Het schoolboek aangevuld m Hoe zit de Europese Gemeenschap in elkaar? Als de Europese Gemeenschap als het ware één groot land is, gevormd door Nederland, België, Luxemburg, Frankrijk, Duitsland en Italië, heeft dat nieuwe, grote land dan ook een hoofdstad? En een volkslied? En heeft dat nieuwe land een regering? En een parlement? Regering en parlement: ja. Hoofdstad en volks lied: neen. De Europese Gemeenschap, die in 1951 werd opge richt (de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal) kreeg als regering een „Hoge Autoriteit": een groepje mannen uit de zes landen. Zij kregen alleen zeggenschap op het gebied van kolen en staal. Dat is veel en het is belangrijk. Maar het is niet alles. Later besloten de zes landen dat niet alleen kolen en staal in zo'n gemeenschapsverband moesten ko men, maar het hele economische leven van de zes landen: alle grondstoffen, alle produkten, de hele industrie, de landbouw, maar ook het vervoer, de „vrije" beroepen, het hele sociale leven, alles en alles. Daarvoor hebben de zes landen een alge mene Gemeenschap opgericht: de Europese Eco nomische Gemeenschap (E.E.G.). Die bestaat sinds 1958. En tegelijk kwam er voor het speciale terrein van de kernenergie een Euro pese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom). De E.E.G. kreeg als regering een „Commissie"; bij Euratom heet de regering ook „Commissie". Er zijn dus eigenlijk drie Europese Gemeenschappen: de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, de Europese Economische Gemeenschap en de Euro pese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom). Maar het zijn steeds dezelfde zes landen die in die Gemeenschappen samenwerken: Nederland, België, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk en Italië. Ook verder hebben de drie Gemeenschappen veel gelijk. Daarom spreekt men wel van „de" Europese Gemeenschap. Die Europese Gemeenschap heeft een parlement: het Europese Parlement. In het Europese Parlement zitten vertegenwoordigers uit de parlementen van onze zes landen, dus uit de Nederlandse Eerste en Tweede Kamer, uit de Belgische Senaat en de Kamer van Volksvertegenwoordigers en uit de parlementen van Frankrijk, Italië, Luxemburg en Duitsland. Het parlement van de Europese Gemeenschap heeft men dadelijk al gevormd toen tien jaar geleden de Europese gemeenschap voor Kolen en Staal tot stand kwam. Het is dus niet iets van de allerlaat ste tijd. Integendeel. Het parlement is vanaf het be gin een van de belangrijkste Europese instellingen geweest. In het parlement komen immers, net als in Nederland, België of een ander land, de ver schillende meningen van de bevolking tot uiting. De regering is aan het parlement verantwoorde lijk. Als het parlement vindt dat de regering het land niet goed bestuurt, moet de regering aftreden. Ook in de eerste Europese Gemeenschap, de Euro pese Gemeenschap voor Kolen en Staal, maakte men dadelijk de „regering" - de Hoge Autoriteit - verantwoordelijk tegenover het parlement. En dat is zo gebleven. Ook in de Europese Economische Gemeenschap is de „regering" - de E.E.G.-Com missie - verantwoordelijk tegenover het parlement. En in de Europese Gemeenschap voor Atoomener gie is het de Euratom-Commissie, die verantwoor ding schuldig is aan het parlement. Het Europese Parlement vervult dus nu zijn controlerende taak voor de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom). De Hoge Autoriteit van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal brengt elk jaar aan het Euro pese Parlement een verslag uit, dat uitvoerig wordt besproken. En ook wordt in het Europese Parle ment gesproken over wat er gebeurt in de Europese Economische Gemeenschap en in de Europese Ge meenschap voor Atoomenergie. Kort gezegd gaat het eigenlijk steeds over "de" Gemeenschap - al leen steeds over andere onderdelen. In de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal gaat het over steenkool en staal en wat daarbij hoort, zoals de winning van ijzererts( als grond stof voor staal), de huisvesting voor mijnwerkers, de scholing van arbeiders, enzovoort. In de Europese Economische Gemeenschap gaat het over algemene economische, sociale en politieke onderwerpen. In de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie gaat het over kernenergie: het gebruik van ura nium, bescherming tegen stralingsgevaar, weten schappelijk onderzoek, enzovoort. Al deze onder werpen komen eerst in jaarverslagen, zoals de Hoge Autoriteit, de E.E.G.-Commissie en de Eura tom-Commissie die elk jaar uitbrengen aan het Europese Parlement. Het Europese Parlement telt 142 leden, waarvan 14 Nederlanders en 14 Belgen. De meeste leden van het Europese Parlement komen uit de grote landen: we vinden daar veel Fransen, Duitsers en Italianen. Het minst vinden we Luxemburgers, dat zijn er maar zes. (^)NIEUWS 14

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1961 | | pagina 16