Beveiligingsdienst
O p maandag, 25 april I960
is de afdeling Beveiliging ver
huisd. De nieuwe woning bij de
kop van de haven (als de uit
breiding een feit zal zijn) is op
die dag in gebruik genomen. De
heren directeuren ir. B. Wilton
en ir. J. E. Woltjer, in gezel
schap van de heren Th. J. de
Hoog en Mr. P. A. van Sluys ga
ven blijk van hun belangstelling.
Nadat zij door de chef van de
Beveiligingsdienst, de heer C.
Landzaad waren rondgeleid,
waarbij men tot de overtuiging
kwam, dat het gebouw niet
luxueus, maar praktisch en netjes
is ingericht, spraken zij de hoop
uit, dat de heer Landzaad met
zijn dienst nog lang in het ge
bouw zal mogen werken in het
belang van de gehele bedrijfs-
gemeenschap.
17
NIEUWS
Teneinde een beeld te kunnen ge
ven van de ontwikkelingsgang
van deze dienst is uw verslag
gever op bezoek geweest bij de
heer Landzaad. Deze was direct
bereid zich in de nette kamer te
laten interviewen en hij ver
telde:
„met het ingebraiknemen van
dit nieuwe gebouw de afde
ling zelf spreekt van „Dienstbu-
reau" lijkt een einde te zijn
gekomen aan de reeks verhuizin
gen, die in de loop der jaren
heeft plaats gehad. Bij deze ver
huizingen is steeds een zij het
soms geringe uitbreiding en/
of verbetering tot stand geko
men. Een en ander was een ge
volg van de zich wijzigende om
standigheden. Aan het personeel
worden nü andere eisen gesteld
dan voorheen. Tegenwoordig is
een vakdiploma in de vorm van
een bedrijfspolitiediploma een aan
beveling evenals een diploma
voor brandwachten (uitgegeven
door de Rijksbrandweerinspectie)
en een E.H.B.O.- diploma. Aan
de afdeling Beveiliging zijn bo
vendien o.m. toegevoegd: de
Werfpostdienst, organisatie en
bewaking van de rijwielstallin
gen, de parkeerplaatsen, het ver
keer in het bedrijf en de organi
satie van de Bedrijfszelfbescher
ming.
Over het verleden wist de heer
Landzaad ook nog al het een en
ander te vertellen.
„Het is feitelijk erg naargeestig
om het te zeggen, maar nog niet
zo heel veel jaren geleden was de
Beveiligingsdienst - toen nog
„Bewakingsdienst" geheten
gehuisvest in een oud scheeps
dekhuis, dat ergens op de werf
stond geplaatst. Het was verdeeld
in drie gedeelten:
Eén deel voor de controleurs,
een voor de Terreindienst en het
derde voor de mannen, die aan
boord van in aanbouw of repa
ratie zijnde schepen als brand
wacht dienstdeden. Wee de man
van de laatste groep die de bru
taliteit bezat zich in deel twee
neer te zetten. Moord en dood
slag zouden er bij wijze van spre-
ken het gevolg van zijn geweest:
een brandwacht was nu eenmaal
geen man van de terreindienst.
Nu is dat gelukkig alles anders
geworden. Via een veel beter ge
bouw, kwamen wij in de barak
ken terecht. Ook dit was een
grote vooruitgang, hetgeen de
korpsgeest ten goede kwam. Wij
zijn er in geslaagd om naast het
kweken van een goede teamgeest
ook het ontwikkelingspeil van
het korps op te voeren.
Ja! Een goede huisvesting is in
vele opzichten ook een factor van
belang om de mens in het
algemeen geestelijk en cultu
reel op een hoger peil te bren
gen. Dit geldt dus eveneens voor
de mannen van onze dienst."
Toen kwamen er in het gezellige
praatje vele oude en vaak humo
ristische, maar ook wel eens tries
te verhalen los.
„We hebben er vroeger een
bij de dienst gehad, die mét wan
delstok en een hondje dienst
deed als wachtsman. Dit deed hij
vermoedelijk om zich tijdens zijn
dienst staande te houden.
Dat hebben de mannen vandaag
niet nodig, hetgeen wel kan blij
ken uit de trofeën, welke een
groep wandelaars in de afgelopen
jaren heeft verdiend bij mars
wedstrijden."
Het nieuwe gebouw bevat ver
scheidene kamers, waarin o.m.
zijn ondergebracht de administra
tie van de dienst, de recherche
dienst, wachtcommandanten,
postdienst en een kamer bestemd
'*n.
-
voor het gehele personeel. Hier
in bevindt zich voor iedere man
een eigen kleedkastje, er is een
behoorlijke leertafel, terwijl hier
aan het personeel lesgegeven kan
worden. In verschillende gesprek
ken kwam duidelijk naar voren,
dat het corps bijzonder ingeno
men is met de nieuwe behuizing
en er dankbaar voor gestemd is.