Veiligheidsnieuws 19 (jf^NIEUWS Wat zou een vakman zijn, als hij niet de taal van het tekenen zou kennen? Naast al deze lessen is er ook nog plaats voor gymnastiek en zwemmen. Een jongen van 14 jaar heeft sport nodig voor zijn lichamelijke ontwikke ling. Daarom elke week sport Aan het einde van dit leerjaar weet de leerling zo langzamerhand wel wat hij wil worden. Hij heeft zijn vriendjes in andere leerjaren al zien werken en op de werf zelf heeft hij gezien, wat er in zijn vak te koop is. Hij gaat dan met zijn leermeesters overleggen welk vak hij zal kiezen: Plaatwerken of Ijzerwerken of Koperslaan of Vormen. Als hij overgaat, dan begint hij het tweede leer jaar direct al voor het gekozen vak te werken, om dan in het derde leerjaar het Bemetel-examen in dat vak te doen. Gediplomeerd en bijna 18 jaar oud staat hij klaar voor de maatschappij Hoe het gaat in dat 2de leerjaar vertellen wij u de volgende maal. Ook zullen we u op onze wandeling door de Be- drijfsschool de vakken Bankwerken, Draaien, Frezen, Scheepsbeschieten laten zien. Tot de volgende maand in de afdeling „Koper slaan". (Vervolg Bedrijfsschoolnieuws pagina 20) „Voor de historie van het Veiligheidsinstituut moet men teruggaan tot het jaar 1888, toen in een ver gadering van de „Vereeniging tot Bevordering van Fabrieks- en Handwerknijverheid" het denkbeeld tot het oprichten van een veiligheidscentrum naar voren werd gebracht. Na een geslaagde tentoon stelling in het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam, volgde in 1891 de oprichting van het Veiligheids museum, „museum van voorwerpen ter voorko ming van ongelukken en ziekten in fabrieken en werkplaatsen." In 1914 werd het huidige gebouw - aan de Hob- bemastraat 22 - geopend, waar veel van de ten toongestelde machines nu in werking konden wor den gedemonstreerd. Het Veiligheidsmuseum was hiermede het eerste museum in Europa, waar dit mogelijk was. Was het doel van het Veiligheidsinstituut oor spronkelijk het beheren en tentoonstellen van voor werpen en documentatiemateriaal betrekking heb bende op de veiligheid en hygiëne in het bijzon der in fabriek en werkplaats, langzamerhand werd een neventaak tot ontwikkeling gebracht, nl. de voorlichting buiten de muren van het gebouw. In de statuten wordt als doelstelling o.m. dan ook uitdrukkelijk vermeld: het doen van onderzoekingen het verstrekken van adviezen het geven van voorlichting in de ruimste zin met betrekking tot de veiligheid, de ge zondheid en tot de goede sfeer bij de arbeid. Gezien de nieuwe facetten aan het arbeidsterrein werd in 1952 overgegaan tot naamwijziging. Vei ligheidsmuseum werd: Veiligheidsinstituut, hetgeen de doelstelling beter weergeeft." o Het bovenstaande lezen wij op één der eerste blad zijden van het kloeke en goed verzorgde boekwerk: Veiligheidsjaarboek 1961 (uitgave Veiligheidsin stituut, Amsterdam). Er blijkt uit, dat ten aanzien van het begrip veilig heid in Nederland al jaren geleden bepaalde denk beelden heersten. Het feit, dat het Amsterdamse Veiligheidsmuseum het eerste op dit gebied in Europa was, strekt ons land tot eer. Inmiddels is men op de lange veiligheidsweg voort gegaan: meer dan 40 instellingen in Nederland houden zich nu met de vele veiligheidsvraagstuk ken actief en in velerlei vorm bezig. Ook in andere landen en op internationaal niveau zijn op dit ge bied verscheidene instellingen werkzaam. Dit jaarboek bevat in overzichtelijke vorm een schat van gegevens, welke voor hen, die een of andere functie met betrekking tot de veiligheid bekleden van grote waarde zal zijn. Redactie.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1961 | | pagina 21