hij vertelde. „Verjaardagen", zei hij, „we kennen
dat toch allemaal: er komt een moment waarop
iemand de eerste mop vertelt. Stel je even zo'n ka
mer voor met familie en vrienden en die moppen
tapper die net wil starten. De heer des huizes
maakt een gebaar naar een of meer van zijn kinde
ren, die nog ergens in een hoek zitten met limo
nade: Straks Jan, stelt hij voor - en Jan wacht tot
de kinderen van zeventien of achttien naar bed
zijn".
Maar wat kan er gebeuren? De man die gisteren
jarig was werkt vandaag weer binnen het WF-dorp,
ziet zijn collega's, en zegt: „Jongens, moet je ho
ren, ik weet nu een mop" - en dan volgt het ver
haal. In dezelfde ruimte werken drie leerlingen
van de Bedrijfsschool
„Denk erom, de morele eigendommen zijn minstens
even belangrijk", zei de heer Landzaad.
Ik bedoel maar, met een heel klein beetje moeite
zouden velen die Beveiliging kunnen helpen -
onverschillig of ze nu spantenbuiger of calculator
zijn, dacht ik.
P. W. RUSSEL
een bezigheid die in de practijk met verve en
enthousiasme wordt beoefend.
Zij leiden de afdeling Beveiliging, die over have
en goed van zesduizend W.F.-ers waakt, de heren
C. Landzaad (links) en de heer J. van Vliet.
TENTOONSTELLING
IN HET MARITIEM MUSEUM
"PRINS HENDRIK"
In de tweede helft van december a.s. zal in het
Maritiem Museum „Prins Hendrik" te Rotterdam
een tentoonstelling worden geopend, welke is ge
wijd aan de geschiedenis van de stoomvaart van
Rotterdam op Noord-Amerika. Daar de geschiede
nis van „Wilton-Fijenoord" en haar voorgangers
nauw verweven is met deze vaart, zullen velen on
getwijfeld met belangstelling kennis nemen van
deze tentoonstelling. Talloze bekende schepen op
de Noord-Atlantische route werden immers in de
afgelopen negentig jaren op de werven van het
W.F.-concern gebouwd. De namen „Statendam",
„Ryndam" en „Maasdam" horen wel tot de be
kendste maar wist u dat het eerste schip voor de
Holland-Amerika Lijn (toen nog Nederlandsch-
Amerikaansche Stoomvaart Maatschappij geheten)
reeds in 1882 door „Fijenoord" voor deze rederij
werd gebouwd? Deze opdracht ging niet zonder
moeilijkheden gepaard omdat omstreeks 1880 bij
de doorsnee Nederlandse reder veel vooroordelen
bestonden tegen de nationale scheepsbouw. Wan
neer er zeegaande stoomschepen gebouwd moes
ten worden, bestelde men deze het liefst in Enge
land.
Om nu te bewijzen, dat hier te lande eveneens uit
muntende zeegaande stoomschepen gebouwd kon
den worden, zette het Etablissement Fijenoord van
de Nederlandsche Stoomboot Maatschappij, in 1880
voor eigen rekening het s.s. „Nederland" op stapel.
In 1881 kwam het 2796 BRT metende scheepje
klaar maar kopers kwamen niet opdagen. De direc
tie van de Nederlandsche Stoomboot Maatschappij
besloot het schip voorlopig zelf te exploiteren en
zette de „Nederland" in op de route Rotterdam-
Baltimore. Na langdurige onderhandelingen kocht
de N.A.S.M. tenslotte het schip, dat in 1882 onder
de naam „Leerdam" (I) in de vaart werd gebracht.
Op de tentoonstelling zal een model van dit inte
ressante schip te zien zijn. Bovendien worden ori
ginele tekeningen geëxposeerd uit het W.F.-archief,
waarop respectievelijk het tuigplan, de langsdoor-
snede en dekken benevens tekeningen van de ma
chine-installatie zijn afgebeeld. Het geheel wordt
gecompleteerd door een reproductie van een oude
foto.
Er is getracht om met behulp van een aanzienlijk
aantal fraaie modellen, schilderijen, scheepstekenin-
gen en foto's een overzicht te geven van de ont
wikkeling van het stoomschip in de afgelopen ne
gentig jaren. Of het museum daarin geslaagd is,
zult u zelf moeten constateren tijdens een bezoek
aan deze tentoonstelling, waarop u van harte wel
kom bent.
B. C. W. Lap
3