&eorgantsatte en
nieutoe tmnötmosclijfefjeben
NIEUWS
24
Het machtige gevaarte werd in 1920 in tri
stellig de vroeger verworven ervaring van
Fijenoord de doorslag gegeven. Indien men
dan nog bedenkt, dat Wilton ook in de crisis
jaren een aantal winstgevende reparaties kon
voltooien, mag een en ander, in onderling
verband gezien, stellig worden beschouwd als
een resultaat van het beginsel „eendracht
maakt macht". Waarschijnlijk zouden de
beide bedrijven, indien zij zelfstandig waren
gebleven, zwakker hebben gestaan in de be
narde situatie van die jaren.
In een tijd van vele zorgen overleed, de 29ste
Juni 1934, ir John Henry Wilton, de grote
voortzetter van het werk van Bartel en van
Bart Wilton. Het volgende jaar trok de heer
J. D. Wilton zich uit de zaken terug. De
veranderingen in de directie vielen samen
met de voltooiing van het reorganisatieplan.
In 1935 werden drie drijvende dokken van
de Westkousdijk naar hot Sterrebos gesleept.
Het was het jaar waarin de reparatie-omzet
een dieptepunt bereikte (301 schepen in de
droogdokken van Wilton-Fijenoord, totaal
1.622.960 R.T.B.).
De kaspositie van de maatschappij was in
1935 zó zwak, dat de directie aan de obliga
tiehouders een voorstel moest doen uitloting
en aflossing van obligatiën een jaar uit te
stellen. Gelukkig bleek het Departement van
omf de Rotterdamse haven binnengesleept
Defensie bereid voorschotten te verlenen op
de betalingstermijn van in opdracht gegeven
onderzeeboot-mijnenleggers. Voorts zou met
regeringsgarantie bij een particuliere instel
ling een lening van 1.500.000.worden op
genomen.
Men mag wel zeggen dat de onderneming
door het oog van een naald was gekropen
en aan het lot ontsnapte dat in binnen- en
buitenland het bestaan van duizenden maat
schappijen afsneed. Wij zien trouwens in de
20ste eeuw duidelijk dat grote ondernemin
gen zozeer het algemeen 'belang dienen, dat
in geen geval in hun ondergang mag worden
berust. De waardering voor Wilton-Fijenoord
kon ook nog eens blijken uit het bezoek van
H.M. de Koningin, die de 3de October 1936
de werven bezocht om de nieuwe kruiser
„De Ruyter" in dienst te stellen.
Terwijl in 1936 de conjunctuur merkbaar
verbeterde, baarde de financiële positie van
Wilton-Fijenoord nog steeds ernstige zorgen.
Het stond vast, dat de maatschappij een fi
nanciële reorganisatie zou moeten ondergaan
om de grootte van het aandelenkapitaal in