21
NIEUWS
tegen de wind en de regen in de
richting van de ploeterende man
nen.
„Vader klaart het wel," mompelde
Hedde.
Met zijn voet trok hij een bankje
bij. Hij ging er op staan. Zo, nu
had hij het stuurwiel beter in zijn
macht. Hij richtte zich hoger op
en drukte zijn schouders achter
uit. Hij lachte luidopHij was blij
en trots. In het gevaar had vader
het schip toevertrouwd aan hem,
aan Hedde Wiersma, een jongen
van dertien jaar! Dat was wat.
Dat was een onderscheiding, die
hij niet te licht mocht aanslaan.
Het was of er iets zwol in zijn
borst, iets wat hem groter en bre
der en sterker maakte. Hij had
kunnen zingen van vreugde!
Wacht, dit vertrouwen zou hij
niet beschamen. Warempel niet.
Vader moest weten, dat hij hem dit
met een gerust hart kon toever
trouwen. Nu en in de toekomst.
Hij dwong zichzelf tot ernst.
Tuurde vooruit door het glas,
waartegen de regen striemde die
als een zwaar, grijs gordijn het
uitzicht belette.
Een snelle blik op het kompas.
De koers dreigde te verlopen door
de zware dwarszee. Hij liet het
wiel wentelen door zijn handen,
totdat de „Noordster" weer in de
koers lag. Onder zich hoorde hij
het dreunen van de motor. Daar
wist hij Harteveld op zijn post.
Vóór hem zwoegden vader, Don
kers, Carl en Jakob in de storm
en de regen, vechtend voor het
behoud van de lading, voor de
veiligheid van schip en bemanning.
Beneden in de salon waren moe
der en de kleine Teun. En hier
stond hij, Hedde, met de verant
woording van Schipper naast God,
op de brug!
Weer verliep de koers. Weer wen
telde het rad door zijn handen.
Neen, storm en golven zouden
geen kans krijgen, zolang hij aan
het roer stond!
En toen was daar plotseling, op
nog geen kwartmijl afstand, als
een beeld uit een nachtmerrie, een
scheepswand, opdoemend uit de
grauwe slagregens. Een schip, dat
met de zee mee, de koers van de
„Noordster" kruiste
Een moment stond Hedde als ver
lamd en scheen de kracht uit zijn
handen weg te vloeien. In datzelf
de korte, flitsende moment be
leefde hij in gedachten de aan
varing de botsinghet da
verend beuken van staal op staal
Toen rukte zijn hand de scheepste-
legraaf terugVOLLE KRACHT
ACHTERUIT en gelijk liet hij
het stuurwiel wentelen om het
schip met de kop op de golven te
krijgen. Met grote ogen, de adem
ingehouden, keek hij naar het
schip, dat snel naderde. Aan het
daveren van de motor, de vreemde
siddering die plots door de „Noord
ster" voer, bemerkte hij, dat Har
teveld op zijn post was geweest
en onmiddellijk had gereageerd op
het bevel dat de soheepstelegraaf
naar de machinekamer had door
gegeven. De schroef ranselde, na
een ondeelbaar ogenblik te heb
ben stilgestaan, het kolkende wa
ter. Het schip scheen te steigeren,
als een paard, maar het luisterde
naar roer en schroefHet vreem
de schip, groter dan de „Noord
ster" schoot, met een angstige
schreeuw van zijn fluit, op nog
geen twintig meter afstand voor
de boeg langs
Hedde's handen trilden om de
spaken van het stuurwiel. Zijn be
nen schenen van lood. Een kort
moment wankelde hij, alles draaie
voor zijn ogen.
Maar toen waren daar twee ste
vige handen die hem bij de schou
ders grepen en vader's stem, die
hees klonk: „Dat heb je gefikst
Hedde verdraaid dat had
geen eerste stuurman je verbe
terd bedankt, mijn zoon ik
ben trots op je
En later, toen alles achter de rug
was, de lading weer veilig gesteld
was en de „Noordster" zijn oude
koers volgde, zei Wiersma in de
salon tegen zijn vrouw:
„Die zoon van ons, Froukje
die Hedde, een kerel om trots op
te zijn. Hij heeft ons allemaal het
leven gered. Hij en niemand an
ders. Daar steekt een zeeman in,
een Coasterkapitein, waar je op
bouwen kunt