alle mogelijke onderlinge afstanden met elkaar moeten laten interfere- Deze foto geeft een toekomstbeeld: 12 radiotelescopen op een rij zullen in 1968 de Synthese-telescoop vormen. Deze vaagheid wordt veroorzaakt door de buiging van de radiogolven om de rand van de telescoop. Wel iswaar buigen de lichtgolven ook, maar het effect daarvan is kleiner doordat de golflengte zoveel korter is. De mate van vervaging, die aan gegeven kan worden door de groot te van het „buigingsbeeldje", is groter naarmate de golflengte groter en de diameter van de telescoop kleiner is. Ze is evenredig met de verhouding van de golflengte tot de telescoopdiameter. Daar de betrok ken radio golflengten ruwweg een millioen maal langer zijn dan de golflengte van het licht, is het dui delijk dat de omstandigheden daar veel slechter zijn. Om een even klein buigingsbeeld (of een even goed „oplossend vermogen") te krijgen als bij het licht zou men een radiotelescoop moeten hebben met een millioen maal grotere dia meter dan een normale optische te lescoop, dus van de orde van dui zend kilometer. Dit is natuurlijk on bereikbaar. Maar op ingenieuse wij ze is men er tóch in geslaagd heel fijne radio-details waar te nemen, n.l. door gebruik te maken van „interferometrie". Men brengt hier toe de radiogolven die door twee ver van elkaar staande radioteles copen opgevangen zijn bij elkaar. Als men die golven op een geschik te manier samen laat werken zullen de stralen die uit bepaalde gebied jes van het waargenomen object op de twee telescopen vallen elkaar versterken, terwijl de stralen uit de ertussen gelegen gebiedjes elkaar uitdoven. De hoekafmeting van deze gebiedjes, en dus van de details die onderscheiden kunnen worden, is omgekeerd evenredig met de af stand tussen de beide telescopen. Britse radio-astronomen zijn erin geslaagd deze „interferentie" te me ten met telescopen die tot 120 km van elkaar stonden. Op deze ma nier kunnen in sommige gevallen details waargenomen worden die bijna even klein zijn als de klein ste details die met een optische te lescoop gezien kunnen worden. Er is echter in dit geval geen sprake van het verkrijgen van een volledig beeld. Om dat te bereiken zou men een heel groot aantal telescopen op ren, en dit dan ook nog in verschil lende richtingen. De telescoop in Westerbork is ont worpen om juist dit te verwezenlij ken, zij het op een aanzienlijk klei nere schaal: de afstand tussen de verst uiteenliggende radiotelesco pen is hier slechts 1.8 km. We zul len dan ook niet het oplossend ver mogen van een optische telescoop kunnen benaderen. De kleinste de tails die de telescoop bij een golf lengte van 10 cm zuiver zal kunnen waarnemen zijn ongeveer 15 boog- secunden; maar tot deze graad van fijnheid moet hij dan ook een volle dige afbeelding geven. Voorlopig zal het oplossend vermogen dus of 21 cm waargenomen worden en zal het oplossend vermogen dus twee maal minder zijn. De installatie zal bestaan uit twaalf holle reflectoren, elk met een mid dellijn van 25 meter, dezelfde als de bestaande radiotelescoop in Dwingeloo. De reflectoren worden opgesteld in een rij in Oost-West richting. Tien ervan staan op onderlinge af standen van 150 meter, de twee overige komen op verrijdbare on- 8

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1967 | | pagina 10