WILTON-FVENQDE
NIEUWS
Orgaan van en voor het personeel
Wilton - Fijenoord-Schiedam
2C Jaargang
Juli 1939
No. 7
JUBILEUM
J. J. DE JONG.
1914 2 Juni 1939.
Op 2 Juni j.l. heeft de heer J. J. de
Jong, Baas Bankwerkerij (Reparatie
Machinefabriek), den dag herdacht
waarop hij voor 25 jaar bij de N.V.
Wilton's Machinefabriek en Scheeps
werf in dienst trad.
De jubilaris en diens gezin werden
des morgens in de Directiekamer ont
vangen en aldaar door de Directeuren,
de heeren W. Wilton en C. H. Tesch-
macher, op hartelijke wijze toegespro
ken. Van de Directie ontving de
jubilaris een geschenk onder couvert.
Verscheidene hoofdambtenaren en
collega's van den jubilaris gaven van
hun belangstelling blijk.
Een aparte huldiging vond nog
plaats op de afdeeling „Fotografie",
waarbij de heer de Jong van collega's
en ondergeschikten eenige fraaie ca-
deaux in ontvangst mocht nemen.
MEDEDEELINGEN VOOR DE
REDACTIE TE ZENDEN AAN:
J. PULLEMAN
van
INZENDING VAN OPSTELLEN
EN DENKBEELDEN DOOR
LEDEN VAN HET PERSONEEL
WORDT OP PRIJS GESTELD.
OPMERKINGENBUS.
Opm. 52.
Betr. Gereedschap in scheepsbouwloods.
Antw. Wordt gedeeltelijk uitgevoerd.
Premie: 5,
Opm. 54.
Betr. Railklem voor dwarshelling.
Antw. Wordt reeds toegepast. Opmerking
zeer goed.
Premie: 10,
Opm. 57.
Betr. Meetgereedschap voor groote lengten.
Antw. Is uitgevoerd en wordt toegepast.
Premie: 5,
Opm. 58.
Betr. Beugel voor indraaien van schroeven.
Antw. Is te gebruiken.
Premie: 2,50.
Opm. 59. 4
Betr. Tang voor pasmaken van zuigerveeren.
Antw. Gereedschap is uitgevoerd en wordt
toegepast.
Premie: 5,
VAN RHÖNE DELTA NAAR
RHONE GLETSCHER
door D. "VAN SIJN.
Het schemerde al in de nauwe straatjes,
toen onze kleine, zwaar bepakte Fiat het
stadje Arles binnenrolde. En omdat dit het
laatste plaatsje was, dat wij aan zouden
doen, gingen wij eerst nog even op zoek
Rhönegletscher.
(Op den voorgrond de auteur met zijn uitrusting.)
naar een gelegenheid om een flink maal naar
binnen te slaan. Want een kleine reserve
kon geen kwaad, vooral omdat dadelijk nog
een moeilijke tocht door de duistere wilder
nissen van de Rhönedelta wachtte.
Verkwikt en uitgerust trachtten wij dan
door de saamgedromde jeugd, die van alle
kanten onze vreemde bagage bekeek en
In ontoegankelijke moerassen broedt de steltkluut
beklopte, de kleine Fiat weer te bereiken.
Maar wij mochten niet vertrekken voor wij
hadden uitgelegd, waarom dat groote, vier
kante gevaarte achter op den bagagedrager
werd meegenomen.
„C'est une tente en bois pour filmer les
oiseaux". Ja, een opvouwbare houten schuil
hut, die dichtgeklapt toch altijd nog een
groot gevaarte vormde en dat op zoo'n
kleine auto wel de aandacht trekken moest.
Bij de film, die wij van de Rhone gingen
maken, behoorde ook het vogelleven en voor
dergelijke opnamen was deze schuilhut een
prachtig hulpmiddel.
Op weg naar Fielouse! Naar het uitge
strekte gebied, dat als natuurreservaat aan
gewezen was. Maar de knappe Fran^aise,
die ons bij het tanken hielp, beweerde, dat
het voor een vreemdeling onmogelijk was
den weg in het donker te vinden. De enkele
wegen die door dit gebied loopen, moesten
zóó erbarmelijk slecht zijn. dat cnze raad
geefster meewarig naar de kleine, zwaar be
laden auto keek. Ze adviseerde ons voor
vannacht nog naar een hotelletje in Arles
uit te kijken. Maar niets kon ons meer van
ons plan weerhouden. De lucht was helder
en met sterren bezaaid. Nog even konden
wij over een behoorlijken weg flink vooruit
komen, maar dan was het gedaan. De weg
werd smaller en aan beide zijden kaatste
het licht van onze koplampen terug tegen
hooge rietmuren. Boven het geronk van den
motor uit klonk als een machtig concert het