PINNETJE
VERZORGD DOOR HET KINDERBLAD „KRIS KRAS'' TE AMSTERDAM
HANS ANDREUS:
Pinnetje was een mooi egelmeisje, dat wel duizend
stekels had waar zij erg trots op was. Er was natuurlijk
geen enkel egelmeisje in de omtrek te vinden, dat dui
zend stekels had. Prikprik, een egelmeisje dat een paar
paadjes verderop woonde, had er ongeveer negenhon
derdvijftig en dat was al heel wat. Maar duizend,
nee zoveel had gèèn ander egelmeisje er.
Nu was Pinnetje wel trots op haar vele stekels, maar
zij had er ook een heleboel last van. Want ofschoon ze
een goed karakter had en meestal heel lief was, had ze
toch één fout: ze werd ontzettend gauw kwaad. Of
misschien kan ik nog beter zeggen: driftig. En als ze
zo kwaad en driftig werd, dan zette ze al haar stekels
het egelmeisje
op en die staken dan door haar jurk heen. En die jurk
was dan niet meer te gebruiken. Die kon je wel weg
gooien met die duizend gaten van die duizend stekels
erin. Haar vader en moeder moesten weer een andere
jurk voor haar kopen en dan hield ze zich weer een
dag of wat kalm. Maar opeens, ja hoor, daar was ze
weer kwaad over het een of ander en zette haar stekels
op en de jurk was weer bedorven. Soms gebeurde dat
zelfs met een zondagse jurk, die natuurlijk veel mooier
was en veel duurder dan al die andere jurken. Haar
vader en moeder werden er wanhopig van en Pinnetje
zelf ook, want ze probeerde toch heus wel om niet
kwaad te worden. Maar het gebeurde als het ware vóór
ze het zelf merkte.
En daar kwam nog bij dat Pinnetje over drie maanden
zou trouwen. Met een heel kalme, jonge egel, die Hèhè
heette. Want hij was zó kalm, dat hij zich nooit druk
wilde maken. En als dat eens een keer wel moest
gebeuren, met houthakken bijvoorbeeld, dan zei hij na
afloop altijd: „Hèhè." Daarom heette hij Hèhè.
Pinnetje nu wilde verschrikkelijk graag, dat ze net zo
kalm zou worden als Hèhè omdat ze dan vanzelf
nooit meer kwaad en driftig zou zijn. Dat is voor Hèhè
ook veel prettiger, dacht ze. En bovendien, stel je
20