m.s. „Gorredyk"
overgedragen
hospitaalkerkschip „DE HOOP"
A^NIEUWS
4
Op 21 december 1962 heeft ir O. J. van der Vorm
het m.s. „Gorredyk" aan de H.A.L. overgedragen.
Dit geschiedde in besloten kring aan boord van het
schip.
In de daarbij gehouden toespraak wees ons directielid
o.m. erop, dat hij korte tijd geleden - nl. bij de doop
plechtigheid - over dit schip en over enkele daarmee
samenhangende zaken reeds het nodige had gezegd
en daarop dus niet meer behoefde terug te komen. Na
een dankwoord aan het adres van alle personen en
instanties, die aan de totstandkoming van de „Gor
redyk" hadden medegewerkt, maakte spreker nog en
kele opmerkingen over de algemene toestand in
scheepsbouw en scheepvaart.
„Wij, scheepsbouwers, begrijpen volkomen, dat de
rederijen niet tot in het oneindige kunnen blijven
doorgaan met het laten bouwen van schepen.
Voor bouwers daarentegen is het voor hen nadelige
verschil tussen de bouwkosten en de prijs evenmin
aanlokkelijk. Wij hopen echter genoeg adem te heb
ben tot het tijdstip, dat voor scheepvaart en scheeps
bouw gunstiger tijden zullen aanbreken".
Namens de H.A.L. aanvaardde het directielid, de
heer P. C. van Houten, de „Gorredyk" en maakte ge
wag van de record-tijd, waarin het schip - na de doop
op 11 december jl. - werd overgedragen.
Dit is het tweede H.A.L.-schip, dat de naam „Gor
redyk" draagt. Het eerste deed van 1909 tot 1923
dienst. Een vergelijking tussen beide schepen gaf dui
delijk de snelle en ingrijpende vooruitgang op het
gebied van scheeps- en machinebouw te zien.
Een domper op de vreugde bij het overnemen van dit
schip is het feit, dat momenteel geen enkel schip
voor de H.A.L. in aanbouw is.
„Deze pauze geeft ons zorgen," zei de heer Van
Houten.
Ook deze spreker dankte al diegenen, die bij de bouw
betrokken zijn geweest. Hij richtte zich vervolgens tot
de gezagvoerder van het nieuwe schip, kapitein J.
Boerdam, en hij bracht in herinnering, dat tijdens de
technische proefvaart niet - zoals wel eens voorkomt -
een anker was verloren gegaan, maar er een was opge
vist. Dit wilde spreker dan gaarne als een gunstig
teken voor de vaart van de „Gorredyk" beschouwen.
Namens officieren en bemanning sprak de gezagvoer
der een woord van erkentelijkheid tot zijn directie.
Het bekende hospitaalkerkschip „De Hoop" heeft
voor gebruikelijk onderhoudswerk enige tijd aan de
werf Rotterdam vertoefd. In het begin van januari
1963 is het weer naar zee vertrokken.
Het jaar 1962 gaf ten aanzien van de activiteiten van
het schip een lange opsomming te zien.
De medische dienst (totaal deden 4 scheepsartsen
dienst) behandelde meer dan 400 patiënten, waar
onder Nederlanders (374), Engelsen (2), Duitsers
(37), Polen (2), één Deen en één Fransman.
109 patiënten werden in het scheepshospitaal opge
nomen. Het aantal verpleegdagen bedroeg 396.
Er werden 179 recepten afgegeven en 349 keer werd
een radio-medisch advies verstrekt.
Van de aan boord gehouden kerkdiensten werden er
80 via de scheepszender uitgezonden. Twaalf predi
kanten maakten verschillende reizen mee.
Aan boord van vissersschepen verrichtte de radio-
technische dienst 104 reparaties en 270 maal werd een
radio-technisch advies gegeven. Het machinekamer-
personeel voerde 36 noodreparaties aan boord van
vissersschepen uit en 7 schepen werden van drink
water voorzien. In totaal werden meer dan 1100 weer-
rapporten per telegram naar het K.N.M.I. verzonden.
Tenslotte heeft het schip een aantal sleepdiensten ver
richt met een totaal van 479 gesleepte mijlen.
„De Hoop" mag dus op een goedbesteed 1962 terug
zien.