NIEUWS 26
had, dat er rond Spitsbergen rijke walvis-
gronden waren.
De tocht van de juist genoemde drie mannen
beoogde het vinden van de Noordoostelijke
doorvaart naar China, Japan en Indië en
was dus bedoeld als het zoeken van een
handelsweg.
Zo was het nu ook met Le Maire, die even
eens een handelsweg zocht van ons land naar
Twee donkere reuzenvinvissen en een lichte
gewone vinvis. Alle drie van de buikzijde ge
zien. Borstplooien met lucht opgepompt.
(Foto Jan P. Strijbos)
Indië, via Kaap Hoorn. Le Maire vond die
weg, maar Heemskerck en de zijnen niet.
Beide pogingen om handelswegen te zoeken
- een noordelijke en een zuidelijke - liepen
tenslotte uit op het vinden van walvisgronden
in de Noordelijke- en in de Zuidelijke IJszee.
Als handelswegen zijn de noordelijke en zui
delijke route niet meer in gebruik.
Het lijkt nu wel merkwaardig, dat men zo
vroeg, begin 17e eeuw, in het noorden begon
met de vangst op walvissen en zo laat, begin
20e eeuw, in het zuiden.
Daar tussen liggen een 300 jaren en voor dat
grote verschil moeten redenen zijn aan te
wijzen. Die zijn er dan ook en ik noem de
volgende:
Opgetakelde bovenkaak met serie baleinen van een Tinwalvis. Rechts boven het kraaiennest
van een aanliggende jachtboot.
(Foto Jan P. Strijbos)
