tfJjM NIEUWS 8 afmetingen. Of wij ook wat klein geld bij ons hadden. Misschien wat dubbeltjes en kwartjes. Men moet in een journalist vooral geen kapitalist zien. Maar wat hij er mee wilde, was onze vraag. Wel, zei bij, als het tenminste zilver is, over boord zetten en er bij zeggen: „Clear up, clear up" (klaar op). Dan verdwijnt de mist, maar beneden nemen ze alleen zilvergeld aan. Schijnbaar is er aan boord geen zilver geld geweest, of die stuurman heeft er niet genoeg bekendheid aan gegeven, in ieder geval lieten de weergoden op de bodem van het Kanaal, waar wij lagen, zich niet vermur wen en zaten zij ons min of meer hartelijk uit te lachen. Zelfs met de Willem Barendsz! Wij lieten ons echter niet lompen en Don derdagochtend gingen wij weer ankerop. Dat was omstreeks acht uur. Die lui daar beneden lieten ons tobben, maar om tien uur gooiden zij de tent volkomen dicht, zodat wij weer ten anker moesten gaan. Dat was voor ons een lelijke streep door de rekening, want van Vrijdagmiddag bij „Moeders" was natuurlijk geen sprake meer. Zware mistbanken kwamen opzetten met nu en dan regen. Hoewel wij Donderdag 23 Juni schreven, was het geraden, met een behoor lijk dikke jas aan dek te komen. De civiele dienst, die eenvoudig heeft te zorgen voor het wel en wee van de beman ning, was wat in verlegenheid geraakt van wege de vele flesjes limonade, die waren uit gedronken. Dies was er tijdig een telegram naar de wal gezonden voor aanvulling. Des avonds kwam er een lichter langszij, die voor de nodige aanvulling zorgde. Boze tongen die beweerden, dat wij, wanneer er nog meer tegenslag wegens mist zou komen, onze broek riem maar zouden moeten aanhalen, omdat er dan geen eten meer aan boord zou zijn, hebben wij niet kunnen geloven. Wat heel juist is gebleken! Vrijdag was het weer een plagen van de weergoden. Afwisselend was het anker op en de spijker in de grond wegens slecht zicht. Wij wilden met alle geweld enkele keren langs de gemeten mijl varen en die lui be neden op de1 zeebodem wilden het ons op alle manieren beletten. Maar het is ons tocli gelukt, om Vrijdag alle gewenste metingen te verrichten. Een schip op een technische proeftocht is nu eenmaal geen philantropi- sclie instelling! Dus wordt er gevaren, wan neer het maar even kan. Vrijdagmiddag was er een hoogst belangrijk moment. Omstreeks vier uur zou er een mo torsloep te water worden gelaten. Bij prach tig mooi weer en een kalme zee zagen wij een aantal mensen met ware doodsverach ting in de sloep plaats nemen. Heel voor zichtig werd zij gestreken en nauwelijks had zij het wateroppervlak bereikt, of de motor sloeg prompt aan, en de heren gingen een pleziertochtje om ons schip maken. Het heette, dat het was om de juiste diepgang voor en achter op te meten en om de radio in de sloep te proberen. Klachten hebben wij niet vernomen, zodat wij aannemen, dat dit alles naar wens is verlopen. Een pijnlijk mo ment voor verschillende deelnemers, die zich als vacantiegangers in de sloep naar beneden hadden laten zakken, was het moment van debarkeren, want de sloepenlieren zijn niet berekend op het ophalen van een dergelijke belaste boot. Zij moesten dus langs de storm ladder omhoog. Wat zij precies hebben ge dacht, toen zij de wiebelige treden onder hun voeten hadden, is ons ontgaan, maar dat zij een ietwat vreemd gevoel hebben ge had, staat voor ons vast. Dit zouden wij an ders niet durven poneren, maar wij hebben destijds met het weerschip Cirrus een z.g. verlaatoefening vrijwillig meegemaakt, waar bij wij ook zo'n wiebelige trap voor ons kre gen om aan boord terug te keren. Een zee- loods draait er zijn hand natuurlijk niet voor om. Hij is het gewend, maar niet iedereen is zeeloods. Na enkele snelheidsproeven passeerden wij om acht uur des avonds de beroemde vuur toren Eddystone, die aanleiding gaf tot di verse bespiegelingen. Die merkwaardige, zeer hoge vuurtoren ligt op een rots, midden in zee. De wachters hebben soms de grootste moeite om te worden afgelost bij slecht weer en naar de geschiedenis wil, zijn er vroeger al twee van die vuurtorens bij stormweer door de golven onderste boven geslagen. Men moet van een bepaald kaliber zijn, om daar de wacht te kunnen houden. Zaterdag kwam er ten slotte wat lucht in onze proeftocht. Ondanks het feit, dat de eerste stuurman geen zilvergeld voor bene den had weten op te halen, werd het weer beter. Des middags passeerden wij opnieuw de Eddystone, waarbij wij aan de wachters een eerbiedig saluut hebben gebracht. Ver schillende proeven waren er benedendeks genomen, waarmede wij onze lezers niet wil len vermoeien. Het weer was prachtig en om 3 uur passeerden wij, - op weg naar „Moe ders" - het beroemde St. Catherines Point, de bekende hoek op het eiland Wight. Als belangstellend journalist waren wij op de brug. Tussen haakjes zij vermeld, dat wij volledige vrijheid van beweging hadden, het geen wij hooglijk hebben gewaardeerd. Nadat wij het vuurschip Owens en Bea- chyhead waren gepasseerd, liepen wij langs

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1955 | | pagina 10