DONASZY MAGDA Sparretje groeide en groeide. Ze werd mooi als geen ander in het grote bos. Haar moeder bezorgde zij echter veel verdriet, want ze was ij del en ontevreden. Het begon al vroeg in de morgen. Sparretje was boos op de dauw druppels, omdat ze van haar takken gleden. „Glinsterende diamantjes, blijven jullie toch bij me. Ik wil mooier zijn dan de anderen!" „IjdeltuitIjdeltuiten de dauwdruppels lachten haar uit. Bloemen wilde ze op haar takken Toen Sparretje geboren werd waren alle oude sparren blij met dat kleine groene sprietje, dat nauwelijks over bet moswiegje heen kon kijken. Het bos beschermde haar voor vele ge varen. Eens, toen er een beer bijna op haar trapte, maakten de lijsters zo'n lawaai dat hij zijn zware poten ijlings terugtrok. Dat een hert het groene sprietje oppeuzelde, kon moeder spar ook nog net verhinde ren. Ze schudde zo heftig met haar kruin, dat het sparreappels regende en het hertje bang wegvluchtte. En

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1966 | | pagina 29