Bedrijfsschoo U NIE UW S
Excursie naar Museum
Boymans-van Beuningen
en Gieterij
E
NIEUWS
32
Vier leraren van de Bedrijfsschool t.w. de heren A. van Duivenbode, J. Koenderman, C. Kooiman en
H. Kreft, deden in de afgelopen maand met goed gevolg een aanvullend examen, waardoor deze
heren de volledige bevoegdheid kregen voor het geven van praktijkonderwijs aan de Bedrijfsschool.
Een jubilaris op de Bedrijfsschool
Op 7 mei herdacht onze leraar Schilderen en Handenarbeid de dag, waarop hij 25 jaar geleden
zijn intrede deed op de werf.
Op school ging dit feit natuurlijk niet onopgemerkt voorbij en de jubilaris kreeg van de leraren
een mooie tuinstoel om na gedane arbeid uit te blazen in zijn tuin. Ook zijn leerlingen lieten
zich niet onbetuigd. Nog vele jaren, heer Immerzeel
De bedrijfsschool heeft op 25 maart I960 's morgens
een bezoek gebracht aan het Museum Boymans-van
Beuningen en 's middags aan de Gieterij.
Naar aanleiding hiervan heeft de Gieterij een opstel
wedstrijd uitgeschreven.
Hieronder volgt het bekroonde opstel van de 2e-jaars
schilder Henk Bal, die hiermede een koperen scheeps
schroef je won.
Het was woensdag, 23 maart I960, toen een deel van
de Bedrijfsschool-W.F. bijeen was in de kantine van
de school. De heer Valk heette ons allen welkom en
wenste ons een fijne dag toe. De morgen begon met
twee prachtige kleurenfilms, die de heer De Wit voor
ons draaide. De ene film ging over de staalbereiding
en droeg dan ook als titel „Staal". De film was opge
nomen in Engeland. Wij zagen hoe het ruwe ijzererts
door allerlei behandelingen werd omgezet tot staal.
De film liet ons grote hoogovens zien, zware smeed
persen en voorverwarmovens.
De tweede ging over de Koninklijke Nederlandse
Hoogovens te IJmuiden. Dit machtige bedrijf waar
verschillende bedrijven aan verbonden zijn, levert
wel het beste staal van Europa. Het erts, dat de
grondstof is voor dit bedrijf, wordt aangevoerd met
schepen, waarna kranen de schepen lossen. Het ruwe
erts wordt op grote stapels gegooid, waarna het met
treinen naar de fabriek wordt getransporteerd. Daarna
krijgt het ruwe ijzer verschillende behandelingen.
De eindprodukten van dit bedrijf zijn buizen, sta
len platen, vertinde platen, enz.
Om 9 uur was de film ten einde. Toen gingen we
een stukje eten. Om 9.10 stond er een EVAG-bus
voor ons klaar. We vertrokken met de bus met be
stemming Museum Boymans-van Beuningen. We be
wonderden er verschillende schilderijen, waaronder
een klein schilderij van Jan van Scorel. Dit schil
derijtje vond ik erg mooi.
Jan van Scorel werd geboren in Schorel in 1495 en
stierf in Utrecht in 1562. Het schilderij heet: Portret
van een jong scholier. Het stelt een jongen van 12
jaar voor. In de rechterhand houdt hij een ganzeveer,
in de linker een doorschijnend stuk papier met de
woorden: omnia dominus non habet ergo minus.
Dit betekent: de Heer geeft alles en heeft toch niets
minder. Op de rand van het kozijn staat de spreuk:
quis dives? Qui nil cuput - quis pauper? (wie is rijk?
Hij die niets begeert - wie is arm? De gierigaard).
Links boven het jaartal 1531.
Om 11 uur vertrokken we voor een rondrit door
Rotterdam. We reden langs de bloemententoonstel
ling „Floriade", dan door de Maastunnel en waren
op weg naar het Botlekgebied. We zagen de Shell- en
de Esso-raffinaderijen en de opbouw van nieuwe
raffinaderijen. In de verte zagen we de Verolme-werf
liggen. Toen we een poosje over de wegen gereden
hadden, stopten we even om een luchtje te happen
en gingen daarna terug in de richting van de Wilton-
Fijenoord Gieterijen op Feijenoord, waar we om 1 uur
een boterhammetje konden eten. We kregen er een
beker koffie bij. Toen we klaar waren met eten, kre
gen we een toelichting van de heer Korevaar, die ons
inlichtte over het leven in en om de Gieterij. We
kregen als rondleider de heer Zevenbergen. Deze
heeft al vele jaren praktijk achter de rug en legde
alles prachtig uit. Het vormen gaat door middel van
twee vormen: één onderkast en één bovenkast. Wan
neer we ergens een vorm van willen maken, wordt
er eerst een tekening van gemaakt. Dit gebeurt op de
tekenzaal, waar men er een voor-, zij- en bovenaan
zicht van tekent en een doorsnede. Dan gaat de teke
ning naar de modelmakerij, waar men er een houten
model van maakt. Als dit klaar is gaat het model
naar de vormerij. Het zand dat men gebruikt is olie-
zand vermengd met lijnolie. Als men dan wil gieten
moet het zand een nacht drogen. Maar men kan ook
waterglaszand gebruiken, dan kan men dezelfde dag
al gieten.
Het model bestaat uit twee helften. De ene helft
wordt in de onderkast gevormd. De tweede helft
wordt in de bovenkast gevormd. Daarna worden de