17
NIEUWS
M«|K
Terugkomst van technische proeftocht
mechanisme (Fleming-patent). Verder zijn
op dit dek een munitiebergplaats en een
nooddynamokamer aangebracht, terwijl op
het dek twee reserveschroeven liggen. Dalen
we af naar het dek er onder, het Sloependek,
dan komen we in de woonruimten van de
officieren en machinisten. Dit zijn 1- of 2-
persoons hutten, die eenvoudig, doch smaak
vol zijn ingericht. Zo zijn trouwens alle hut
ten en salons op deze drijvende traankokerij.
Vergelijkt men een dergelijke huisvesting van
de bemanning met die van zo'n 25 jaar ge
leden, dan valt toch wel een grote vooruit
gang te bespeuren. Alleen al het feit b.v., dat
alle verblijven zijn aangesloten op de mecha
nische verwarmingsinstallatie, die naar be
hoefte warme of koude lucht inblaast, duidt
daar op. Op het dek, waarop wij, deze uit
wijdingen aanhorende, ons bevinden, zijn
verder nog ondermeer de wasserij en de kap
salon gevestigd. Op het volgende dek, het
Kampanjedek, waar wij even vluchtig rond
neuzen, zien wij hutten voor slijpers, hand
langers, bankwerkers, stokers, smeden, was-
bazen etc. Verder zakkende komen wij op
het slaclitdek (achter) (daar éven vlug door
lopende als op het vorige dek) waar even
eens bemanningshutten zijn gelegen. Voorna
melijk zijn dit de verblijven van de speksnij
ders, flensers, beenzagers, potlieden en lem
mers. Dat zijn de arbeiders, die op uiterst des
kundige wijze de walvissen weten te slachten.
Onder dit dek is dan, (op een klein tussendek
achter na, waar nog een aantal hutten
zijn voor catcher-bemanningen) de voort
stuwingsruimte gelegen, alsmede de diesel- en
stookoliebunkers. In het ketel ruim zijn acht
Schotse ketels opgesteld, die de stoom leveren
voor de fabriek, de verwarming van de me
chanische ventilatie, de lieren, de beenzagen,
de ladingpompen, etc. De gecondenseerde
stoom van deze werktuigen wordt weer naar
de machinekamer teruggevoerd. Het con
densaat van de kookketejs b.v., dat veront
reinigd is met traan, wordt over boord ge
werkt. Natuurlijk kan het schip niet al het
water meenemen, dat nodig is voor de stoom
ketels en voor was- en drinkwater. Daartoe is
een uitgebreide distilleer-installatie aange
bracht, die per dag honderden tonnen zoet
water uit het zeewater distilleert.
In de Machinekamer gekomen, vallen in de
eerste plaats de twee grote, door W.F. ge
bouwde M.A.N.-motoren van elk 5250 PK,
op. Deze geven het schip een behouden snel
heid van 14 mijl. Verder zijn in deze grote
ruimte al die hulpwerktuigen opgesteld, die
voor een goede werking van het schip nodig
zijn. Wij zien er o.a. vier door turbines ge
dreven generatoren van elk 600 KW en twee
diesel-generatoren van 300 KW elk. Deze
laatsten doen speciaal dienst, wanneer het
schip alleen als tanker vaart. Al met al een
ingenieuze machine-installatie, die uit een,
voor een leek, onbegrijpelijk ingewikkelde
hoeveelheid van lawaaimakende, sissende en
kreunende apparaten bestaat.
Bestijgen wij nu, oppassende voor gladde, be-
oliede vloerplaten e.d., de eindeloze trappen
in de machine-ruimte, dan komen we weer
uit op het slaclitdek (bij de bemanningsver-
Kampanjedek met bolders en verhaalrollen