Het eerste tamboerkorps van de Harmonie. Helemaal rechts de heer P. C. Loopik, nog steeds actief als tamboer.
We waren door het dolle heen, hebben takken van
de bomen gesneden, een krans gemaakt en die om
de hals van dirigent Palla gehangen. Wat een feest
was dat".
„Nog een datum mensen om te onthouden", aldus
de secretaris. Hij keek het nog eens precies na en
zei: „Op 15 juli 1947 is ir B. Wilton geïnstalleerd
als onze ere-voorzitter. Hij draagt de Harmonie een
bijzonder goed hart toe".
„Zeker wel", vond de heer Boer, „hij weet nog,
dat hij als jongetje een concert van de Harmonie
Wilton-Fijenoord meemaakte".
„En ons jeugdorkest", werd weer aan een andere
kant van de tafel opgemerkt. Jeugdorkest?, infor
meerde ik. „Ja, dat telt nu vijf en veertig leden,
kinderen van W.F.-ers dus. Vanaf twaalf jaar kun
nen ze lid worden. Een keer per week geven vier
leraren van de Rotterdamse Muziekschool hier op
het eigen terrein les. Vier zijn er al overgegaan in
onze Harmonie. Niet alleen dat deze kinderen een
kosteloze en grondige opleiding krijgen, maar zij
zullen voor een groot deel de Harmonie Wilton-
Fijenoord in de toekomst vormen".
Het was al laat op de avond geworden, maar tel
kens wist iemand anders weer iets dat de moeite
waard was. „We hebben ook een familie Vervoort
in de harmonie", werd er gezegd. „Twee broers en
ze hebben alletwee een zoon die ook meespeelt".
„En A. Hardonk dan", vulde weer een ander aan.
„Hij zelf speelt tuba, zijn broer trombone, zijn zwa
ger ook trombone, zijn zoon klarinet, zijn getrouw
de dochter en zijn schoonzoon alletwee hobo en
een andere dochter piston".
Ze rolden allemaal op me af, al die enthousiaste
verhalen van de mensen van de harmonie. U moet
allemaal toch wel een hoop liefde kunnen opbren
gen voor uw harmonie, zei ik losjes. U repeteert
elke week twee keer plus nog al die keren extra
voor concours.
„Als ik op zaterdag niet gerepeteerd heb, heb ik
geen zaterdag gehad", gaf iemand me ten antwoord.
„Maar de sfeer in de vereniging, die speelt de
grootste rol", vond iemand anders. „En die sfeer
is zo grandioos, dat het ons geen moeite kost om
enthousiast te zijn".
„Bij mij is het zo", zei een derde. „Wanneer ik
televisie zit te kijken, een voetbalwedstrijd bijvoor
beeld, dan zegt mijn vrouw in de pauze tegen mijn
zoon: Zeg jongen, houd nu eens even je mond
dicht, want je vader hoort een muziekcorps en dan
weet je het wel".
Ik dacht dat dit duidelijker was dan een uitvoerige
uitleg. Rest nog een Bijzonder Hartelijk Gefelici
teerd van uw leek. P. W. RUSSEL
4