T
MODERNE ARBEIDSMETHODEN OP DE
SPANTENVLOER
NIEUWS
2
Het zijn niet alleen de gemechaniseerde af
delingen, waar moderne arbeidsmethoden
worden ingevoerd, maar ook op zo'n schijn
baar conservatieve afdeling als de spanten-
vloer wordt steeds gestreefd naar verbetering
van de werkwijze.
Een opvallende verbetering is wel het toe
passen van mathematische (d.w.z. berekende)
scheepslijnen, waarmede Wilton-Fijenoord
wel een bijzondere plaats inneemt, daar dit
voor zover ons bekend is nog op geen enkele
andere werf wordt toegepast. Alvorens deze
metbode te verklaren, memoreren we eerst
even de gebruikelijke manier van uitzetten
van de spantmaten.
De eerste zorg na het verlenen van een op
dracht is het maken van het lijnenplan door
de ontwerpafdeling. Dit plan wordt dan ge
tekend op schaal 1 100, hetgeen voldoende
is, daar dit plan alleen dient om te beoor
delen of de waterverplaatsing van het te bou
wen schip voldoende zal zijn voor het ge
garandeerde laadvermogen bij een vrachtschip
of bij een passagiersschip voor het dragen van
romp- en machinegewicht, brandstof en drink
water, passagiers etc. En dit dan voor een
bepaalde diepgang, die in verband met de
wettelijke voorschriften van vrijboord, water
dichte schottenindeling en stabiliteit in geval
van lek worden van het schip niet overschre
den mag worden. Bovendien wordt de water
verplaatsing nog beperkt door de contract-
proeftochtsnelheid en doordat de scheeps-
vorm aan zekere eisen van minimum-stabili-
teit moet voldoen. Al deze eisen zijn te
beoordelen naar het plan 1 100, waarin wel
fouten van zeg 1 mm op de tekening kunnen
voorkomen of 100 mm op ware grootte. Het
is zonder meer duidelijk, dat indien men de
scheepsvorm met zijn meestal 100 a 200
bouwspanten in tekening wil brengen, deze
nauwkeurigheid van het plan 1 100 ten
enenmale ontoereikend is voor de maatvoe
ring van het schip. Ca. 40 a 50 jaar geleden
waren er vele werven, die dit onnauwkeurige
plan op de uitslagzolder 100 maal gingen ver
groten en met zeer veel moeilijkheden alle
bulten en deuken uit de spanten en water
lijnen trachtten te halen. De gevolgde pro
cedure was dan, dat men het gehele lijnen
plan, dus zowel de spanten op ware grootte
als ook de waterlijnen op verkorte lengte-
schaal, maar juiste breedte ging uitzetten.
Dat men op deze wijze nog tot een bruikbaar
resultaat kwam, is slechts aan de bijzondere
handigheid der arbeiders op de spantenvloer
te danken, zij het dan ook, dat de daarvoor
benodigde tijd te lang was. Een verbete
ring was het de lijnentekening op de teken
kamer eerst van 1 100 tot 1 25 te vergroten.
Dit moest dan met de grootste zorg geschie
den op papier, dat niet trok of op een mar
meren tafel. Hiervan werden dan de maten
gehaald en aan de vloer verstrekt. Deze maten
waren dan nog slechts behept met fouten van
10 - 40 mm breedte (het laatste getal geldt
dan in het bijzonder voor de onderste water
lijnen). Het was nu mogelijk een groot deel