OUD EN NIEUW
BEDRIJFSSCHOOLNIEUWS
(Jj|) NIEUWS
6
Wie belangstelling heeft voor oude bouwwerken zal
op vele plaatsen in Nederland zijn hart kunnen op
halen. Kastelen, buitenplaatsen, oude huizen, poor
ten, gevels, majestueuze kerken, romantische ruïnes
zijn in grote getale aanwezig. Er zijn streken waar
een aantal oude kastelen (al of niet gerestaureerd)
herinnert aan het verleden. Langs de Utrechtse
Vecht, langs en nabij de Kromme Rijn, in de Ach
terhoek en in Overijssel staan de trotse overblijfselen
uit vroeger tijden in het landschap te pronken. Veel
is er vergaan, niets of bijna niets is er van terug te
vinden. In andere gevallen is er slechts een bouw
val, een brok toren of een vervallen muur van wat
eens een trotse burcht is geweest. Maar tientallen
kastelen, landhuizen, kerken, oude gevels, blijven
door verantwoorde restauratie nog voor de toekomst
bewaard. Rijk, Provincie, Gemeente, particulieren en
particuliere instellingen beijveren zich om gezamen
lijk te redden wat te redden valt en de bewonderaars
zijn daar dankbaar voor.
Van vele kastelen enz. is een groot deel van de ge-
Op zaterdag, 21 januari 1962, ontving onze werf be
zoek van de Lord Bishop of Bulham, de Rt. Rev. R.N.
Coote, D.D., onder wiens jurisdictie de Anglicaanse
kerken op het continent behoren.
In een korte dienst in het kerkje van onze zeelieden-
club heeft de Bisschop de Reverend Christopher Ree
ves bevestigd voor zijn werk onder de zeelieden in
het Schiedamse havengebied.
Er was een groot aantal belangstellenden, onder wie
de Britse Consul General, vertegenwoordigers uit
scheepvaart- en zakenkringen, vrienden van The Mis
sions to Seamen en vertegenwoordigingen van de
schepen in reparatie aan de werf.
schiedenis bekend. Over andere weet zelfs de meest
toegewijde geschiedvorser weinig. Vele archieven zijn
in de loop der eeuwen geheel of ten dele verloren
gegaan. Toch is een schat van gegevens verzameld en
vastgelegd in forse boekwerken. Belangstellenden
kunnen over onze vroegere ridders, baronnen, herto
gen en graven en over hun behuizingen veel te we
ten komen; het goede en het minder goede. Daarbij
dient men in het oog te houden dat men de trotse
bezitter en bewoner van een middeleeuwse burcht
moet zien als een kind van zijn tijd, ofschoon middel
eeuwse karaktertrekken nog wel tot in het heden kun
nen voortleven.
Schreven wij hierboven over kastelen enz. in een an
dere omgeving als de onze, ook hier in en vlak bij
de Randstad Holland zijn enkele bouwwerken te
vinden, die eeuwen geleden werden gesticht. Wij
hopen hiervan in volgende nummers van ons blad
een korte geschiedenis te schrijven voor hen, die
straks in het weekend of in de vakantie, dichtbij huis
blijven en voor deze dingen belangstelling bezitten.
De bedoeling is ons te beperken tot de beschrijving
van enkele nog bestaande ruïnes in of vlakbij de
Randstad Holland, want oud en nieuw staan hier
bij elkaar.
Na de kerkdienst was er, terwijl een kopje thee werd
geserveerd, voor de aanwezigen gelegenheid om de
Bisschop te ontmoeten.
De club mag zich in een goede belangstelling van
diverse nationaliteiten verheugen; in 1961 was het
totaal aantal bezoekers 22.584.
B.
Op dinsdag 6 februari werd voor 230 leerlingen van
onze Bedrijfsschool het klaslokaal verwisseld voor de
zaal van het Passage Theater. Zij waren daar luister
aars bij het 2de jeugdconcert, dat werd gegeven door
het Rotterdams Philharmonisch Orkest, dat ditmaal
onder leiding stond van de heer Kees Stolwijk.
Met grote aandacht werd de uitleg van de dirigent
gevolgd, die herhaaldelijk met zijn orkest zijn woor
den illustreerde.
Het concert werd geopend met de ouverture „Le Car
naval Romain" van Hector Berlioz. Daarna werd door
het strijkorkest gebracht de beroemde Kuhnau-varia-
ties van Hendrik Andriessen. Van Dvorak werd het
tweede deel uit de 5de Symfonie „Uit de Nieuwe
Wereld" gespeeld.
Tot slot speelde het orkest het symfonisch gedicht
„De Moldau" van Smetana. Dit laatste orkeststuk
werd vooral op prijs gesteld, want dirigent en orkest
werden beloond met een ovationeel applaus.