Nu, ja, nu zijn we terug, nu is die „Avedrecht" al weer overgedragen en vertrokken in de richting van de Perzische Golf. Nu zou je tijdens een ge sprek heel deskundig kunnen doen, nu zou je kunnen zeggen: „Ja zeker wel, ik maakte de proef vaart van de „Avedrecht" mee, bijzonder interes sant, mooi schip, helemaal voor de taak berekend". Maar als ik eerlijk ben zeg ik: dikdoenerij. Als ik eerlijk ben, dan zeg ik: ik heb mijn ogen uitgeke ken en ik snap nog nauwelijks hoe ze het voor elkaar krijgen. „Zal wel" Het was een stel maanden geleden begonnen. U weet wel, toen die filmmannen van Polygoon rond zwierven langs de Afbouwkade in het W.F.-dorp. Ik ging kijken wat ze allemaal deden en kwam toen ook terecht op het dek van de „Avedrecht". Eén grote paniek, één verzameling rondzwervende bui zen en gereedschap, mensen die door elkaar krioel den, die allemaal ergens anders mee bezig waren en op dat moment zei me iemand: „Begin juni gaat ie varen". Je hoort het, je knikt en je denkt: Zal wel Kijk, nu was het de eerste week van juni en nu zat ik op die „Avedrecht". Alles opgepoetst, alles geschilderd, alles klaar. Is dit hetzelfde schip? Jawel, dat is net zo als bij een tentoonstelling. Als je die de dag voor de opening bekijkt, geloof je ook niet dat het „morgen" zo ver is. Een uitkomst Vroeg in de ochtend hadden we „Dag met het handje tegen de Afbouwkade gezegd en rond half elf keek ik naar de pier van de Hoek, die in de verte nog net te zien was. Zo, daar zit ik dus, op dat glinsterende schip en ik had een bed ook. „Hut kantoor Stuurl." stond er op een papiertje dat ik in de hand kreeg. Onder een telefoon stond een los bed, want ik was een van de 158 opvarenden van deze „Avedrecht". Je weet met rondkijken op geen stukken na waar je beginnen moet. Ik keek eerst eens naar al die mensen. De „vaste ploeg" haalde je er zo uit. Dat waren de 46 mannen die nu de „Avedrecht" over de wereld brengen; de anderen waren beman- ningsleden-voor-twee-dagen. In de versgewassen W.F.-overalls, in de kantoor-colberts, in dat pak met al een paar vlekken („Zo'n tanker, olie, je weet nooit", moeten ze gedacht hebben) en dan een paar mannen die rustig het zondagse goed aan had den getrokken, omdat ze zeker wisten dat hun werk achter de bureau's lag. Meer dan honderdenvijfttig mensen op zo'n schip en je komt ze nauwelijks tegen, dacht ik. Ik stond achterop de „Avedrecht" en keek in het zwembad. „Een uitkomst in de Perzische Golf", zei een stuur man die al jaren in die buurt vaart; „daar is het soms zo warm dat de druppels alweer uit je hals rollen als je je net hebt afgedroogd". En die „Avedrecht" is hoe lang, informeerde ik. „Twee honderdenvijftien meter en iets breder dan 31 meter", kwam het prompte antwoord. En erbij als extraatje: „51.000 ton om u een idee te geven". Daar zijn dan wel een paar druppels olie voor nodig om dat allemaal varende te houden, probeerde ik een scheepsstraat verder bij ir A. Meijer - een van de directieleden. „Negentig ton stookolie per dag", zei hij. Juist, knikte ik en dacht aan het vaatje van tweehonderd liter buiten m'n eigen voordeur. Respect Ik vond ergens een stoel in de zon en ging zitten. Ik pakte een papiertje en schreef op wat ik toen dacht. Als ik er nu naar kijk staat er dit: - Daar zit je dan, bovenop 25 miljoen gulden en anderhalf honderd mensen om je heen zijn allemaal bezig met dingen waar je weinig van begrijpt. Ik was net in de stuurhut, zo groot als een kleine eengezinswoning. Er stond een meneer van de Scheepvaartinspectie. Van 35 graden stuurboord naar 35 graden bakboord moest in een halve mi nuut gebeuren. Het ging in twintig seconden en die meneer knikte enthousiast en tevreden en schreef iets op een lijst; een soort onderwijzer die punten gaf en kennelijk had de leerling het voor treffelijk gedaan. - Daar, recht voor me uit, loopt meneer J. Hudig, een van de directeuren van Van Ommeren, voor wie de „Avedrecht" is gebouwd. Hij loopt er Op die splinternieuwe Avedrecht"links de heer J. Hudig en rechts gezagvoerder A. Looren de Jong. 2

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1963 | | pagina 4