WEEST PARAAT
DANKBETÜIGMSGEN
NIEUWS
14
L. A
Hiermede zeg ik U dank voor de betoonde eer en belang
stelling bij de begrafenis van mijn man, Simon Spoormaker.
Tn het bijzonder dank aan de heren B. Wilton, A. R. Polet,
W. Lammers, oud-collega's en afdeling B. Bw. 27.
E. SPOORMAKER - KEAASSE.
Hiermede betuig ik myn dank aan dirertie, bazen, vrien
den, kennissen en collega's voor het medeleveu met het ver
lies van myn geliefde man.
WED. DE PAAUW - VAN GENT.
Ondergetekende zegt, mede namens de kinderen, dank voor
de betoonde belangstelling, bet medeleven en de daadwer
kelijke steun, bij het zo plotseling overlijden van baar man
en der kinderen zorgzame vader, B. Molendjjk, in leven
baas in de afdeling Scheepsbouw-Nieuwbouw. In bet bij
zonder dank aan directie, chefs, bazen, personeel Scheeps
bouw-Nieuwbouw, afdeling Sociale Zaken en bestuur en
leden van liet Mannenkoor. G. MOLENDIJK-VERVOORT.
Mede namens haar kinderen, betuigt ondergetekende liaar
dank aan directie, bazen en collega's voor de bewijzen van
belangstelling en deelneming betoond tijdens de ziekte en
na het overlijden van baar man. Een en ander is ons zeer
tot troost geweest. H. SCHOUTEN - TEEUWE.
Ondergetekende betuigt hiermede, ook namens zijn vrouw,
zyn hartelijke dank aan directie, bazen en collega's afde
ling Branders, voor de mooie cadeaux hem geschonken bij
zijn 25-jarig jubileum. J. M. DROOG.
Mede namens zijn vrouw en kinderen dankt ondergetekende
directie, chefs, bazen en collega's voor de vele blijken van
belangstelling en de prachtige cadeaux, welke hij ter gele
genheid van zijn 25-jarig jubileum mocht ontvangen.
C. G. SPIERING.
Ondergetekende betuigt, mede namens vrouw en kinderen,
zijn hartelijke dank aan directie, chefs, collega's en perso
neel voor de prachtige cadeaux en de belangstelling bij zjju
25-jarig jubileum. F. HARING.
Ondergetekende betuigt hiermede zijn hartelijke dank voor
de mooie cadeaux en de belangstelling bij zijn 25-jarig
jubileum ondervonden. L. NOOTENBOOM.
Hiermede betuig ik mijn hartelijke dank voor de belang
stelling ter gelegenheid van mijn jubileum.
C. WITKAMP.
In verband met het bereiken van de pensioengerechtigde
leeftijd dank ik allen met wie ik jarenlang heb mogen
werken in de afdeling Kokers en afdeling IJzerwerkers Re
paratie voor de ondervonden vriendschap, en ik zend hun
bij deze een afscheidsgroet. G. VISSER.
Mede namens mijn echtgenote hartelijk dank voor de be
langstelling, bloemen en cadeaux van het Jubileumfonds,
ter gelegenheid van mijn 25-jarig jubileum. H. DEKKER.
oor de vele blijken van waardering en belangstelling en
de waardevolle cadeaux, welke ik bij myn 50-jarig dienst-
jubileum mocln ontvangen, betuig ik, mede namens vrouw
en kinderen, aan allen myn oprechte dank.
C. VAN SCHAIK.
De ontzettende ramp, die ons Vaderland in
de maand Februari heeft getroffen heeft ons
wel op zeer wrede wijze eraan herinnerd
welke verschrikkelijke gevolgen een onver
hoedse aanval van een niets ontziende vijand
voor land en volk heeft, speciaal indien men
hierop tevoren niet is geprepareerd.
De in overvloedige mate spontaan geboden
hulp van het Nederlandse volk in al zijn ge
ledingen heeft tot aller verheugenis aange
toond, dat in tijden van grote nood de goede
geest nog over ons vaardig is, en wij, Neder
landers, niet schromen om, óók met inzet
van eigen leven het leven van anderen te
redden.
Helaas bleek ook deze „medaille van spon
taneïteit" een keerzijde te hebben: Doordat
in het begin ieder op eigen gelegenheid te
hulp snelde en, wegens gebrek aan coördina
tie en aan een algemeen overzicht van de si
tuatie, ook vaak sommigen onverrichterzake
weer moesten terugkeren zonder zich ten
nutte te hebben kunnen maken, alsmede door
het feit, dat de samenbundeling en de op een
doeltreffend gebruik der aangeboden hulp
krachten gerichte organisatie pas na enige
dagen haar beslag kreeg, heeft deze ramp
wellicht meer mensenlevens gekost dan liad
behoeven te geschieden.
Er is een bekend gezegde, dat luidt: „Rege
ren is vooruitzien", wij zouden ook kunnen
zeggen: „Voorkomen is beter dan genezen".
InderdaadLaten wij dus temidden van alle
rampspoed en rouw waarin ons Volk ver
keert, dan niet vergeten, dat er, behalve onze
erfvijand: het water, óók nog een andere
eventuele vijand het op ons grondgebied
en op ons voortbestaan gemunt kan hebben.
Het is, zo kort nog na de verschrikkingen
van de tweede wereldoorlog, misschien naar
Uw mening wat voorbarig nu reeds aan de
mogelijkheid van een derde wereldbrand te
denken. Wij moeten echter reëel zijn, en onze
ogen niet sluiten voor het feit, dat uit de
huidige „koude oorlog" wel degelijk op een
kwade dag een werkelijke oorlog kan voort
vloeien. Onze regering heeft op dit punt
zeer zeker géén struisvogelpolitiek gevoerd.
Reeds enige jaren geleden heeft zij dan ook,
gedachtig aan deze potentiële gevaren en aan
de noodzaak om in het geval van oorlog te
beschikken over een goed georganiseerd lan
delijk apparaat voor bescherming van bevol
king en bedrijven tegen bombardementen
etc. het onderwerp „Burgerlijke Verdedi
ging" in studie genomen en uitgewerkt.
Zoals U de laatste tijd in de dagbladen heeft
kunnen lezen, heeft - voorlopig nog op pa
pier - de organisatie der Burgerlijke Verde
diging haar beslag gekregen, en worden thans