De burgemeester speelt in de toren
Een leek ziet w.f.
Hij praat over ,,de jongens van Wilton" wan
neer hij het heeft over de jeugdige W.F.-ers
van de Schiedamse bedrijfsschool. ,,Ja, die zit
ten heerlijk in hun zomerkamp in Esbeek"al
dus burgemeester P. Al. Meuwese van Hil-
varenbeek, tot wiens gemeente de kerkdorpen
Esbeek en Biesthoutakker behoren. ,,Die kna
pen neem ik graag mee de toren in"
De woorden behoeven enige uitleg, maar die
is snel gegeven, want Nederland heeft maar
één burgemeester die ook beiaardier is en zijn
stadhuis is te vinden aan het Vrijthof nummer
tien in Hilvarenbeek.
Rust
Nu moeten we elkaar even goed verstaan. Er
zijn mensen die over „rust" spreken wanneer
ze een vrijdagmiddag bedoelen, waarop de kin
deren uit de buurt naar school zijn en zijzelf
„rustig op hun balkonnetje kunnen zitten. On
der rust verstaat een ander dat stille plekje,
waar hij zijn stek heeft en waar hij zijn hen
gel hanteert. Maar als we echt „rust" bedoe
len - zeg dan maar Hilvarenbeek.
Dat groene dorpsplein, dat eigenlijk gewoon
weiland is, dat verraadt alles al. De muziektent,
de opper die „Goeie" zegt en langs fietst, de
bakker die „Hoi burgemeester" roept en dat
ene jonge vrouwtje, dat op een bank in de zon
haar kind leert knikkeren.
Zo in de verte af en toe eens een auto. „Het
hoeft voor mij niet groter hier", zegt burge
meester Meuwese. „Als we met z'n zevendui
zend gelukkig kunnen zijn - en dat zijn we
hier - wat moet er dan nog veranderen? We
hebben het goed hier en we zijn allemaal te
vreden. Meer kan een mens zich niet wensen".
Beetje moed
Het is meer de beiaardier Meuwese dan burge
meester Meuwese, die de scholieren uit Schie
dam ontvangt wanneer ze hun zomerkamp hou
den. Op het plein, op dat Vrijthof van Hilva
renbeek, staat hij dan en hij wijst: „Zien jul
lie die toren? Dat is de toren van de Petrus-
kerk, gebouwd in 1450. En nu gaan we naar
boven".
Een beetje moed is er voor nodig om de hon
derd zes en zeventig treden van de toren te be
klimmen, vindt de burgemeester, „maar wie
een keer boven is heeft een enorm uitzicht. Met
helder weer zie je Eindhoven en Tilburg en
zelfs de torens van Den Bosch".
Daar staat hij dan, met de jeugdige W.F.-ers
om zich heen. „Ik leg de jongemannen de
bouw van de toren uit. Wat? Of me dat niet
verveelt? Weineen, het is zo'n machtige toren,
het boeit me zo enorm hoe ze in die tijd zo'n
Ook in de techniek van het carillon worden de jongens door
de burgemeester ingewijd.
1