landse scheepswerven verwachten; dit kan in een schepenfamilie Het is daarom verheugend, omdat het werkgelegen heid schept voor de rederij, voor de werf, voor de Nederlandse zeeman en voor de aanverwante be drijven. Maar dit is op zichzelf niet het doel van het in de vaart brengen van een nieuw schip, - een koop vaarder moet geld verdienen. Dit kan in deze tijd alleen door zuinig en economisch beheer. Er zijn twee belangrijke kostenfactoren voor een tankerreder: de bemanning en het onderhoud van zijn schepen. Voor wat betreft de bemanningen wil ik opmerken, dat deze kleiner in aantal kunnen zijn naarmate de schepen moderner zijn en de laatste technische ont wikkelingen zijn toegepast. De laatste Nederlandse scheepvaartwetten zijn hierop meer of minder afge stemd. Wij hopen oprecht, dat deze wetten de snelle ontwikkeling, die zich nu op allerlei gebied voltrekt, zullen bijhouden en in het bijzonder die wetten, welke de samenstelling en de grootte van de bemanning voorschrijven. Voor doelmatig onderhoud zijn onmisbaar goede en concurrerende dokfaciliteiten, waardoor de sche pen snel en efficiënt gedokt kunnen worden. Op deze werf zal binnenkort het grootste reparatiedok van Nederland klaar komen voor schepen tot 150.000 ton. Dit is geruststellend met het oog op onze nieuwe schepen van over een paar jaar, - als ze er tenminste in kunnen." VROUW EN SCHIP De heer Rodenburg, directeur van Shell Tankers, zei in zijn toespraak, onder grote hilariteit der talloze aanwezigen, dat de scheepswerven zich tegenwoordig op allerlei terrein bewegen, zelfs op litterair gebied. Zo blijkt een werf in Zuid-Europa verband te zien tussen enerzijds bemanning en onder houd, en anderzijds het feit, dat in de Engelse taal het schip vrouwelijk is. Want de heer Rodenburg had van deze werf de volgende uitspraak gelezen: "A ship is called a she, because it takes the right man to handle her, and also, because it is not the initial expense that breaks you, it is the upkeep". [„Een schip wordt een zij genoemd, omdat er de juiste man voor nodig is om haar te leiden, en ook, omdat het niet de aanschaf is, waarover men z'n nek breekt, maar het onderhoud"]. HANDIG BEKEKEN. Eén persfotograaf was in ieder geval wél op tijd voor de stapelloop van de „Diadema". Voor zijn werk ergens in een Schiedamse straat aanwezig, zag hij een hem bekende „blazer" van onze Harmonie, in uniform en gewapend met z'n instrument, uit diens daar gelegen huis komen. Hij schoot hem aan met de toevallige opmerking: „Gaat u nu al?" Waarop de muzikant reageerde: „Ja, we moe ten ineens een half uur eerder komen". „Aha", dacht toen de fotograaf, „je kunt nooit weten". En hij zorgde ervoor, óók een half uur eerder op de werf te zijn. Toen hij later in de kantine op de „Diadema" het glas hief met z'n collega's en deze laat- sten vrijwel allen moesten opbiechten „het plaatje" gemist te hebben, kon hij trots ver klaren: „Maar ik heb hem wèl!" Diadema woei weg. Over de naam van de „Diadema" vertelde de heer Rodenburg: „Diadema" is de geslachtsnaam van een landslak, die op de Cook eilanden voorkomt en waarvan de schelp zeer sporadisch gevonden wordt. Wie zou menen dat de grootte van het schip recht evenredig is aan de grootte van de schelp, waarnaar zij werd genoemd, komt zeker bij de Diadema bedrogen uit. Deze schelp heeft namelijk een middellijn van nau welijks twee millimeter!! Toen wij een fotografi sche vergroting wilden laten maken van het enige exemplaar dat wij hadden, bleek de zucht van een opengaande deur voldoende om de schelp uit het vergrotingsapparaat te blazen en zij bleef onvind baar. Gelukkig was de opname juist gemaakt! De „Diadema" zal het dus met een zilveren replica moeten stellen, hetgeen tegen onze gewoonte is, want op elke Shell-tanker vindt u in de salon van de officieren, op een ereplaats, een origineel exem plaar van de schelp, waarnaar het schip is ge noemd." De heer Rodenburg besloot zijn toespraak met de wens, dat de „Diadema" voorspoedig zal worden afgebouwd om over enkele maanden de Nederland se driekleur en de Shell-vlag wereldwijd uit te dra gen en eervol getuigenis af te leggen van wat de Nederlandse scheepsbouw toch nog steeds vermag. Verrassing. Hierna bleef men nog geruime tijd gezellig bijeen 7

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1966 | | pagina 9