HECHTEN EN BRANDEN
R
29
vjï) NIEUWS
zeggen. Het deed hem bijzonder veel genoegen te
mogen constateren, dat deze geslaagden hebben ge
toond meer van het vak te willen leren. Zij komen
bijna allemaal uit andere vakken, maar het merk
waardige is wel, dat zij naast hun collega's een zeer
goed figuur slaan, t.o.v. hun vakkennis. De groep is
in zijn geheel werkzaam in M. F. II: in het machinale
gedeelte en in de bankwerkerij
De heer de Wit heeft het gezelschap daarna nog
prettige ogenblikken bezorgd met de vertoning van
enkele films.
Op 27 november 1958 verzamelde zich om 17.15 uur
een aantal verheugd gestemde mensen in de grote
zaal van het Clubgebouw.
Reden voor deze blijdschap was, dat die avond de
uitreiking van getuigschriften plaatsvond aan dege
nen, die met goed resultaat de bijscholingscursussen
„hechten" en „branden" hadden gevolgd.
Ir. H. Asselbergs opende de bijeenkomst met een
woord van welkom en deelde mede het op prijs te
stellen na de scholing nog eens samen te komen.
De cursisten hebben hard moeten werken om tot dit
resultaat te komen en de beoordeling van de candida-
ten is streng geweest.
Ir. O. J. van der Vorm sprak vervolgens zijn waar
dering uit voor hetgeen door de cursisten is gedaan.
Men heeft er vrije tijd voor over gehad om de kennis
van hoofd en hand uit te breiden. Spreker wilde na
mens het bedrijf graag onderstrepen, dat iets wat men
leert meer waard is, dan iets dat gekocht wordt. Het
geleerde kan nooit worden afgenomen en is te allen
tijde te gebruiken. De uitspraak „men is nooit te oud
om te leren" blijft altijd van kracht en met de toe
passing daarvan kan men iets van zijn leven maken.
Er is nu een mijlpaal bereikt en spreker wil de aan
wezigen aansporen om het hierbij niet te laten en
door te gaan en vooral ook in het dagelijks werk de
ogen goed de kost te geven.
Voor het bedrijf hebben mensen, die verder willen
komen, meer betekenis; met vakkennis en handvaar
digheid werkt men des te prettiger. Het meerdere
weten en kunnen zal ook merkbaar worden in betere
beloning van geleverde prestaties, waarnaar een ieder
in het bedrijf tweemaal per jaar wordt beoordeeld.
Voorts gaat spreker over tot het uitreiken van de ge
tuigschriften, waarbij hij voor ieder een persoonlijk
woord heeft.
De heer Van Berkel is van mening, dat de deelne
mers aan de cursussen begrip hebben getoond voor
de moeilijkheden van het bedrijf, dat klaar moet ko
men met de opdrachten met het aantal mensen,
dat beschikbaar is. Het is niet meer als voorheen,
toen men een te groot aanbod van mensen had.
Degenen die aan de cursussen deelnamen, deden dit
vrijwillig. De resultaten zijn buitengewoon meege
vallen, maar het is ook zo, dat men elkaar kent en
weet wat men aan elkaar heeft en daarom kon men
vol moed eraan beginnen.
Er zijn ook mensen geweest die de gelegenheid aan
grepen om uit de sleur van het dagelijks werk te
komen waarin zij dreigden vast te raken.
Het getuigschrift is de grondslag waarop verderge
gaan kan worden. Sommige deelnemers waren pas
kort bij het bedrijf en hebben met het volgen van een
cursus getoond de juiste instelling ten aanzien van
het bedrijf te hebben.
Van ganser harte hoopt de heer Van Berkel, dat het
werk in de toekomst gelegenheid zal bieden om het
geleerde in praktijk te kunnen brengen. Er is nu een
grotere groep werknemers, die buiten het normale werk
ook datgene kan aanpakken, wat op een moment het
meest nodig is.
De heer v. d. Graaf heeft bewondering voor de trouwe
opkomst van de leerlingen onder vaak onprettige om
standigheden en de trouw en het enthousiasme van de
instructeurs. Het overdragen van kennis en het uitleg
gen van moeilijkheden vergt dubbele energie. Als
dank van het bedrijf ontvingen de instructeurs een
persoonlijk geschenk.
Niet alle deelnemers aan de cursussen slaagden; de
beoordeling was streng. De cijferlijsten die worden
uitgereikt hebben alleen de bedoeling om enig idee
te geven hoe men gewerkt heeft en waar nog zwakke
punten om verbetering vragen.
Nadat koffie met gebak is geserveerd worden twee
films vertoond, nl. „Houen zo" van Herman van der
Horst, een prachtige film over Rotterdam, die be
kroond is op het Festival te Cannes en de film met
Laurel en Hardy als timmerlui.