NIEUWS
gewijzigd of vernieuwd worden, terwijl ook een
zeer groot gedeelte van de bestaande electrische
installatie vernieuwd of overhaald werd. Pl.m.
250 km kabel moest nieuw getrokken worden.
Het uitvoeren van al deze werkzaamheden impli
ceerde dat ook practisch alle pijpleidingen, isolatie,
vloerbedekking enz. vernieuwd moesten worden,
terwijl het schip vrijwel geheel opnieuw geschil
derd werd.
Behalve bovengenoemde werkzaamheden, nodig
voor de modernisering, werden aan het schip en
vooral aan de beide hoofd- en de hulpmachines
nog zeer veel kleinere wijzigingen, onderhouds-
en reparatiewerkzaamheden verricht.
In het schip bevinden zich o.a.
51 directieruimten, radio- en radarhutten en sein-
station
38 bureaux
27 machinekamers
24 omzetter- en schakelbordruimten
25 werkplaatsen
128 bergplaatsen
136 hutten, slaapverblijven, zit- en eetruimten, to
taal ruimte biedend aan ruim 1500 opva
renden.
Hieruit blijkt dus wel, dat hier zeer veel werk verzet
is; gezien de tijden die in het buitenland voor een
dergelijke job nodig waren, is het gehele werk in
een snel tempo uitgevoerd.
Op 28 mei 1958, juist 10 jaar nadat het schip van
de British Admiralty was overgenomen, vond op de
werf te Schiedam aan de kade bij Dokkantoor Oost
de officiële indienststelling plaats.
Vrijwel alle ruimten en installaties, welke voor de
wal beproefd konden worden, waren toen aan de
Koninklijke Marine overgedragen.
Daar de overige installaties, speciaal die voor het
oplanden en lanceren van vliegtuigen, navigatie,
radio, radar, ontmagnetisering enz. op zee beproefd
moesten worden, verliet het schip op 17 juni de
haven van Rotterdam voor de z.g. seatrials, welke
op de Noordzee gehouden werden.
Gedurende de eerste week werd, na het ontmagnetise-
ren op de rede van Vlissingen, de snelheid geleidelijk
opgevoerd en bij Newcastle op de Mijl gevaren,
waarbij tevens de loginstallatie bijgesteld werd.
Verder werden stuurproeven, ankerproeven, enz. ge
houden.
In de 2e week werden de proeven voor het opsporen
en binnenleiden van vliegtuigen gehouden, waarbij
de radio- en radarinstallaties, de deklandingsspiegels
en tevens de vliegbrug, de vlieg-, commando-, ge-
vechts-, radar- en deklandingscentrale, welke volle
dig in gebruik kwamen, uitgetest konden worden.
In het algemeen verliepen deze proeven zeer bevredi
gend. Daar de remkabelinstallatie wel gereed en
gebruiksklaar, maar nog niet door testpiloten uitge
test was, mocht nog niet op dek geland worden.
Foto 2. Deadload op de katapult geplaatst.
'in lanceren deadload.