NIEUWS Uit de afbeelding van de jachtboot Setter IX blijkt duidelijk de merkwaardige vorm van dit soort schepen. Het schip heeft een zeer sterke zeeg om een grotere zeewaardigheid te verkrijgen. Twee motoren van elk 1600 PK zijn samengekoppeld door middel van een electrische slipkoppeling en drijven dus één schroef (hier bovendien nog een verstelbare) aan. Het voordeel van een dergelijke schroef is, dat de Dieselmotoren niet langzamer of sneller behoeven te lopen wanneer dat van wege de vaart gevraagd wordt, doch dat het beoogde doel wordt bereikt door het ver stellen van de stand van de schroefbladen. Vóór op het schip is het harpoenkanon opge steld, dat door een loopbrug vanaf de navi- gatiebrug bereikbaar is. Tijdens de jacht staat de harpoenier, de man die met grote vaardig heid en kennis zijn prooi moet zien te schie ten, op het vóórplatvorm. Geen wonder, dat deze harpoenier een belangrijke positie be kleedt bij de walvisvangst. De catchers van de Nederlandse Maatschappij voor Walvisvaart zijn echter niet allen als jachtboot gebouwd. Verschillende ervan zijn n.l. omgebouwde Britse of Canadese korvet ten. De verbouwing van deze schepen is ge schied bij de Werf de Hoog in Rotterdam, terwijl twee stuks in Montevideo werden ver anderd. De snelheid van deze schepen be draagt 12 tot 16 mijl. Naast de jachtboten hebben enkele maat schappijen nog speciale, z.g. „boeiboten" laten bouwen, die tot doel hebben de geschoten walvissen op te halen en naar het fabrieks- schip te slepen. Hoewel het laten bouwen van dergelijke schepen enerzijds een grote extra-uitgave betekent, zullen ze anderzijds economisch verantwoord kunnen zijn, door dat de catchers zich alleen op de jacht be hoeven te concentreren en niet geregeld als sleepboot dienst behoeven te doen. Bij de Nederlandse onderneming doen vier kleinere catchers als boeiboten dienst. Vermeld dient te worden, dat ook reeds ge dachten zijn uitgegaan naar het gebruik van helicopters bij de walvisvangst. Niet alleen voor liet „spotten" van walvissen, doch ook om door middel van een sterke electrische stroom de prooi te electrocuteren. Voorlopig schijnen dit toekomstdromen te zijn. Voor het opsporen van de vissen kunnen helicop ters wèl hun diensten bewijzen, hoewel de twee „Walrus" amphibievliegtuigen, waar mede de „Willem Barendsz I" op haar eerste reis was uitgerust, niet aan de gestelde ver wachtingen hebben beantwoord. (In navol ging van de „Balaena" van de United Whalers Ltd. London 1946). Verschillende maatschap pijen hebben dan ook al helicopters aange schaft. Dit zijn (Westland) Sikorsky S 55 of Hiller-hefschroefvliegtuigen, die met drijvers zijn uitgerust en dus op zee kunnen landen. Helicopters hebben hier inderdaad grote voordelen boven de amphibievliegtuigen, die aanvankelijk werden toegepast. Ze kunnen 13

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1955 | | pagina 15