn geen hoge bedragen maar het gaat hem om zijn re habilitatie. Opnieuw wordt Van Veen in iet gelijkgesteld. Van der Weer betaalt. Later gaat hij :chter toch in beroep. Waar- jm? De tuinder: „Ik heb betaald imdat ik van de zaak af wilde zijn. Het was een idee van mijn advocaat Ten Have om toch in hoger beroep te gaan. Hij vond dat de uitspraak ten onrechte was. En hij zei dat ik geen risico liep." Het was niet zo'n best ad vies. Van Veen bleef gelijk krijgen. De ketelverkoper start nu een civiele procedure tegen Ten Have. Omdat de advocaat de aanstichter zou zijn van het onheil dat hem is overkomen. Wordt er opnieuw een paar duizend gulden geëist? „Oh nee hoor, dat wordt veel meer, re ken maar op een ton," aldus mr. Lepelaars. „En heel grote kans dat Van Veen gaat win nen." Redenen te over. al met al. om mr. K. L. ten Have om een weerwoord te vragen. Het be treft een ernstige klacht tegen een advocaat. Er volgt een afspraak. Maar een dag.voordat het gesprek plaats moet vinden komt er een telex binnen bij HW. Ten Have moet de afspraak afzeg gen in verband met andere werkzaamheden. Hij belooft nog wat documentatie te stu ren. Verder meldt hij dat hij zich met de deken moet verstaan. Zijn telex eindigt hij met: „Ik geef u wel de dringende waar schuwing dat onjuiste dan wel voor mij nadelige publicaties tot schade-acties zullen lelden ten aanzien van u persoonlijk en het dagblad Het Vrije Volk". Dat is dreigende taal. De be hoefte aan een weerwoord blijft groot. Énkele dagen later informe ren we of Ten Have al wat weet. Hij zegt dat hij stukken heeft, dat die opgestuurd zul len worden en dat hij zich met de deken moet verstaan. In zijn laatste telex meldt hij: „Een interview wil ik u niet geven, dit in overleg met de deken; u hebt aan de stuk ken genoeg." Die stukken betreffen het op treden van Van Veen en Dijk als getuigen voor SKS. Er blijkt uit dat beide werkne mers verklaringen hebben af gelegd die op details verschil len. Vragen over het waarom van de meineedklacht kunnen we niet bij Ten Have kwijt. Ook niet als we hem er bij het ophalen van de stukken nog eens op gewezen hebben veel belang te hechten aan een weerwoord. Een van de weinige dingen die Ten Have kwijt wil bij de overhandiging van wat stuk ken is dat hij slechts handelde in opdracht van zijn cliënten en meer een veredeld soort loopjongen was. Dat is slechts ten dele waar, getuige het antwoord van Van der Meer op de vraag van wie nou het idee was om de mein eedklacht in te dienen. Van der Meer: „Van Ten Have natuur lijk. Dat idee was van hem. Wat hebben wij er nou voor verstand van?" 202 woningen Door HERMAN MOSCOVITER Nog steeds wordt er ge bouwd voor de hoeksteen van de maatschappij, het ge zin. En nog steeds ziet het ministerie van Volkshuisves ting, Ruimtelijke Ordening en Milieu niet in wat een verspil ling van ruimte en geld dat is. De hoofdmoot van de huizen in de nieuwbouw is voor het gezin. Daarmee wordt een achterhaald produkt afgele verd. Dat gebeurde al jaren geleden toen aan die hoek- steek werd geknaagd; dat gebeurt nog steeds, hoewel bekend is dat de hoeksteen van de maatschappij is afge brokkeld. Omdat een christe lijke partij altijd zijn stempel drukt op de vaderlandse poli tiek, zal het gezin hoeksteen blijven, en zal er voor gezin nen worden gebouwd. De christelijke politieke partij (nu het CDA) houdt met haar op vattingen vernieuwingen in de volkshuisvesting tegen, n de christelijke beleving is het volledige gezin uitgangs punt. Het gezin krijgt dus In allerhande regelingen voorrang. En omdat het gezin in de bouwwereld ook nog eens op bijzonder conventio nele wijze wordt gezien (va der, moeder, éénkommaze- ven kind) kunnen volkshuis vestingsvernieuwingen in Ne derland gezien worden als het ondergraven van de christelijke moraal. Om de vernieuwingen aan de bin nenzijde van de huidige hul zen te verdoezelen, wordt er In de bouwwereld onevenre dig veel aandacht besteed aan de uiterlijke opsmuk van de woning, aan extraatjes en of het geheel is geïsoleerd. Wat de functie van het huis voor de bewoners is anno 1986, blijft bulten schot. In feite zou er allang moeten worden gebouw op een ma nier waarbij mensen zelf hun huis invullen, veranderen, aanpassen aan de toevallige omstandigheden. Een onge definieerde woning die al naar gelang gezinsgrootte, financi en, luxe-wensen kan worden aangepast. Een huis waar je met zijn tweeën in kunt be ginnen. Waar je kunt uitdijen tot vier of vijf en (als de kin deren het huis uitgaan) weer kunt inkrimpen tot twee of desnoods een. De architects Luzia Hartsuy- ker-Curjel voert al jarenlang een weinig géhoorde strijd voor die ongedefinieerde wo ning. Ze zet vraagtekens bij het feit dat men sinds het in voeren van de Woningwet in 1901 nog steeds dezelfde woningen ontwerpt. Niet dat ze ook maar iets heeft tegen de Woningwet. Het feit dat een overheid op zich neemt voor menswaardi ge volkswoningen te zorgen en dankzij een subsidiesys teem te laten bouwen en be wonen. Is een daad van grote sociale waarde. „Maar," zegt ze, „Ik zet grote vraagtekens bij het feit dat ze ruim tachtig jaar later nog hetzelfde zijn opgezet, ook al zijn ze beter geïsoleerd, luxueuzer en comfortabeler." En terecht zegt ze dat. In die 86 jaar Is er veel veranderd. Op elke vier gezinnen Is een echtscheiding; 5% van de ge zinnen heeft één ouder; 6% van de huishoudens is niet gebaseerd op een gezin; 18% van de huishoudens is voor alleenstaanden; het aantal woongroepen (ook van oude ren) neemt sterk toe; enzo voort. Er is werkloosheid, voor de werkenden meer va kantie, er is een grotere mo biliteit, er is een grotere be- stedingsdrang, er is een gro tere vergrijzing, jongeren wo nen. steeds vroeger zelfstan dig, enzovoort. Maar inmiddels kennen vele generaties Nederlanders de woningwetwoning. Of zoals Luzia Hartsuyker-Curjel zegt: „De woning roept het beeld op van het traditionele gezin: de man werkt buitenshuis, de vrouw zorgt voor de huishou ding, er zijn een of twee kin deren. Alle vertrekken heb ben een voorgeprogrammeer de functie, met faaraan ge koppeld een mljimum afme ting, waardoor «e woning nauwelijks andes dan voor- geprogrammeed gebruikt kan worden." j Je ziet het beeldvoor je: de gemiddelde womg is voor de gemiddelde Banke mid- denklasman meteen baan, een auto en eenjezin. Want een huls moet oereenstem- men met de state van de werkende man irdeze maat schappij. De gezinswoning hoet dan ook door een gezi bewoond worden. Geheel niar christe lijke opvattingen. Ie zitkamer is om te zitten, dniiaapka- mer om (afgeschelen van wege de intieme ei taboerij- ke gebeurtenissenaldaar) te slapen, de badkanèr heeft een privacyfunctle als je dat niet gelooft, vervolj de offi cier van Justitie te totterdam wegens ontuchtige jandelin gen). de keuken hetdomein van de vrouw die met zor gen dat man en kotjrtjes het gezellig hebben en iets te kort komen. Alles lig muur vast. Luzia Hartsuyker-Cuiel for- muleert het iets andés: „Een groot deel van de beioners van dit soort huizen bvindt zich in een woonsituae die hen belemmert. Het véning- prototype uit 1901 me zijn hiërarchische vertrekkln- reeks (woonkamer, hoifd- slaapkamer, kinderkarers) dwingt tot een leefwijzedie niet aansluit op de situile anno 1986. Er wordt uitbe gaan van star, gefixeerd woongedrag, afgeleid va het woongedrag van vroeger, af geleid van het woongedrig van het gezin. Daarom be» ik voor het bouwen van hulzn die ongedefinieerd zijn en'; voor allerhande bewoning le- schikt." Het is ook een van de stellin gen die de Stichting Vrouwe» Bouwen en Wonen in het r- Bouwcentrum In Rotterdam aanhangt. Mogelijk moet dé f, verandering juist uit die vrou> welljke hoek komen, want 1 bouwen is altijd een zaak vai^ mannen geweest, daar hielp' f geen moedertje-lief aan. En dat er zaken niet kloppen 1 'f kunnen vrouwen het best on i derkennen. Niet alleen omdtt ze in het gezin hot meest thus zijn en dus de functionele waarde van het huls het bes kennen, maar ook omdat zè de typisch mannelijke ont- werperstrekjes kunnen her kennen. Vandaar dat die f Stichting begonnen is met een aantal projecten waarlri men vrouwen eer. toonaang- vende rol wil laten (mee)spe len. Luzia Hartsuyker-Cur|el zeg over het andere ontwerpen: „Ik ben ervan overtuigd daf het bij het ontwerpen van volkswoningen moet gaan om het ontwerpen van ruim(i en niet om kamers. Ruimte li een eerste levensbehoefte.'# tegenstelling tot gangbare opvattingen over architec-: tuur, die gevels, uiterlijke - vorm en dergelijke centras stelt, denk Ik dat het niet o gevels, de wanden, de klep. ren en de materialen zijn, maar de ruimte om de mes heen, die hem laat leven.'" Natuurlijk zijn er in het vera den en heden enkele ontw'r- pers geweest die zo vrij inul- baar hebben ontworpen. Maar nauwelijks In de Volk- hulsvesting. Zo lang de chs- telijke waarden en normen via de politiek naar de lagee overheden vloeien, zolang let gezin de hoeksteen van dé maatschappij moet blijven (ook al Is dat allang niet mèr zo), zolang blijft de achter haalde gezinswoning in dei mode. En of hij nou in flat-' vorm steeds vaker leeg stai of niet, we bouwen gewoori door. Wie de hoeksteendoc trine en de chrtstétljke nor- men aanhangt, weet dat er-V nog jarenlang star, zonder vernieuwingen, overbodig ep dus duur gebouwd zal wor-'? den. *-••?.!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Vrije volk | 1986 | | pagina 1