12e Jaargang
25 November 1949
No 19
ORGAAN VAN EN VOOR HET PERSONEEL VAN WILTON-FIJENOORD, SCHIEDAM
Officiële mededelingen
Sociale rubriek
Redactie-commissiei L. Giphart, C. Keyzery J. Koppe, J. W. Weber. Redactie adresi Afd. Sociale Zaken
HET BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR
DE METAALNIJVERHEID.
In het Wilton-Fijenoord Nieuws van 15 April
1949 werd mededeling gedaan over het Stelsel
van de doorsnee premie.
Onderstaand volgen enige punten welke voor
betrokkenen van veel belang zijn.
1. Onder de verplichte-verzekering vallen
alle werknemers wier loon- en arbeidsvoor
waarden zijn geregeld in de C.A.O., als
mede werknemers die bij indiensttreding
in her- of omscholing zijn genomen en
leerlingen krachtens titel II der Nijver
heidsonderwijswet en met hen door het
bestuur gelijkgestelde leerlingen, een en
ander voor zover zij tussen de 18 en 65
jaar oud zijn.
2. De verplichte verzekering geeft recht op:
a. een rente bij het bereiken van de 65-
jarige leeftijd (ouderdomspensioen);
b. indien de verplicht verzekerde gehuwd
is, een rente in geval van overlijden
van verzekerde aan de weduwe van
verzekerde, gewezen verplicht verze
kerde of gepensionneerd verzekerde (we
duwepensioen);
c. indien de verplicht-verzekerde een of
meer wettige of wettig erkende of
daarmede gelijkgestelde kinderen heeft
beneden de leeftijd van 16 jaar, een
rente in geval van overlijden van
de verzekerde of gepensionneerd ver
zekerde aan zodanig kind of zodanige
kinderen (wezenpensioen).
3. Het bedrag van het Ouderdomspensioen
hangt af van het aantal weken waarover
de verschuldigde bijdrage aan het fonds
is voldaan of geacht wordt te zijn vol
daan. (De wekelijkse bijdrage bedraagt
2.te weten 1,door de werkne
mer en 1,door de werkgever te be
talen).
4. Het bedrag van het weduwepensioen hangt
af van het aantal weken waarover de
verschuldigde bijdrage aan het fonds is
voldaan of geacht wordt voldaan te zijn,
alsmede indien de in dienst zijnde ver
plicht-verzekerde overlijdt vóór het berei
ken van de 65-jarige leeftijd, van het aan
tal weken waarover van de datum van
overlijden af tot het bereiken van de
leeftijd van 65 jaar door de verplicht ver
zekerde bijgedragen had kunnen worden,
ware deze niet vóór het bereiken van ge
melde leeftijd overleden. Het laatst be
doelde aantal weken geldt voor de be
rekening van het bedrag van het weduwe
pensioen niet mede voor degene die, ge
durende 52 achtereenvolgende weken tot
werken ongeschikt zijnde (ziekte en/of
ongeval), na afloop van die tijd nog ar
beidsongeschikt was en zich niet vrijwillig
heeft verzekerd.
Een korte toelichting op het vorige arti
kel volgt hier ter verduidelijking:
Voorbeeld A.
Werknemer X, geboren 1-11-1912, gehuwd,
in dienst sedert Jan. 1947 wordt ziek op
4 Oct. 1948 en trekt 3 Oct. 1949 uit van
de Ziektewet, overlijdt 17 Oct. 1949.
Op de datum van uittrekking van de Ziek
tewet werd tevens de termijn van 52
achtereenvolgende weken van ziekte be
reikt, hetgeen hem via de afd. ziekenkas
werd medegedeeld. Tevens werd hem be
richt dat hij zijn verplichte-verzekering
vrijwillig voort kan zetten tegen betaling
van de volle bijdrage ad. 2.per week.
Betrokkene besluit zijn verzekering niet
vrijwillig voort te zetten en na diens over
lijden komen dus in aanmerking voor de
berekening van het weduwepensioen:
voor 1947 21 weken (Pens. fonds werd
ingesteld 4 Aug. 1947)
voor 1948 52 weken (incl. 12 weken
van ziekte)
voor 1949 40 weken (40 weken v. ziekte)
totaal 113 weken
Voorbeeld B.
Dezelfde werknemer enz., doch hier werd de
verzekering vrijwillig voortgezet.
In aanmerking voor de berekening van het
weduwepensioen komen nu:
voor 1947 21 weken (Pens.fonds werd
ingesteld 4 Aug. 1947.
voor 1948 52 weken (incl 12 weken
van ziekte)
en 2 weken vrijw. verz.)
voor 1949 42 weken (40 w. van ziekte
1458 weken, zijnde de weken
tot aan het tijdstip dat
verzekerde de 65-jari-
ge leeftijd zou hebben
bereikt.
totaal 1573 weken
Zoals U uit deze voorbeelden kunt zien
is het verschil zeer groot en wordt met
nadruk gewezen bij voorkomend geval (uit
getrokken zijn van ziekte- of ongevallen
wet) hier de nodige aandacht aan te
schenken.
TEN OPZICHTE VAN DE BEREKE
NING VAN HET WEZENPENSIOEN
GELDEN DEZELFDE NORMEN.
5. Aanvraag Ouderdomspensioen.
Bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd
wordt betrokkene binnen enkele weken
op Afd. Sociale Zaken verzocht en zijn
trouwboekje dient hij dan mede te bren
gen, indien gehuwd of gehuwd geweest.
In geval van ziekte, ongeval enz. wordt
hij thuis bezocht.
De vereiste formulieren worden ingevuld
en ondertekend door W.F., aan het Be
drijfspensioenfonds ingezonden en na ver
loop van enkele weken krijgt betrokkene
bericht, dat hem een pensioen is toege
kend. Hij wordt o.a. door het Pensioen
fonds in de gelegenheid gesteld het pen
sioen af te kopen (tot een totaal bedrag
van maximum 300.—). Wenst hij daar
toe over te gaan, dan kan hij dat bedrag
ineens uitbetaald krijgen in welk geval
15,4% in mindering wordt gebracht door
het pensioenfonds voor loonbelasting. Ook
kan hij deze afkoopsom in twee gelijke
termijnen ontvangen, n 1. de eerste termijn na
beantwoording van het schrijven van het
Pensioenfonds en 3 maanden na het betalen
van deze termijn het restant, in welk ge
val geen loonbelasting in mindering wordt
gebracht. In alle gevallen wordt door het
Pensioenfonds een opgave verstrekt aan de
Inspectie der Belastingen over de uitbetaal
de pensioenen. Wij menen te mogen ad
viseren: HET PENSIOEN NIET AF TE
KOPEN en wel om de navolgende re
denen:
1. niet bekend is hoe oud de gepension-
neerde wordt:
2. Niet bekend is hoe oud zijn echtgenote
wordt (na zijn overlijden heeft de we
duwe recht op de helft van het hem
toegekende pensioen);
3. niet bekend is of verbeteringen van de
pensioenvoorwaarden resp. uitkeringen
zullen worden aangebracht.
6. Aanvraag weduwe- en wezenpensioen.
Binnen enkele weken na het overlijden
van verzekerde wordt de weduwe bezocht
en de nodige formulieren ingevuld enz. De
ze worden door W.F. ingezonden aan het
Bedrijfspensioenfonds.
Hierbij wordt nog opgemerkt, dat, indien
verzekerde meer dan 10 jaar ouder was
dan zijn echtgenote, het bedrag van het
jaarlijkse weduwepensioen zoveel lager
wordt vastgesteld als het bestuur van het
Bedrijfspensioenfonds, gehoord het advies
van de wiskundig adviseur, bepaalt, tenzij
het fonds de voor de weduweverzekering
van zodanige verzekerde, naar het oordeel
van het bestuur, gehoord het advies van
de wiskundig adviseur, nodige hogere bij
dragen heeft ontvangen.
6. Terugbetaling gestorte bedragen bij ontslag.
Terugbetaling van gestorte bedragen vindt
niet plaats. Voor het aantal gestorte bij
dragen blijft U aanspraak houden op
pensioen op 65-jarige leeftijd.
Nov. 1949. Afd. Sociale Zaken.