ze al 90 jaar is, danste nog heel
soepel een foxtrot met een
„meisje" van 68 a 69 jaar. Dat
was iets, waarover haar eigen
leeftijdsgenoten zich in het ge
heel niet verbaasden. Zo zou ik
blad na blad kunnen vullen.
Maar wanneer ik alleen bij de
gasten zelf zou blijven, zou ik
toch wel iets belangrijks ver
geten.
Natuurlijk is het in de eerste
plaats de Directie, die voor deze
tochten haar toestemming ver
leent. Maar dan moet er een or
ganisatie op gang komen, die er
voor zorgt, dat in drie dagen
pl.m. 2.600 gepensioneerden een
gecombineerde bootbustocht
maken met alles, wat daaraan
vastzit. Namen noemen is meest
al niet toegestaan en de betrok
kenen zelf worden er nogal eens
boos over. Zo ik echter een hoed
op zou hebben, zou ik deze diep
afnemen voor de heren Van de
Bosch en Tol van de Personeels
administratie, die deze organisa
tie grandioos in handen hebben.
Met intense bewondering heb ik
gekeken hoe de tijden van aan
komst en vertrek van bussen en
boot op elkaar waren afgestemd,
hoe „momentproblemen" met
een vanzelfsprekendheid werden
opgelost en hoe geen enkele
moeilijkheid tè moeilijk was om
het de gasten aan boord zoveel
mogelijk naar de zin te maken.
Om dit te bereiken, moet men
zeker niet de werktijden uit het
oog verliezen. Ik mag het u niet
zeggen, maar ik doe het toch
tussen haakjes, want dat lezen
ze misschien zelf niet: (zij start
ten 's morgens om 6 uur en wa
ren 's avonds om 11 uur weer
thuis!).
Ja, van het één kom je op het
ander en ineens denk ik dan
aan de „Music Boys", die drie
dagen lang op de boot van ver
trek tot aankomst de ene pot
pourri na de andere ten beste
gaven, zonder ook maar enig
teken van vermoeidheid te to
nen, althans in het openbaar.
Als ze even een kleine pauze
namen, omdat ze tenslotte niet
alléén van muziek konden leven
en er ook nog een stukje gege
ten moest worden, dan merkte
je dat, al speel je van zoekge
raakte feestneuzen en hand in
hand kameraden - hetgeen dus
bijzonder feestelijk is - ook hier
de vermoeidheid zijn intrede
deed. Maar geen mens, die dat
kon merken, want zo zijn ze: het
is feest voor de gasten aan
boord! Feest was het ook voor
de drummer zelf, die dinsdag
zijn verjaardag vierde. Natuurlijk
ging er een WF-mededeling uit,
inhoudende, dat de dames de
jarige moesten gelukwensen en
hem een kus aanbieden, terwijl
dat voor de heren beperkt bleef
tot een sigaar. Ik geloof of lie
ver weet zeker, dat de dames
guller waren dan de heren!
Ja, en wie zorgen er dan nog
meer op zo'n boot, dat het een
fijne dag wordt? Dat zijn de ka
pitein en de stuurman van de
„Erasmus". Uit een praatje met
beide heren bleek, dat het ook
voor hen een genoegen is deze
drie dagen te varen, omdat zij
dankbare en bovenal gezellige
gasten aan boord hebben, zodat
het werken in feite is: het maken
van een pleziertocht.
Intussen rijden de heren Tol,
Broere, Kienhuis en uw verslag
gever met onze chauffeur de heer
Flagen achter de lange rij bus
sen aan naar Rhenen. We zijn
door de politie keurig naar de
Rijksweg geloodst, waar het spel
van de buschauffeurs begint om
bij elkaar te blijven. Het is een
heel subtiel spelletje en de heer
Hagen legt het ons uit, terwijl hij
met plezier meedoet.
Bij aankomst in Ouwehands
Dierenpark is het weer al aar
dig aan het opklaren. Er wordt
na de koffie dan ook menig wan
delingetje gemaakt. Maar eerst
even een gesprekje met Jantje
van Alles. „Zeg maar Jan van
de blindenbus. Daarmee haalde
ik per jaar wel 8.000 op". Hij
is een gezellig prater, deze man.
Volgens de burgerlijke stand
heet hij J. P. Koster en wordt
hij in augustus 80 jaar. Ook is
hij gehuwd. „Als hij eenmaal
praat, krijg je hem haast niet
mee". Zijn vrouw trekt hem aan
zijn arm. Hij geeft niet toe.
Trots boogt hij op zijn conditie.
„Ik loop nog wel van Lombardije
naar de werf in Schiedam. Hoe
lang ik er over doe? Nou, twee-
en-een-half a drie uur. Inder
daad, menige jonge kerel zou
het niet opbrengen. Maar ik ben
dan ook vroeger administratie
loper geweest en daarvóór
kraanmachinist. Hoe ik de grote
brugkraan van dok 8 vind? Nou,
ook prima hè. Ik zou bovenin
Gezellig keuvelen onder het varen.
5