ll
V
Wij wensen alle lezers van het Wilton-
Fijenoord Nieuws prettige feestdagen
en een in alle opzichten voorspoedig
1954.
De Directie.
3
NIEUWS
Ook op 19 September vond een feestelijke
gebeurtenis plaats. Toen werd de eerste der
door ons te bouwen onderzeeboot jagers te-
water gelaten. De doop werd verricbt door
Mevrouw H. A. Heringa-Pleyte. Onmiddellijk
daarna werd de kiel gelegd voor de tweede
mijnenveger. Hartelijke toespraken werden
gewisseld.
De werf heeft reeds meer dan honderd jaar
de Marine tot tevreden klant.
Zaterdag 17 October werd van de helling de
18.000 ton enkelschroef turbo-electrische tan
ker „Koratia" tewatergelaten, nadat door
Mevrouw C. de Vries-Otterspoor de doop-
ceremonie was verricht. Dit is het eerste schip
van een serie van vijf tankers, die Wilton-
Fijenoord voor de Koninklijke Shell-groep in
aanbouw heeft. Dit machtige concern beschikt
over een zeer grote vloot en heeft ons ook in
het verleden menige bouwopdracht verleend.
Wij prijzen ons gelukkig het Shell-concern,
waarmede zeer aangename relaties worden
onderhouden, tot onze vaste klanten te mo
gen rekenen.
En dan nog een hoogtepunt. Het bezoek van
H.M. de Koningin voor de indienststelling
van de kruiser „De Ruyter" op 18 November.
De indienststelling van dit kloeke oorlogs
schip, waarvan velen getuige mochten zijn,
ligt nog te vers in aller geheugen om hierover
uit te weiden. Het was een dag om niet spoe
dig te vergeten.
Dit was in grote lijnen de gang van zaken wat
betreft de nieuwbouw.
De afdeling Werktuigbouw leverde in 1953 af
de hoofdmotoren voor de „Camargue", „Pen-
drecht" en „Hilversum", alsmede voor de in
Frankrijk in aanbouw zijnde „Languedoc".
Verder een motor aan „De Noord" en een die
voor Noorse rekening werd gebouwd.
Tezamen dus zes grote machines en wel W.F
Doxf ordmotoren.
Uit het staatje aan het slot van dit artikel
blijkt dat een groot aantal grote motoren en
turbines nog onderhanden is. Voor de klei
nere motoren voor onderzeeboten en mijnen
vegers werd een nieuwe machinefabriek in
gebruik genomen.
Ook onze afdeling Reparatie heeft een druk
jaar achter de rug, zoals blijkt uit het vol
gende staatje.
Gerepareerd:
327 Nederlandse schepen
166 Noorse
152 Engelse
56 Deense
45 Duitse
44 Italiaanse
40 Zweedse
40 Panamese
32 Hondurese
21 Griekse
20 Franse
14 Liberiaanse
13 Amerikaanse
4 Finse
3 Indiase
2 Portugese
2 Argentijnse
2 Marokkaanse
2 Russische
1 Braziliaans
1 Iers
1 Israëlisch
1 Pools
1 Egyptisch
1 Joegoslavisch
1 Belgisch
1 Zwitsers
1 Japans
994 schepen
45 sleepboten, baggermolens,
motorboten, bokken etc.
Totaal 1039
Veel werk, dat door de Reparatie verricht
wordt is vooral van belang voor de direct
daarbij betrokkenen, in de eerste plaats de
reder, die niets liever ziet dan zijn schip
zo spoedig mogelijk degelijk gerepareerd
weer in de vaart te brengen. Toch zijn er
diverse karweien geweest, die van dien aard
waren, dat zij in ruimere kring belangstelling
trokken. Wij willen er slechts enkele noemen,
al was het maar om te laten zien, dat er nog
altijd mooi werk aan de Reparatie-winkel is.
In het begin van het jaar werd de „Willem
Ruys" van de Koninklijke Rotterdamsche
Lloyd gedokt om een flinke schade, opge
lopen bij aanvaring met de „Oranje", te her
stellen. Het bleef slechts enkele weken in het
dok, gevolgd door korte tijd voor de wal,
die voldoende waren om de zeer omvangrijke
werkzaamheden uit te voeren.
Ook de „Erria" werd na de metamorphose