5
NIEUWS
§77
de Heer De Beer, voor de deskundige wijze
waarop hij in zijn kwaliteit van vertrouwens
man van beide partijen, de hangende vraag
stukken heeft benaderd en voor het begrip,
dat hij voor wederzijds standpunt heeft ge
toond. Heer De Beer, onze hartelijke dank
voor Uw onpartijdig optreden.
Onze dank gaat verder uit naar de heren van
het Laboratorium van grondmechanica van
de T.H.S. te Delft, die de ontelbare boringen
en diepsonderingen hebben verricht, waardoor
onaangename verrassingen tijdens de bouw
werden voorkomen.
Wat de eigenlijke bouw van de beide dokken
betreft, deze werd na inschrijving opgedragen
aan de N.V. Nederl. Beton Mij „Bato" welke
reeds bij de inschrijving voor het eerste dok
met een constructie voor de dag kwam, welke
de aansluiting aan het tweede dok vergemak
kelijkte en bovendien technisch verantwoord
was. Dat de bouw der dokken in alle opzich
ten naar wens is verlopen zou teveel gezegd
zijn. Ik mag volstaan met de vermelding van
enige der voornaamste oorzaken der vertra
ging t.w. in de eerste plaats de waterramp op
1 februari 1953, waardoor de bouwput onder
water liep en maanden nodig waren om de
geleden schade te herstellen; verder werkte
het weder in het jaar 1954 ook niet mede
om het werk regelmatig te doen voortschrij
den. Ook waren voor de aannemende maat
schappij de arbeidsproblemen van dien aard,
dat stagnatie niet kon uitblijven.
Maar tenslotte zijn wij nu zover, dat prak
tisch gesproken de beide dokken gereed zijn
en indien wij dan het werk kritisch bekijken
zullen wij moeten erkennen dat de „Bato"
de moeilijkheden is tebovengekomen en in
alle opzichten een uitstekend stuk werk heeft
afgeleverd.
Mijnheer Piel, U heeft zich, als directeur van
de „Bato" op ons verzoek zoveel mogelijk
persoonlijk met deze bouw bemoeid. Wij
brengen U en Uw staf en verdere medewer
kers hulde voor de bereikte resultaten en
herinneren gaarne aan de tijdens de bouw
van U uitgegane suggesties tot doelmatige
constructiemethoden. Hartelijk dank voor
Uw belangrijk aandeel in de bouw.
Blijven tenslotte nog over in mijn dank
woord te betrekken de heren van het eigen
bedrijf, die veel voorbereidend werk hebben
verricht en van wie verschillende suggesties
zijn uitgegaan. Zij hebben allen aan het
succes, dat wij vandaag beleven, aandeel ge
had en ik dank hen daarvoor bijzonder har
telijk. Bij wijze van uitzondering vermeld ik
in verband hiermede de Heer Buitendijk, die
