17
NIEUWS
De Staatssecretaris van Sociale
Zaken, Mr. Dr. A. A. van Rhijn,
spreekt vervolgens:
De feestelijkheid, die wij hier
vandaag met elkander vieren,
is niet een gebeurtenis van
plaatselijke aard, maar moet
met recht genoemd worden een
nationale gebeurtenis. Wij zijn
hier met elkander om een 100-
jarige te eren en wanneer ik
aan een 100-jarige denk, dan
komt onwillekeurig de gedach
te bij mij op van iemand leu
nend op een stokje, die gebo
gen zit in een armstoel en die
eigenlijk in de neergang van
het leven is. Maar dat kan van
deze 100-jarige gelukkig in geen
enkel opzicht worden gezegd,
want deze 100-jarige is nog
stoer in eigen kracht, is vol be
weging en is nog in een stijgen
de lijn, in een opgang. Daarom
is er alle reden om hier na
mens de regering een woord
van hartelijke gelukwens te
spreken tot allen, die bij het jubileum van
Wilton-Fijenoord zijn betrokken. Het ver
heugt mij, dat ik dit hier mag doen in deze
kring omdat hierbij ook betrokken is de
kern van Wilton-Fijenoord en wij in de kern
moeten zien het symbool van het overleg
tussen werkgevers aan de ene kant en de
arbeiders aan de andere kant.
Verder verheugt het mij ook, dat niet alleen
in deze kring voor mij de gelegenheid wordt
gegeven om deze gelukwens uit te spreken,
maar dat daar velen zijn, allen Verbonden
aan deze onderneming, die in de gelegenheid
zijn om datgene wat ik graag tot U zou willen
zeggen te beluisteren.
Wanneer wij een 100-jarig jubileum vieren,
dan is er zeker aanleiding om met een enkel
woord terug te gaan in de geschiedenis van
deze 100-jarige en enkele grepen te doen uit
de belangrijkste gebeurtenissen van deze 100
jaren. Dat wil ik doen door een paar jaar
tallen te noemen en aan deze jaartallen een
enkele opmerking te verbinden. Ik noem dan
in de eerste plaats het jaartal 1878 toen het
honderdste schip van de helling van Fijenoord
liep. Toen bleek, dat niet minder dan 38 van
deze schepen door de regering waren besteld,
omdat de meeste particuliere opdrachtgevers
in deze tijd hun bestellingen in Engeland
plachten te plaatsen.
Ik noem een ander jaartal 1890, en wil in
herinnering brengen het schone gedenkboek,
dat door Prof. Bouman is geschreven en door
Even 'n praatje
deze onderneming is uitgegeven. Het jaar
1890 toonde een voorbeeld van voortreffelijke
service, want in het gedenkboek wordt mede
gedeeld, dat een van de bekende Rotterdam
se schepen uit die tijd, de „Batavier III"
zware averij had en dat de heer Wilton toen
doordrong, wat in die tijd nog wat zeggen
wilde, tot de heer Kröller, de bekende direc
teur van het Müller concern, en dat deze toen
mededeelde dat 2 andere fabrieken aangebo
den hadden deze averij te herstellen in resp.
6 weken en 3 maanden. Maar de heer Wilton
bood aan om het te doen in 4 X 24 uur en
wat het belangrijkste was, het lukte. Ziedaar
het bewijs van de voortreffelijke service die
deze onderneming altijd heeft nagestreefd.
Ik kom tot een ander jaartal, 1932, het don
kerste jaar van de crisis. In 1929 waren er
bij de onderneming nog ruim 4000 man werk
zaam. In 1932, 3 jaar later, was het aantal
door de crisis teruggelopen tot nog geen 1500
man en wanneer wij de orders stellen op een
cijfer van 100 in 1929, dan zien wij dat deze
orders in 1932 tot een vierde waren terugge
lopen. Wat een economische schade, maar
wat nog belangrijker is, wat een menselijk
leed spreekt uit deze cijfers. Welnu, vandaag
kunnen wij daar weder de heuglijke opmer
king aan toevoegen dat al deze moeilijkheden
overwonnen werden en dat het de grote ener
gie is geweest van deze onderneming, dat men
er in geslaagd is om deze moeilijkheden in
korte tijd te boven te komen.