Dit „klaarmaken voor onderwater"
is een dagelijks wederkeerende ma
noeuvre, welke steeds weer met dezelf
de stiptheid door alle opvarenden moet
worden uitgevoerd. Ieder lid der be
manning heeft een post en een hem
opgedragen taak te vervullen. Zijn al
deze taken uitgevoerd, en door de lei
dende officieren en onder-officieren
gecontroleerd, dan kan de boot onder
water gaan, en zich dus voor aan de
oppervlakte varende schepen onzicht
baar maken.
Hoe kan nu zoo'n schip onderwater
gaan? Een ieder weet, dat een varend
of drijvend vaartuig alleen kan drijven,
doordat het „drijfvermogen" bezit, d.i.
het vermogen om te drijven. Dit drijf
vermogen drukt men in den onderzee-
bootbouw uit in procenten van de
(boven)-waterverplaatsing, ook wel in
tonnen gewicht. Wanneer nu op de
een of andere listige manier dit drijf
vermogen weggewerkt, zeggen wij
vernietigd kan worden, dan verliest
het schip dit vermogen, het kan dus
niet meer drijven, m.a.w. het gaat
zinken.
Heeft nu b.v. de ontwerpende
ingenieur berekend, dat een onderzee
boot geheel ondergedompeld in het
water een waterverplaatsing heeft van
500 ton, en heeft hij verder berekend,
dat deze boot, om behoorlijk boven
water te kunnen varen, een waterver
plaatsing moet hebben van 400 ton,
dan beteekent dit, dat die boot een
drijfvermogen heeft van 500 ton
400 ton 100 ton, of uitgedrukt in
procenten van de (boven) waterver
plaatsing een drijfvermogen van
25
Het drijfvermogen moet dus vernie
tigd worden, daar anders het schip
niet onderwater kan varen. Men ver
nietigt nu het drijfvermogen, door het
schip zwaarder te maken en dat doet
men door zeewater in te nemen in de
ballasttanks, die om of in de drukvaste
boot zijn gebouwd, en men neemt nu
zooveel zeewater in als noodig is om
het drijfvermogen nagenoeg tot nul te
reduceeren.
(Wordt vervolgd).
VEILIG WERKEN.
Regelmatig verschijnen er in ons Fabrieks-
maandblad verhandel'ngen over veilig
werken. Ernstige wenken met betrekking
tot de gevaren, welke U in ons Bedrijf
bedreigen en goedgemeende raadgevingen,
hoe men zich kan beschermen.
De Fabriek spaart moeite noch kosten
om die maatregelen te treffen, ten einde
het risico voor haar werknemers zoo gering
mogelijk te doen zijn.
Echter wordt deze moeite niet altijd zoo
gewaardeerd als het moest zijn hierbij
natuurlijk de goeden niet te na gesproken
want men staat soms versteld, hoe zelfs
oude rotten in het Bedrijf in onbewaakte
oogenblikken alle voorzichtigheid uit het
oog verliezen.
Een recent geval is, hetgeen onlangs bij
werkzaamheden in het roer van de „Staten
dam" heeft plaats gehad, doch gelukkig voor
den betrokken persoon goed is afgeloopen.
Het had echter ook zijn leven kunnen kosten
en dan zou hij dit aan verregaande eigen
onvoorzichtigheid te wijten hebben gehad.
Vfat was h'er n.l. het geval?
Zooals bekend, heeft dit schip een z.g.
tankroer. Het woord spreekt voor zichzelf
en het betreft dus een ruimte, welke wordt
afgesloten door een mandeksel. Het roer
moest gelicht worden, waarvoor de benoo-
digde oogbouten, voor het aanslaan der
stroppen, inwendig moesten worden aan
gebracht.
En hier ontstond nu het groote gevaarl
Het mandeksel werd geopend en zonder dat
er voldoende maatregelen ter ontluchting
waren genomen, daalde iemand in deze on-
geventileerde ruimte af, waarbij het gebrek
aan zuurstof zich al dadelijk deed gelden.
Gelukkig voor den man had hij nog de
kracht zich omhoog te werken, zoodat zijn
maats hem verder uit zijn netelige positie
konden verlossen.
Ofschoon deze menschen reeds jaren in
het Bedrijf werkzaam zijn en dus geacht
kunnen worden, dat zij over de noodige
ervaring beschikken, blijkt het toch niet
overbodig nog eens ernstig te waarschuwen
voor de gevaren, waaraan zij zich in derge
lijke gevallen blootstellen. Gevallen, welke
zich op elk schip in iedere ledige piek of
ledige waterballasttank in dubbele bodems
kunnen voordoen.
Zooals bekend, bestaat de lucht, welke
wij inademen uit een mengsel van verschil
lende gassen, waarvan stikstof en zuurstof
voor ons de voornaamste zijn.
Uitgedrukt in volume is de onderver-
deekng als volgt:
78 stikstof,
21 zuurstof,
1 andere gassen, als: Argon, koolzuur,
waterstof.
Bij alle verbrandingsprocessen speelt de
zuurstof een hoofdrol. Zonder zuurstof
brandt geen kachel, evenzoo kan het men-
schelijk l'chaam niet functioneeren bij af
wezigheid van voldoende zuurstof. Wanneer
dit gehalte van 21 terug zou loopen tot
16 levert het luchlmengsel al zeer ernstig
gevaar voor de ademing op.
In een gesloten ledige tank heeft nu het
zelfde plaats. Onder invloed van verschil
lende oorzaken ontstaat er een scheikundige
verbranding, waarbij de aanwezige zuurstof
wordt verbruikt
In alle ruimten als bovenbedoeld, welke
soms voor een gedeelte ledig gevaren wor
den, b.v. voorpiektanken, of onbruikbaar
zijn voor andere doeleinden, tengevolge van
lekke huidnagels, dikwijls ook al op zee
leeggepompt worden in verband met te
wachten doktijd, bevindt zich dan na
maandenlange afsluiting en verstoken zijn
van voldoende ventilatie, populair uitge
drukt: bedorven lucht. En wanneer deze
ruimten na het openen der mandeksels n'et
behoorlijk geventileerd worden en men toch
zou afdalen, dan loopt men het groote
risico, dat bij inademing van deze bedorven
lucht, welke alle zuurstof mist, een onmid
dellijke bedwelming hiervan het gevolg is.
Het reddingswerk is, door de beperkte
toegangswegen der tanks, op zichzelf al een
zeer moeilijke onderneming en daar men
van nature nu eenmaal geneigd is bij het
zien van een ongeval onmiddellijk hulp te
bieden, kan hulpvaardigheid in dergelijke
gevallen, zonder dat men met het gevaar
bekend is, meerdere slachtoffers eischen.
Een voorbeeld hiervan was de ramp op de
„Terje-Viken" te Amsterdam.
Een tweede, eveneens niet te onderschat
ten, gevaar bij dergelijke tanks is het ge
bruik van open vuur of licht. Verschillende
oo-zaken werken er toe mede, dat zich een
verzameling gassen ophoopt, b.v. waterstof
gas, zwavelwaterstofgas, welke in een be
paalde verhouding met lucht explosief zijn.
Het is dus een gebiedende eisch, deze
ruimten, na het openen der mandeksels eerst
behoorlijk te ventileeren. Vooral bij dubbele
bodems en pieks kan dit zeer gemakkelijk
geschieden door een luchtslang door den
peilkoker in te voeren en gedurende eenigen
tijd te laten blazen. Bij een tankroer is de
situatie natuurlijk eenigszins anders en moet
het invoeren van de luchtslang door het
mandeksel gebeuren of beter nog door de
aftapplug.
Mogelijk zal worden aangevoerd, dat lucht
,,duur" is, maar het verlies van menschen-
levens is kostbaarder. „Tijd is Geld" is een
leuze, welke zeer zeker in de eerste plaats
voor ons Bedrijf van toepassing is, maar er
zijn gevallen, waarbij het betoonen van een
al te groote voortvarendheid bij de uitvoe
ring van werkzaamheden een gevaar kan
worden, niet alleen voor den uitvoerder
zelf. maar ook voor zijn collega's.
Het is geen verdienste, wanneer men blin
delings een gegeven opdracht uitvoert, maar
het strekt wel tot eer, indien men voor den
aanvang ter plaatse van het werk onder
zoekt of de opdracht zonder gevaar kan
wo-den volbracht. En meent ge, dat dit
buiten Uw bevoegdheid ligt, dan is het een
kleine moeite een waarschuwing te geven
en zijn er ervaren menschen genoeg, die
gaarne met raad en daad bijstaan. De z.g.
„gloeiende haast" is een al te goedkoop
argument.
Een andere zeer veel gebezigde uitdruk
king met betrekking tot de Veiligheid in
het algemeen, is: „We hebben er immers
van die lui voor loopen, die er naar moeten
kijken!"
Zeker, allemaal waar en die menschen
hebben er al meer dan één paar schoenen
aan versleten om datgene te doen wat noo
dig is- maar men vergeet, dat ook zij maar
op één plaats tegelijk kunnen zijn.
Er zijn zooveel kle'nigheden, die iuist een
ongeluk kunnen veroorzaken b.v. het „even"
weghalen van hulpverlichting, zonder mede
weten van den electricien. in ru:mten en
tusschendekken met open liggende luiken
of tanken; stiekum rooken van piraatjes;
het afzetten van lucht, zonder dat men weet,
waarvoor deze gebruikt wordt; het over-
domp liggen van stell'ngplanken, al kunt ge
er voor Uzelf nog wel net overheen, enz.
Wanneer men in een stuk hout met spijkers
trapt, is het niet voldoende zichzelf alleen
e-van te bevrijden, maar moet men ook de
oorzaak geheel verwijderen, opdat een an
der ook niet Uw lot ondergaat.
Wil de uitvoering der fabrieksmaatregelen
succes hebben, dan moet er in alle takken
van dienst volledige samenwerking bestaan.
Een ieder is zedelijk verplicht hieraan mede
te werken.
Nogmaals de goeden niet te na gesproken;
bedenk, dat:
Veilig werken geen tegenstelling vormt
met vlug en goed werken.
v. d. V.
VERSLAG VAN DE LEZING OVER
LUCHTBESCHERMING
gehouden voor het personeel van Wilton-
Fijenoord op Woensdag 28 December 1938
door M. W. H. de Gorter.
De blaartrekkende gassen zijn wel de
meest gevreesde strijdgassen. Zij verwekken
ontstekingen van den opperhuid met blaar-
vorming, ontsteking van de slijmvliezen,
voo-al de oogen, en bij inademing ook ont
steking van de longen, in de meeste gevallen
met doodelijke afloop. Het gevaarlijke van
deze strijdgassen is, dat de gevolgen zich pas
na enkele uren openbaren en dat het 0as,
hetwelk bestaat uit uiterst fijn verdeelde
druppelt es geruimen tijd werkzaam blijft,
door kleeren en schoeisel heendringt en zoo
ongemerkt zijn vernielende werking voortzet.
Besl ssend voor de bruikbaarheid van strijd-