Afscheidnemen meteenTot ziens!
NIEUWS
16
In het tijdvak 11-8-1961 tot 13-7-1962 hebben 105
werknemers wegens het bereiken van de 65-jarige
leeftijd onze dienst verlaten. Het totaal aantal
dienstjaren van deze groep bedroeg 2702, dat is
gemiddeld per man 25,7 jaar.
Onder hen waren er 7 met een dienstverband van
40 jaar en langer, terwijl 2 hunner, de heren C. J.
A. van Daalen en H. de Kruijk het hoogste aantal
dienstjaren bereikten, respectievelijk 53 en 50 jaar.
De gehele groep werd uitgenodigd officieel af
scheid te komen nemen op 13 juli jl. Een 80-tal
heeft aan deze oproep gehoor gegeven.
In de kantine van het Hoofdkantoor heeft ir B.
Wilton, mede namens zijn collega's-directieleden,
woorden van afscheid gesproken, waarin duidelijk
naar voren kwam, dat spreker met enige weemoed
van zo'n grote groep afscheid nam en dat hij an
derzijds blij was, omdat hij hun een periode van
welverdiende rust mocht toewensen.
Kon men in het verleden moeilijk spreken van
een behoorlijke oudedagsverzorging, in het heden
is dat anders en beter geworden, ofschoon ook nu
in dit opzicht nog aan verbetering gedacht kan
worden. Spreker herinnerde zijn gehoor aan het
dagelijks leven op het bedrijf, aan de dagelijkse
gang naar en van de zaak en de belevenissen -
prettige en minder prettige - die iedereen daar mee
maakte.
„Een belangrijk deel van uw leven hebt u hier
doorgebracht en nu gij afscheid neemt realiseren
wij - de achterblijvers - ons beter dat wij u zullen
missen. Toch is deze gang van zaken onvermijde
lijk. Voor ieder van ons zal bij leven en welzijn
zo'n ogenblik aanbreken."
Spreker ging dieper in op de betekenis van de ar
beid in een grote bedrijfsgemeenschap, waar de een
niet buiten de ander kan. Ook bezoekers van bui
ten is het meermalen opgevallen, dat men zich hier
inderdaad in een gemeenschap bevond.
„U zult wellicht uw groep, waarmede u dagelijks
omging, missen, maar omgekeerd is dit ook het
geval: ook wij missen u. Persoonlijk heb ik dit, ver
toevende in de werkplaatsen, vaak geconstateerd.
Men moet dit echter ook weer niet al te somber
zien. Als men iemand mist, betekent het tevens,
dat men hem niet is vergeten en dat elke komende
herontmoeting voor beiden een vreugde kan zijn.
U allen hebt iets gegeven aan het bedrijf naar de
mate van uw kunnen en ieder op zijn eigen manier.
Daarbij bleven de ups en downs niet uit. Ook de
tegenslagen hebt gij aanvaard. Zo is het mensen
leven nu eenmaal. Het worstelen met problemen
op allerlei gebied behoort in ons leven thuis en de
mens heeft deze strijd nodig. Het rustig genieten
van de periode van rust, die u nu tegemoet gaat,
komt nog beter tot zijn recht, als men de levens-
stormen heeft meegemaakt."
De heer Wilton wees in zijn rede op de vrijwillige
bezigheden, die vele gepensioneerden willen en
kunnen verrichten ten bate van de gemeenschap in
het algemeen en in familieverband en hij verzeker
de de scheidenden, dat zij tot de W.F.-gemeenschap
blijven behoren.
Spreker eindigde met het uitspreken van de wens,
dat het de vertrekkenden en hun familieleden in
de ruimste zin, goed zal mogen gaan.
Namens het personeel nam de heer B. Blommers
(Secr. O.R.) afscheid. Ook deze spreker consta
teerde bij zichzelf tweeërlei gevoelens. Het prettige
gevoel, dat zo'n grote groep na gedane arbeid de
periode van rust ingaat en het pijnlijke, te weten
dat zovele oude getrouwen het bedrijf gaan ver
laten.
„Kunnen wij jullie wel missen?" vroeg spreker
zich af. „Jullie hebt immers de onderneming hel-