VERSLAG van de lezing over
KONVOOTVAREN EN KONVOOIBESCHERMING
IN MEMORIAM.
Sinds de laatste opgave ontvingen
wij bericht van overlijden van onder
staande employé's, die velen van ons
zich nog wel zullen herinneren.
P. C. J. VAN BOVEN
in leven werkzaam bij de afd. Maga
zijndienst, op 25 October 1945 over
leden.
A. KLOOTWIJK
in leven werkzaam bij de afd. Bouw
bedrijf. Hij was in 1941 als „Geus"
gearresteerd en naar een concentra
tiekamp in Duitschland gevoerd. Over
leden in Juni 1945.
D. VAN DER ENDE
in leven Brander. Overleden in het
concentratiekamp Buchenwalde in
April 1945.
C. H. DE WIT
in leven werkzaam in de Machine
fabriek. Hij was op weg naar zijn
zieken zoon in Gelderland en werd
onderweg door de Duitschers dood
geschoten, op 18 Januari 1945.
Hun nagedachtenis zal door ons in
eere gehouden worden.
DANKBETUIGING.
Voor de vele blijken van sympathie, die
ik op 30 November mocht ontvangen, toen
ik den dienst van Wilton-Fijenoord met
pensioen verliet, betuig ik U mede namens
mijn vrouw hartelijk dank.
J. L. ALLEBÉ.
Hiermede betuig ik mijn hartelijken dank
voor de vele blijken van belangstelling en
het fraaie cadeau, die ik, ter gelegenheid
van mijn 25-jarig jubileum, heb mogen ont
vangen.
G. H. VOORDENBERG.
Voor de belangstelling van U allen,
Bij het jubileum mij betoond.
Ben ik dankbaar; ook voor de gaven,
Waarmee 'k zoo vriendlijk werd beloond.
De couverts en de rookstandaard,
Uw woorden en Uw bloemengroet,
Hebben mij zeer diep getroffen,
Mijn dank aan U. JAN VAN DER VOET.
Velen zullen met belangstelling hebben
kennis genomen van de artikelen in het
September-nummer van het „Wilton-Fije-
noord-Nieuws" inzake de steunacties, welke
in de jaren der bezetting zijn gevoerd, ten
behoeve van de gezinnen van gearresteerde
werknemers. Teneinde een volledig beeld
hieromtrent te krijgen, mag niet onvermeld
blijven de uitkeering, welke door de onder
neming aan de gezinnen van de gearresteerde
geuzen werd verstrekt. Het bedrag, dat
wekelijks aan die gezinnen werd betaald,
was ongeveer gelijk aan het netto weekin-
komen van betrokkenen en beloopt in totaal
over de oorlogsjaren bijna 300.000,
Met een lied en een lach,
En een vroolijk gezicht,
Is zoo menige strijd al gewonnen.
Het viel altijd nog mee,
Al was het soms zwaar,
Als 't karwei opgewekt werd begonnen.
G.
op 14 October 1945 in de koffiekamer door
Kapt, ter Zee W. van den Donker.
In den rang van Commodore 2nd class bij
de Britsche Marine was Kapitein ter Zee
Van den Donker een van de Nederlandsche
Zeeofficieren, die als convooicommandant
fungeerden tijdens de groote en beslissende
slagen om de transatlantische verbindings
wegen.
Het konvooivaren en de konvooibescher
ming is een van de belangrijkste factoren
in dezen oorlog geweest en beslissend voor
de geallieerde overwinning en voor onze
bevrijding.
Het was daarom irteressart iets te kurnen
vernemen over de wijze waarop en de om
standigheden waaronder dit konvooivaren
plaats vond. Na een inleidend woord van
den Heer J. Pulleman, alsmede van den
Voorzitter van het Hoofdbestuur van de
Vereeniging „Onze Vloot" den Heer N. van
Zalinge, was het woord aan Kapitein ter
Zee Van den Donker.
Voortbouwende op de ervaring van den
vorigen oorlog, aldus de heer Van den
Donker, was een van de eerste daden van
de Engelsche Admiraliteit in dezen oorlog
de wederinstelling van het konvooi-stelsel.
En dit stelsel heeft in den loop van dezen
oorlog bewezen op volkomen juiste gronden
te berusten. Het is gebleken het middel te
zijn om verliezen tengevolge van onderzee
boot- en vliegtuig-actie zooveel mogelijk te
beperken. Waar dit in den aanvang niet zoo
duidelijk naar voren kwam, was »het te
wijten aan het feit, dat de Britsche Marine
niet over voldoende vaartuigen beschikte
voor de bescherming. De onderzeebootbe-
strijding stond ongeveer op hetzelfde peil
als in 1918. Wel was de uitrusting van de
onderzeeboot enorm verbeterd en waren
daardoor de aanvalsmogelijkheden belang
rijk toegenomen, maar hetzelfde gold voor
de escortevaartuigen.
Bij een gering aantal escortevaartuigen is
de onderzeeboot echter zeer in het voordeel.
Zij heeft vrijwel de geheele wereld tot haar
beschikking voor het kiezen van haar aan-
valsterrein en zal dit dus bepalen waar
weinig of geen escortevaartuigen aanwezig
zijn. Zoodra meer escortevaartuigen ver
schijnen, verplaatst de onderzeeboot haar
terrein van actie. Het gevolg is, dat de
verdediger bij een te gering aantal escorte
vaartuigen steeds achter de feiten aan blijft
tippelen.
Hoe dringend noodig dan ook voor Enge
land de voorziening in de noodige vaar
tuigen was, getuigt wel de ruil met de
Vereenigde Staten van 50 oude torpedoboot-
jagers tegen de noodige steunpunten in
Amerika.
Ook het vliegtuig, als een van de meest
gevreesde vijanden van de onderzeeboot,
heeft een grooten invloed. De onderzeeboot
zal dus tevens zoeken naar een terrein, waar
de tegenstander zwak is in de lucht. De
onderzeeboot-activiteit in dezen oorlog heeft
een verloop getoond, dat volkomen met een
en ander in overeenstemming was.
Vervolgens gaf Kolonel Van den Donker
een uiteenzetting van het commando en de
gezagsverhoudingen in een groot konvooi.
Daarna werden behandeld de opstelling van
een konvooi, de bescherming tegen de
onderzeebootaanvallen door middel van
„radar", „asdic" en dieptebommen, alsook
de bescherming tegen luchtaanvallen. Ver
volgens werd behandeld de organisatie van
een konvooi en werd een beschrijving ge
geven van een konvooireis met al haar
moeilijkheden en gevaren. Kolonel Van den
Donker besloot zijn voordracht met de
woorden;
„Zelfs in de donkerste dagen van dezen
slag liet de Britsche Marine den moed niet
zakken, maar klemde de tanden op elkaar.
Ook wil ik hier niet vergeten de Ameri-
kaansche Marine, die in deze krachtig heeft
gesteund door een ongekend snellen aanvoer
van schepen, waarbij zij de moeilijkheden
van het in de vaart brengen van deze
schepen met een kleine kern van geoefend
personeel op merkwaardig vlotte wijze heeft
opgelost.
Als laatste nog de handelsmarine van de
geallieerde naties. Zij hebben een zware
taak volbracht. Alles was anders dan nor
maal. Geen lichten werden gevoerd. Routes,
die in den normalen tijd werden vermeden,
werden nu gevolgd. De Noordelijke Atlan
tische route, met zijn lange barkoude win
ternachten, met zijn sneeuw- en hagelstor
men, met zijn mist en ijsbergen. De kon
vooien naar Moermansk en Malta en hun
enorme verliezen en daarbij de koopvaardij-
man, die maar heeft af te wachten of hij
er veilig door zal komen of niet. Heele
nachten staan turen in het pikkedonker om
te trachten iets van je voorganger te blijven
zien. En dat alles zonder den troost van
pijp of sigaar. Naast al dit enerveerende nog
de intense spanning van steeds omringd te
zijn door het gevaar, met de wetenschap
dat het elk oogenbb'k kan komen.
Het vereischt stalen zenuwen en die hebben
zij getoond te bezitten. Vooral onze Hol-
landsche schepen hehben het goed gedaan
en hadden een uitstekenden naam. Ik wil
daarom eindigen met een woord van hulde
aan de Nederlandsche koopvaardij."
De voordracht werd besloten met een
film authentieke oorlogsopnamen van
een Malta-konvooi. De zaal was geheel
bezet.
Als gevolg van deze lezing is door de
daar Aanwezigen de wenschelijkheid be
sproken om te komen tot oprichting van
een afdeeling van „Onze Vloot" te Schiedam.
Inmiddels heeft zich reeds een voorloopig
oprichtingscomité gevormd De Heer J. W.
den Hoed afd. Bedrijfsboekhouding is gaarne
bereid nadere inlichtingen te verstrekken.
(Verslag overaenomen uit Onze Vloot)
ER ZIT SCHOT IN.
Bijna dagelijks hoort men over Herrijzend
Nederland deze woorden. Ook op ons be
drijf is deze slagzin van toepassing, wat
blijkt uit het volgende.
We hadden opdracht gekregen een achter
steven te maken voor het s s. „Noordwijk"
Op 17 October werd begonnen met de ruwe
smeedstukken. Op 20 October was het
smeedstuk klaar en na de machinale be
werkingen konden op 6 November de laatste
2 warme lasschen gelegd worden.
In zulk een vooroorlogschen tiid was de
steven gereed, dank zij de volledige mede
werking van allen, die hierbij betrokken
waren. Er zit dus inderdaad ook bij ons
schot in.
Met zulke mannen kan Wilton-Fijenoord
vol vertrouwen de toekomst tegemoet zien.
Gei.
De Eerste-Hulp Reddingsploeg van Wilton-
Fijenoord, welke gedurende den bezettings
tijd haar wekelijksche oefeningen heeft
moeten staken, zal binnenkort deze oefe
ningen wederom hervatten. Er zal echter
niet wekelijks, doch eenmaal per veertien
dagen worden geoefend en wel des Zater
dags van 15 tot 17 uur.
Zij. die in het bezit zijn van een Eenheids
diploma, alsmede degenen, die thans een
cursus volgen bij een I H B.O.-vereeniging
of bij een Roode-Kruis Transport-Colonne
en interesse hebben zich bij deze ploeg
aan te sluiten, kunnen zich opgeven in de
Verbandkamer.
I