SCHOOLGAANDE KINDEREN®
13
NIEUWS
Hoe kunnen wij het kind in het gezin steunen
bij de moeilijkheden, die het in de buiten
wereld - en in het bijzonder op school - heeft?
In de eerste plaats door een harmonische,
liefderijke geest in het gezin zelf, waar tus
sen de ouders hartelijke eendracht heerst,
zodat het kind steeds op deze rustige eenheid
kan terugvallen
Onderschat het belang van deze factor niet.
Wat het kind, ook het oudere, in de eerste
plaats behoeft, is een rustgevende zekerheid,
een gevoel van geborgen-zijn. Wanneer het
kind, door welke oorzaak dan ook, deze rus
tige achtergrond moet ontberen, zal het zich
ook in de buitenwereld en dus ook op school,
nog onzekerder gevoelen - en daartegen zijn
maatregelen nemen. Die maatregelen kunnen
naar verschillende richtingen uitslaan: het
kan zich in zichzelf keren en zich daarmede
van de anderen afwenden - maar het is even
zeer mogelijk dat het kind zich juist een
overheersende positie zal trachten te ver
werven. Maar al die activiteit gaat ten koste
van de opbouw van een evenwichtige per
soonlijkheid en dit laatste is toch juist, wat
wij met onze opvoeding willen bereiken.
Een gezond en rustig gezinsleven dus in de
eerste plaats. Maar daarnaast ook begrip voor
de moeilijkheden, waarvoor ieder kind zich
op school zal zien geplaatst. Daarbij moet
men wel een onderscheid maken tussen de
moeilijkheden van het kind en de moeilijk
heden van de ouders! Bedoeld wordt dit:
het klassikaal onderwijs, dat vrijwel al onze
kinderen ontvangen, is afgestemd op de ge
middelde leerling, die op zijn zoveelste le
vensjaar die bepaalde leerstof mioet verwer
ken. Nu zal dit in de praktijk voor menig
kind niet kloppen: het ene kind is tijdens een
bepaalde levensperiode wat „voorlijker" dan
de gemiddelde leerling en in een andere wat
trager. Het ene kind zal bovendien de leer
stof, die het op school te verwerken krijgt,
gemakkelijker opnemen dan een ander, of
omgekeerd. Dat zijn geen moeilijkheden, die
het kind natuurlijkerwijze te verwerken moet
krijgen (zoals het aanpassen bij de maat
schappij), maar die wij het, kunstmatig, op
dringen. De maatschappij vraagt nu eenmaal
diploma's, bewijzen van schoolse kennis en
die zal het kind zich ook ongetwijfeld eigen
maken, met zachte drang eventueel van de
ouders. Maar laat het gezin nooit een ver
lengstuk worden van de school - vooral niet
wanneer het kind niet geheel „mee" kan op
school. Het is en blijft de taak van de ouders
0111 in het gezin het kind op te voeden tot
een evenwichtige en aangepaste persoonlijk
heid en daarbij is schoolse kennis, hoe be
langrijk in menig opzicht ook, toch een kwes
tie van tweede rangorde. Geef het kind daar
om in het gezin de rust die het behoeft; steun
het bij zijn schoolwerk, als dat nodig is,
maar geef het verlichting van de druk, waar
aan het op school voortdurend bloot staat.
Ga eens na, of het misschien niet een klein
beetje gekwetste ijdelheid kan zijn, die u zo
gebrand doet zijn op mooie cijfers op school
voor uw spruit
Wijd, ook wanneer het kind wat ouder is ge
worden, steeds alle belangstelling aan het „ge
meenschapsleven" van uw kinderen. Tracht,
vooral wanneer uw gezin slechts klein is en
er maar één of twee kinderen zijn, uw kin
deren te doen opgaan in grotere gemeen
schappen: in de jeugdbeweging, sportvereni
gingen van allerlei schakeringen of anders
zins. Kinderen, die een druk sociaal leven
hebben, zijn ook in het gezin gemakkelijker
hanteerbaar en op school behoeven zij min
der geestelijke energie te besteden om „ge
tapt" te blijven. Het moet natuurlijk niet
ten koste gaan van de tijd, die zij voor hun
huiswerk nodig hebben - maar aan de andere
kant: voor de opbouw van de jonge per
soonlijkheid is dat gemeenschapsleven in
jeugdbeweging of vereniging uiterst nuttig,
zo niet onmisbaar.
Tenslotte: voor het kind zelf is uw hartelijke
belangstelling en warme steun van onschat
bare waarde. Wees daarbij vooral positief -
geef aanmoediging waar dat enigszins moge
lijk is en wees spaarzaam met uw afkeurin
gen. Een kind is snel ontmoedigd; er is maar
weinig nodig 0111 het een activiteit te laten
staken na een critiseh woord. Als uw kind
slecht tekent: moedig het aan en spreek er
niet schamper over. Als het liever buiten
speelt dan leest: moedig dan dat lezen aan
door regelmatig voor te lezen. Wanneer
het omgekeerde het geval is, maak het voor
hem dan aantrekkelijk om buiten te spelen.
Maar wie zegt„Dat is zo'n saaie Piet, die
doet niets liever dan lezen", drukt het kind
in een bepaalde hoek waar het maar moei
lijk weer uitkomt. Een moeilijk punt daarbij
zijn rapportcijfers: daar geldt echter precies
hetzelfde. Wanneer het kind redelijk zijn best
heeft gedaan, toon u dan verheugd over de
beste cijfers op het rapport en zeg, dat u
wel weet, dat die andere cijfers omhoog zul
len gaan zodra dat mogelijk is. Blijf ook tus-