Redt ze!
Vele handen maken
licht werk.
Redactie-commissies van personeelsbladen
doen natuurlijk weieens goed werkals
er werk is. En dit laatste hangt af van
factoren, waarop zij weinig of geen invloed
kunnen uitoefenen. De hoofdfactor is de be
reidheid van het personeel om met bijdragen
hunnerzijds de redactiecommissies werk te
bezorgen.
En, laten we het nu maar eerlijk bekennen:
de schrijfwoede van ons personeel is aan het
tanen. Zou er nu werkelijk niets meer ge
beuren in de werkplaatsen, dat de moeite
waard is om aan de vergetelheid te worden
ontrukt? Zouden daar werkelijk geen woor
den gesproken,daden gedaan worden, die naar
de pen doen grijpen?
Dit wil er bij de redactie-commissie niet in!
Of wil het personeel misschien beweren, dat
het de taak der commissie is om het blad te
vullen?
Dat is pertinent onwaar!
Zesduizend mensen weten, horen en kunnen
meer dan vier redactie-mannetjes. Dit is een
zo onweerlegbaar feit, dat het niet nader
behoeft aangetoond te worden: 12000 duimen
tegenover 8!
Veronderstel, dat 1/100 gedeelte van het per
soneel om de 14 dagen een bijdrage inzendt?
Er zou een krant van 20 pagina's moeten
verschijnen en het sloteen overwerkte
redactie-commissie!
Niet doen, heren! Vooral - niet - doen!
Er zijn er veel onder U allen, die nog nooit
een redactie-commissie-bijeenkomst hebben
meegemaakt. Reuze aardig! Interessant.
Vraag een snipperdag en kom het geval maar
eens bekijken (door de ruiten, want binnen
is te weinig ruimte!)
U moet dan komen als er heel weinig copie
is ingezonden, die de moeite loont van publi
catie en U zult ontroerd zijn en medelijdend
het hoofd schuddend weggaan en U heilig
voornemen Uw bijdrage alsnog in te leveren.
Zelfs de meest onaandoenlijke onder U zal
vermurwd worden door de droevige gezich
ten, die voorovergebogen alle vier staren naar
één stukje papier.... de copie voor het vol
gende nummer. Misschien zijn er onder U
de meest hardvochtigen die zich hierover
vrolijk zullen maken, maardie het laatst
lacht, lacht het best, want de redactie-com
missie gaat andere maatregelen nemen, zij
laat het er niet bij zitten en gaat over tot
het stellen van een ultimatum aan het niet-
schrijvende gedeelte van ons personeel.
Als de gevraagde bijdragen in de eerstvol
gende weken nog niet binnenkomen, dan zal
de Redactie uit weerwraakzelf gaan
schrijven in Uw personeelsblad.
Dan zullen er allerlei naargeestige opmer
kingen worden gelanceerd over hen, die niet
willen schrijven en U zult zich niet kunnen
verdedigen. U zult als met handen en voeten
gebonden aan de Redactie overgeleverd zijn.
Zij zullen de pennen slijpen om U met
woorden te verpletteren, met woorden, die
hun weerga niet vinden.
Aan U dus de keus!
Of U grijpt naar pen en papier en overstelpt
het Redactie-adres met Uw bijdragen of het
woord is aan ons. In het laatste geval zult
U door Uw vrouw (en grote kinderen) met
een scheel oog worden aangezien.
Zou Vader werkelijk niets kunnen schrijven,
en zou hij nu heus op de werf niets te zeg
gen hebben net als thzeggen de kin
deren (de grote). „En hier heeft hij altijd
zoveel praatjes!" denkt Moeke.
Aspirant-schrijvers. Wij zijn eerlijk geweest.
U kent onze plannen. Zijt gij onwillig, wel
nu, de Redactie kent haar plicht. Zijt gjj
bereid! Welnu, alles is vergeven en vergeten
en wij gaan op de gewone wijze voort!
Tussen 2 haakjes, W.F.-mensen, zoudt U ons
(de Redniet even uit de nood willen hel
pen? We komen n.l. copy te kort en het vol
gend nummer zal vermoedelijk alleen het
hoofd bevatten en (als bladvulling) de por
tretten van de Redactiecommissie (sommige
kiekjes zijn gemaakt omstreeks 1900).
De Directie echter vindt dit papierverspil
ling en wil ingrijpen.
Redt ons en voorkomt gezamenlijk, dat deze
foto's uit copygebrek geplaatst moeten wor
den. 't Zou voor ons een fiasco worden.
vanwege het uiterlijk der heren commissie
leden.
Stuurt U bijdragen, desnoodsin boter
letters of chocoladeletters.
G.
Wie Uwer zou dit spreekwoord niet kennen
en wie Uwer brengt het niet dagelijks in de
practijk van toepassing. Op een werf als de
onze, waar het gereedkomen van een schip
of machine geheel afhankelijk is van een
goede samenwerking, weten we maar al te
goed wat het betekent. Stel je voor, dat een
bikker in z"n eentje een schip zou moeten
bikken of verven, een ijzerwerker geheel op
zichzelf een plaat van enkele tonnen zou
moeten aanbrengen, een klinker moederziel
alleen zijn nagels zou moeten klinken, noemt
U maar op welke bezigheid ook, er zou niets
van terechtkomen. Zo is het overal, in de
fabriek, op kantoor, ja overal waar vele
mensen tezamen werken, doet het spreek
woord „vele handen maken licht werk" op
geld.
Ook onze redactie denkt er zo over. Met zijn
vieren kan je indien er maar tijd genoeg
is heel wat blaadjes papier vol schrijven
en die eventueel in ons Wilton-Fijenoord
Nieuws publiceren, maar dan geloof ik toch,
dat dit Nieuws zeer spoedig zijn waarde zou
verliezen en de oplaag teruggebracht zou
kunnen worden tot 4 exemplaren, voor
iedere redacteur één. Neen, waarde lezers,
dat mag niet de opzet zijn. Het is het Nieuws
van en voor het personeel en dat legt ook U
verplichtingen op. Mijn geachte collega heeft
het zo schalks geschreven in zijn stukje
„Redt ze". Hij was natuurlijk in een wel
zeer overmoedige bui. Of heeft hij in zijn
familie-album een zo geflatteerde foto ge
vonden, dat hij ook ons eens wil laten zien
hoe flink hij toen nog was.
Het is misschien niet erg vleiend voor hem,
maar dan lezen we toch nog maar liever de
pennevruchten, welke hij thans bij machte
is aan ons voor te zetten. Allicht worden
daardoor anderen geïnspireerd ook eens iets
te schrijven, dat de moeite waard is te lezen.
Dat die anderen er zijn, daarvan ben ik over
tuigd, maar het is zo jammer, dat zij zo be
scheiden zijn. Bescheidenheid siert de mens,
natuurlijk, maar dat betekent niet, dat je je
mond moet houden in dit geval je pen in
je zak moet houden wanneer je daarmede
anderen iets deelachtig kunt maken, dat ook
hen zal interesseren.
Dit nummer van het W.F. Nieuws mag er in
ieder geval wat de omvang aangaat wel
wezen. Vele handen hebben hier inderdaad
licht werk gemaakt en we begrijpen heel
goed, dat het niet nodig is elke twee weken
een dergelijk nummer uit te geven. Het be
wijs is echter geleverd, dat het kan en daar
om doe ik nogmaals een beroep op U allen,
geeft ons copie. Indien het om de een of
andere reden niet voor plaatsing in aanmer
king kan komen, zullen we het U wel
zeggen.
Maakt het ons gemakkelijk en moeilijk te
gelijk. Gemakkelijk door het grote aantal
inzendingen, moeilijk door de keuze, welke
we dan zullen moeten maken. Laat onze
courant leven voor ieder op de werf, maar
ook voor de huisgenoten. Ook zij behoren
bij ons.
C. K.
VEILIGHEID IN VERLEDEN, HEDEN
EN TOEKOMST.
Wij zijn nu genaderd tot aan Kerstmis en
nog enkele dagen dan legt het jaar 1949
zijn moede hoofd ter ruste.
Kerstmis! De kerngedachte van deze dag is
de overwinning van het Licht op de duister
nis. Het volk, dat in duisternis wandelt,
heeft een groot Licht gezien en degenen, die
zaten in het land van de schaduw des doods,
voor die is een Licht opgegaan.
Wat is die duisternis, wat zijn de schadu
wen, waaronder de mensheid nog heden
wandelt, evenals ten tijde van Christus' ver
schijning op aarde?
Die schaduw is bij haast alle mensen de
angst voor de dood in zijn velerlei vormen,
door geweldadigheid, ziekte, ellende, onge
vallen, verstikking en psychische (zielkun
dige) oorzaken, zoals verdriet, eenzaamheid
en wanhoop.
Nooit kunnen wij, mensen, van dit aardse
leven een soort paradijs maken, maar we
kunnen wel deze geschonden wereld verbe
teren, door de normen van trouw, barmhar
tigheid en naastenliefde weer te laten gel
den.
Ook bij veilig werken moeten wij gedreven
worden door naastenliefde. Als wij dit be
denken zullen in de toekomst sommige men
sen misschien met wat minder angst 's mor
gens hun dagtaak beginnen.
Als wij de ongevallencijfers bekijken, dan
kunnen wij bij langena nog niet tevreden
zijn over ons werk. Per jaar hebben we nog
900 ongevallen met arbeidsonderbreking
(ongeveer 14500 stakingsdagen). Wat een ver
spilling en wat een schade voor betrokkenen
en voor de gemeenschap.
Tot nog toe hadden we dit jaar 1 dode te
betreuren door een verkeersongeval buiten
het bedrijf. Verleden jaar hadden wij 4 on
gevallen met dodelijke afloop. Wat een leed
is hier voorkomen, niet direct omdat we zo
veilig hebben gewerkt, maar omdat we geluk
hebben gehad, want zolang er gewerkt wordt
zullen er ongelukken gebeuren, doch we
kunnen het cijfer nog ver omlaagdrukken.
Een bekend Nederlands scheepsbouwer heeft
een dezer dagen gezegd, dat vroeger elk
nieuw te bouwen schip minstens 2 a 3 ar
beiders het leven kostte. Wij zijn dus toch
al iets vooruitgegaan.
8000 Mensen bezochten de verbandkamer
voor een herhaalde behandeling, maar in
totaal werd deze heilzame inrichting bezocht
door 23000 mensen om wonden of letsels
te laten verzorgen.
We gaan dus nu rustig door met het be
strijden van ongevallen. En we moeten deze
strijd winnen!
Zoals we die strijd in ons bedrijf nu voeren
gaat het voor de toekomst in de goede rich
ting. Wij hebben grote waardering voor onze
directie, die dit jaar een haast ideale vei
ligheidsorganisatie stichtte. Ook kunnen we
alle medewerkers erkentelijk zijn en wij
spreken onze waardering uit voor de wijze,
waarop zij de veiligheid hebben betracht.
In de pas gestichte Werkveiligheidscommis-
sies werd misschien weieens te veel gepraat.
Laten zij, die zoveel praten, bedenken, dat
luisteren toch nog beter is.
In het verleden deden we het goed mogen
we aannemen. Met struikelen en vallen gaan
we verder op de weg naar veilig werken.
In het nu doen we het beter, omdat we ge
leerd hebben uit dat verleden.
In de toekomst hopen we het best te doen,
omdat we elkaar willen opvoeden tot hogere
verantwoordelijkheid. Opvoeden is moeilijk,
dresseren is gemakkelijker, maar brengt geen