De Harmonie is 40 jaar oud
Een leek %iet nef
Jongen, houd eens even je mond dicht.
U heeft ze allemaal meer dan eens gezien. Wanneer een nieuw product van intense samenwerking ge
reed gekomen was en een schip te water werd gelaten, wanneer een nationale feestdag werd ge
vierd of de ouden van dagen een uitstap maakten. En wat zei u? ,,Daar heb je ze, van de harmonie".
Dat was wat onvolledig, want het moest zijn: „van de Harmonie Wilton-Fijenoord"- Dat is nu een
kerel van middelbare leeftijd geworden, die Harmonie, wist u dat ookWant 1 mei van dit jaar
1965 kan de secretaris van de Harmonie Wilton-Fijenoord in zijn boeken noteren: „Vandaag be
staan we veertig jaar".
Mag een leek bij W.F. proberen een overzicht te
geven van wat er in veertig jaar harmonie-geschie
denis is gebeurd? Het zou niet alleen een hache
lijke, maar ook een belachelijke zaak zijn.
Stel dat ik een poging deed. De heer P. C. Loopik,
die al sinds 1926 tamboer is, zou me onmiddellijk
op de vingers tikken en zeggen: Ja maar, dat klopt
niet.
Neen, ik heb het heel anders gedaan. Ik ben heel
kort geleden op een avond de slagboom van het
Schiedamse W.F.-dorp gepasseerd en in de cantine
van het hoofdgebouw aan een tafel gaan zitten om
te luisteren. Want daar zaten ze bij elkaar, die man
nen van het bestuur en die ene vrouw plus andere
mannen van de jubileum-commissie. Ze hadden
oude notulen bij zich en (soms vergeelde) foto's.
En de voorzitter van het hoofdbestuur, meneer
C. Keyzer, zat er ook.
Niemand zei het, iedereen was vriendelijk, maar
ze vonden mij natuurlijk een vreemde eend in de
bijt. Iedereen wist alles van „de" harmonie en dan
zo'n buitenstaander die informeert: Wat zegt u,
1 mei, is dat de datum?
„Ja, we zitten in de Vaandelafdeling van de Ko
ninklijke Nederlandse Federatie van Harmonie, en
Fanfaregezelschappen", zei de secretaris, de heer
A. J. Simpelaar. „Dat is de hoogste afdeling",
legde hij de leek vriendelijk uit.
„Een keer hebben we het hoogste aantal punten
behaald van alle gezelschappen in heel Neder
land", vulde de voorzitter, de heer J. Vos, aan.
„Dat was in 1956, toen we het getal 115 in de
wacht sleepten".
„En in 1954 hebben we op drie avonden, samen
voor vijftienduizend mensen, het Declamatorium
van L. Giphart uitgevoerd", vertelde de tweede
voorzitter, de heer C. van Kapel. „Dat was bij het
honderdjarig bestaan van het bedrijf Wilton".
„Op 4 mei geven we in de Grote Kerk in Schie
dam een uitvoering met driehonderd zangers
op verzoek van het Voormalig Verzet", voegde
de tweede secretaris, de heer W. Rissema, er aan toe.
Ik merkte het wel. De heren stopten me vol met
officiële data en officiële gebeurtenissen. Die
vreemdeling in Jeruzalem moest vooral de hoogte
punten weten. En voorzichtig zei ik: „Jawel, alle-
maal genoteerd, maar als ik hoor van een Harmonie,
dan denk ik aan vrolijkheid, aan muziek, aan leuke
herinneringen. Wie van de heren
Het schot zat in de roos, want toen kwamen ze los.
„Ja, dat eerste reisje na de oorlog", lachte de heer
Simpelaar. „^Ceten jullie nog wel, we gingen naar
een sanatorium in Zeist en het hele sprotje werd
daar op een Jan Plezier geladen. Dat vergeet ik
mijn leven lang niet meer".
„Ja, man, vlak na de bevrijding", begon iemand an
ders. „Japan had net gecapituleerd en op Katen-
drecht vierden de Chinezen het bevrijdingsfeest.
De Harmonie Wilton-Fijenoord werd uitgenodigd
voor een mars. Natuurlijk deden we dat. Via de
Coolsingel de hele stad door. Stoppen voor elk
politiebureau, want daar gingen we dan de com
missaris feliciteren met de bevrijding. Over de
bruggen gingen we naar de stad en door de tunnel
terug. Wat een feest. En die Chinezen hadden hele
tafels met rijen broodjes klaar staan. Eet maar, zei
den ze. 5JCe hadden in het begin nog niet zoveel
honger, maar een paar slimmerikken staken wat
broodjes bij zich voor onderweg".
„Weet u hoelang we toen gemarcheerd hebben",
1