Ansje doet een ontdekking
CM/ beetje wilden bedekken. Uit elk
\\fW rozetje kwamen een paar sten-
Ml gels met nieuwe blaadjes op zoek
naar een open plekje om daar een
nieuwe plant te vormen.
NIEUWS
16
Ik ken een klein meisje dat bang is voor paardebloemen.
Zij vindt die griezelig omdat de stengel hol is en omdat
er witte „melk" uitloopt. Daarom plukt zij nooit paarde
bloemen als zij een boeketje maakt. Laatst stonden wij
bij een klein geel paardebloempje. Het was mooi zwavel
geel. Een echt vriendelijk bloempje. En toen zei Ansje
„Die is zo mooi, die wil ik wel als jij hem plukt." Het
volgende ogenblik riep zij„O, kijk eens goed, het is
een ander plantje en daar zit een paardebloem aan. Hoe
kan dat nu?" Dat was een grote ontdekking. Het plantje
had zilver behaarde blaadjes, een beetje gevouwen als
de oren van een jong konijn. In de plantenboeken heet
het muizenoortje. Wij begrepen
/jp dat er bloemen zijn die veel op
elkaar lijken en toch verschillende
planten zijn. Er stonden wel hon-
Cy lj/V derd muizenoortjes bij elkaar. Zij
ir Hj (£7 hielden hun blaadjes plat op de
li I grond, net of zij het zand zo'n
Toen wij verder gingen, hebben wij gezocht of er nog zo'n verrassing was
en die hebben wij gevonden. Wij zagen een plant met een lange, vertakte
stengel, waaraan wel vijf gele stralende bloemen zaten. Dat waren ook
net paardebloemen, en toch was het een heel andere plant. De naam is
havikskruid.
„Eerst dacht ik dat het allemaal paardebloemen waren," zei Ansje.
havikskruid „Wat zijn er toch veel soorten." Wij hebben toen bij de boterbloemen en
madelieven, één muizenoor en één havikskruid gedaan. En om thuis al
die dierennamen te kunnen noemen, moest er toch ook een echte paarde
bloem bij. Ansje plukte hem zonder aarzeling en zei: „Ik neem er ook
een groen blad bij want dan zie je goed het verschil en door die „andere"
vind ik paardebloemen mooier dan eerst." Jos Ruting
MUI2.ÊW-
OORVJfc
fVWO>£-