ACTIE NOORD HELPT'ZUID.
Ten behoeve van de Actie Noord helpt
Zuid hebben wij tot op heden afgeleverd:
70 ledikanten, 700 fluitketels, 1500 pollepels
en 100 stoelen. Eén onzer is op verzoek
van Voksherstel medegegaan naar Oostburg
om daar getuige te zijn van de overdracht
en zich op de hoogte te stellen van den
toestand daar ter plaatse. Teruggekeerd
deed hij ons het volgende verhaal.
Bij aankomst in Oostburg bleek, dat het
dorp vrijwel geheel verwoest of beschadigd
was. De opbouw was door gebrek aan ma
teriaal slechts in beperkte mate mogelijk.
De behuizing van vele inwoners was be
neden het toelaatbare. Zoo troffen wij een
echtpaar aan, dat in een zelf getimmerd
hokje van 3 x 2 m. hui de. Dit hokje diende
als woonkamer, keuken en slaapkamer.
's-Avonds werd de tafel tegen de deur ge
schoven, zoodat er ruimte kwam om de
matrassen, die overdag tegen den muur
stonden, op den vloer te leggen. Een ander
echtpaar huisde in een ouden bunker. Bij
het binnentreden kwam ons een muffe kelder
lucht tegemoet. In deze ruimte speelde en
leefde een tweetal kinderen van 4 en 6 jaar,
terwijl een pasgeboren wicht in een wiegje
lag. Een klein raampje was de eenige verlich
ting voor alle vertrekken. Op andere plaatsen
huisden 7 a 9 personen in één kamer, die
eveneens voor woon- en slaapkamer moest
dienen.
U begrijpt, dat onze zending met blijdschap
werd ontvangen. Er was dankbaarheid voor
de ontvangen artikelen, welke zoo uitstekend
van pas kwamen, maar vooral voor het feit,
dat wij hierdoor medeleven toonden aan onze
landgenooten, die zoo zwaar getroffen zijn
en die materieelen maar vooral moreelen
steun zoo zeer van noode hebben.
Het gebrek aan arbeidskrachten deed hen
vragen een oproep te willen plaatsen voor
timmerlieden, metselaars en andere bouw
vakarbeiders, welke willen medehelpen aan
den opbouw en het herstel. Gegadigden
hiervoor kunnen'zich melden bij Volksherstel
te Schiedam.
Op Woensdag 31 October 1945 werd in de
koffiekamer van het hoofdgebouw een bij
eenkomst gehouden. Hierbij is door de af-
deelingen Rotterdam, Schiedam en Vlaar-
dingen van Volksherstel dank gebracht voor
de hulp, welke de Directie en het Personeel
van W.F. hebben geboden bij de Actie Noord
helpt Zuid. Ds. W. J. H. Hubeek uit Vlaar-
dingen, welke als spreker optrad, bracht den
dank over van de getroffenen aan degenen,
die aan het slagen van deze Actie hebben
medegewerkt. Hij roemde haar, omdat daar
door het saamhoorigheidsgevoel in daden
werd omgezet. De arbeid van degenen, die
hieraan medewerkten, kwam direct ten goede
aan de gemeenschap. Hierna werd een film
vertoond, welke de verwoestingen in 's Her
togenbosch weergaf. De rest van den avond
werd gevuld met de films: ,,De Noodklok
luidt" en „Bezige handen".
In de zaal was een kleine expositie van de
artikelen, welke voor deze Actie vervaardigd
worden.
VERTROUWEN.
De vijf jaren bezetting van ons land door
den vijand hebben alom chaos en ellende ver
oorzaakt. Op alle gebied heerscht een enorm
tekort. Vooral de schaarschte aan schoeisel,
textiel en werkkleeding doet zich steeds
nijpender gevoelen. Het is begrijpelijk dat
men ongeduldig wordt, doch laten wij toch
vooral niet uit het oog verliezen, dat niet
alleen ons land voor deze moeilijkheden staat.
Vrijwel over de geheele wereld leven de vol
keren op een peil, dat ver beneden dat van
vóór den oorlog ligt. Ook elders heeft men
honger geleden en moest als eerste stap de
voedselvoorziening pp een niveau worden
gebracht, dat de waarborgen voor herstel
van een goede gezondheid inhield. Het ver
helpen van den achterstand, welke overal
bestond in de vervaardiging van dringende
levensbehoeften, zooals schoeisel, textiel en
werkkleeding, moest ook daar naar het
tweede plan worden verschoven, zoodat wij
van het buitenland niet veel kunnen ver
wachten.
Het laat zich evenwel aanzien, dat in de
naaste toekomst in de tekorten aan deze
artikelen voor een deel zal kunnen worden
voorzien. Hoewel dit voor het oogenblik een
schrale troost is, zal men hierin toch moeten
berusten. Voor hen, die niets meer hebben
en daardoor hun werkzaamheden zullen moe
ten staken, is het slechts te hopen, dat deze
periode niet al te lang zal duren.
Ondanks alles moet er een gevoel van
groote dankbaarheid zijn over de maatregi-
len, welke in de korte periode na de be
vrijding reeds genomen zijn.
Laat ons begrip voor de moeilijkheden
hebben en laten wij bii voorbaat overtuigd
zijn van den goeden wil, welke voorzit om
zoo spoedig mogelijk tot een oplossing te
komen. Slechts indien wij vertrouwen in
elkander hebben, kan een betere wereld
worden opgebouwd. Daaraan mede te wer
ken moet ons aller streven zijn.
HET M.S. „WESTERDAM".
Een bekende onderduiker.
Bij het ter perse gaan van dit nummer
staat de „Westerdam" op het punt weder
aan de werf te verschijnen. Als koelschip
ontworpen, zal dit vaartuig, na eenige malen
voor onderzeeër gespeeld te hebben, als
vracht- en passagiersschip worden afge
bouwd.
Wees welkom „Westerdam", kom gerust
aan onze kade liggen. Thans zijn er geen
moffen. Tommies of N.B.S.-ers meer die
zullen trachten je tot zinken te brengen. Je
zult thans beklommen worden door een
aantal mannen op wier kleeding en schoeisel
je misschien wel wat zult kunnen aanmer
ken, maar dat is hun schuld niet. Wees
gerust, zij zijn met de beste bedoelingen
bezield. Zij zullen zorgen dat je volgend
jaar eindelijk het ruime sop zult kunnen
kiezen. Beter laat dan nooit
Ik heb hier voor me liggen het dagboek
van de „Westerdam". Een droge opsomming
van dagelijksche gebeurtenissen, maar voor
ieder, die bij W.-F. werkzaam is, toch wel
interessant.
3 Mei 1939. Opdracht voor het bouwen van
de „Westerdam" en het zusterschip „Zuider-
dam". De „Westerdam" moet 1 Augustus
1940 afgeleverd worden.
De moeilijkheden begonnen al vóór de
kiel gelegd was.
25 Augustus 1939. Vóórmobilisatie.
30 Augustus 1939. Algeheele mobilisatie.
Dit beteekende een tekort aan jeugdige ar
beiders en marinewerk dat voorging. On
danks dezen tegenslag verliep de bouw toch
normaal en al spoedig stak de „Westerdam"
boven het bouwdok uit en knipoogde zij met
de kluispijpen naar de rivier, waardoor zij
straks naar zee zou varen.
Ondanks felle koude en bergen sneeuw
werd op 29 Januari 1940 begonnen met het
aanbrengen van de kurkisolatie in de koel-
ruimen.
6 April 1940. Schroefas uitgelijnd.
16 April 1940. Begonnen met betimmering
van de hutten.
Juist wilden de scheepsmakers aan de
houten dekken beginnen, als we in het dag
boek lezen:
10 Mei 1940. Oorlog. Om 11 uur het ge
heele personeel naar huis.
16 Mei 1940. Weer begonnen met 65
van de menschen, alles in den dagploeg.
Veel was er tusschen deze twee datums
gebeurd. Ons land was verradelijk overval
len, onder den voet geloopen en bezet. Een
stad was verdwenen
22 Mei 1940. Brand in ruim 4. Oorzaak
onbekend. De schade was enorm en voor
de eerste maal werd de afleveringstermijn
verschoven.
27 Juli 1940. Naar de oude werf Rotter-,
dam gesleept.
14 September 1940. Terug uit Rotterdam.
Werkweek is 36 uren.
8 October 1940. Begonnen met het plaat
sen van de hoofdmotoren.
31 October 1940. Laatste ijzerwerk aan
boord gebracht.
Nadat het schip alle ligplaatsen op de
werf geprobeerd had, lezen we dan verder:
21 Februari 1941. Naar werf Rotterdam
gesleept.
8 Maart 1941. Alle werkzaamheden stil
gelegd.
21 Maart 1941. Vertrek naar H.A.L.-kade.
Inmiddels was ons schip tweemaal door
een voorpostenboot geramd en was de
schoorsteen oorzaak van een klein incident.
De bekende kleuren: Een gele schoorsteen
met groen-witte banden was volgens de
Duitschers voor de overvliegende Tommies
een teeken dat ze in Rotterdam waren, (als
of ze dat toch niet wisten) en dus moesten
deze kleuren plaats maken voor het be
ruchte grijs. Of de verf er nu wat dun was
opgesmeerd of dat er andere factoren in het
spel waren weten we niet, maar na enkele
fiksche regenbuien kwamen de oorspronke
lijke kleuren weer boven. Zonder overleg te
plegen werden toen de geelgroen-witte
kleuren weer opgehaald en verder hoorden
wij er niets van.
17 Mei 1941. Duitsch bezoek aan boord.
Groote schrik. Schip moest klaargemaakt
worden. Getracht werd aan te toonen, dat
dit met de aanwezige materialen en arbeids
krachten niet mogelijk was. Gelukkig werd
dit geslikt en den geheelen zomer en win
ter werd rustig doorgegaan met roesten,
meniën en oliën.
1 Juni 1942. Aan de scheepsbouwkade
gemeerd. Schip gevorderd door de Rüstungs
Inspektion.
Iedereen verwachtte een luchtaanval en
deze kwam dan ook prompt.
27 Augustus 1942. Luchtaanval. Schip ge
troffen.
's Avonds waren een achttal bommenwer
pers boven de werf verschenen en hadden
daar model hun vrachtje gelost. Een bom,
die in de nabijheid van den kademuur
terecht kwam, duwde een stukje beton van
8 meter lengte door den scheepswand heen.
Onder een helderen sterrenhemel en terwijl
hoog in de lucht meer dan 1000 bommen
werpers naar Duisburg gonsden, zakte de
„Westerdam" kalm naar den bodem van de
haven.
Van oplevering was nu geen sprake meer,
daar de geheele motorkamer vol water ge
staan had en alle lagere koelruimen door
en door nat waren. Het dagboek geeft nu
verder aan:
14 November 1942. Naar H.A.L.-kade ge
sleept.
Hier werden enthousiaste proeven ge
nomen met stoomspiralen om de koelruimen
droog te stoken, doch de resultaten waren
nihil. Het schip en de motoren werden
schoongemaakt en geconserveerd. De hoop
op behoud voor de Nederlandsche koop
vaardijvloot groeide weer. De oorlog kon
nu immers niet lang meer duren (zoo
dachten wij tenminste)
September 1943. Camouflage van het
schip door het aanbrengen van netten en
het beschilderen van de huid. Al heel spoe
dig bleek dat het materiaal van de camou-